HOEVELAKEN

Vrijdag 29 April j.l. trad voor de afd. der S.G.P. alhier in openbare vergadering op de Weleerw, Heer Ds. van Dijk van Gameren, met als onderwerp: „In isolement ligt onze kracht".

De vergadering werd op gebruikelijke wijze geopend door de heer G. Mouw van Driedorp. Deze bracht in een kort, maar ernstig betoog, naar aanleiding van Leviticus 26:41 (laatste ged.) en 42 (eerste ged.) de noodzaak, om zich in alles te richten naar Gods Heilig en ontwijfelbaar getuigenis, naar voren. Hoe de mens in zijn natuurstaat hier lijnrecht tegen ingaat bewijst de grote massa van ons volk, dat zich nu opmaakt om op een wereldse wijze feest te vieren. Is het daar nu tijd voor? Men danst en viert feest, terwijl onze jongens in Indië hun leven laten. Men wil echter niet buigen voor God en Zijn Woord. Doch de Heere zal eenmaal met vlammend vuur wrake oefenen aan alle werkers der ongerechtigheid. Alleen de rechtvaardige zal zijn ziel als een buit mogen wegdragen.

Na het zingen van Psalm 84:3 gaf de heer Mouw het woord aan Ds. v. Dijk voor het houden van zijn politieke rede. In een gloedvolle, krachtige taal schetste deze in grote lijnen het fundamentele verschil, dat er bestaat tussen de S.G.P. en de andere partijen, speciaal de C.H. en de A.R.

Er is een roep om eenheid, die de wereld doorklinkt met de leus „Eendracht maakt macht". In den beginne is de mens macht gegeven door God. Adam bezat macht door God, echter onder God, over alle gedierten des velds, der zee en in de lucht. Hij wilde evenwel als God, ja, hoger dan God zijn en zelf op de troon zitten om de Heere te verachten.

Dit vinden we zo de eeuwen door. Komt Israël in nood dan vraagt het Egypte en Assyrië om hulp in plaats van hun hope te bouwen op God. Ook heden vinden we hetzelfde. Een zo groot en sterk mqgelyk Atlantisch Pact, maar zonder God. Daarom, niet in eendracht maakt macht, doch in isolement, dw.z. in begin­ selvastheid aan Gods Woord, ligge onze kracht.

De politieke partijen besprekend, schetste spreker het Rooms-Katholicisme gevaarlijker dan het communisme. Immers, in onze natie is het communisme procentsgewijze slechts klein in aantal. Naar de mens gesproken is hiervan, zonder hulp van buitenaf, voorshands geen gevaar te wachten. 51 % van ons volk zal voorlopig nog wel niet hiertoe behoren. Gteheel anders staat het met Rome. Van de schoolgaande kinderen behoort meer dan 50 % tot het R.K. Daar denkt men: wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. De propaganda voor verroomsing van het volk krijgt steeds meer voet aan wal. Treden niet vaak paters of pastoors gelijktijdig met dominé's op dezelfde kansel op? Menselijk bekeken zal Rome dus in ons eigen land zonder hulp van buiten af binnenkort de machtigste partij zijn! Brengt dit gevaar met zich? Rome beschouwt de protestanten nog immer als ketters. Nimmer heeft het zijn uitgesproken banvloeken hierover teruggenomen-Verder commentaar is overbodig.

Wat deden nu de C.H. en de A.R. voor 1940? Onder de leuzen: wij stoelen op dezelfde wortel vajj|liet geloof (reformatorisch een J^Hl'e leugen) en eendracht maakt fflHnt, ging men een bondgenootschap met Rome aan. Waarom? Och, wanneer men tezamen 51 % van de macht had, lagen daar immers baantjes bij de vleet, eer en aanzien te wachten. Liever Rome dan God aan hun zijde. De C.H. en A.R. dragen mede schuld aan de verroomsing van ons land-Zijn hiervoor meer dan 50.000 onzer voorvaderen de marteldood gestorven? De S.G.P. en destijds ook de Herv. Geref. Staatspartij heeft hiervoor ernstig gewaarschuwd. Wij werden echter hartelijk uitgelachen. Juist van Christelijke zijde heeft men steeds de felste tegenwerking. De volkenbond werd door onze voorzitter destijds een tweede toren van Eabel genoemd. Die moet er zijn, aldus C.H. en A.R. In de UNO vinden we wederom een instituut dat de Heere buiten de deur zet. De S.G.P. kan en mag aan deze dingen luet mede werken.

Zijn wij nu die scheurmakers, waarmede men ons in die kringen aanduidt? Neen. Gaarne willen wij één grote Protestantse Partij, maar.... dan op grondslag van Gods Woord en de onverkorte belijdenis onzer vaderen. Dit is geen negativisme, maar juist een positief optreden der S.G.P. T.a, v. Indonesië is de C.H. al over stag gegaan. „Het roer moet om" kon men tijdens de verkiezingen op de Veluwe lezen. Welnu, het roer is om, echter niet bij de regering, maar bij de C.H.! Hiermede kwanselt de A.R. tenminste nog niet. Veluwenaren, duizenden uwer brachten eertijds hun stem op de C.H-uit. Ook duizenden uwer hebben de aloude waarheid lief. Kunt ge nog langer uw stem geven aan een partij, waarvan een der Hoofdbestuursleden, met name Prof. van Niftrik^) over Zondagsheiliging aldus denkt: „Toen ik studeerde voor het Staatsexamen en de gehele dag op een kantoor zat, waardoor ik gedwongen was avond aan avond tot diep in de nacht te studeren, ging ik elke Zondagraiiddag naar het abonnementsconcert van de A.O.V. te Arnhem. En dan kon ik God danken, dat er behalve teksten van Ovidius en Plato ook nog zoiets als muziek in de wereld was. Dat was mijn ontspanning op de Zondagmiddag, Werkelyk, in die jaren mijn enige ontspanning."

Zo denkt deze C-H.-man over de heiliging van Gods dag. Dit was niet zomaar een jeugdelyk kwaad, neen, op rijpere leeftijd beroept hij zich daar nog op. Dit was toen zijn enige ontspanning. Was het ook ter ere van Gods Naam? Waarheid worde voor dwaling onderkend; ook t.a.v. de S.G.P, Is nu de S.G.P-een Gideonsbende? Het ware wel te wensen. Ook wij, en onze vaderen tevens, hebben gezondigd en gedaan wat kwaad was in de ogen des Heeren.

Spreker besloot met een ernstig, persoonlijk woord, waarna de vergadering, na gebed en zingen van Psalm 60:7, op gebruikelijke wijze door Ds. van Dijk gesloten werd.

De secr., H. Plaizier

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen