Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenlands Overzicht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenlands Overzicht

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie meent, dat de wereld het zeer wel zonder God, Diens Woord en Wet, kan stellen en alzo opperbest kan bestuurd worden, die zie eens om zich heen en sla eens acht op datgene, dat er heden ten dage op het rond der wereld plaats grijpt. Humanisten en revolutionnairen hebben om strijd beweerd, dat, indien de wereld slechts overeenkomstig hun inzichten bestuurd werd, de aarde welhaast een. paradijs voor haar bewoners zou worden. Welnu, de wereld wordt thans voor verre­ weg het grootste deel naar hun inzichten bestuurd en wat ontwaart gij schier anders dan ellende en jammer, onrust en onvrede? In Sovjet-Rusland en in zijn vazalstaten is een iegelijk, die het waagt om in het openbaar zijn lippen ook maar tegen de regering aldaar te roeren, zijn leven niet meer zeker. Aldaar heerst de vreselijkste tyrannie, die zich maar denken laat. In het overige deel der wereld treffen wij de jammer en de ellende in een andere vorm aan. Aldaar wordt de bevolking geslagen door de gesel van armoede en gebrek. Gebrek hier en gebrek daar aan, ja, gebrek aan tal van artikelen, die men voor een behoorlijk levensonderhoud feitelijk niet missen kan. Dit is zelfs in het eertijds zo rijke en machtige Engeland het geval. En wat het overige deel van Europa betreft, hoe gist en kookt het daarin! In Duitsland hooggaande ontevredenheid en met geweld onderdrukte onrust. Zelfs in landen waar men dit nog zo zeer niet zou verwachten, gist en kookt het op een onrustbarende wijze. Zo is er op het ogenblik in het vroeger zo rustige en vredige Finland een opzienbarende staking uitgebroken. Niet minder dan 50.000 rijksambtenaren zijn aldaar tot staking overgegaan, met gevolg, dat er in dat land een geweldig ongerief is ingetreden. Dit be» hoeft niemand enige verwondering te baren, daar meer dan de helft der rijksambtenaren aan de staking deel nemen. Zo is het ook te verstaan, dat er in de haven van Helsinki tal van schepen liggen, die niet kunnen uitvaren, omdat het aan ambtenaren ontbreekt om de scheepspapieren in orde te brengen. Ook zijn er de telefoon en telegraafkantoren door de stakers verlaten. Het één en het ander heeft de Finse regering aanleiding gegeven om de politie ot) te dragen die kantoren, waarin het werk is neergelegd, te bezetten, terwijl zij ook een mobilisatie-bevel heeft uitgegeven, op grond waarvan 10.000 stakers gedwongen zullen worden om het werk te hervatten. Hoe ernstig deze staking, op zichzelf

Hoe ernstig deze staking, op zichzelf ook moge zijn, toch is zij nog maar kinderspel vergeleken bij hetgeen er thans op het gebied van staking in Frankrijk voorvalt. In dat rijk hebben ruim 2 millioen man het werk neergelegd. Men kan zich gemakkelijk voorstellen, welk een ontzaggelijke wanorde en ongerief daardoor in het publieke leven wordt veroorzaakt, als ook welk een schade daardoor wordt belopen. Het één staat toch nauw met het andere in verband. Heel het economische leven dreigt er totaal door ontwricht te worden. En dit niet alleen. Alle vitale diensten van het land werken met vertraging of in het geheel niet. Met gevolg, dat de voedselvoorziening in de grote steden hoe langer hoe meer in gevaar komt. In verscheidene Parij se bakkerijen is op het ogenblik, dat wij dit schrijven, geen brood meer te bekomen. Kennelijk is het doel van de communistische partij, welke er nu openlijk voor uitkomt, dat zij met de stakers één lijn trekt en hen steunt, het verkeer lam te leggen. Op haar aandrijven toch is er een landelijk stakingscomité opgericht, dat onder leiding van één der communistische voormannen staat. Dit comité heeft de opdracht gegeven, dat er vooral op de spoorwegen acht gegeven moet worden. Het is er wel niet uitdrukkelijk in het openbaar bij gezegd, maar het ligt voor de hand, dat dit comité er niet tegen op zal zien om desnoods door sabotage het verkeer stil te leggen. Er zijn dan ook reeds gevallen van sabotage voorgekomen en evenzeer is het voorgevallen, dat een betrekkelijk kleine groep van stakers met dreigementen en andere middelen werkwilligen gedwongen heeft om het werk neer te leggen; zelfs hebben er reeds gevechten tussen stakers en werkwilligen plaats gevonden. Erger zelfs nog. Er trekken sabotageploegen door het land. Deze dringen de fabrieken binnen, dwingen de werkwilligen de arbeid neer te leggen en maken de machines onklaar. Zo is ook voorgekomen, dat een groep stakers de voornaamste telefoon-centrales bezette. Zij ving haar werk aan op dat telefoonkantoor, waarin op het net de meeste politie-bureaux waren aangesloten. Als iets gunstigs voor de Regering mag het beschouwd worden, dat de organisatie, die alle ambtenaren omvat, met zes tegen vier stemmen zich tegen een algemene staking heeft uitgesproken. De organisatie van de politie heeft zich hierbij buiten stemming gehouden, verklarende, dat, hoewel zij de door de Regering toegezegde loonsverhoging te laag achtte, zij zich nochtans geroepen achtte om de openbare orde en rust te bewaren.

