OP WIE DE HEERE ZIET
maar op deze zal Ik zien, op de arme en verslagene van geest, en die voor Mijn Woord beeft. Jesaja 66 : 2b
)ns volk beeft niet voor het Woord les Heeren en daar ligt dan ook de )reuke van Neerlands burgerstaat, .en breuke, zo diep als de zee. Om Ie verwerp'ug van Zijn Woord deed > n doet de Keere beven , rechtvaarliglijk onder bange gerichten en is lip hand niet de roede nog uitgestrekt.
In het staatkundig en maatschappeijk leven wordt (óók door de overlaid) niet gevraagd naar Gods inettingen; de paden van het goddeijk recht worden niet bewandeld; de vegen (óók in het regeren des lands) vorden niet wel aangesteld, conform }ods Wet en getuigenis, naar eis ran het heilig gebod. En verre is het 'an daar, dat de Overheid optreedt Is de , .Voedsterheer der Kerke /hristi om te mainteneren de ware ereformeerde religie".
De inwoners des lands breken de onden niet af door gerechtigheid; ebben gemaakt en maken nog de vertredens meerder, in spijt van de oeden, door God gehanteerd en cilus wordt getergd Zijn lankmoedigeid.
!en stroom van ongerechtigheden eett de overhand op land en volk; loeken en zweren, liegen en bedrieen, de eigen werken des duivels, alïrlei schandelijkheden en gruwelen lp zedelijk gebied, huwelijksschenis, echtscheidingen, diefstal en coruptie zijn aan de orde van de dag jods dag, de dag des sabbaths, TOrdt misbruikt voor de dienst der londe, voor: de „sportverdwazing", ler-en derwaarts reizen en trekken; eeg zijn de kerken en vol de bios-: open; Gods dag wordt besteed in de )laatsen der ijdelheid bij film en lans om uit te leven het vlees, dat )egeert de ijdele vreugd in des bo : en tent.
Niet volk is wars van het beven voor iet Woord des Heeren; Gods geboien worden vertrapt bij het voort-'aren in het indrinken der ongeechtigheid als water; daardoor zijn and en volk in groot gevaar zich ijp te maken voor nieuwe verderende gerichten Gods.
Rechtvaardig is verdiend de verwoesting van Neerlands wijngaard, Ie ondergang van onze kerk-en lurgerstaat.
n deze dagen van wereldwee en in •nze tijden, die zwaar zuchten on-'er de gevolgen van de oorlogsgeel, die over de wereld en over ons md is getrokken, heeft de Hcere nog en twist met Nederland.
Och, of er komen mocht een invallen oor God, een beven voor het i^oord des Heeren. e Heere heeft bekend gemaakt, o lens! in Zijn Woord wat goed is; en 'at eist de Heere van u, dan recht te doen en weldadigheid lief te hebben en ootmoediglijk te wandelen met uw God?
De stem des Heeren roept tot het volk van Nederland; Hoort de roede en Wie ze besteld heeft! Tot de Wet en de Getuigenis! Zo ze niet beven voor en niet spreken en handelen naar dit Woord, het zal zijn, dat ze geen dageraad zullen hebben.
Het heil is ver van 't goddeloos geslacht, Dat, gans vervreemd van deugd en reine zeden. De inhoud van Uw wetten niet betracht.
De Heere zoekt het beven voor Zijn Woord, eist dat Kerk en Staat, wij allen zonder onderscheid, zullen letten op Gods Waarheid, altoos zullen zetten het hart op Zijn leer en hel heilig recht van Zijn getuigenis.
En al wie beeft voor des Heeren Woord, behaagt Gode. Want alzo zegt de Heere: Op deze zal Ik zien! Die voor mijn Woord beeft. Dat is het derde kenteken van het volkske der verkiezende liefde Gods.
Gods Kerk heeft kennis aan een heilig beven en ontzag voor het Woord van God, dan, wanneer de Wet ge tuigen komt van Gods heiligheid en gerechtigheid, alles uit de hand slaat, veroordeelt, vloekt en verdoemt .en ; eeuwig omkomen dreigt.
Doch ook dan wordt bevindelijk doorleefd een heilig beven der ziel, wanneer het evangelie wordt ontsloten, de vrije genadeweg der verlossing wordt ontdekt en door de toepassende daad des Heiligen Geestes wordt toegeëigend de gewisse belofte, dat voor zulk een snood en goddeloos rebel de Heere Jezus zal zijn de Borg en Zaligmaker.
O, blijde zielsontroering, wanneer de ziel er toe wordt verwaardigd, dat de hemel overkomt om te doen smaken de kracht en de vrucht van het borgwerk van Christus en Golgotha's kruisoffer.
Voorts wordt doorleefd een beven in de ziel, wanneer op het hart komt te wegen de vreze Gods, de tedere bezorgdheid om niet te zondigen en de toorn des Heeren te verwekken; wanneer aan de consciëntie wordt gelegd het woord: Wat Gods bevel ons zegt. Vertoont ons 't heiligst recht En kan geen kwaad gedogen.
De levende Kerk (welgesteld) beeft voor het Woord des Heeren, voor Gods Wet als regel der dankbaarheid; zij heeft de hartewens naar de keuze des nieuwen levens en der wedergeboren ziel, de Heere te dienen welbehaaglijk, met eerbied en godvruchtigheid; want'-God is een verterend vuur.
Al wie door genade kennis heeft aan het beven voor Gods Woord, zal naar Wet en Evangelie horen met heilig ontzag en kinderlijke vreze. Het Woord Gods is het Schatboek der Kerke Christi, het dierbare brood harer ziel, haar troostbron; van harte wordt ingestemd met Hiskia: Heere, bij deze dingen leeft men en in dit alles is het leven mijns geestes.
Welzalig, die bij dagen en bij nachten Gods wil bepeinst en Hem als 't hoogste Goed Van harte zoekt met ingespannen krachten, Die wars van 't kwaad, niet in de zonde leeft, Maar zijne gang bestiert naar 's Heeren wetten.
St.-M.dijk.
DE BRES
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 augustus 1947
De Banier | 8 Pagina's