Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VOOR DE JEUGD

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VOOR DE JEUGD

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

OOM KOOS

Beste neven en nichten!

Wij kunnen alweer beginnen met het toeroepen van een hartelijk welkom aan een nieuwe neef, die zich noemt Tes HÜhrands te H. Is de voornaam zo goed geschreven? 'Ik kon er niet anders van maken. Het is echter een ongewone voornaam, welke ik nog nooit eerder tegengekomen ben, en daarom vraag ik het maar even. Wil je in de brief met oplossingen, die je gaat sturen, duidelijk en voluit je voornaam vermelden? Ik verwacht de'oplossingen van de raadsels voor de jongeren van je. Thans gaan we over tot het vermelden der raadsels van

OPGAVE 486

]ongeren:

1. In de brief aan de Hebreeën komt een tekstgedeelte voor van 44 letters. Zoek dit tekstgedeelte uit de volgende gegevens: 16 3 28 38 is de naam van een plaats, waar de zoon van een weduwe door de Heere Jezus uit de dood opgewekt werd. 7 22 27 35 26 6 is de naam van een richter, die een raadsels opgaf aan zijn vijanden. 1 17 14 2 10 was de broer van Rebekka. 33 15 44 8 31 40 19 een soort van hert in de koudere streken van Europa. 39 37 4 34 13 is de naam van iemand, die Panlus zijn oprechte zoon noemt en aan wie hij een brief geschreven heeft. 5 12 20 is een gewicht. 42 41 24 29 21 is een politieman. 30 9 23 is een deel van de week. 43 25 6 18 was een oude weduwe, wier vader Fanuël heette {N.T.). 36 11 32 betekent: dicht, gesloten.

2. Noem de naam van: a. De man van Naomi. b. De bedelaar, wiens zweren door de honden gelekt werden. c. De zoon van Jakob, wiens naam uit negen letters bestaat. , d. Het dal, waar vandaan de verspieders een tros wijndruiven meebrachten voor Mozes en Aaron. e. De zesde zoon van Lea. f. Een bekend wetgeleerde ten tijde van Nehemia. g. De eerstgeboren zoon van Jakob en Lea, Welke naam vormen de beginletters van bovenbedoelde namen?

3. Zoek uit elk der volgende zinnen een woord, zo, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit het vijfde hoofdstuk van het boek Job. a. Want wij zijn in hope zalig geworden. b. In zes dagen heeft de Heere de hemel en de aarde gemaakt, c. De vorige benauwdheden 2Mllen vergeten zijn. d. Wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods? e. Hij zal Zijn volk niet begeven. f. U dan, die gelooft, is Hij dierbaar. g. Daarom zal Ik u niet meer verlossen. m t p r t n z d e l V s d g l d

Ouderen: s b

1. Een tekstgedeelte uit één der Psalmen bestaat uit 35 letters. Welk tekstgedeelte wordt bedoeld als het volgende bekend is: l h e d 26 1 29 8 13 5 is de naam van de apostel, die op de Pinksterdag de schare toesprak. 22 32 30 24 19 34 betekent smart, lijden, droefheid (komt voor in Jeremia 6). 35 3 16 9 is een metaal. Deze man wist het onderscheid niet tussen 18 23 33 27 11 21 4 28. 2 7 31 10 14 25 25 31 is een kwaadaardige bloedzweer. 6 35 is een kledingstuk, dat door een bepaald soort lieden gedragen wordt. 15 12 is een Nederlandse provincie (afk.). 17 en 20 moeten geraden worden, 2, Maak uit

RHABTUZO

door een andere plaatsing der letters twee namen uit het Oude Testament. 3. Zoek uit elk der volgende zinnen een woord, zo, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte geven uit één der Psalmen in de omgeving van en vóór Psakn 39. a. Sta in de poort van des Heeren huis. b. De Heere heeft de rechtvaardigen lief. c. En hun huizen zullen omgewend worden. d. De blaasbalg is verbrand. e. Heere, de aarde is vol van Uwe goedertierenheid. f. Toen zij nu geëindigd hadden het land erfelijk te delen. g. Het verstand dergenen, die het bezitten, is een springader,

De oplossingen dezer raadsels mogen nog NIET ingezonden worden.

