Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenlands OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenlands OVERZICHT

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Wat 2al U de bedriegelijke tong geven? " — zo wordt in Psalm 120 gevraagd. Zij heeft nog nooit anders gegeven dan bittere teleurstelling. Zij is gemeenlijk rijk met beloften, maar heel slecht in het betalen. Zij betaalt toch niet alleen niet wat zij belooft, maar juist het tegendeel. Zij stelt allerlei heerlijke en begeerlijke zaken in het vooruitzicht, maar als het op vervullen aankomt, blijft zij niet slechts in gebreke, maar betaalt zij met ellende en jammer. Op de wijze van de valse profeten verkondigt zij vrede, vrede en geen gevaar, maar de uitkomst van haar profetieën is krijg en oorlog. En ook bedriegt degene, die met een bedriegelijke tong spreekt, niet alleen anderen, maar ook zichzelf. Op hem is toepasselijk het woord van de profeet Obadja: „De trotsheid des harten heeft u bedrogen", en ook een andere uitspraak van dezelfde profeet: „Uw vredegenoten hebben u bedrogen".

In allerlei toonaarden en op allerlei wijs is ons jaren achtereen voorgespiegeld, dat als verlichting en beschaving maar algemeen goed onder de mensen geworden zouden zijn, dat dan de oorlog tot het verleden zou behoren en een ongemene welvaart aller deel zou zijn. Aan deze bedriegelijke taal hébben niet weinigen het oor geleend. Wat op zichzelf geen verwondering behoeft te verwekken, want de valse profeten, wier prediking tot inhoud heeft: „Vrede, vrede en geen gevaar", is naar de smaak van het hart van de natuurlijke mens. Deze wenst ongestoord heel zijn leven lang naar het inzicht van zijn verduisterd verstand en naar de uitspraak van zijn verdorven hart te kunnen leven, waarmede hij zich voor tijd en eeuwigheid jammerlijk bedriegt.

Het Woord des Heeren: „Kom bij Mij van de Libanon af', gaat toch te allen tijde op, en de komst van de Libanon af bij de Heere is en blijft voor het tijdelijke en eeuwige welzijn voor ieder mens immer nodig. Doch daar is hij nu juist vierkant tegen. Allerlei verdichtsels en fabels, allerlei bedriegelijke voorstellingen zijn hem veel welgevalliger en daaraan leent hij veel liever het oor, gevallen als hij is in ongeloof en hoogmoed. Doch hoe komt hij telkens en telkens weer bedrogen met allerlei onware voorstellingen uit! Hoe zijn degenen, die hun verwachting gesteld hadden op verlichting en beschaving en allerlei instituten en. werkzaamheden, welke in overeenstemming daarmede opgericht en verricht zijn, daarmede uitgekomen! Een wereldvrede was daardoor in het vooruitzicht gesteld, maar twee wereldoorlogen zijn gekomen en er dreigt nog immer een derde uit te breken; de opheffing van allerlei ellende was daardoor voorspeld, maar onbeschrijfelijke ellende is in menig land gekomen en met onrust en benauwenis is thans het rond der aarde vervuld.

Hongarije

Wat in dat land aan ellende, jammer en kommer geleden is, valt met geen pen te beschrijven. En nog is daar geen einde aan. Reeds zijn er duizenden bij duizenden Hongaren in de strijd tegen de Russen en de Hongaarse politie gesneuveld en nog al veel meer gewond, terwijl er reeds meer dan 130.000 Hongaren, in weerwil van het daaraan verbonden levensgevaar, uit hun vaderland naar Oostenrijk zijn gevlucht, en er ontzettende vernielingen in Hongarije, in het bijzonder in Boedapest, zijn aangericht. Opnieuw toch is er een hevig verzet tegen de regering van Kadar en de Russen uitgebroken, nadat de staat van beleg in heel Hongarije was afgekondigd, de centrale arbeidersraad ontbonden en verboden was verklaard en er opnieuw leden van de arbeidersraden gearresteerd waren, zodat de strijd weder in alle hevigheid ontbrand is.

Daarbij bleek het, dat de Hongaarse politie niet bij machte was om het verzet te onderdrukken en het vrijheidHevende Hongaarse volk met eigen middelen te bedwingen. De Russen echter blijken er aUes op te zetten om het verzet voorgoed de kop in te drukken. Zij hebben dan ook daartoe hun tanks, gevolgd door infanteristen, weer ingezet, waarmede zij hun doel hopen te bereiken. Dit was wel hard nodig, want overal ontbrandde in Hongarije het verzet, zodat er van een algemene opstand kan worden gesproken. Het eerst brak dit in de provincies los, waarbij Boedapest zich aansloot. Daar hebben weer straatgevechten plaats gehad. Dientengevolge is de toestand zo ernstig en dreigend voor de regering van Kadar geworden, dat zij zich verplicht gevoelde om een nieuwe bepaling in het besluit van de toepassing van de krijgswet te voegen, en wel deze: „Allen, op wie wapens worden aangetroffen en die voor speciale gerechtshoven zullen worden gebracht, zullen met de dood worden gestraft".