De toestand is in Frankrijk wel zeer gespannen. Dit komt nog te meer uit, als men weet, dat negentien nog niet stakende vakverenigingen, welke 6 millioen leden tellen, er op het ogenblik als wij dit overzicht schrijven, over beraadslagen of zij al of niet aan de staking zullen deelnemen.

Tegenover dit alles bevindt de Franse regering zich in een uiterst moeilijke positie. Het kabinet, dat thans de teugels van het bewind in handen heeft, is anders samengesteld dan zich de vorige week liet aanzien. Niet Leon Blum, zoals toen verwacht werd, heeft een kabinet kunnen samenstellen, maar Schuman, een r.k. Elzasser, een minister uit het vorige kabinet Ramadier. Hem is het ten slotte gelukt na heel wat deliberaties een ministerie te vormen. Dit kabinet staat niet zo scherp gekant tegen generaal De Gaulle als dat, wat Blum wilde samen stellen.

Dat was dan ook de reden, dat Blum niet kon slagen met de formatie van een kabinet, maar dat Schuman met zijn opdracht om een ministerie te vormen slaagde. Toen hij de eerste keer in de Kamer verscheen, verwierf hij met de motie van vertrouwen een zeer grote meerderheid. Toen echter enige dagen later weer een motie van vertrouwen werd ingediend, was het aantal dergenen, die voor stemden, reeds aanmerkelijk geslonken. Het verschil was aanmerkelijk groot. De eerste keer bedroeg het getal dergenen, die voor stemden, 412, de laatste keer 332, terwijl beide malen het getal dergenen (de communisten) die tegen stemden, ruim 180 bedroeg. 

Daar is ook inderdaad wel reden voor om het te betwijfelen, of Schuman de rechte man op de rechte plaats is. Wel heeft hij nadrukkelijk verklaard, dat zijn kabinet alle middelen, waarover het beschikt, zou aanwenden om de publieke orde in 't rijk te handhaven, maar ter zelfder tijd, dat hij die woorden sprak, kwam in de Kamer het bericht binnen, dat twee telefooncentrales in Parijs niet meer werkten. Ook heeft Schuman verzekerd, dat, wanneer overreding en gezag niet meer afdoende hielpen, zijn kabinet er niet voor terug zou deinzen om met geweld als zijn laatste hulpmiddel zijn wil door te zetten. Maar tussen woorden en daden ligt meermalen zulk een diepe kloof. Al moet hieraan toe­ gevoegd worden, dat enkele door Schuman aangekondigde maatregelen om de staking tegen te gaan reeds ten uitvoer zijn gebracht. Militairen hebben namelijk verschillende telefoon-en postkantoren te Parijs bezet en bovendien nog uit de gebouwen van de voornaamste openbare diensten de stakers verdreven Men zal echter de verdere loop van de gang van zaken dienen af te wachten. Het gaat toch op het moment hard tegen hard en men kan gerust aannemen, dat de communisten er alles op zullen zetten om de staking te winnen.

Ten slotte wensen wij met het oog op het gewicht der zaak nog een enkel woord te wijden aan de conferentie van de vier Ministers van Buitenlandse Zaken te Londen. Zij heet een vredesconferentie te zijn, maar van vrede is daarin nog weinig te bespeuren. Ook deze conferentie vertoont hetzelfde beeld als al de bijeenkomsten en vergaderingen, waar. in Amerika en Sovjet-Rusland teza. men bijeen zijn. Aan geschillen en verschillen ontbreekt het ook daarop niet. Ook weerklinken er van Russische zijde de langzaam overbekende klanken van Westers imperialisme en wat meer van die aard is. Bovendien trekt het de aandacht, dat de daarop aanwezige ministers tegen elkander op bieden in een zekere liefde en genegenheid voor Duits^ land en het Duitse volk. De één zegt, dat hij daar nog al meer mee op heeft dan de ander. Allen blaken, als men ze hoort, voor het welzijn van het Duitse rijk. Of het inderdaad ook zo in werkelijkheid is, is tot de dag van heden nog niet uit de daden gebleken. De geuite liefdesbetuigingen zijn althans tot dusverre nog niet in daden omgezet. Daarop wacht het Duitse volk nog steeds en daarop kon het wel eens heel, hee lang moeten wachten. Sovjet-Rusland bij voorbeeld, dat in woorden ook al zo in liefde voor het Duitst volk uitmunt, wil de grens in het Oosten van Duitsland gehandhaafd zien, waar echter de Amerikanen, de Engelsen en de Duitsers de Polen en de Russen nu juist liever niet zien blijven. Zij willen ze liever meet wat oostwaarts zien trekken, maai noch de Russen, noch de Polen, wil' len daar hunnerzijds iets van weten. Zij wensen er zelfs in Londen niet over gesproken te hebben, zo zeel zijn zij er van hun kant op gesteld, om in het Oosten van Duitsland te blijven. Dit verschil van gevoelen heeft ten gevolge gehad, dat er in Londen veel gesproken en geredeka^ veld is geworden, maar niets van enig belang gedaan is. Aan de aldaar gehouden beschouwingen heeft oolf de Franse minister van Buitenlandse zaken deelgenomen en de oude Franse vrees voor een sterk bevolkt Duitsland nog eens weer uitgesproken. Volgens hem moesten er heel wat Duitsers naar Frankrijk emigreren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 december 1947

De Banier | 8 Pagina's

Buitenlands Overzicht

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 december 1947

De Banier | 8 Pagina's