De Indische Aangelegenheid
Zoals onze lezers bekend is, , s er door onze regering, door bemidde-Img van de Commissie-Generaal, een nota gericht tot de regering van de Indonesische repubhek. Deze nota had min of meer het aanzien van een ultimatum, al was zij dan ook n eigenlijke zin van dit woord dit ni, t Zij had echter wel de vorm van een ultimatum, daar een antwoord van de republikeinse regering binnen 14 dagen geëist werd, In vele opzichten was deze nota aan de verlangens van de Indonesische regering zeer tegemoet gekomen. Zij ging toch veel meer uit van de naakte overeenkomst van Linggadjati dan van die, waaraan de restricties van de motie Romme-Naters van der Goes waren toegevoegd,
In weerwil van dat feit is het antwaard, dat de republikeinse regering op de nederlandse nota gegeven heeft, in hoge mate teleurstellend, Dit antwoord begon met de zaken geheel op de kop te stellen, 't Begon met een aemtal ongegronde op-en aanmerkingen aan het adres der Nederlanders te richten, welke goed en wel beschouwd niet anders dan harde, geheel ongemotiveerde verwijten waren. Onder meer werden de Nederlanders daarin voorgesteld als de eigenlijke ruzie-makers en onruststokers, terwijl de republikeinen hun handen in onschuld wassen. Deze onbeschaamde inleiding paste geheel bij de verdere inhoud van het Indonesische antwoord. Daarin werd toch vervolgens geëist, dat de Nederlandse tnoepen in zeer sterke mate terug getrokken zouden worden. Tevens werd verlangd, dat de Republiek, direct na de totstandkoming van een intei^im-Regering zich bij de buitenlandse mogendheden zou kunnen laten vertegenwoordigen en dat zij ook als dan direct haar afgevaardigden naar de organisatie van de Verenigde Naties zou kunnen zenden. En alsof dit alles nog niet ganoeg ware, werd er bovendien in het antwoord nog gevorderd, dat de Regering va*H de gezamenlijke Indische volken alzo ingericht zou worden, dat de Republiek van Soekarno daarin de boventoon zou kunnen voeren.
'" bijzonderheden afdalende merken wij ten aanzien van het antwoord der Republikeinse Regering het navolgende op. De Nederlandse Regering stelde in haar nota voor, dat de terugkerende eigenaren en anibte-^aren door een gemeenschappelijke gendarmerie beschermd zouden worden, maar het antwoord der repubhek wees dit voorstel met alle beslistheid af. Dit verlangde de beschermmg alleen m handen van de Republlkemse politie gelegd te zien De Nederlandse nota begeerde onvoorwaardelijke teruggave der bezit .^^é^'^-, , , , , ,
De Republiek stelde daarentegen: teruggave der bezittingen onder voorbehoud van nationalisatie De Nederlandse nota stelde, dat de gouvernementsbedrijven voorlopig weer onder het oude bestuur zouden komen. De Regering der Republiek wees dit echter bruutweg van de hand eisende, dat de Gouvernementsbednjven onder het beheer van de Republiek zouden komen, t Nederlandse standpunt m de nota was, dat de ontvoerden en gevané^nen onverwijld opgespoord en in vnjheid gesteld dienden te worden; dat van de Republiek in hun Mtwoord, dat de vrijlatmg van politieke gevangenen wel op bevredigende wijze zal geschieden. Zo werd de Nederlandse Regering op dit punt als al zovele maanden nu ook weer door de Republiek met een kluitje m het net gestuurd. Zal onze Regemng zich dit nu ook weer laten welgevallen? Zo zij het doet wat blijft er dan ten slotte van Nederlands aanzien en waardigheid over? Hebben de gevangenen nog niet lang genoeg - lan terreur en allerlei gruwelijke ellende blootgestaan?
