Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Beginselen der Staatkundig Gereformeerde Partij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Beginselen der Staatkundig Gereformeerde Partij

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

De naam der S.G.P. I.

Voor Studie en Leidraad

Alvorens ons te begeven-tot de bespreking van beginselen en program der Staabkundig Gereformaerde Partij wensen wij' te haaidelen over de naam dier Partij,

Deze is zo maar niet willekeurig gekozen, niet een naam zonder zin of betekenis. Integendeel! Hij is van de hoogste betekenis, daar hij het wezen dier Partij uitdrukt en heel haar gedragswijze bepaalt,

In dit opzicht veel meer zeggend dan de naam „Christelijk-Historisch" of „Anti-Revolutionnair",

Met de naam „Anti-revolutionnair" wiordt uitgedrukt, dat de partij, welke hem voert, zich tegen de revolutie, met name legen da Franse revolutie, haar staatsrechterlijk en sociaal systeem keert. Doch daarmede is niog niats in positieve zin gezegd. Verschillende personen, die nimmer tot de Antli-revolutionnaire Partij beihoord hebben, hebben dit eveneens gedaan. Ook zijn er richtingen en stromingen aan te v/ijzen, die buiten het verband der Anti-revolu-' tionnaire Partij staande, zich mat stellige beslistheid tegen het staatsrechterlijk en politiek systeem der Franse revolutie gekeerd hebben.

Onder meer heeft het Haagse Dagblad, het lijfblad van de voormalige Conservatieve Coalitie, in vroegere jaren in onderscheidene artikelen de beginselen der Franse revolutie scherp bestreden. Dit zelfs dermate, dat eenmaal in zijn kolommen te lezen stond, dat de beginselen dier revolutie onze schan'de waren, ons volk ten vloeik strekten en als on­ Nederlands van onze bodem verbannen 'diende te worden. En niet minder krachtig en beslist zijn revolutionnairen als Marx, Proudhon en Bakoenin tegen het staatsrechterlijk en sociaal systeem dier revolutie in verzet gelkomen, terwijl het nationaal-sociaJisme een gezworen afkeer tegen de gronidbeginselen < lerzelve in het hart droeg.

Daarom zal elk onbevooroordeeld beoordeier het ons dan ook onvoorwaardelijk moeten toegeven, dat de naam „Anti-revolutionnair" op zichzelf beschouwd al bitter weinig concreets, 'stellig niets bepaalds, integendeel, mear negatiefs dan positiefs inhoudt, dewijl onderscheidene personen en verschillende richtingen eveneens niet met de grondbeginselen der Franse revolutie • acooord zijn gegaan.

Anti-revolutionnair kan m zeker opzicht een r.tk, , een marxist, een commimist en een conservatief zijn.

Met de blote naam , , Aiiti-revoluliooinair" kan men nog alle kanten uit, zoals de praktijk dit metterdaad ook bewezen heeft. Daaronder kan zo veel van gans onderscheidene gading en richting begrepen worden.

Met de naam „Christelijk-Historisch" staat het wel enigszins anders. Deze heeft wat meer positiefs, wat meer belijn'ds in zich, in zo verre men „Christelijk" tegenover „humani'teitsbegrip" stelt, zegt het iets meer-

Doch ook nog maar weinig. Wat toch wordt al niet in onze dagen onder het woord „Christelijk" begrepen en wat heeft men daaronder in de loop der eeuwen al niet verstaan. De Ariaan, ofschoon hij de eenswezendheid van God de Vader en God de Zoon loochende, noemde zich bij voorkeur „Christelijk", ja, wilde zich zelfs aangemerkt zien als de enige en zuivere vertegenwoordiger van de „Christelijkheid". En zegt menige humanist, die louter uit het humanistisch beginsel leeft, vooral niet, dat hij deswege tot de heidense levensbeschouwing is wedergekeerd, want zo gij zulks tegenover hem doet dan zal hij u ten scherpste bestrijden. Zelfs de openbare loochenaars van het eeuwige en enige Zoonschap van de Heere Jezus Christus zegt dat hij even „Christelijk" is" en denkt a's degene, die de Christus der Schriften belijdt. Te recht heeft mr. Groen van Prinsterer eenmaal geschreven, dat naar mate het woord , , Christelijk" meer in zwang kwam, er des te muider van de Chi'istus en Diens leer in het woord „Christelijk" te vinden was. Ook onder de benaming van „Christelijk" heeft zich te allen tijde •en wel in het bijzonder in onze dagen van Babylonische spraakverwarring zoveel aangediend, dat verre van , , Christelijk" was, ja, dat zelfs meermalen geheel indruiste tegen hetgeen Chistus geleerd had. Daarom is ook deze naam tot een weinig, vaak in het geheel niets zeggende benaming geworden, Menigwerf zelfs tot een aanfluiting van het waarachtige Christendom, vooral in onze tijd, waarin alles „Christelijk" is, wat de klok slaat en de Christelijke vlag zo gedurig m^oet dienen om een anti-Christelijke lading te dekken; ja dikwerf misbruikt wordt om daar onder allerlei anti-Christelijke leer, te drijven en allerlei goddeloze daden en Gode-onterende handelingen te bedrijven.

