Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Algemene Vergadering der S.G.P.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Algemene Vergadering der S.G.P.

24 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gehouden op Woensdag 20 Februari 1957

Jit alle delen des lands waren de afgeaardigden en leden der kiesvereniginren onder wie zich professor Wisse en erscheidene predikanten van ondercheidene kerkformaties bevonden, versden week in groten getale - de grote aal van het noodgebouw van „TivoH" an het Lepelenburg was geheel bezet opgekomen naar de Algemene Vergalering, welke te Utrecht gehouden werd. 'e ruim elf uur opende de voorzitter, )s. Zandt, de vergadering. Na verzocht hebben uit Psalm 84 de verzen 3 en te zingen, ging hij voor in gebed en IS hij vervolgens Psalm 119 : 113—128. lierna werd voorgesteld aan H.M. de [oningin het navolgende telegram te enden:

De Algemene Vergadering der Staatkundig Gereformeerde Partij, op Woensdag 20 Februari 1957 te Utrecht in „Tivoli" bijeen, betuigt haar aanhankelijkheid aan Uwe Majesteit en Uw doorluchtig Huis en wenst U Gods onmisbare zegen toe.

Ds. ZANDT, voorzitter Ir. VAN DIS, secretaris

)it voorste] werd met eenparige stemlen door de vergadering aanvaard. de namiddagvergadering werd in opracht van Hare Majesteit een telegram ntvangen van de volgende inhoud:

De Koningin draagt mij op Haar vriendelijke dank over te brengen voor de gevoelens van aanhankelijkheid, geuit in uw telegram.

ROëLL

Wnd. particuUer secretaris

'ervolgens ging de voorzitter over tot et uitspreken van zijn rede, getiteld:

JjE ENIGE WAARBORG VOOR HET WELVAREN VAN ONS VOLK

'an de inhoud dezer belangrijke rede, ie met grote aandacht beluisterd werd, «hoeven vwj in dit verslag geen melding e maken, daar ze reeds in druk verscheen is. De oplage werd echter na het uitpreken der rede, in de pauze geheel itverkocht. De duurdere exemplaren jn dus niet meer verkrijgbaar. Het vooremen is echter nog een goedkopere uitave beschikbaar te stellen, waarover in et vervolg van het verslag nog iets meer al worden medegedeeld. Wie een exemlaar van deze goedkope uitgave mocht 'iUen hebben, vrage ze aan bij de N.V. De Banier", postbus 2019 te Utrecht. Ds. Zandt zijn rede had beëinigd en Psalm 19 : 4 gezongen was, racht de partijsecretaris, Ir. van Dis, nalens het Hoofdbestuur en de Vergadeng de voorzitter hartelijk dank voor ïjn ernstige, principiële en actuele rede, "arin op zo duidelijke wijze de weg ingegeven was, welke tot vrede en wellart zou kunnen leiden, indien deze sg door overheid en onderdanen beindeld werd, namelijk door zich te ontwerpen aan en zich te richten naar öds Woord en wet.

oorts wees hij op het grote voorrecht, 't de Heere Ds. Zandt had gespaard ' de kracht gegeven had, om ook thans ^der zijn rede te kunnen uitspreken, " vervolgens te - vragen, of Ds. Zandt -reid was zijn rede belangeloos af te '"n ten behoeve van de Partijkas.

De voorzitter gaf op deze vraag ton antwoord, dat hij gaarne bereid was zijn rede, waaraan heel wat werk verbonden was geweest, belangeloos ten bate van de Partijkas af te staan. Tevens maakte de voorzitter bekend, dat de rede in de pauze voor slechts 35 cent in de gang van „Tivoli" te koop was en deelde hij voorts mede, dat het voornemen bestond om deze rede ook in een goedkopere uitgave voor verspreiding door de kiesverenigingen beschikbaar te stellen voor de spotgoedkope prijs van 6 cent.

Alsnu werd overgegaan tot het vierde punt der agenda, namelijk de notulen der vorige Algemene Vergadering, zoals deze in „De Banier" van 1 Maart 1956 zijn afgednikt- Zonder op- of aanmerkingen werden deze notulen goedgekeurd en vastgesteld.

