Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Jeugdspaarwet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Jeugdspaarwet

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

In de Memorie van Toehchting van het wetsontwerp Jeugdspaarwet stelt de regering, dat zij met de faciliteiten, welke dit wetsontwerp biedt, de jeugd vroegtijdig tot sparen hoopt te brengen en op die wijze ook op latere leeftijd de spaarzin hoopt te kunnen aankweken. Hoe zeer wij het ook wenselijk achten, dat het sparen bij de jeugd en ook op latere leeftijd bevorderd wordt, nochtans hebben wij er geen verwachting van, dat dit wetsontwerp, tot wet verheven, daartoe veel zal bijdragen. Het staat in de eerste plaats wel vast, dat dit wetsontwerp zijn ontstaan voorna­ melijk te danken heeft aan de touwtreKkeri], het loven en bieden, dat tussen i^ K.V.P. en de P.v.d.A. heeft plaats gevonden in het vorige jaar om de formatie van het huidige ministerie Drees tot stand te brengen. Tenslotte is het tusse» de K.V.P. en de P.v.d.A. uit de gedreven koehandel tot een compromis gekomen- En ziet, het eerste wetgevend proouci, de huurwetten, van het compromis* nisterie is nog niet in het Staatsblad opgenomen, of het tweede wetgevende f^"' duet, het ontwerp Jeugdspaarwet, ^ reeds bij het parlement ingediend. Werd in de wet van de huurverhoging^" hoofdzaak aan de wens eu de zin van , pv.d.A. voldaan, in het onderhavige , , sontwerp krijgen professor Romme en ïijnen .. een c^n klont Hnnf uit lilt- de df. pap, nnn zodat y.nf nt t^lk elk ip, ef partijen op haar beurt aan haar

tek komt. zake de huurverhoging met blokkej waarvoor de K.V.P. aanvankelijk liets gevoelde, ja er zelfs tegen gekant vas, heeft de P.v.d.A. haar wil en zin „eten door te drijven; inzake de bezitswniing, welke het wetsontwerp Jeugd- ipai laarwet door sparen wil bevorderen, 'n lezitsvorming, waarvan de P.v.d.A. lacfctens haar sociahstisch beginsel in niets moet hebben; heeft de P.v.d.A. let hoofd in de schoot moeten leggen u beeft zij het wetsontwerp ter wille van iet compromis moeten slikken. 3e heer Hofstra toch. die nu als minister let wetsontwerp Jeugdspaarwet mede jnderlekend heeft, heeft zich als Kamerid met de zijnen weinig enthousiast beoond voor de Spaarraad, welke in de ipaarwet 1947 tot instelling van de Naionale Spaarraad en het uitgeven van lijksspaarbrieven door ons parlement md aangenomen. iust op de Jeugdspaarwet als een product van een compromis het karakter m een kwade geboorte, dit zou, hoewel dstiekt niet zonder betekenis, nog te Iragen zijn, indien het wetsontwerp leugdelijk was voor het doel waarvoor iet ingetliend is, namelijk om het spa- : en en door het sparen de bezitsvorming ; e bevorderen.

De deugdelijkheid moet echter op verschiUencle gronden sterk betwijfeld wor- Letten wij op de rente van 2, 4 procent, welke de spaarders zullen beuren, ian is deze onder de gegeven omstanigheden wel heel laag. De regering och heeft dezer dagen bij de insohrijing op schatkistpromessen met een loopijd van drie maanden op een bedrag van ' 66, 8 milHoen, om deze te bekomen, en rente van 4 1/8 moeten betalen. aarenboven zijn er thans staatsobligaten bedrage van ƒ 100.— met een ente van 3 Vi procent tegen de koers an 82 te bekomen, hetgeen een veel hoere rente geeft dan de in het onderhaige wetsontwerp door de regering toeezegde rente van 2, 4 percent tegen de oers van 100. Deze staatsobligaties heben bovendien nog het voordeel, dat, als en het geld voor een te beginnen zaak f anderszins nodig heeft, men dit elke ag in de week kan bekomen door veroop van de obligaties op de Amsteramse beurs. Ook dit heeft de regeling, elke de spaarders in het wetsontwerp eboden wordt, tegen, dat men, behalve nkele uitzonderingsbepalingen, aan de es of negen jaren gebonden is om de oegekende 10 percent premie te bekoen. In zes of negen jaren kan er heel 6el gebeuren. In die jaren kan de gulen nog al veel meer in waarde gedaald jn dan thans het geval is, waarmede el terdege rekening mag wordsn geuden. De regering zelf houdt er reening mede, waar zij verklaard heeft, t zij bij devaluatie geen vergoeding eeft van daardoor geleden schade. Zij eeft het in deze gelaten bij de verkla- Bg, dat bij waardevermindering van de ulden verhoging van de premie overogen kan worden.

*an welke kant ook bezien, bestaat er en onzent geen vertrouwen, dat de reering zal slagen met het doel, waarvoor it wetsvoorstel moet dienen. Wij vren, dat het met dit wetsvoorstel, zo bet ngewijzigd tot wet verheven wordt, dekant op zal gaan als met de paarwet 1947 tot insteDing van de Najonale Spaarraad en tot het uitgeven van 'jksspaarbrieven. De Raad bestaat eds niet meer. Rijksspaarbrieven zijn, or zover ons bekend, nooit uitgegeven n tenslotte is heel de Spaarwet reeds in 953 ingetrokken. In de Memorie van Toelichting wordt niet vermeld of dit wetsontwerp door bijzondere uitgaven uit rijksmiddelen onder het volk zo veel mogelijk gepropageerd zal worden. 'Het zou stellig niet wenselijk zijn, als zulks plaats vond. Wij moeten de weg niet op, die de Spaarraad bewandeld heeft, toen deze in 1951 nog omstreeks ƒ 2 millioen voor propaganda ten behoeve van de Spaarwet uitgaf, terwijl het reeds vaststond, dat de Spaarwet tot een volslagen mislukking gedoemd was. Hier hebben wij wel weer een treffend bewijs hoe er met rijksgelden gesmeten is!