Ook ten aanzien van het woord , .historisch" staat het weinig anders-Men behoeft toch niet bij de Christelijkhistorische Partij aangesloten te zijn om het recht der historie te eerbiedigen. Men kan zelfs in zekere mate het recht der historie .erkennen en bij de voorgeslachten tér schole willen gaan en in de loop der historie niet de bestiering van God almachtig, niet het werk van de Schepper en Onderhouder, maar de arbeid en het bestuur van het schepsel geprezen of afgekeurd willen zien. Men kan zelfs bij de dingen, die men ziet en bij de feiten en verschijnselen van het verleden zweren en daaruit in geheel materialistisclie zin de conclusies getrokken willen ihebben.

Hebben de namen , , Anti-revolutionnair" en „Christelijk-ihistorisch" uit de aard der zaak altijd iots negatiefs, iets onbepaalds, iets zwevends in zich, met de naam , , Staatkundig Gereformeerd" is het gans anders gesteld. Deze naam is van veel positiever en veel megr belijnide aard. Dit heeft, vrij uit gezegd, zijn voor en zijn tegen.

Bij vele zwevende geesten is de naam „Staatkundig Gereformeerd" alleen reeds voldoende om hen de schrik op het lijf te jagen en hen met een sterke aversie tegen de partij, welke deze naam voert, te vervullen^ Het heeft daarin zijn voor, dat men direct bij het horen van de naam veel beter en nauwkeuriger kan weten, wat onder die benaming te verstaan zij. De r, k, en met hen zo vele anderen kumien te recht of ten onrechte pretenderen, dat ook zij van Anti-revolutionnaire of Christelijkhistorische professie zijn, maar met de naam Staatkundig Gereformeerd wordt hun de pas daartoe van meet af aan afgesneden-

Met de naam Staatkundig Gereformeerd wordt beleden, dat een Staatkundig Gereformeerde zich onvoorwaardelijk aan de eenmaal uitgesproken belijdenis der Reformatie wenst te houden en deswege de souvereiniteit Gods op elk terrein des levens zonder enig beding of voorwaarde geëerbiedigd wil hebben. Daarbij valt niet te marchanderen, te knoeien en te konkelen, geen koehandel te drijven, zoals onder de benaming van Anti-revolutionnair of Christelijk-historisch zeer wel mogelijk is en ook metterdaad geschiedt. Dit wordt niet gezegd uit verwaten hovaardij of uit gevoel van een verdwaasde inbeelding, alsof een Staatkundig Gereformeerde van zich zelf geen zondig mens ware, die de val van Adam ontkropen zou zijn en alsof hij niet van ogenblik tot ogenblik voor zonde en misslag en allerlei kwade praktijken door goddelijks genade behoefde bewaard te worden, maar toch al bekennen wij zonder enige restrictie, dat ook hij door Adams val in zonde geboren en in ongerechtigheid ontvangen en deswege door zijn verdorven aard onbekwaam tot enig goed en geneigd tot alle kwaad is en ook hij zonder wedergeboorte het Koninkrijk Gods niet zal zien, nochtans neemt dit allerminst weg, dat de naam Staatkundig Gereformeerd van veel positiever strekking en veel belijnder is dan de namen Anti-revolutionnair en Christelijk-historisch en dat hij naar aller onmiddellijk besef veerkrachtifjer en klemirffender is.

Zo iemand u zegt: „Ik ben Staatkundig Gereformeerd", dan weet gij terstond wat gij^aan hegp. op staatkundig terrein hebt, terwijl gij bij „Antirevolutionnair" en „Christelijk-historisch" nog immer over vele dingen in het onzekere blijft, zodat ge nog altijd een vraag op de lippen over houdt.

Er is, laat ons het niet verzwijgen, meer moed toe nodig om Staatkundig Gereformeerd te zijn dan om Anti-revolutionnair of Christelijk-historisch te wezen!

Gewis, als gij beleidt Anti-revolutionnair of Christelijk-historisch te zijn, dan wil men u nog met een zeker respect aanzien; dat willen de lieden dezer eeuw u nog wel laten. Maar komt gij er openlijk voor idt, dat gij Staatkundig Gereformeerd zijt, dan ziet men u in zekere kringen van dat ogenblik af met de nek aan en zijt gij heelwat in hun achting en schatting gedaald, ja, willen velen zelfs amper met u van doen hebben en, nog al erger, dan zijn niet weinigen er op uit om u in uw goede naam en eer te treffen, door u zo veel mogelijk met leugen en laster te achtervolgen, desnoods u in uw bedrijf en nering te treffen, ja, dan komt het zelfs voor, dat men u openlijk op de straat najauwt.