Vervolgens kwam punt 5 van de agenda aan de orde namelijk de ingekomen stukken. Er bleek slechts één brief voor de Algemene Vergadering te zijn ingekomen, en wel van de zijde van het lid van het Hoofdbestuur, de heer Jobs. de Kok te Middelburg. In deze brief, die de schoonzoon van de heer de Kok namens hem geschreven had, omdat hij zelf daartoe niet in staat was, werd medegedeeld, dat de heer de Kok wegens ernstige ziekte en ouderdom zich genoodzaakt zag te moeten bedanken als lid van het Hoofdbestuur en andere partijfuncties, met dankbetuiging voor het genoten vertrouwen.

De voorzitter sprak hierna enkele woorden van hartelijke dank voor al hetgeen de heer de Kok, die de Partij van haar oprichting af heeft meegemaakt en tal van jaren in het Hoofdbestuur zitting had, voor de S.G.P. heeft verricht en stelde voor een nader op te stellen telegram aan de heer de Kok te zenden. Dit telegram luidde als volgt

De Algemene Vergadering, te Utrecht bijeen, zegt u hartelijk dank voor het vele, dat u voor de Partij gedaan hebt en wenst u in alles de onmisbare genade en nabijheid des Heeren toe.

De vergadering stemde met dit telegram eenparig in, waarna dit verzonden werd. De voorzitter merkte voorts nog op, dat het bericht van het bedanken van de heer de Kok pas de vorige dag was ingekomen, zodat het Hoofdbestuur nog geen gelegenheid had gehad zich over deze vacature nader te beraden. Hij verzocht de Vergadering daarom te willen goed vinden de behandeling van deze aangelegenheid aan het Hoofdbestuur over te laten, waarmede de Vergadering accooid ging.

Hierna werd overgegaan tot de verkiezing van 2 leden van het Hoofdbestuur, daar Ds. H. G. Abma en Ir. C. N. van Dis aan de beiurt van aftreden, doch herkiesbaar waren. Nadat de voorzitter er nog eens met alle nadruk op gewezen had, dat de stemming geheel vrij was, en de stembriefjes inmiddels ingeleverd werden, werd de navolgende personen verzocht in het stembureau te - willen zitting nemen: Van Baarle, Van de Poel, Weiss, Bijl, Van Stapele, Hoekstein en Van Loon.

Vervolgens kondigde de voorzitter de collecte aan, welke hij ten zeerste bij de vergadering aanbeval en verzocht daarna te vwllen zingen uit Psabn 25 de verzen 2, 3, 4 en 5.

Op verzoek van de voorzitter vroeg Ds. Abma een zegen voor het middagmaal en werd gepauzeerd tot circa 2.15 uur. Na de pauze werd de vergadering, nadat Psalm 119 : 72 gezongen was, op verzoek van de voorzitter door Ds. Dorsman met dankzegging voor de maaltijd en gebed heropend, waarna vervolgens de uitslag der gehouden stemming werd bekend gemaakt. Hieruit bleek, dat Ds. Abma en Ir. van Dis met vrijwel algemene stemmen herkozen waren. Op de vraag van de voorzitter, of zij hun herbenoeming aannamen, gaven beiden een bevestigend antwoord. De voorzitter wenste hun des Heeren zegen toe op hun arbeid ten behoeve van de Partij en bedankte vervolgens de leden van het stembureau voor de door hen verrichte werkzaamheden.

Alsnu gaf de voorzitter het woord aan de Partijsecretaris tot het uitbrengen van het jaarverslag.

Hierin werd allereerst opgemerkt, dat het afgelopen jaar de sprekende bewijzen levert van de lankmoedigheid, de verdraagzaamheid en de goedheid Gods, zowel wat betreft de Partij als geheel en in haar onderdelen, als voor ieder persoonlijk, ja voor heel ons volk. Alleen toch aan die eigenschappen Gods is het te danken, dat wij niettegenstaande de zonden van ieder onzer als leden der Partij, alsook die van overheid en onderdanen, nog gespaard en niet vernield zijn, dat wij weder in Algemene Vergadering bijeen mochten komen en dat wij als volk niet zijn overgegeven aan de verschrikkingen van een derde wereldoorlog, welke in de laatste maanden van het vorige jaar zo nabij was. Voorts werd in het verslag er op gewezen hoe het helaas te betreuren is, dat dit door zo velen niet erkend wordt, en dat in plaats van verootmoediging en een afbreken van de zonden, voortgegaan wordt op de weg van Godsverzaking, met miskenning en verwerping van Zijn Woord en getuigenis, gelijk ook in het regeringsbeleid tot uiting kwam en komt.

