De Indische Aangelegenheid

Daarover valt althans wat de gang van zaken in Indië zelf betreft, op dit moment weinig belangrijks te m.elden. Minister Neher vertoeft al sedert enige dagen in Indië en voert aldaar besprekingen over het vormen van een college, dat met dr. van Mook het landsvoogdelijk bestuur uitmaken zal. Minister Beel is er nu ook aangekomen en de ministers Jonkman en Drees zullen zich er ook heen begeven. Stellig met het oog op de onderhandelingen met de Indonesische republiek. Deze onderhandelingen hebben tot dsuver weinig, dat van betekenis is, opgeleverd.

Hier te lande is in de Tweede Kamer de Indische begroting behan--f v' . behandelmg kreeg Minister Jonkman zeer harde noten te kraken. Algemeen werd geklaagd over de hoogst onvoldoende inlichtingen, welke deze Minister in zijn Memorie van Antwoord aan de Kamer verstrekt had. Die inlichtingen waren zo sober verstrekt, dat zelfs de Regeringspartijen hem daarover vrij scherp gekapitteld hebben. Voorts werd zijn beleid aan een zeer gerechtvaardigde kritiek onderworpen. Ook een afgevaardigde van de S.G.P., namelijk Ds. Zandt, heeft daarbij het woord gevoerd. Het spijt ons, dat wij die rede niet nu al aan onze lezers ter lezing kunnen aanbieden. Wat in het vat zit, verzuurt ech-^^^ ^^^^ ^j. y^ ^^^^ ^^ spoedig mogelijk ^„„^i, vi, in , •„ éh '^K Banier TS , - „™ te +—1„„4-.-— plaatsen.

Tijdens de behandeling dier begroting werd een motie door de heer Schouten, mede ondertekend door de heren Tilanus Bierema en ds. Zandt, bij de Voorzitter ingediend. Die motie had tot inhoud, de behandeling van de begroting uit te stellen, totdat er nadere inlichtingen door de Minister verstrekt waren. Zoals te verwachten was, werd de motie niet aangenomen. Zij werd met 40 tegen 29 stemmen verworpen. Voorts had er nog een andere stemming plaats welke meer rechtstreeks het beleid van de Minister afkeurde. Er werd n.l. over artikel 1 van de begroting gestemd. Was dit artikel niet aangenomen, dan had de Minister zijn ontslag moeten indienen. De uitslag der stemming viel echter ten voordele van de Minister uit. Het artikel werd echter aangenomen. Doch niet met een overgrote meerderheid. 32 stemden tegen het artikel, 44 er voor. On der de tegenstemmers bevonden zich de A.R.. de C.H., de Partij van de Vrijheid en de beide leden van de Staatkundig Gereformeerde fractie, die beiden hun stem voor de namens x^ndden de heer Schouten ingediende motie uitgebracht. Opmerkelijk was het, dat twee a.r. Kamerleden en wel de heren Smeenk en van de Hensel zich, naar wij uit geheel vertrouwbare bron vernamen, expresselijk aan de stemming over artikel 1 onttrokken hadden. .

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen