Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Brief uit Zeeland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Brief uit Zeeland

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

CCCLXXXII

In de vorige brief is ook melding gemaakt van het vreemdelingenbezoek aan Zeeland. Er worden veel pogingen in het werk gesteld om het bezoek van vreemdelingen te bevorderen.

Uw briefschrijver heeft geen bezwaar tegen het bezoeken van plaatsen, waar iets meer van de schepping kan worden waargenomen dan wel in de steden en werkplaatsen, waar niet meer de natuur, maar veelal de techniek bekeken kan worden, en waar meer het kunstmatige naar voren komt dan wel het natuurlijke dat God in de schepping heeft gelegd.

Het is volkomen begrijpelijk, dat zij, wier werkkring en daarmede de plaats van wonen medebrengt, dat zij slechts zelden buiten in de vrije lucht kunnen zijn, hunkeren naar de vrijheid, weUce die ruimte biedt.

Toch mag niet uit het oog worden verloren, dat het buiten zijn, tegenwoordig zo menigmaal ontaardt.

De praktijk leert toch, dat geen genoegen wordt genomen met wat te zien valt en wat genoten kan worden in de ruimte, in het vrij zijn van de vele en grote drukte, die het leven van velen bijeen nu eenmaal medebrengt, maar dat ook bij het buiten zijn toch het hart naar iets anders hunkert.

Was dat niet het geval dan zouden geen radio's worden medegevoerd en dan zouden die niet zo gesteld worden dat allerhande zogenaamde lichte muziek kan worden waargenomen, meestal tot hinder van hen die mede willen genieten van het buiten zijn, hetzij dat ze daar tijdelijk vertoeven, dan wel er voortdurend moeten wonen. Het is wel mogeHjk dat gemeentebesturen nog verbodsbepalingen stellen maar telkens bUjkt dat de naleving niet te verkrijgen is.

Niet alleen de Zondagswet stelt de mogelijkheid dat Gods Dag niet in acht wordt genomen en dat de gemeentebesturen machteloos staan, maar het blijkt ook telkens dat met andere zaken, als het maar naar de wens van velen is, als maar „het vreemdelingenverkeer" bevorderd wordt, bezwaarlijk zijn tegen te gaan omdat de straf, zo niet geheel idtblijft, dan toch wel zodanig licht is dat zulks niet baat, afgezien nog van de invloed welke geoefend •wordt op de politie om toch maar wat soepel te zijn, want het zijn „vreemdelingen".

Er is wel niet anders te verwachten van de mens die geen oog heeft voor de taak der overheid als Gods dienaresse, die geen oog heeft voor de eis dat die mens dient te leven tot Gods eer; er is wel niet te verwachten dat rekening wordt gehouden met die mensen die altijd met „de nachtschuit" varen, maar het feit is er toch maar, en hoe langer hoe meer dreigt de zede in Zeeland te worden beinvloed door het „vreemdelingenverkeer".

Nogmaals, het is begrijipelijk dat gezocht wordt „buiten te zijn", maar het zou toch niet meer dan billijk zijn dat de bezoeker zich dan ook aanpaste aan wat hem daarbij kan worden geboden, en dat niet de zaken worden omgewisseld, zodat zij die gelegenheid bieden zich maar moeten aanpajssten aan ^vat de vreemdeling zo gaarne wil.

Och, er wordt gesteld „de klant is koning". Wat de verzorgirig betreft kan dat worden onderschreven, maar wat de wensen betreft om zich maar eens buiten uit te leven, mag dat toch niet worden beaamd, want dan wordt God onteerd en wordt de eenvoudige mens geleid in een richting die hem niet tea goede komt.

Het is wel opmerkeHjk hoe de doorsnee vreemdeling (gelukkig nog niet allen, want er zijn ook mensen onder die zich zeer behoorlijk gedragen) zich in het openbaar durft te vertonen.' Niet alleen bij het baden, dat vanzelf niet zonder uitkleden kan, maar ook bij het wandelen, bij het zich ophouden in bewoonde oorden, veroorlooft menigeen zich een vrijheid waarvoor hij of zij zich in eigen omgeving zou schamen. Het is onbegrijpelijk hoe sommigen zich in een dergelijke toestand in het bijzijn van hun kinderen durven vertonen.

Wat blijkt toch uit alles dat wij geen rekening meer houden met Gods Woord gaan leven naar eigen goeddunken en dan is er van de mens „dood gevallen in zonde en misdaden" niets goeds meer te verwachten.

Uw Zeeuwse Briefschrijver.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 september 1958

De Banier | 8 Pagina's

Brief uit Zeeland

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 september 1958

De Banier | 8 Pagina's