Vervolgens - werd geconstateerd, dat de afgevaardigden der S.G.P., zo-wel in de Tweede als in de Eerste Kamer, in het afgelopen jaar tegen dit beleid hadden mogen opkomen en mogen bepleiten wat door de S.G.P. wordt voorgestaan, namelijk het besturen van ons land o-vereenkomstig Gods Woord en wet.

Hierna werd opgemerkt, dat voor de eerste maal in de geschiedenis der S.G.P. ook de Eerste Kamer hierbij kon worden genoemd, aangezien de S.G.P. door de uitbreiding van het aantal leden der Staten-Generaal ook in deze Kamer een zetel verkreeg in de persoon van Ds. Smits. Door deze uitbreiding verwierf de S.G.P. eveneens in de Tweede Kamer er een zetel bij, welke werd bezet door de heer Kodde.

Vervolgens werd in het jaarverslag stilgestaan bij de uitslag der Tweede Kamerverkiezing, gehouden op 13 Juni 1956. Er werd op gewezen, dat deze uitslag voor de S.G.P. zeer gunstig genoemd kan worden, wanneer in aanmerking genomen wordt, dat de A.R.P. twee en de C.H.U. één zetel verloren. De S.G.P. mocht haar beide zetels niet alleen met de volle kiesdeler voor elke zetel behouden, doch zij had nog een overschot van circa 15.000 stemmen, te weinig echter voor een derde zetel.

Voorts werd gewezen op het feit, dat de groei der Partij nog steeds in stijgende lijn is. Er werden in het afgelopen jaar weder 9 nieuwe kiesverenigingen opgericht, waaronder een drietal in plaatsen, waar vroeger een kiesvereniging geweest was, doch die destijds opgeheven waren. Vervolgens werd in het verslag de nodige aandacht besteed aan de lectunrverspreiding, waaruit bleek, dat deze wegens de in 1956 plaats gehad hebbende Tweede Kamerverkiezingen een aanmerkelijke omvang had gehad. Het behoud der zetels was echter luet daaraan te Janken, doen aan de Heere, die de middelen had willen zegenen, de harten had geneigd en de omstandigheden daartoe had laten medewerken. Voorts werd dank gebracht aan allen, die zich met de aanschaffing en de verspreiding der lectuur hadden belast, alsook die door het geven van giften hun medewerking hadden verleend.

Hierna werd stilgestaan bij de werkzaamheden van het Partijbureau, inzonderheid bij de candidaatstelling voor de Tweede en de Eerste Kamer, waarbij de heer Jansen en enkele vrienden uit Rotterdam dank gebracht werd voor de door hen verleende medewerking inzake een met name genoemde kieskring.

Het Hoofdbestuiu: vergaderde in het achterliggende jaar vier maal, terwijl één verti-ouwensvergadering gehouden werd van het Hoofdbestuur met de afgevaardigden der Provinciale Verenigingen.

Tenslotte werden in het jaarverslag woorden gewijd aan het bedanken voor het lidmaatschap van het Hoofdbestuur door de heer Joh. de Kok, die door de Algemene Vergadering, gehouden te Middelburg op 5 Augustus 1919, tot lid van het Hoofdbestuur gekozen werd, zodat hij bijna 38 jaar Hd van voornoemd bestuur is geweest. Voor alle door hem verrichte arbeid werd hartelijk dank gebracht en hem voorts de nabijheid des Heeren toegewenst.

Vervolgens werd het verscheiden van wijlen de heer Dekker gememoreerd. Gewezen werd op de verschillende functies, door hem vervuld, zodat hij ook in de Partij een ledige plaats achterlaat, welke niet zo gemakkehjk te vervullen zal zijn. Inmiddels is zijn opvolger op de candidatenlijst voor de Provinciale Staten, de heer Middelkoop uit Culemborg, tot lid van de Provinciale Staten van Gelderland in zijn plaats banoemd, die zijn beslissing inzake het al of niet aannemen der benoeming zo spoedig mogelijk zou bekend maken.