De S.G.P, is nog immer een part-j, welke men met lust en liefde bij de andere partijen ten achter stelt, op wier onderdrukking en vervolging, kon het zijn op wier vernietiging, valen het toeleggen, Hoe gaarne verzwijgt men in tal van bladen hetgeen hun woordvoerders in enig openbaar college spreken, ja, men ziet er meermalen zelfs indet tegen op om van het gesprokene een geheel verdraaide of bespottelijke weergave in de kolommen op te nemen-Daarin is de S, G, P, al jaren lang zelfs bij de communisten ten achter gesteld.

Al die kwade bejegeningen, al dat openlijke minachten en verachten, die onverholen lust om de S, G, P, te treffen waar het maar even kan, al die laster en verdachtmakingen waarmede men haar en haar leden nog maar gediu-ig achtervolgt, dat najauwen tot op de publieke straat toe, zoals zich dat nog bij de laatste Tweede Kamerverkiezinigen heeft voorgedaan, is voor een groot deel reeds te verklaren uit de naam, die de partij voert. Die naam toch wekt, enkel als men hem maar hoort uitspreken, gramstorigheid en haat, wrevel en vn-ok, diepe minachting en verachting bij velen op. Hij herinnert hen aan een Synode, welke men in den lande zo zwart mogelijk in tal van kringen heeft afgeschilderd, namelijk aan de vermaarde Synode van Dordrecht van 1618 en 1619 en haar leerstellingeft. Vandaar, dat men al betrekkelijk heel spoedig na de oprichting van de S-G.P. over een S.G.P.er smadelijk kon horen spreken, dat hij 300 jaren te laat geboren was.

Die naam toch zegt reeds zo veel, spreekt er van, dat de S.G.P. op het voetspoor der vaderen overeenkomstig het onveranderde artikel 36 van de aloude Nederlandse Geloofsbelijdenis overheid en «onderdaan terug wil roepen tot de onderhouding van Gods Wet, dat zij voor het welvaren van land len volk onvoorwaardelijk noodzakelijk acht, dat de Regering Gods Woord en Wet tot regel en richtsnoer van haar Regeringsbeleid stelt en dat zij deswege getuigt: Land, land, land, hoor des Heeren Woord.

Zo iets kunnen en willen de mannen van onze dus(genaamde verlichte eeuw onmogelijk verdragen. Dat wekt evenzeer de ergernis en de tegenstand van allen op, die van Rome's bijgeloof het heil verwachten en heel Nederland maar liefst zo spoedig mogelijk weder onder de pauselijke vlag gebracht willen zien, Dat willen al evenmin gezegd en gehoord hebben de zo velen, die ten onzent een jammerlijke materialistische levenswijze huldigen en ook ai niet degeneü. die uit het beginsel van , .elck wat wils" leven en al evenmin degenen, die de trouwe aanhangers van een verwaterd Christendom zijn-De naam Staatkundig Gereformeerd is dan ook alleen reeds velen een scherpe doom in het oog.

Daarenboven willen talloos velen er maar liefst niet van horen, zelfs gans niet van gesproken hebben, dat in de jareö, waarin ons land naar de beginselen der S, G, P. geregeerd en bestuurd werd, de jaren der glorie van ons volksbestaan geweest zijn.

Wat een feit is, wil men niet als een feit erkennen. Dat feit moet verzwegen, desnoods met alle middelen ontkend worden. Dat feit mag onze jeugd op de scholen niet geleerd worden. Dat feit moet . voor heel ons volk verborgen gehouden worden. En nochtans een feit is het, dat Nederland, hoe klein het ook was, aan de spits der volken stond en dat het op ieder gebied en elk terrein van menselijke arbeicf van menselijke studie en van menselijk leven, toen het grootst en het edelst was, toen het onder vigeur van het ongewijzigde artikel *36 van de Nederlandse aloude Geloofsbelijdenis geregeerd werd en Jeefde-

Heel Europa, vriend en vijand, erkent aan de hand der historie, dat wij destijds' in alle takken van nijverheid, zelfs op het gebied van kennis en wetenschap in de eerste nj der volkeren stonden en alle rangen en standen des volks een grote welvaart genoten.

Alleen is het reeds daarom uiterst gewenst, dewijl de S, G.P, een staatkundig streven najaagt, dat Nederland eenmaal onder Gods gunste in zulk een ongehoorde macht en aanzien bracht, dat wij enkele atikelen aan haar naam wijden, dewijl deze van zo grote betekenis is, omdat hij mede de drager van een groot verleden is en omdat die naam van zo veel zeggende betekenis is, dat wie hem noemt, daarmede tegelijk een vertolking van het innerlijk zijn en streven der partij uitspreekt en tevens daarmede te kennen geeft, welke doeleinden zij zich voorstelt en najaagt en volgens welk richtsnoer zij deze hoopt en tracht te bereiken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 oktober 1947

De Banier | 8 Pagina's

De Beginselen der Staatkundig Gereformeerde Partij

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 oktober 1947

De Banier | 8 Pagina's