De Nederlandse nota had vermindering van troepen toegezegd, indien de Republiek begon met een dadelijke en krachtige uitvoering van de Nederlandse eisen. De Republiek gaf ierop brutaalweg, kort en bondig, en antwoord, dat onmiddellijk met en vermindering der Nederlandse roepensterkte behoorde aangevanen te worden. Voor die verminde-d ring mocht de Nederlandse Regering geen enkele voorwaarde stellen. De Regering der Republiek toch verklaarde, dat die vermindering een „politieke en psychologische kwestie" is en dat zij „in volle oprechtheid en wederzijds vertrouwen" diende te geschieden. Daar hebben de mannen van Soekarno het nog al naar gemaakt, dat zulks in volle oprechtheid en wederzijds vertrouwen kan geschieden! Hoe hebben zij niet keer op keer gesloten verdragen geschonden! De inkt, waarmede het verdrag getekend was, was menigmaal nog niet droog of zij schonden het al. Hoe vele van onze soldaten zijn ondanks die verdragen dioor de Republikeinen niet verraderlijk verwond of vermoord! Wat hebben Soekarno en zijn aanhangers, al die verdragen ten spijt, al niet geroofd en geplunderd! Hoevele gruwelijke wreedheden, hoe vele brandstichtingen, hoe vele ontvoeringen, hoevele aanrandingen van hulpelioze mannen, vrouwen en kinderen hebben in strijd met de gesloten verdragen al niet plaats gehad! En dan nog te spreken van: „in volle oprechtheid en wederzijds vertrouwen!" Wat is dat anders dan een bittere hoon! Men moet wel een kalf in het hoofd hebben om aan zulke woorden ook nog maar enige de minste waarde te hechten, na al wat er geschied is van de zijde der Republikeinen. Wat wonder, dat de Republikeinse Regering onmiddellijk vermindering van de Nederlandse troepenmacht eist! Geschiedt zulks, dan krijgen zij geheel vrij spel. Dan kan zij ongehinderd voortgaan met haar gruweldaden. Dan kan zij ook haar volledige tyrannie uitoefenen Q^Q, . al de andere Indische volken, Dan kunnen die volkeren eerst naar hartelust door Soekarno de voet op jg „gk gezet worden. Dan is Soekar „o als een tweede Hitler volkomen heer en meester,
j^ het juiste licht beschouwd behoeft het dan ook niet de minste bevreem-^g ^^^ ^ Republikeinse antwoord de - eis stelde, dat het Nederlandse leger zich onverwijld uit de bezette steden op Java en Sumatra moest terugtrekken en dat de bezetting van die ^^^ _^ steden en gebieden, ha terugtrek y^g van het Nederlandse leger^door ^^ Republikeinse troepen of politie oest plaats vinden
e communistische actie spint bij dit lles garen. Onverpoosd gaat deze oor. Gedurig treffen wij vooraan-^aande communisten in gezelschap ^^ ^^ ^^^^^ ^^ Soekarno's Regeing aan. Zij hebben er belang bij, dat ië geheel los van Nederland komt ^ ^^^^^^ Jy^^ - ^ ^én van de harteensen van Moskou. Alle West-Euopese invloed, speciaal die van Neerland, dient uit Indië te verdwij-^^ p^^^ ^^^^ ^^^ ^j^ ^an Sovjet-^siand vervangen te worden. En aarvoor hebben leden van Soekaro's Regering een open oor. Ge-^^.^ ^^ verklaring van Dr. A. Ganl, e Indonesische minister van Econo-.^^^^ ^aken. Deze verklaarde toch: ^j-^^-^ ^^^^ geïnteresseerd bij Neerland of enig ander land van Euro-^^ i^ ^^^ , ^d land. Nieuwe ivilisatie zal in Azië heersen",
.T-^ n TVT j i j i r-let alleen Nederland, maar ook En-'^"4, ^^^ "^^ Verenigde Staten va^ menika mogen zich ^t voor gezegd ooiden Het staat buiten enige twij-^^ ^^f* dat boAqet-Kusland er alles °P zft om m Indie zijn volledige in-^^^d te laten gelden. Daar wijst al-^^ °P-V^, *^ l-^°"ding, welke de ommunisten hier te lande ten aan
^^^^ ^^^ ^°die aannemen, et zou een hele streep door de reening van Amerika zijn indien zulks e communisten, metterdaad gelukte. ook zou alsdan Indië onherroepelijlj voor Nederland verloren zijn. Al he| ie traineren van onze Regering werk zulks wis en zeker sterk in de hanj, Het is dan ook hoog tijd, dat aan a] het dralen en aan heel de besluit? loosheid onzer Regering een einds komt. Er staan toch ontzaggelijk gro-, te belangen op het spel. Niet alleej' voor Nederland en Indië, maar ooïl voor heel de wereld. Een Indië, met de communisten gemene zaat' maakt, is een gevaar te meer voor de wereldvrede.
Welke beslissing zal onze Regering ten slotte nemen. Wel heeft het in de pers verluid, dat zowel de Rege. ring te Den Haag als die te Batavia 't antwoord van de Republiek onbe vredigend achten. Kan men echter, op die berichten afgaan? Zijn zij eea juiste weergave van de stemming welke er in de boezem van laatstge noemde Regeringen heerst. Op het ogenblik weten wij zulks niet. Ook kunnen wij .t ogenblik niet afwach ten, waarop zulks kenbaar gemaakt wordt.
