Buitenlands Overzicht

De Heilige Schrift leert ons, dat de wereld een oord van gestadige onrust is, waarin het onkruid van haat en nijd welig tiert.

Wie aan die uitspraak soms mocht twijfelen, sla slechts gade wat er in de wereld voorvalt. Alsdan zal hij met geen mogelijkheid de juistheid dezer uitspraak kunnen betwisten.

Week aan week wordt zij toch door de feiten bewaarheid.

Dezer dagen immers vierden haat en nijd in de Organisatie der Verenigde Naties weer eens recht hoogtij.

In dat instituut, dat de vrede, nog wel de wereldvrede, moet verzekeren, gingen de Russische en Engelse gedelegeerden elkander te lijf op een wijze, die alle perken van uiterlijk fatsoen te buiten ging en waarin de nijd hoog opklonk. Het ligt niet in onze bedoeling'om onze lezers op de woorden te vergasten — wij hebben zulks een en andermaal gedaan en achten ons er daarom thans van ontslagen om dit te doen— welke de beide afgevaardigden gesproken hebben.

Wij kunnen er mede volstaan met te verklaren, dat zij brandend van haat en nijd en verre beneden het peil van hetgeen in een Parlement geoorloofd is, waren.

Ook hetgeen de Yoego-Slavische afgevaardigde sprak, al drukte deze zich in parlementaire bewoordingen uit, was allerminst bevorderlijk voor de vrede en een goede verstandhouding onder de volken. Hij richtte zijn geschut in hoofdzaak op Rusland, dat hij er van beschuldigde, dat het de vrede in de mond had, zo zelfs, dat bijna om het andere woord het woord vrede gebezigd werd, maar dat het metterdaad gans niet vreedzaam was. Dat ondervond zijn land, waartegen Rusland klare vijandschap aan de dag legde. Ook liet hij zijn geschut ontbranden tegen de Westerse geallieerden, op wier wijze van doen en laten hij ook nog al het een en ander had aan te merken.

Diezelfde haat en nijd kwam ook al evenzeer om de hoek kijken, toen in de Algemene "Vergadering van de even te voren genoemde Organisatie de Griekse kwestie aan de orde van behandeling gesteld werd. Ook toen begon het lieve leventje van ruzie en gekrakeel opnieuw. De Russische afgevaardigde Wysjinski noemde het Balkan-rapport een weefsel van leugens en verdichtsels. De Amerikaanse gedelegeerde Benjamin Cohen daarentegen nam het voor het rapport op. Hij vroeg de vergadering de door de politieke commissie ingediende resolutie goed te keuren, welke de Albanese en Bulgaarse hulp aan de Griekse guerilla-strijders als in strijd met het handvest van de Organisatie der Verenigde Naties en als een gevaar voor de vrede op de Balkan veroordeelt. Daarbij werd hij in zijn betoog gesteund door de Franse en Engelse afgevaardigden. Tot een stemming is het nog niet gekomen. De discussies zijn nog niet gesloten. Mogelijk kunnen er nog weer eerst deliberaties plaats vinden, alvorens tot stemming wordt overgegaan.

Kenmerkten zich deze besprekingen door nijd en haat, niet minder wordt onze tijd gekenmerkt door een hevige onrust. De arbeidersonlusten nemen zelfs weer in hevige mate toe. In tal van landen dreigen er stakingen uit te breken en in onderscheidene landen zijn zij reeds uitgebro­ ken. In zonderheid in Italië. Daarin zijn reeds vanwege de toenemende werkloosheid en ontslagen grote stakingen uitgebroken. In de provincie Pescara is het werk reeds neergelegd, eveneens in het grote industriecentrum Terni. In de streek van Aquila is het reeds zo ver gekomen, dat verscheidene fabrieken door de stakers bezet zijn, terwijl er reeds botsingen tussen hen en de politie zijn voorgekomen. Ook in Turijn werd het werk gedurende een uur stil gelegd in verscheidene ondernemingen om ruimer werkgelegenheid te eisen. Te Napels hebben 1500 arbeiders een fabriek bezet. Te Pescaro braken werklozen de straatstenen op om alle verkeer onmogelijk te maken.

In Frankrijk gaat er eveneens een stakingsgolf over het land. Al de bankbedienden, die daar leden zijn van het algemeen vakverbond en het christelijk vakverbond, zijn in staking. Alleen in Parijs bedraagt het aantal stakers ruim de helft van de bankbedienden. Het communistische vakverbond, dat een ledenaantal van drie millioen telt, heeft besloten de staking van 24 uur, die door de nietcommunistische vakbond Force Ouvrière op 25 November is vastgesteld, te steunen. De Force Ouvrière, welke ongeveer een millioen leden telt, eist loonsverhoging.

Zelfs in Duitsland, waarin de ellende der werkloosheid op zulk een schrikbarende wijze heerst, dreigt een staking uit te breken. En wel in de Hermann Goering Werke. De directies en de arbeiders dezer fabrieken betonen zich uiterst ontevreden over het feit, dat deze fabrieken niet ; voorkomen op de lijst, waarop de ontmanteling van fabrieken uitgesteld of geheel is afgesteld.

Deze lijst moet opnieuw vastgesteld zijn in de conferentie, welke de ministers van buitenlandse zaken kort geleden in Duitsland te zamen met de hoge commissaris van de drie grote mogendheden hebben gehad.

Aangaande de besluiten van die conferentie verkeren wij nog steeds in het onzekere. Wel zijn daaromtrent mededelingen gedaan in het Westduitse Parlement door kanselier Adenauer, maar de Engelse minister van Buitenlandse Zaken, Bevin, die daar ook over in het Engelse Parlement heeft gesproken, heeft zich van deze zaak met een Jantje van Leiden afgemaakt door er zeer weinig over te zeggen.

Volgens de verklaring van dr. Adenauer zouden op de conferentie der buitenlandse ministers een vijftal besluiten genomen zijn. Deze zouden inhouden:1. Beperking van de ontmanteling van fabrieken; 2. Toestemming aan Duitsland om grotere en snellere zeeschepen te bouwen; 3. Toetreding van Duitsland tot bepaalde internationale organisaties; 4.De methoden om de gevolgen van de bestaande staat van oorlog uit de weg te ruimen; 5. Vestiging van Westduitse consulaten en handelsmissies in het buitenland.

Hangende de onderhandelingen, zal de ontmanteling in de staalindustrie, en van fabrieken van synthetische producten worden vertraagd. De resultaten van de onderhandelingen zullen afhangen van de bereidheid van West-Duitsland om toe te treden tot het Ruhr-orgaan, samenwerking met het geallieerde veiligheidsbureau en dekartellisering. De fabrieken waarin oorlogsmaterieel vervaardigd werd en de bedrijven, welke reeds ontmanteld zijn, zijn van de te voeren onderhandelingen uitgesloten.

Voor zover uit het medegedeelde wat af te leiden valt, staat het wel vast, dat de ontmanteling van fabrieken en bedrijven in Westduitsland niet geheel stopgezet zal worden, al zal de ontmanteling op beperkte schaal voortaan plaatsvinden en ook in ; sommige gevallen vertraagd worden, een vertraging, die tot gevolg kan hebben, dat de ontmanteling ten slotte in het geheel niet plaats vindt. Desniettemin is de mededeling, .dat de ontmanteling niet geheel stopgezet zal worden, in Westduitsland met grote ontstemming en hooggaande verbittering door de bevolking ontvangen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen