CORRESPONDENTIE
H. te D. vraagt ons wij het fjet ongepast en on-democratisch inden, dat de heer Hofstra er in ijn tot den Minister van Financiën erichte vragen zijdelings op aanedrongen heeft, dat deze niet zou edoogen, dat er door de Rotteramsche Bank critiek op diens fiancieel beleid uito'eoefend werd. )ns antwoord daarop luidt, dat Ik een zijdelingsche aandrang een (ag in 't aangezicht van de wezenlij g democratie is en dat het ons, ^gn wij de vragen van den heer lofstra lazen, was, alsof niet de eer Hofstra, maar Hitler in eigen ersoon aan het woord was. Zulk en despotisme ademde ons uit de ragen van den heer Hofstra tegen, et is waarlijk wat fraais, toen de ocialisten in de oppositie waren, iep hun mond van kritiek over. Nu ij aan het bewind zijn, mag nienand een lip meer tegen hen roeen. Nu huldigen zij den stelregel er oude regenten:Wat de heeren vijzen heeft een ieder maar te )ri)zen. En w^ee hem, die dit niet loet. hem moet de mond gesnoerd ;n mores geleerd worden — aldus Ie socialist Hofstra.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 april 1947
De Banier | 8 Pagina's