Wilden wij het moment afwachten, waarop zulks kenbaar gemaakt wordt, dan zou De Banier stellig niel op tijd kunnen verschijnen. Daarom is het op dit ogenblik nog raden en gissen. Wel heeft de Regering in haar Nota verklaard, dat het antwoord il van de Republikeinse Regering ja oi neen moest zijn en dat, indien dit antwoord onbevredigend was, zij een andere weg in zou slaan. Zal dit metterdaad ook het geval zijn? Van Re B geringswege is aangekondigd, dat Dr, J van Mook op zijn post als Luiten ant-Gouverneur-Generaal gehandhaa 'y| blijft. De leden van de Commissie-! Generaal, Prof, Schermerhorn en dej heer van de Poill zijn weer in Indii iël teruggekeerd. Zullen zij niet advise ren om nogmaals te onderhandelen? '7 Wie zal het' met volle zekerhe dl kunnen zeggen? Het heet dn kringen die het weten kunnen, dat de leden van de Commissie-Generaal, toen zi] % kortelings geleden naar ons land teruggekeerd waren, de'mening waren l toegedaan, dat onzerzijds militair op getreden moest worden, maar dat Prof. Schermerhorn na een onder houd me; t zijn politieke vrienden hier te lande weer van inzicht veranderd is, Hoe eigenlijk de vork in de steel zit, kunnen wij niet zeggen. Wel ech ter, dat vrijwel de gehele Nederlandse pers, communistische en de links geoniënteerde socialistische bladen uitgezonderd, het antwoord van de Regering van de Republiek onbevredigend acht. En dit is hei ook, zelfs in hoge mate. Maar de grote vraag is, of onze Regering en de Commissie-Generaal ook van dat gevoelen zijn. Het is mogelijk, dat zij in het antwoord het een of ander punt of verschillende punten vinden, waarin zii aanleiding vinden om de onderhandelingen weer te hervatten, Onze Regering en de Commissie-Geneiaal hebben al zo veel geslikt eii al zo vele capitulaties aanvaard, dat ter hunner opzichte alle gevallen denkbaar zijn. Te meer nog, daar volgens de. laatste berichten, de heren Schermerhorn en van de Poll, in tegenstelling met Dr. van Mook van mening zijn, dat bij een verdere onderhandeling met de Indonesiërs een overeen temming niet onmogelijk is. Volfjens ie berichten schijnen genoemde heen over te hellen tot de mening, dat een bespreking met de Republikeine delegatie op klorte termijn ove; e duidelijke geschilpunten wenseijk is. Die geschilpunten zijn anders iet gering. Behalve de reeds geoemde en andere, die wij, om ons rtikel niet al te lang te maken, niel ullen nioiemen, bestaat er nog een oot geschilpunt over de souvereil teit. Het Nederlandse standpunt dat gedurende het overgangstijd-; rk tot aan de definitieve vorming m een Nederlands-Indische Fede-^tie onder eigen Regering de Souve-; initeit van Nederland gehandhaafd ijft en dat de Gouverneur-Generaal JU bijaondere positie met beslissen-3 bevoegdheid heeft. De Republiek 'il echter van het een noch het anere iets weten. Zelfs het woord Neerlands-Indonesische Unie komt in It Republikeiinse antwoord niet oor. Nochtans is het niet onmogejk, dat er alsnog onderhandelingen assen de Oommissie-Generaal en ua idische delegatie plaats vinden Wgens een Reuter-bericht zou er iaterdag 14 Junji nog een vergadeing van enkele leden van de Indiche delegatie plaats hebben, welke ergadering verdere besprekingen net de Commissie-Generaal zou oeren. Ook circuleren er berichten de pers over Amerikaanse en Eni^'^^ bemiddeling. Of deze geruchen op waarheid berusten, valt moer iik uit te maken. Zoals zo vaak blijft fivachten ook thans weer de boodohap. Hoe het look zij, er dient stelle op zeer korte termijn aan al die derhandelingen, die niets opleveen en voor Nederlands gezag zeer ichadelijk zijn, een einde te komen, «rant zoals het tot op de dag van helen gegaan is, is het van kwaad tot rger gegaan.
^.. , , , , °^) "®^ ^^^ perse gaan van ons blad 'sreikte ons het bericht, dat de Par tij-raad van de Partij van de Arbeid "^^^ algemene stemmen in zake Indië ^ haar laatst gehouden vergadermg 'eslioten heeft van de Regering te
''i'agen: Hernieuwd contact, om te pogen 'mtrent de meest dringende punten ^^^^°é op korte: termijn tot een reultaat mltaat te geraken;
, - -' ^^^ onderwerpen van de daar ifoor vatbare punten van het geschil '^" ^^" uitspraak, overeenkomstig iet accoord van Linggadjati,
Duidelijke maatregelen, geschikt om de ernstig verstoorde vertrouwenssfeer te herstellen.
Tevens wordt onder meer aflossing van Nederlandse troepen en zo spoedig mogelijk van de troepenmacht in Indië door de Partij-raad gevraagd.
Dit bericht, alsook het later ingekomen bericht dat er tussen de leden van de Oommissie-Generaal, de heren Schermerhorn en van de Poll, met Dr. van Mook geen verschil van opinie bestaat, wekt bij ons sterk het vermoeden op, dat de Regering er toe over zal gaan om nogmaals met de Regering van de Republiek van Soekarno in onderhandeling te treden, al bestaat op dit punt op dit ogenblik althans geen volkomen zekerheid.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juni 1947
De Banier | 10 Pagina's