JEUGD

OOM KOOS

VOOR DE

Beste neven en nichten!

Ditmaal beginnen wij met het vermelden van de oplossingen der raadsels van de opgaven 473 tot en met 476.

OPGAVE 473

Jongeren:

1. Juda, gij zijt het, u zullen uw broeders loven. (Uzza, Jehu, Ur, tijger, wijlen, veulen, slot, bode, dij). 2. En daar kwam vreze over allen. 3. Elizabet. (Eglon, Lazarus, Israël, Zefanja, Asaf, Beria, Ezra, Tiberias).

Ouderen:

1. En de kooplieden der aarde zullen wenen en rouw maken over haar. 2. Arehippus (Col. 4 : 17). 3. Een stem is in Rama gehoord, geklag, geween en veel gekerm. (Gemalia, Nehemia, Ester, geel, rood, groen, week, sneven, 2 x kg, Mei).

OPGAVE 474

Jongeren:

1. Maleachi. (Mizpa, AduUam, Laban, Ehmélech, Asaf, Cyrenius, Herodes, Izak). 2. Hij heeft een krachtig werk gedaan door Zijn arm (Lukas 1 : 51). 3. Om te verschijnen degenen, die gezeten zijn in duisternis. (Edom, Ruth, Sichem, venijn, zijde, negentien. Genesis, zestien, rond, n).

Ouderen:

1. Want uit Sion zal de wet uitgaan. 2. Michael - |- Farao. 3. Johannes antwoordde hun, zeggende: Ik doop u met water. (Joram, zes, petra, wodka, hond, wit, honen, gunnen, thee, Doëg, d).

OPGAVE 475

Jongeren:

1. En gij zult Zijn Naam heten Immanuël. 2. En Jakob gewon Jozef, de man van Maria. (Jojada, Efeze, Roboam, wan, Amen, vin, kg, n). 3. Gabriel. (Galatië, Azië, Blastus, Remfan, Izébel, Ezékias, Lamech).

Ouderen:

1. En het kindeke wies op en werd gesterkt in de geest en was in de woestijnen tot de dag zijner vertoning aan Israël. (rood, 4 X wit, groen, geel, ijzer, David, snijden, spar, den, Genesis, 2 x Kenan, Enak, enteren, toestand, steen, heg, een). 2. Gabriel. 3. Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven (Jesaja 9 : 5).

OPGAVE 476

Jongeren:

1. Zie op de bergen de voeten desgenen, die het goede boodschapt. (Ahasvéros, Zippora, Gideon, echo, Doëg, benen, deeg, bete. Eden, Deen, 2 x t). 2. Ik zal mij verheugen in de God mijns heils (Habakuk 3 : 18). 3. Romeinen.

Ouderen:

1. Ik hef mijn ogen op naar de bergen, vanwaar mijn hulp komen zal.

(Fanuël, Zedekia, mijmeren, karabijn, groen, Pniël, wagon, haven, homp). 2. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen. 3. Hiskia - Hilkia. Voordat we nu de nieuwe raadsels geven, zullen we eerst even de namen noemen van een nieuwe neef, namelijk Herman van Arnhem te M., en van een nieuwe nicht, Gerrie v. R. te V. Beiden zijn hartelijk welkom. Wij hopen, dat zij bij leven en welzijn nog gedurende vele jaren de oplossingen zullen blijven inzenden. Thans volgen de nieuwe raadsels van

OPGAVE 480

Jongeren:

1. Een tekstgedeelte uit het Oude Testament bestaat uit 56 letters. Zoek dit tekstgedeelte met behulp van de volgende gegevens: 6 53 21 12 is de naam van een profeet, die de Baaispriesters slachtte. 4 41 8 10 31 betekent: belijdenis (het woord werd door de Heere Jezus tot Petrus gesproken). 24 32 11 23 43 13 45 34 16 33 betekent paardrijder. 7 26 36 22 42 is gelijk 27 38 28 35 30 is een lengtemaat. 20 19 14 staat tegenover nauw. 40 47 2 52 48 betekent onontgonnen. Kan ook betekenen: erg boos. 5 9 3 46 37 56 is een adellijke titel. 1 49 51 15 39 is een uiting van droefheid. 44 54 17 55 11 was Samuels moeder. 18 29 is gelijk aan 25 50 is een uitroep. 2. Zoek uit de volgende zinnen eeti woord, zo, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit Handelingen, het tweede hoofdstuk. a. Het geloof is onmisbaar, want zonder het ware geloof kan niemand zalig worden. b. U dan die gelooft, is Hij dierbaar. c. Als de Heere Jezus op de wolken des hemels komt, zal Hij de wereld oordelen. d. De Fihstijn, de Tyriër, de Moren, zijn binnen u, o Godstad, voortgebracht, e. Abraham en Sara kregen een belofte van God. f. Zij komen morgen naar ons toe.

3. Noem de naam van: a. De zoon van Boaz. b. De vader van Bileam'. c. De zoon en opvolger van Rehabeam. d. De vrouw van stadhouder Felix. e. Een krijgsoverste van David. f. De zoon en opvolger van Koning Jotham.

Ouderen:

1. Een tekstgedeelte uit Jesaja bestaat uit 64 letters. Welk tekstgedeelte wordt bedoeld als het volgende gegeven is: 43 24 48 6 13 11 9 is de naam van de plaats, waar Elia in de woning van een weduwe intrek nam. 22 5 30 23 44 is de naam van een profeet, wiens knecht Gehazi heette. 15 55 12 25 is een zoetwatervis (grote rivieren). 7 2 41 28 is een tijdperk. 42 49 61 14 is een klein aalachtig landdier. 18 51 32 46 21 wordt gebruikt door de schoenmaker. 3 50 16 31 is een groot bos. 58 10 35 64 53 20 zijn watervogels. 57 17 29 62 52 59 45 steekt in een slot. 38 26 54 47 40 is een jaargetijde. 56 39 60 1 37 63 19 33 zijn de spieren, die achter de beide nieren Hggen. 36 34 27 is een boom met altijd groene takken. 4 8 was de woonplaats van Jozefs schoonvader.

2. In Richteren 4 komt een tekstgedeelte voor. De eerste letters van de zes woorden van dit tekstgedeelte zijn SIDDDT. Hoe luidt dit tekstgedeelte? De oplossingen der raadsels van de opgaven 477 tot en met 480 kunnen ingezonden worden bij OOM KOOS, postbus 2019 te Utrecht.

OOM KOOS

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen