PARTIJNIEUWS

LEIDEN

Afschrift van ons protest aan B. en W. van Leiden, d.d. 28 Februari 1952. Aan het College van Burgemeester en Wethouders te Leiden.

Weledelachtbare Heren, Wij willen u met verschuldigde hoogachting het navolgende met grote ernst onder uw aandacht brengen:

FILM „DAVID EN BATHSEBA".

Hoe is het mogelijk, dat er in Christelijk Protestants Nederland een fihn in de bioscoop zal worden vertoond: „Da­ vid en Bathseba". Een gedeelte uit het leven van koning David, een kind en knecht des Heeren, ja een man naar Gods harte, vanwege de rijke genade, in zijn hart uitgestort en daarom een zoeker naar Gods recht en eer. Zal nu van zulk een kind Gods, die gezondigd heeft tegen het zevende en daarna tegen het zesde gebod- van de Wet des Heeren, waarvoor hij voor God in de schuld is gevallen (Psalm 51), op het doek worden gebracht om de spoüust en vijandschap tegen Gods volk op te •wekken? Staat het niet als een waarschuwing in Gods Woord welke schrikkelijke gevolgen de zonde heeft en zal oud en jong er zich in de bioscoop aan vergapen? Weet dan: , , Wie Gods volk aanraakt. Zijn oogappel aanraakt". God zal het zien en zoeken. Arm Nederland. Daar is nog een wet in Nederland om strafbaar te stellen voor wie „de godsdienstige gevoelens van anderen krenkt", doch dit is de tweede oorzaak. De eerste oorzaak is dat God beledigd wordt. Een vermaak in de zonde van Gods volk is met anders dan haat en vijandschap tegen Gods Woord en de Heere Zelf, hetgeen in dit stuk tot openbaring fcomt. Zeg niet, dat er nog wel wiat uit te leren valt. Daar is geen bioscoop of toneel voor nodig, en wat meer zegt, hetgeen de Heidelberger Catechismus leert in Zondag 35: „Dat Gk)d Zijn christenen niet door stomme beelden, maar door de levende verkondiging Zijns Woords wi] onderwezen hebben".

Zijn hier niet de hoge overheid en de plaatselijke overheden verantwoordelijk voor, naar luidt van Romeinen 13 en het (onverminkte) artikel 36 van de Nederlandse of Gereformeerde geloofsbelijdenis?

De overheden staan toch niet onder de fümkeuringsdienst of commissie, maar daarboven? Daar het nu de roeping is van onze overheid om de kerk des Heeren te beschermen en haar zoogvrouw te zijn, dient dit verminkte stuk verboden te worden op het doek te brengen of uit te voeren in bioscoop of toneel. Dit meent het bestuur van de Statenkring Leiden en omstreken der Staatkimdig Gereformeerde Partij. Het bestuur van de Statenlcring Leiden en Omstreken der S.G.P. Secr. A, SCHOULS, Ericakan 10, Leiderdorp.

Afschrift antwoord B. en W. van Leiden:

GEMEENTE LEIDEN

No. 2255 Onderwerp: Filmvertoning Afd. A.Z. Leiden, 10 Maart 1952 Naar aanleiding van uw schrijven, dd 28 Februari j.L, berichten wij u, dat de wet ons College niet de bevoegdheid verleent de vertoning van een film te verbieden.

Burgemeester en Wethouders van Leiden, De Burgemeester, w.g. onleesbaar De secretaris, w.g. onleesbaar

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen