Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het eigen land

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het eigen land

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tegen de loftuitingen, welke in zekere kringen schier niet van de lucht zijn over de verrichtingen van het huidige ministerie, steekt wel heel schril af de nog steeds toenemende woningnood. Te dien aanzien valt de gedragswijze van het ministerie allerminst te prijzen, maar wel zeer te laken; Het betreft hier toch, maatschappelijk beschouwd, een aangelegenheid van de eerste rang. De volksellende is, wat het gebrek aan woningruimte betreft, met geen pen te ibeschrijven; ook al uiterst schadelijk voor de goede zeden, waarop wij in dit artikel niet nader zullen ingaan. Hoe vele mensen wonen er op een jammerlijke wijze in een Veel te kleine woningruimte! Hoe vele personen ook zoeken al sinds jaar en dag naar een woning, die zij nog maar steeds niet hebben kunnen bekomen, hoeveel moeite zij er zich ook voor getroost hebben! Hoe vele verloofden moeten van het sluiten van een huwelijk maar maand na maand afzien, ook al om geen andere reden dan dat zij geen woning kunnen bekomen! Hoe velen wonen, door de nood gedrongen, in hetzelfde huis samen, wier leven door de samenwoning vergald wordt! Wat al bittere onaangenaamheden, ergerlijke plagerijsn en hooggaande ruzies zijn er uit de samenwoning al voortgesproten; niet één keer, maar vele malen is het voorgekomen, dat personen, die jarenlang als de beste vrienden met elkander hebben verkeerd, door de samenwoning verklaarde vijanden van elkander zijn geworden!

Zo er één ding is, waaraan het ministerie al zijn krachten had moeten besteden om althans tot een ingrijpende verbetering in de hoog geklommen noodtoestand te komen, dan is het wel de woningnood. Doch dat is nu juist helaas niet het geval. In plaats nu dat er van enige verbetering ten opzichte van de woningnood sprake is, valt er een verslechtering te constateren. Dit geeft ons wel een heel donkere zijde van het gevoerde regeringsbeleid te zien. Aan beloften heeft het bij de vorige ministeries niet ontbroken, en ontbreekt het bij het huidige ministerie ook al niet. Ook nu weer zijn er pracht van beloften voor de toekomst afgelegd, doch wat heeft men aan die schat van beloften, als zij niet vervuld worden, als de woningnood, in weerwil van de rijkdom aan beloften, steeds nijpender wordt en de volksellende steeds vermeerdert, doordat het woningtekort nog immer toeneemt. En dat dit metterdaad het geval is, geven ons de laatste officiële cijfers over het woningtekort in de hoofdstad van ons land, in Amsterdam, te zien.

Tegen een woningtekort van 25.082 op 31 December 1947 immers, bedraagt dat op 81 December 1955 niet minder dan 27.335. Dit heeft wel zeer veel te zeggen. Ook zegt het veel, dat van de 20.148 woningen, die sedert 1945 gebouwd zijn, er omstreeks 17.000 door overheids-en semi-overheidsorganen tot stand zijn gekomen. Waarom is hierbij ook al zo menigwerf het particulier initiatief zo zeer ten achter gesteld? Neen, van welke zijde ook bezien, valt het niet te ontkennen, dat het regeringsbeleid ten aanzien van de woningbouw — zacht uitgedrukt — gefaald heeft.

Een andere aangelegenheid, welke voor heel onze bevolking ook al evenzeer een bitter onaangename zijde heeft, is, dat de kolenprijzen na Aprü nog eens weer zullen gaan stijgen. Deze prijzen zijn sedert de instelling van de Internationale Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal met geweldige sprongen de lucht ingegaan. Ja, van het internationalisme waarbij zo velen, met de socialisten voorop, zweren, moet men het maar hebben, als men duur uit wil zijn en op hoge prijzen belust is; hoge prijzen, die als een loden last tenslotte op ons volk zullen drukken.

Wij kunnen dan ook niet anders doen dan constateren, dat het internationalisme Nederland onnoemelijke schade berokkend heeft. Daaraan mede is onder meer Indië opgeofferd. Onze regering en de partijen en de personen, die haar betreffende de souvereiniteitsoverdracht steunden, hebben ook vooral om bij het internationalisme in een goed blaadje te komen Indië daardoor mede aan de internationale machten cadeau gegeven. Nu, van dat cadeau weten de internationale heren goed te profiteren. De Amerikaanse minister van buitenlandse zaken, Dulles, ook al in het bijzonder. Hij heeft bij zijn bezoek aan Indonesië president Soekarno en de zijnen zodanig een pluim op de hoed gezet, waarbij Nederland het kind van de rekening werd, dat het zelfs onze regering te bar werd. Onze minister van buitenlandse zaken. Mr. Luns, heeft daarover in de Tweede Kamer openlijk zijn beklag uitgesproken. Hij heeft ook al met de ambassadeur van Amerika een onderhoud gehad en deze daarover het zijne geTÉgd. Ook heeft, natuurhjk met voorkennis en in opdracht van onze regering, onze ambassadeur in Washington, Dr. J. H. van Royen, dezer dagen een nota betreffende het bezoek van minister DuUes aan Indonesië en de daarbij door hem gesproken woorden aan het Amerikaanse ministerie van buitenlandse zaken overhandigd. Woorden van protest en van beklag, vergezeld met een verzoek om nadere inlichting, zijn dus ditmaal van de zijde van onze regering niet achterwege gebleven. Van de kant van de Amerikaanse regering is verklaard, dat door haar Nederland een geruststellende verklaring, een zogenaamde „geruststelling" zou worden gegeven. Aangaande die geruststellende verklaring heibben wij echter tot dusver in de pers nog geen enkel woord kurmen lezen. Wel heeft men in de pers echter een bericht van gans andere aard kunnen lezen, en wel het navolgende, dat luidt:

„Door het ministerie van buitenlandse zaken te Washington worden thans voorlopige plannen gemaakt voor een bezoek van president Soekarno in Mei of Juni. Van officiële zijde werd verklaard, dat men het bezoek van de Indonesische premier verwacht nadat medio Mei de Mohammedaanse vastenmaand voorbij is. De president zou drie of vier dagen in Washington vertoeven als gast van president Eisenhower, en dan een reis van twee weken door de Verenigde Staten van Amerika maken.

Amerikaanse autoriteiten zien het bezoek van Soekarno als een gelegenheid tot verdere versterking van de betrekkingen tussen Amerika en Indonesië. Er zijn aanwijzingen, dat de Verenigde Staten van Amerika bereid zouden zijn een Indonesisch verzoek om rechtstreekse economische hulp gunstig te ontvangen.

Ziehier weder een bewijs, dat de regeringen van de grote mogendheden het hunne zoeken, en een klein land als Nederland, ondanks al hun schone woorden over recht en gerechtigheid, met de kous op het hoofd naar huis sturen, wanneer hun belangen dit medebrengen; onrecht doen aan een bondgenoot, als Nederland van hen is, en ziehier ook een bewijs, hoe duur en zuur Nederland de zucht naar het door zo velen begeerde en verheerlijkte intemationahsme te staan komt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 april 1956

De Banier | 8 Pagina's

Uit het eigen land

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 april 1956

De Banier | 8 Pagina's