Met de wens en bede, dat de Heere met de vertegenwoordigers der Partij in de diverse colleges moge optrekken en de beginselen der Reformatie, die door de Revolutie, door Rome en zo vele anderen gehaat en tegengestaan worden, meerdere ingang bij ons volk mochten vinden, werd dit jaarverslag besloten. Zonder op- of aanmerkingen werd het door de Vergadering goedgekeurd, waarna de voorzitter de partijsecretaris namens de vergadering voor de door hem verrichte arbeid dank bracht.

Hierop werd aan de partijpenningmeester, de heer Jansen, gelegenheid gegeven tot het uitbrengen van het financieel verslag.

Na eerst te hebben stilgestaan bij de uitslag der Tweede Kamerverkiezingen, werd de noodzakelijkheid betoogd van het verbreiden der Staatkundig Gereformeerde beginselen, om alzo ons volk met die beginselen in meerdere mate bekend te maken, daar ook ten aanzien van het staatkundig terrein van toepassing kan worden gebracht wat in Gods Woord staat opgetekend, dat het volk verloren gaat omdat het geen kennis heeft. Met het oog hierop had het Hoofdbestuur de Partijkas duchtig moeten aanspreken. Er was edhter een grens, welke door de financiën bepaald werd. Wel vertoont de Partijkas over 1956 een batig saldo, maar daarbij moet bedacht worden, dat hierin de contributies en de inkomsten van het Partijorgaan gedurende de laatste maanden van 1956 begrepen zijn. Dat in 1956 zoveel meer lectuur verspreid is kunnen worden, was volgens het verslag voor een belangrijk deel ook te danken aan het door de N.V. „De Banier" zo ruimschoots verleende crediet, waarvoor de directie hartelijk dank werd gebracht. De op 1 Juli 1955 ingegane verhoging van de abonnementsprijs op „De Banier" liad geen verlies van abonné's opgeleverd, waaruit blijkt, dat dezen begrip getcx> nd hebben voor de noodzaJcelijkheid van deze maatregel.

Ook de contributie-opbrengst vertoonde een gunstig verloop, daar zij gelijk was aan die over 1955, al bleek uit het verslag, dat heel wat penningmeesters der kiesverenigingen eerst aan de verplichting tot contributiebetaling voldeden nadat zij opnieuw een schrijven van de penningmeester hadden ontvangen. Zelfs bleven nog 16 kiesverenigingen in gebreke om de contributie over 1956 over te maken. De penningmeester zag zidh genoodzaakt deze in zijn verslag te vermelden en wij laten ze dan ook hier volgen:

Amersfoort, Ameide, Brakel, Houten, Lange Ruige Weide, Leersum, Maam- Maarsbergen, Naarden, Oude Tonge, Reeuwijk, Rotterdam-West, Rijswijk, St. Fhihpsland, Teuge-Terwolde, Urk en Vlaardingen.

Een drietal van deze kiesverenigingen bleek ook nog contributieschuld van één of meer vorige jaren te hebben. Wij zidlen deze maar niet vermelden, doch wel willen wij ze aansporen — de penningmeesters die het betreft, weten wel vide bedoeld worden — om de achterstallige contributies te voldoen.

De • collecte op de Algemene Vergadering van 22 Februari 1956 bracht volgens het verslag de mooie som op van ƒ 2034.64, dat was bijna ƒ 600.- meer dan in 1955. Aan giften werd ontvangen ƒ 1254.81. Ook al is de contributie vanaf 1 Januari 1957 van 25 op 50 cent per lid per jaar gebracht, toch zullen de giften voor de Partijkas onontbeerlijk blijven. Ten eerste opdat ook in jaren, waarin geen verkiezingen plaats hebben, lectuur onder ons volk zal kunnen verspreid w*orden; ten tweede omdat het Hoofdbestuur bij volgende verkiezingen (1958) D.V. wenst voort te gaan met lectuurverspreiding op groter schaal, en ten derde omdat de uitgaven door de stijging der prijzen ook stijgen, zodat ook meerdere inkomsten nodig zullen zijn. De totale kosten voor de verkie2rfngen bedroegen bijna ƒ 36.000.—, waarvan ruim ƒ 16.500.— door de kiesverenigingen werd betaald, zodat ten laste van de Partijkas ongeveer ƒ 19.000.— kwam, tegen ƒ 15.000.- in 1952. Een groot aantal verkiezingskranten en strooibiljetten werd door het Hoofdbestuur gratis verstrekt, terwijl ook een flink bedrag aan het plaatsen van advertentiën werd besteed. Voorts werd in het verslag er ten sterkste op aangedrongen, dat de kiesverenigingen, die de bestelde verkiezingslectuur nog niet betaald hebben (totaal een bedrag van ƒ 1684.63), dit spoedig zullen doen.