Dit heeft echter niet kunnen beletten, dat de Hongaren zijn blijven doorvechten. Woensdag 12 December viel de gehele dag het gebulder van de tankkanonnen in Boedapest Ie horen. Daarin zijn de straten vol van Russische tanks. Een heel detachement bewoog zioh naar het eiland Czepel in de Donau, waar de 38.000 arbeiders van de reusachtige ijzer-en staalfabrieken nog steeds niet aan het werk zijn. De tanks versterken hier de stalen gordel, die om deze fabrieken is gelegd. Tot dusver heeft echter geen enkele Rus het gewaagd deze fabrieken binnen te gaan, want de arbeiders hebben gedreigd deze fabrieken in de lucht te laten vliegen wanneer een Rus of een man van de Hongaarse politie het waagt de fabrieken binnen te gaan.

Ook in de provincies wordt er gevochten. Volgens diplomaten, die kort geleden uit Hongarije zijn vertrokken, zijn studenten van het Saraspotak-college in het beroemde Tolenger-district in het Noord-Oosten naar de bergen in de omgeving getrokken om de guerillastrijd te beginnen.

En niet alleen in Hongarije, maar ook in de andere vazalstaten van de Sovjet-Unie heerst er grote ontevredenheid en onrust en openbaart zich een verzet tegen de Russische overheersing.

In Polen hebben in Stettin onlusten plaats gevonden, in Roemenië en Boelgarije hebben de Russen zich genoodzaakt gezien hun troepen te versterken, want ook in die landen gist het en is het onrustig. Zelfs in Litauwen, Estland en Letland worden volgens uit Russische bron afkomstige berichten pogingen aan­ gewend om het communisme te belasteren en wantrouwen te zaaien betreffende de Sovjet-regering. En ook al in Oost-Duitsland treedt het verzet tegen het commimisme en het communistisch regiem aan de dag. Aldaar zijn het in het bijzonder de studenten, die daartegen in verzet zijn gekomen. Dit heeft de Oostduitse communistische regering niet weinig verontrust, en de Russische evenzeer, welke haar strijdmacht in Oost-Duitsland aanzienlijk versterkt heeft, er allicht aan gedachtig zijnde, dat in Polen en Hongarije het verzet het eerst van de studenten is uitgegaan. Het verzet der studenten komt steeds openlijker aan de dag. Zij eisen vrijheid van studie, van talenonderwijs en van meningsuiting, hetgeen voor de regering al een heel bittere pil is, want de communistische leerstellingen zijn de studenten met de paplepel ingegeven. De regering heeft dit met schrik en ontsteltenis moeten constateren. Eén himner, met name Ulbricht, heeft zich in forse taal tegen de studenten gekeerd. Hij richtte zich hierbij tot de landelijke en plaatselijke partijleiders, zeggende: De negatieve stemming op de hogescholen is een zeer ernstig feit. Hoe moeten wij nu de studenten behandelen? Ik sluit mij bij de arbeiders aan, die zeggen, dat zij een nekslag toegediend moeten krijgen. Daarmede zal echter de ontevredenheid allerminst zijn weggenomen. Zoals die ook door het optreden van het Russische en Hongaarse wapengeweld in Hongarije niet is weggenomen. Dit verklaarde een zoon van de Hongaarse minister van buitenlandse zaken Horvath, die naar Oostenrijk is gevlucht, zeggende, dat de toestanden onder het communistisch regiem onhoudbaar zijn geworden.

Met de met een bedriegelijke tong gegeven voorspellingen van de communistische heilstaat is het in Hongarije al bijzonder slecht verlopen. De heilstaat, welke door de communisten beloofd was, is niet alleen niet gekomen, maar Hongarije is een land van onbeschrijfelijke jammer en ellende geworden. Het is aldus gesteld, dat de hongersnood er dreigt uit te breken en de brandstof er geheel gaat ontbreken. Honger en koude heersen er. Boedapest is vrijwel een verduisterde stad geworden. Er is bijna geen gas, en in de gehele stad branden maar een paar straatlantarens door gebrek aan electriciteit. De mensen zitten bij kaarslicht temeer en moeten bij kaarslicht werken. Ook rijden er maar een paar bussen en er staan lange rijen bij de bushaltes. Slechts een paar winkels zijn er maar open.

Bij al die maatschappelijke ellende komt nog, dat de stenuning er nog meer verbitterd is doordat de regering van Kadar een nieuw verraad gepleegd heeft. Zij heeft de voorzitter van de centrale arbeidersraad in Boedapest, Sandor Raez, die in een fabiek was ondergedoken, gearresteerd. Zij had hem uitgenodigd voor een bespreking. Zodra hij echter, vergezeld van een metgezel, het parlementsgebouw, waarin de bespreking zou plaats vinden, op goed vertrouwen was binnengegaan, werd hij gearresteerd.

In de Algemene Vergadering van de Organisatie der Verenigde Naties is men nog steeds bezig met het dokteren over de samenstelling van een resolutie inzake Hongarije, welke volgens de afgevaardigde van India vooral niet in scherpe toon mag worden samengesteld. Dit heeft nochtans niet kunnen beletten, dat de minister van buitenlandse zaken Horvatih van de regering Kadar uit één der vergaderingen is weggelopen, verklarende, dat zijn regering er beledigd werd.

Met dat al zijn ook in de Hongaarse kwestie te schande gemaakt de met bedriegelijke tong gedane voorzeggingen van heil en zegen, welke de wereld door deze Organisatie ten deel zou vallen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 1956

De Banier | 8 Pagina's

Buitenlands OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 1956

De Banier | 8 Pagina's