Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Brief uit Zeeland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Brief uit Zeeland

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

CLXVIII.

Telkens weer moet worden ervaren, hoe moeihjk het is voor hen, die in de wereld willen leven en handelen naar Gods Woord en Zijn Getuigenis. Dan is het weer de drang tot vaccinatie, dan weer de noodzaak tot verzekeren, dan weer de behandeling van vee en zo kan het één bij het ander gesteld worden. Telkens blijkt dat er wel een groot geroep is over vrijheid en een grote verdraagzaamheid wordt gezegd te bestaan, maar de daden wijzen wel eens anders dan de woorden.

Het is niet te bevreemden, want er rftaat toch geschreven: In de wereld zult ij verdrukking hebben? Maar al is dat nu ook zo, daarmede zijn de personen, welke de moeite veroorzaken, niet van hun verantwoordelijkheid ontheven. Farac liet Israël niet trekken. De Heere verstokte zijn hart. En toch bleef hij verantwoordelijk. Zo is het. Zo zal het ook zijn voor hen, die door bestuur of anderszins de moeiten geven.

Het is wel nodig daarop te wijzen, maar ook, dat er dan voor ons volk geen plaats is om zich aan te sluiten, hetzij in de politiek, of anderszins, bij hen, die persoonlijk of door organisatie, of wat ook, de zwarigheden veroorzaken.

Indien men geloof zou hechten aan wat wordt voorgehouden, och, dan zou men denken met de verdraagzaamheid zelf te doen te hebben. Zo willen ook de mannen van de Partij van de Arbeid ons olk wel voorhouden, dat er bij hen 'aats is voor iedereen. Zij zijn zo verdraagzaam. Of men godsdienstig is of niet. Voor ieder is er plaats.

Ket is maar de vraag wat er onder verstaan wordt. Och, als men volgen wil, dan is het meestal wel mogelijk om samen te werken. Als men zich niet verzet tegen wat wordt voorgehouden, dan is er alle verwachting, dat er niets zal blijken van onverdraagzaamheid. Maar, zou het ook zo blijven als de eis wordt gesteld jdat rekening wordt gehouden met Gods Woord en Wet? Als de eis gesteld wordt om af te laten van het zienen zinlijke?

Ons land is bekend geworden vanwege de vrijheid, welke er voor ieder was. Menigmaal zijn wij, Staalkundig Gereformeerden, verweten geen oog te hebben voor de vrijheid, waarvoor onze vaderen hebben gestreden. Wij zijn uitgekreten voor personen, welke de consciëntievrijheid zouden aantasten, omdat wij vragen, dat de overheid ook zal tegengaan de overtreding van de eerste tafel van de Goddelijke Wet. Doch, als het er op aankomt, als de wetenschap of het beleid der partijen eist, dat ons volk zich onderwerpt, ook al is het dan tegen Gods Woord, dan wordt met het beginsel der vrijheid geen rekening meer gehouden. Dan moet alles maar buigen.

Wel beleven wij een tijd, dat de moeilijkheden groot zijn. In eigen kracht zullen wij niet kunnen staande blijven. Het aanhangen van een beginsel zal ons niet kunnen sterken. Nodig zal het zijn een ander steunpunt te hebben. Niet in ónze, maar in Gods kracht zal het mogelijk zijn om staande te blijven. En toch, al zijn we dan van onszelf niet daartoe in staat, de eis rust en blijft op ons. We zijn niet klaar met de vaststelling, dat wij onbekeerd zijn en daarom die kracht komen te missen. De eis is, dat wij ons bekeren. Ds Kersten schreef wel eens als antwoord op een vraag of een onbekeerde dat of dat zou mogen of niet mogen, dat een onbekeerde niets anders mag dan zich bekeren.

Och, dat het toch eens ernst mocht zijn of worden. Er is zo veel vervlakking. Niet alleen buiten ons, maar ook onder ons. Maar al te vlug wordt schuiling gezocht bij het gebod, dat er is, en dan acht men zich van de verantwoordelijkheid ontheven.

Zo is het toch niet. De jongelingen dachten er anders over. Die konden niet toegeven, ook al was er een koninklijk gebod, met een vurige oven er achter. Intussen wordt het steeds moeilijker ook om een levensbestaan te vinden, waarin men niet in de een of andere verzekering wordt betrokken. God mocht getrouwheid schenken.

Maar ook anderzijds, wat is het nodig om telkens en telkens weer op het bestaan van die moeilijkheden te wijzen. Het is zo nodig, dat het blijkt, dat die nog onder ons volk gevonden worden. De stem van onze Kamerleden wordt gesteund door het openbaren van de moeilijkheden, want dan blijkt wat er onder ons volk leeft.

Het is dan ook niet de bedoeling om laag op anderen neer te zien, en in zelfverheffing de handen in onschuld te wassen. Och, we moeten wel uitroepen, onrein, onrein!

Dan is er geen goed in ons en zijn wij geneigd tot alle kwaad! Maar, daarom mogen wij toch niet nalaten om op het kwaad te wijzen. Het mocht ons door God geschonken worden om door ere en onere, door kwaad gerucht en goed gerucht, vast te mogen houden aan Gods gebod en inzetting, ook al zou er geen rund in de stal wezen en al zou alle bestaan worden ontnomen of onmogelijk gemaakt worden. Want in het houden van Gods geboden is toch grote loon.

Uw Zeeuwse Briefschrijver.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juni 1951

De Banier | 8 Pagina's

Brief uit Zeeland

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juni 1951

De Banier | 8 Pagina's