Aan bet einde van onze besprekingen over het wetsontwerp Jeugdspaarwet gekomen, merken wij met alle nadruk op, dat wij het sparen niet alleen gewenst, maar zelfs noodzakelijk achten. En dit niet slechts voor de jeugd, maar voor elk persoonlijk; doch ook voor de regering. Doch wat het sparen van de regering betreft, daaraan ontbreekt nogal het één en ander, zelfs zeer veel. De achtereenvolgende ministeries hebben op dit punt wel een heel slecht voorbeeld gegeven door met het geld te smijten, terwijl daaraan nog steeds geen einde gekomen is. In plaats van de tering naar de nering te zetten, wat een ieder heeft te doen. wil hij niet in allerlei maatschappelijke ellende terecht komen, en \w& t te sparen voor de kwade dag, hebben de genoemde ministeries van de hoge boom geleefd, wat mede tengevolge heeft gehad, dat wij thans met een lege schatkist zitten, en de financiën van ons land, zoals minister Hofstra zelf één- en andermaal getuigd heeft, thans in een hoogst desolate toestand verkeren. Hierbij komt nog, dat de ministeries naar sociahstische beginselen het bedrijfsleven allerlei lasten, ook verzekeringslasten, hebben opgelegd, ons volk daarbij in de waan brengende, dat de staat van de wieg tot het graf wel voor zijn maatschappelijk bestaan zou zorgen, waaruit niet weinigen onder hen de conclusie getrokken hebben, dat sparen in het geheel niet meer nodig was en er derhalve maar op los zijn gaan leven.

Wij zijn het volkomen eens met al degenen, die het .sparen niet alleen als een grote deugd beschouwen, maar het ook voor het maatschappelijk welzijn noodzakehjk achten, en daarom hebben wij er ook geen enkel bezwaar tegen, maar juichen het zelfs toe wanneer de regering onze jeugd in het bijzonder en ons volk in het algemeen tot sparen aanspoort. Doch tal van haar maatregelen zijn daarmede in flagrante strijd. Hoe zal men tenslotte kunnen sparen, als de regering ons met hoge lasten en belastingen overlaadt en daarin steeds maar voortgaat, gelijk zij nu al weer allerlei belastingen en lasten heeft ingevoerd en aangekondigd, dat in de nabije toekomst de belastingen nog verhoogd zullen worden? Hoe za] men kunnen sparen als mede en dit voornamelijk door haar maatregelen het levensonderhoud steeds duurder wordt? En hoe zullen de bedrijven kunnen sparen, wat voor hun bloei en voortbestaan toch nodig is, om het kapitaal te bekomen, waaruit de machines en de voor hun bedrijf broodnodige zaken bekostigd kunnen en moeten worden indien de regering hun dit door hoge lasten en belastingen totaal onmogelijk maakt? De bedlijven moeten toch, naar de mens gesproken, over kapitaal kunnen beschikken, willen zij in de toekomst welvarend zijn en ook de welvaart van heel ons volk kunnen dienen. En welk maatschappelijk nut en gewin brengt het een persoon of bedrijf, indien er gespaard wordt zonder dat het enig resultaat oplevert, omdat sedert men met sparen begon, de gulden zó in waarde gedaald is dat men bij al zijn sparen nog

in de waarde van zijn bezit is teruggelopen? Het is dan ook van het allergrootste belang wil de regering het sparen bij ons volk bevorderen, dat zij de waarde van de gulden op peil houdt.

Het was een voornaam stuk in de regeringsverklaring in October van het vorige jaar, dat de regering daarin verklaarde, dat zij de waardevastheid van de gulden wilde handhaven; een verklaring, weUce ook later door haar nog meermalen werd afgelegd. Nochtans is ^et deze verklaringen het vertrouwen in de waardevastheid van de gulden bij een zeer groot deel van ons volk niet gevestigd. En dit is ook mede een voorname oorzaak, dat velen in het sparen geen heil meer zien. Hoe kan de regering nu vei-wachten met een goede uitslag ons volk tot sparen te kunnen aanzetten, zoals in het onderhavige wetsvoorstel gedaan wordt, met een premieregeling van omstreeks 1, 5 percent per jaar, warmeer men op grond van de resultaten van de monetaire politiek van de jaren 1946 tot 1956 een jaar­ lijkse waardevei-mindering van de gulden kan vaststellen?

Gedachtig aan deze zo aanzienlijke jaarlijkse waardevermindering van de gulden, kan men van het wetsontwerp Jeugdspaarwet niet verwachten, dat dit bij een groot deel van ons volk goede ingang zal vinden en dat dit dienstig zal zijn om de spaarzin bij ons volk te bevorderen, alsmede dat het voor de spaarders het beoogde resultaat zal opleveren, is zelfs het vermoeden niet ongegrond, dat de gelden, welke voor voorhchting en propaganda zullen worden besteed, weggeworpen gelden zijn. Wil de regering het sparen bij de jeugd en bij heel ons volk bevorderen, dan is het stellig nodig, dat al haar maatregelen daarop gericht zijn, dat onze gulden niet meer van zijn waarde verliest en zijn waarde onvoorwaardelijk gehandhaafd blijft.

Dit is stellig een zeer geschikt en ook goedkoop middel om het sparen onder al de geledingen van ons volk te bevorderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1957

De Banier | 8 Pagina's

De Jeugdspaarwet

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1957

De Banier | 8 Pagina's