Na voorts een financieel overzicht gegeven te hebben en erkentelijkheid betuigd te hebben voor de vele ondervonden steun, besloot de penningmeester met de opwekking om in eensgezindheid voort te werken aan de verbreiding der beginselen, in diepe afhankelijkheid van Hem, Die het al regeert.

Ook dit verslag werd, nadat een enkele vraag van Ds. Luijtjes beantwoord was, door de vergadering goedgekeurd, waarop de voorzitter ook de partijpenningmeester voor de door hem verrichte arbeid namens de Vergadering dank bradht.

De voorzitter las hierna een verklaring voor van de controle-commissie, bestaande uit de heren B. v. d. Graaf en ƒ. v. d. Poel, waarin dezen • verklaarden, dat zij de boeken en bescheiden van de Partij hadden gecontroleerd en alles accoord bevonden hadden. Ook deze heren werd door de voorzitter dank betuigd voor de door hen verrichte werkzaamheden. In de nieuwe commissie voor de boekencontrole over 1957 werden benoemd de heren B. van der Graaf te RiddeAerk en M. Westerduin te Voorburg als primi, en de heren A. Af. van Hall te Amsterdam en A. S. den Braber te Rotterdam (Hillegeriberg) als secundi. Alsnu kwam aan de orde een voorstel van het Hoofdbestuur betreffende

WIJZIGING VAN HET BEGINSELPROGRAM

dat als volgt luidde:

Aangezien het Hoofdbestuur, onder meer wegens de werkzaamheden in verband met de Kamerverkiezingen in 1956, er nog niet toe komen kon de aan de kiesverenigingen toegezonden voorstellen inzake wijziging van het beginselprogram aan de hand van enkele bij haar ingekomen brieven nader te bezien, stelt voornoemd bestuur, na overleg en met instemming der vertrouwensvergadering, voor, deze wijziging uit te stellen tot een volgende Algemene Vergadering.

Op de vraag van de voorzitter, of iemand over dit voorstel het woord verlangde, werd door één der afgevaardigden opgemerkt, dat hij het woord een in de op één na laatste regel liever gewijzigd zag in het woord de, opdat het H.B. op de volgende Algemene Vergadering met voorstellen tot wijziging van het beginselprogram zou komen. De voorzitter kon te dien aanzien geen belofte doen, maar wel toezeggen, dat het H.B. alles zal doen om deze aangelegenheid zo spoedig mogelijk op de volgende vergadering af te handelen. Zonder verdere discussie werd daarop het voorstel van het Hoofdbestuur door de Vergadering aanvaard. Hierop kwamen aan de orde de vragen en voorstellen der kiesverenigingen.

1. Adressen- en sprekerslijst.

Alhlasserdam en Leerdam stellen voor, dat het H.B. een lijst van alle kiesverenigingen met namen en adressen van de secretarissen samenstelt en deze aan alle kiesverenigingen toezendt. Wijzigingen en/of aanvullingen kunnen in „De Banier" worden gepubliceerd, zodat iedere secretaris zijn lijst kan bijwerken. Leerdam zou tevens gaarne een lijst van sprekers zien uitgegeven. Toelichting. Bij vei'huizing van leden komt het voor, dat de secretaris deze leden niet kan overschrijven naar de kiesvereniging in de nieuwe woonplaats, omdat het adres van de secretaris aldaar niet bekend is. Overschrijving via het Partijbureau adht Alhlasserdam ongewenste verzwarinig van arbeid en onnodige dubbele correspondentie. Is in de nieuwe woonplaats geen kiesvereniging, dan wordt het wenselijk geadht om van de verandering van woonplaats bericht te zenden aan het Partijbureau.