Nu volgt een gedeelte van het historisch verhaal over

OECOLAMPADIUS

VIL

Na het twistgesprek, dat Oecolampadius met Dr. Eek gevoerd had, keerde de eerstgenoemde naar Bazel terug. In deze stad had het zaad der Hervorming sedert enige jaren wortel geschoten, al ging het dan niet met zulke snelle sprongen als sommigen dit wel gewenst zouden hebben. Oecolampadius werkte echter rustig voort, en wanneer men hem uitnodigde om aan één of ander godsdienstgesprek deel te nemen, wees hij dit niet af. Zo nam hij in 1528 deel aan zulk een gesprek te Bern, waar de Hervorming ook reeds tamelijke vorderingen had geaakt, hetgeen wel daaruit blijkt, dat, oen in deze stad in 1527 verkiezingen laats hadden voor leden van de grote aad, verscheidene zetels, welke tot dan oe door rooms-katholieken bezet waren, u door aanhangers der Hervorming beet werden. In de kleine raad, welke door e grote raad benoemd werd, ging het venzo. Ook hierin werden rooms-kathoieken door hervormden vervangen. óór het zoeven genoemde godsdienstgeprek was Oecolampadius uitgenodigd oor een zekere Haller, die te Bern ten unste van de Hervorming werkte. Oecoampadius aarzelde geen ogenblik aan eze uitnodiging gehoor te geven. Hij chreef aan Haller onder meer, dat hij ereid was, als het nodig was, zelfs zijn even ten offer te brengen. Laat ons in et nieuwe jaar, zo schreef hij vervolgens, lkander ontmoeten om ons verbond als ienaars van Jezus Christus plechtig te vernieuwen. Ook van ZwingH ontving HaUer bericht, dat hij kwam, wat hem zeer verheugde.

Het gesprek had plaats in de kerk der Franciscanen, waarin een soort tribune opgesteld was, waarop zij, die aan het twistgesprek deelnamen, konden plaats nemen.

Behalve Zwingli, Oecolampadius en Haller waren er nog vele andere aanhangers der Hervorming aanwezig. De loomse partij was vertegenwoordigd door doctor Treger uit Freybmrg, iemand van naam. Verscheidene rooms-kathoheke theologen, die bekendheid hadden, waren echter niet aanwezig. Of dat nu was uit vrees voor een nederlaag, of uit minachting voor de hervormers, is ons niet bekend. Desniettemin waren voor dit gesprek circa driehonderdvijftig personen opgekomen.

Nadat eerst de voorwaarden voor dit gesprek gelezen waren, weBce onder meer inhielden dat alleen maar bewijzen mochten geleverd worden, welke aan de Heilige Schrift onüeend waren, werd op een Zondag eerst het woord gegeven aan Zwingli. Deze begon te spreken over de mis, waarvan hij aantoonde, dat Rome hieromtrent een geheel onschriftuurlijke leer voorstond. Vooral zijn voorlezing van de Apostolische Geloofsbelijdenis, toen hij gekomen was aan de woorden: „Opgevaren ten hemel, zittende ter rechterhand Gods, des almachtigen Vaders, vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden", maakte op alle aanwezigen een diepe indruk, daar deze woorden, zoals Zwingli opmerkte, met de mis in strijd zijn. Zelfs een priester werd door deze opmerking zó zeer getroffen, dat het hem onmogelijk was om de mis te gaan bedienen, waartoe hij zich had opgemaakt. In aller tegenwoordigheid verklaarde hij de mis niet meer te kunnen bedienen, als zij niet op een betere grondslag rustte.

Dit twistgesprek had voor de Hervorming te Bern vérstrekkende gevolgen. Er had een ware zuivering der rooms-katholieke kerken plaats. De mis werd op besluit van de grote en de kleine raad afgeschaft, terwijl het ieder toegestaan werd uit de kerken terug te halen wat hij daarin tot versiering had aangebracht. Uit de Domkerk werden vervolgens vijfentwintig altaren en een groot aantal beelden verwijderd of vernield. Luther verhaalt er van, dat de kinderen op de straten zongen: „De valse goden vielen; hun rijk, hun dienst is uit".

Wij hopen over deze grote ommekeer te Bern bij leven en welzijn later nog wel het één en ander te vertellen, thans moeten wij daarvan afzien, omdat we naar Bazel terug moeten. Wat in Bern gebeurd was, had namelijk ook voor Bazel heilzame gevolgen. Tot nu toe was het daar met de voortgang der Hervorming, zoals wij hierboven al zeiden, niet zo snel gegaan. Oecolampadius had daar namelijk met drie machten te doen: de hogere geestelijkheid, de adel en de geleerden van de hogeschool. Toen hij echter uit Bern terug kwam en de daar door hem opgedane ervaringen begon te vertellen, was het volk niet meer te houden. Het was juist op een Goede Vrijdag, dat vijf broeders van het spinnersgilde naar de St. Maartenskerk gingen, waar Oecolampadius in den regel preekte. De mis werd er niet meer bediend, maar de beelden waren er nog. Zij werden nu echter alle door de vijf gildebroeders uit de kerk verwijderd, zonder dat de raad der stad dit wist. Hetzelfde gebeurde drie dagen later in de kerk der Augustijners. Nu liep echter het leven der vijf gildebroeders gevaar. De raad liet hen in de gevangenis opsluiten, maar kort daarop werden ze door de burgers opgeëist, waaraan de raad toegaf.

OOM KOOS

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 1957

De Banier | 8 Pagina's

VOOR DE JEUGD

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 1957

De Banier | 8 Pagina's