Voor Oud en Jong
IX.
Voorts bevond ziich in de pijnkamer van het blokhuis een ijzeren fornuis, waarin ijzers en tangen gloeiend gemaakt konden worden. Er waren ook geselroeden, schroeven, t-angen in alle vormen, kortom alles wat helse wreedheid kon uitdenken om een mensenlichaam te pijnigen, Aan het boveneind van de kamer stond een hoge zetel met lagere zitplaatsen daaromheen. Op de hoge zetel nam de voorzitter der inquisitie plaats, op de andere zitplaatsen de bijzitters, waaronder enkele geestelijke heren. Voor de hoge zetel werden de gevangenen geplaatst. Zo geschiedde het ook met Elisabeth, die geboeid de pijnkamer werd binnengeleid.
Dat haar bij het binnentreden een rilling door de leden ging, is te begrijpen. Dat de zucht in haar hart leefde: „O Heere, ondersteun en sterk mij", is waarlijk niet te verwonderen!
De eerste vraag, die haar voorgelegd werd, was een verklaring harerzijds, dat zij niets dan de volle waarheid zou zeggen, Elisabeth antwoordde hierop zonder aarzeling toestemmend.
Bezweert gij ons, vroegen de rechters, dat ge geen man hebt? tiet staat ons niet vrij te zweren, was haar antwoord. Ónze woorden woeten naar 's Heilands gebod zijn: ja, ja en neen, neen. Maar ik ver klaar u'naar waarheid, dat ik geen man ig heb.
Gij zijt een lerares, die altijd over Christus spreekt en vele lieden verleid hebt. Wij weten wel wie uw vrienden zijn. Gij kunt ze ons gerust noemen en als ge dat doet, kunt ge hen niet schaden en uzelven bevoordelen.
Mijne heren, mijn God heeft mij geboden, dat ik Hem zal liefhebben boven alles; dat ik mijn ouders zal eren, maar ook mijn naasten liefhebben als mijzelven; daarom wil ik u ndet zeggen, wie mijn vrienden zijn; dat ik om de Naam des Heeren lijden moet, strekt helaas! mijn ouders en vrienden naar den vlese niet tot eer!
Dat weten wij wel! Maar noem ons de namen van hen, die gij geleerd hebt.
O neen, mijne heren! Vraag mij daar niet naar; die kan en mag ik u niet noemen. Vraag mij liever, wat ik geloof, dan zal ik u antwoorden. Een verraderes wordt ik nimmer.
Dan zullen wij het u wel zo maken, dat gij klappen moet. bang
Daarvoor zal God mij bewaren. Ik hoop met Zijn hulp mijn tong te bewaren, dat ik nooit de verraderes wordt en nooit mijn broeders en zusters overlevere tot de dood.
Wie waren er bij toen gij gedoopt werd? Want dat gij gedoopt zijt, weten wij zeker.
De Heere zeide: Vraag het degenen, die het gehoord hebben of die er bij waren. Datzelfde Eintwoord geef ik u.
Gij wilt u dus aan Christus gelijk maken? Nu weten wij zeker, dat gij een lerares zijt! Het zij verre van mij, mij aan die zonde schuldig te maken en mij met mijn Heiland gelijk te stellen, want ik acht mijzelve niet hoger dan het uitvaagsel, dat uit het huis des Heeren wordt weggevaagd.
Houdt gij onze katholieke kerk dan niet voor het huis Gods? Wat raoemt gij het huis des Heeren?
Neen, mijne heren! Uw kerk is het huis Gods niet! Want er is geschreven: Gij zijt de tempel van de levende God, zoals de Heere ze, gt: Ik zal in het midden van u wandelen en zal u tot een God zijn.
Wat denkt gij van onze mis? Van uw mis houd ik niet, maar ik bemin alles, wat met Gods Woord ovreen komt.
Wat denkt gij van het hoogwaardig heilig sacrament?
In mijn leven heb ik in de Heilige Schrift niet gelezen van een heilig sacrament, wel van het Avondmaal des Heeren, Hierbij voerde zij enige bewijsplaatsen uit Gods Woord aan. Zwijg! De duivel spreekt door uw mond!
Ja, mijne heren, zo werd de Heere Jezus Zelf ook beschuldigd en een dienstknecht is niet meerder dan zijn heer.
Gij spreekt met een geest! hoogmoedige
Neen, mijne heren, ik spreek mijn mond! met
Wat denkt gij over de kinderdoop, daar gij uzelf hebt laten herdopen? Ik ben niet herdoopt, heren! Ik heb mij wel laten dopen op mijn geloof, want er staat geschreven, dat dé gelovigen de doop toekomt.
Zijn onze kinderen dan verdoemd, omdat zij gedoopt werden? Ik zal mij wel wachten de kleine kinderen te oordelen. Het oordeel komt alleen de Heere toe en geen mensen!
Zoekt gij uw zaligheid niet in doop? de
Neen, mijne heren! Het water des Doops kan de zonden niet afwassen en evenmin ons zalig maken. De zaligheid is alleen in Christus en Hij heeft mij geboden; God lief te hebben boven alle dingen en mijn naaste als mijzelf!
Hebben de priesters geen macht de zonden te vergeven?
O neen! Christus is de enige Hogepriester, om wiens verdiensten de zonden vergeven worden, maar door God alleen, door die God, tegen Wie wij gezondigd hebben.
Gij beroept u altijd op Gods Woord, Gelooft gij ook de heilige Jacobus? Zeer zeker, geloof ik hem.
En hij zegt: Gaat tot de oudste der gemeente, dat hij u zalve en voor u bidde!
Maar mijne heren! Ge znlt toch niet beweren, dat gij van die gemeente zijt.
De Heilige Geest heeft u al zaljig gemaakt, nietwaar? zeiden de rechters spottend. Gij hebt geen biecht of sacrament meer nodig!
Neen, dat heb ik ook niet, was het antwoord. Ik beken, dat ik de bevelen van de paus overtreden heb, die de plakkaten des keizers bevestigd heeft; doch bewijs mij in enig artikel, dat ik tegen de Heere en Zijn Woord heb overtreden, dan vdl ik wee, , wee roepen over mij, arme mens en mij in zak en as voor God verootmoedigen.
opening der zitting des middags te 1 uur aanwezig. Het waren de in Den Haag wonende of aldaar tijdelijk verblijvende Kamerl& den, Zelfs uit Delft viel die dag Den Haag niet meer te bereiken. De gruwelijke inval der Duitsers had dit onmogelijk gemaakt. Des morgens, een morgen, die wel geen Nederlander, die hem beleefd heeft, ooit zal vergeten, hadden 'da Duitsers al heel vroeg uit de lucht op onze vliegvelden en andere plaatsen hun parachutisten neergelaten, ook in de buurt van Den Haag,
Met dit artikel wordt dan de beschrijving van de geschiedenis van de S, G, P, afgesloten. De latere geschiedenis is algemeen bekend. Wij wensen in het vervolg tot bespreking van de beginselen der S.G, P. over te gaan.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 oktober 1947
De Banier | 8 Pagina's