Het Hoofd.bestuur had op deze voorstellen het volgende prae-advies gegeven:

Het Hoofdbestuur wijst er op, dat voorstellen als het bovenstaande vroeger ook reeds gedaan zijn, o.a. in 1932, toen Ds. Kersten voorzitter der Partij was, en in 1948, doch dat het H.B. het niet raadzaam achtte en ook nu niet raadzaam aoht om bedoelde adi'essen uit handen te geven. Wenst men een adres, dan wende men zich tot het Partijbureau. De ervaring heeft geleerd, dat dit niet zo veel werk eist als het samenstellen van een lijst als bovenbedoeld en het publiceren van de veranderingen daarin.

Op de vraag van de voorzitter, of de beide genoemde kiesverenigingen hun voorstellen nog nader wensten toe te lichten, verklaarde de afgevaardigde van de kiesvereniging van Alhlasserdam, de heer ƒ. van der Meuten, dat zijn kiesvereniging met het prae-advies van het H.B. geheel accoord ging.

De voorzitter bracht de heer van der Meulen voor zijn mededeling dank, en daar niemand zich tegen dit praeadvies verklaarde, was het door de Vergadering aangenomen. Het volgende punt ging over het

2. Kleine-hoerenvraagstuk.

Broek onder Akkerwoude, de aandacht vragend voor het kleine-boerenvraagstuk, vraagt wat er ter verbetering van de positie der kleine boeren zou kunnen worden gedaan. Toelichting. De kleine boeren komen tengevolge van het meer en meer doordrijven naar het staatssocialisme in steeds groter moeilijkheden, wat er toe zou kunnen leiden, dat zij geheel uitgeschakeld worden.

Het prae-advies van het Hoofdbestuur luidde als volgt:

Het is inderdaad juist wat door Broek onder Akkerwoude wordt opgemerkt, namelijk dat het regeringsbeleid er op gericht is de kleine boeren zo veel mogelijk te doen verdwijnen. De Kamerleden der S.G.P. zijn daartegen meermalen opgekomen en zij zullen dit D.V. blijven doen. Te betreuren is het, dat van de andere partijen daarbij maar bitter weinig steun verkregen wordt.

Op de vraag van de voorzitter of Broek onder Akkerwoude zijn vraag nader toe wenste te lichten, merkte de afgevaardigde dezer kiesvereniging op, dat het hem en de andere vrienden zijner kiesvereniging ten zeerste verblijd had, uit het prae-advies van het H.B. te hebben mogen vernemen, dat het H.B. een open oog heeft voor de gevaren, die de kleine boerenstand bedreigen.

Daar niemand verder over dit punt het woord verlangde, was ook dit praeadvies van het H.B. met algemene stemmen door de Vergadering aanvaard en kon worden overgegaan tot het derde onderwerp, dat handelde over de

3 Uitgaven „Ds. K. en Ds. Z.-serie"

Rotterdam (Banier II) vraagt of het niet beter zou zijn de uitgaven der „Ds. K. en Ds. Z.-serie" van het Landelijk Verband van Studieverenigingen over te brengen naar de kiesverenigingen (de Partij), resp. het Hoofdbestuur.

Toelichting. Daar het aantal studieverenigingen maar zeer gering is, zou het door deze verandering mogelijk worden, dat een breder terrein zou kunnen bestreken worden voor de verspreiding van lectuur uit de „Ds. K. en Ds. Z.-serie".

Hierop had het H.B. het volgende praeadvies gegeven:

Het Hoofdbestuur meent, dat het te ver zou gaan om aan het Landelijk Verband van Studieverenigingen het recht te ontnemen lectuur uit te geven zoals het dit tot dusver gedaan heeft.

Daar niemand gebruik wenste te maken van de door de voorzitter geboden gelegenheid zich over dit onderwerp nader uit te spreken, bleek de Vergadering ook met dit prae-advies eenparig accoord te gaan.

Alsnu kwam het vierde of laatste punt van de vragen en voorstellen aan de orde. Het ging over de verdere uitgave van de

4. Uiteenzetting van het beginselprogram.

Ede vraagt hoe het thans staat met het tweede deel van de uiteenzetting van het beginselprogram.

Het prae-advies van het H.B. luidde ajl volgt:

Het Hoofdbestuur is bereid om tot ^ uitgave van het tweede deel van de njj eenzetting van het beginselprogram ovj te gaan.

Ook dit punt leverde geen nadere fcj spreldng op. De voorzitter voegde m aan het prae-advies toe, dat hij gaan, de uitgave van dit werk tot een eiai zou willen brengen, maar dat bedacl( moet worden, dat dit een zeer tijdrovenj werk is en dat zijn werkzaamheden reej zo vele zijn. Zonder te dezer zake belofte te doen, hoopte hij echter j kracht te mogen ontvangen om het twej de deel tegen de herfst te doen uitlo men. De vergadering ging hiermei eenparig accoord.

De heer Kodde drong er nog eens ta sterkste op aan om, als het tweede ( verschijnt, dit dan ook spoedig af te men, wat door de voorzitter krachtig oj dersteund werd.

Vervolgens kwam de rondvraag aan i orde, waarvan door verschillende afgf vaardigden en leden gebruik gemaal werd. Tenslotte kreeg Ds. van Ravensvxiay gj legen'heid tot het spreken van een slot woord.

Spreker begon met er op te vsdjzen, è| de Filistijnen het van oude tijden af o| de levende kerk" gemunt hadden. Al Izaks knechten putten gegraven hadden gooiden de Filistijnen ze dicht. Simsu heeft heel wat van hen te verduren had, ja ze groeven hem zelfs de oga uit. David was al evenzeer met de FS stijnen gedurig in strijd gewikkeld. En toen Juda in ballingschap ging, juid ten en dansten de Filistijnen van vreuj de. Ook de Edomieten waren wel vei heugd, maar ze wüden toch de Judeeëc nog in leven laten, terwijl de Filistijnei hen geheel wensten te verdelgen. Hel geslacht der Fihstijnen — aldus Ds. van Ravenswaay, is nog lang niet uitgestoiven. Ze leven veel dichter bij dan mei wel zou denken, evenals de Filistijnen, die afgodendienaars waren, ook dicht ii de nabijheid van Israël en Juda woon den. De Filistijnen in letterlijke en fi guurlijke zin lasterden de tweede Pei soon in het Goddelijke Wezen in het b ven van Simson en David, van Paulm van Luther en Calvijn en zo vele and* ren, ook, om ons te bepalen tot onze tijd, van Ds. Kersten, die men ook heel wat belasterd heeft, tenvijl ook Ds. Zaïiiil van die zijde niet weinig te verdu: heeft gehad en nog te verduren heeft. Het is dan ook niet genoeg om lid S.G.P. te zijn, men moet ook voor haai beginselen opkomen. Des te meer men dit doet, des te groter en feller zal d« bestrijding zijn.

Men vergete echter daarbij zichzelf niet, merkte spreker voorts op. Ook wij zeil hebben afgoden in ons hart en leven, die er uit moeten.

In het bijzonder had Ds. van Ravenf waay met zijn wijzen op de Filistijnea Rome op het oog. Dit achtte hij de g^ vaarlijkste partij, daar Rome het er toelegt om het werk der Hervorming » dicaal teniet te doen. Rome's godsdienst is te vergelijken met die der Filistijnen, getuige de door Rome bedreven afg' rijen. Zo had een kapitein van de koop vaardijvloot hem onlangs een foto g^ toond, waarop Maria gekruisigd aan hout voorkomt. Dat was een foto val 1954, dus van zeer recente datum. Chnf tus wordt op die manier bij en door K> me al meer van Zijn luister beroofd, Maria al meer en meer op de troon zet in de plaats van Christus. Rom^' godsdienst is dan ook een gevaarlijke e« te veroordelen godsdienst, waar deze | kort gezegd in de praktijk er maar te zeer op neer komt, dat de mens ooral mede door eigen verdiensten verlost kan worden. De S.G.P. hebbe waak- •aam te zijn en niet te gaan zeggen, dat ij tegen die macht toch niets kunnen trichten. Als de Heere actief komt te aken, bestaat het niet, dat ge uw hand de broekzak houdt, aldus Ds. van Ra- •ens\vaay.

[preker wees voorts op de strijd orezer aderen, nu circa vier eeuwen geleden, 'oen ging het niet om een boerderij of ets dergelijks, maar om de waarheid van , ds Woord en de beginselen, die daarook voor het regeringsbeleid verankerd iggen. Grote gevaren bedreigen het proestantisme van Rome, en helaas zijn er 'duizenden bij duizenden protestanten, die dat gevaar niet onderkennen, ja, die 1 hard op weg zijn af te vloeien naar ome's verderfelijke leer van zelfverlos- Ising. Opmerkelijk was liet echter, aldus 'spreker, dat hem van enkele rooms-kapolieken onlangs instemming was betuigd met de vergaderingen inzake het protest tegen de burgemeestersbenoeming in Den Haag. Dit zijn er echter maar enkelen en dit zegt ook niets, daar Ide kerk van Rome de inquisitie handhaaft en uitvoert waar zij kan. De tegenstanders zijn bovendien ontzaglijk veel groter in aantal.

Ds. van Ravenswaay wees voorts als de beste plaats aan de gestalte des harten, vertolkt in het psalmvers:

Wij hebben God op 't hoogst misdadn, Wij zijn van 't heilspoor afgegaan. Ja wij, en onze vaad'ren tevens.

De tijden zullen al benauwder worden, m] gaan naar het getal 666 uit de Openbaring. Gelukkig dan dat volk, dat op goede gronden betuigen mag, dat God aan hun zijde is. Mochten wij tot dat volk behoren. Daarop komt het maar aan voor tijd en eeuwigheid. Het gaat om leven of dood. Met de eis uit Gods Woord, welke tot ieder komt, namelijk: „Bekeert u, bekeert u", besloot spreker zijn met aandacht beluisterd slotwoord. De voorzitter betuigde Ds. van Ravenswaay hartelijk dank voor de gesproken woorden en sloot zich voorts geheel aan bij wat door hem gezegd was, n.l. dat de afval ontzaggelijk groot is en dat wij veel verder w ^g zijn dan vri] wél weten. De voorzitter vees vervolgens nog eens op de noodzakelijkheid er van om zich als één man aaneen te sluiten tegen de machten van humanisme, liberalisme en Rome, tegen on- en bijgeloof, en daarvoor de kracht bij de Heere te zoeken om te Zijner ere te kunnen leven. Hierop verzocht de voorzitter aan Ds. van Ravenswaay de vergadering met dankgebed te willen eindigen, waaraan deze voldeed nadat eerst nog gezongen was Psalm 68 : 5.

En hiermede behoorde deze aangename Algemene Vergadering tot het verleden. Afgevaardigden en leden spoedden zich voeder naar trein, autobus en auto om bun haardsteden te bereiken. Uit de gesprekken, die wij opvingen, bleek wel, dat men zeer voldaan was en dat men, in tegenstelling met verleden jaar, de voorzitter bij het uitspreken van zijn rede in alle delen van de zaal van woord tot woord goed had kunnen horen. Wie echter naar huis konden gaan, de vrienden van de Utrechtse kiesvereniging, die wij voor al de door hen verrichte werkzaamheden namens het Hoofdbestuur onze hartelijke dank betuigen, konden dit niet. Zij wilden eerst oog de behulpzame hand bieden bij het tellen der collecte, wat een heel werk Was, maar wat voor hen ook een dankbaar werk was, daar toch de collecte de l^apitale som van ƒ 2061.49, zegge twee Quizend één en zestig gulden en negen en veertig centen, opleverde, dat is alzo nog een hoger bedrag dan de collecte van het vorige jaar, waaruit de grote offervaardigheid der S.G.P.-ers nog weer eens is gebleken.

Naast de vrienden der Utrechtse kiesvereniging, die zich met 't tellen belast hadden, past dan ook zeer zeker een woord van zeer hartelijke daiik aan allen, die deze voorwaar beduidende collecte mede hebben helpen opbrengen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 februari 1957

De Banier | 8 Pagina's

De Algemene Vergadering der S.G.P.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 februari 1957

De Banier | 8 Pagina's