De Oudejaarsavond

Deze avond heeft zich weer gekenmerkt door een 'hoogst ergerlijke brooddronkenheid, in onderscheidene plaatsen bedreven door meestal jeugdige personen.

In toenemende mate is daarop vuurwerk ontstoken, zijn er schoten gelost, waardoor personen gewond werden en er branden ontstaan zijn.

Daarbij is het in sommige plaatsen zelfs zó ergerlijk toegegaan, dat de politie en de brandweer er aan te pas moesten komen om nog erg(; re ongelukken te voorkomen, 'hetgeen tengevolge had, dat er meermalen hai-d'f! klappen moesten worden uitgedeeld.

De hoofdstad des lands, Amsterdam, stond hierbij op een wel heel treurige wijze als eerste in de rij. Daarin werd maar eventjes 67' keer alarm geblazen.

In een rel in de Slotermeer wierp een opgeschoten jongen vuurwerk in trapportalsn. Toen e> en politie-agent hem op wilde brengen, vielen vier andere jongens de politieman aan, waarbij een komplete vechtpartij plaats greep, waarna de baldadige jongen toch eindelijk naar het politiebureau werd opgebracht. Om één uur 's nachts werd de Amsterdamse brandweer, die een brandje op een vuilnisschuit wilde blussen, door het publiek met stenen bekogeld. Een politie-agent kreeg een steen tegen zijn hoofd, waarop vijf man met blanke sabel en gummistok een charge uitvoerden. In Rotterdam is het op oudejaarsavond ook al ergerlijk er naar toe gegaan.

In de Adriaen MiUerstraat gebeurde het, dat er in de slaapkamer bij een familie, die niet thuis was, een vuurpijl door de ruit naar binnen vloog en de slaapkamer in brand zette. De brandweer, die er aan te pas moest komen, was er snel genoeg bij om te voorkomen, dat er niet meer dan de slaapkamer uitbrandde.

In de Hudsonstraat liepen twee jongens 'brandwonden op, die aldaar rond een kerstboomvuur met een groep jongens geschaard stonden, toen een automobilist dwars op die groep inreed. De twee jongens vielen daarbij in het vuur, waarbij een zevenjarige knaap brandwonden over het gehele lichaam opliep en een zestienjarige brandwonden aan de linkerarm kreeg, met gevolg, dat beide jongens naar het Sophia-Kmderziekenhuis moesten worden gebracht.

Twee andere jongens werden op de oudejaarsdag gewond toen zij zelf vum-werk probeerden te maken. Eén van beiden, 17 jaar oud, verwondde bij een vroegtijdige ontploffing zijn rechterhand zo, dat 'hij zijn pink zal moeten missen en bekwam 'bovendien nog oogwonden; zijn broertje van twaalf jaren stond als toeschouwer te kijken, waarbij ook hij verwondingen aan een oog opliep. Beide jongens werden dientengevolge in het Zuiderziekenhuis opgenomen.

Ook ontstond er in Rotterdam nog een tweede brand door vuurwerk op de zolder van een lompenpakhuis aan de Anna Paulownastraat, waar jongens om half zeven in aUe vroegte rotjes naar boven gooiden. De rotjes zetten de lompen in brand en het pakhuis brandde, ondanks het optreden van de brandweer, geheel uit.

Ook al moest de brandweer nog voorts tot driemaal toe uitrukken om kerstboombranden te blussen, welke óf gevaarlijk waren voor buizen, óf door de jeugd op trambanen waren gelegd.

Ook in andere steden hebben op de oudejaarsavond ergerlijke baldadigheden plaats gegrepen, óf doordat de jongens vuurwerk afwierpen, waardoor de kleren van voorbijgangers werden bescha­ digd of dezien wonden aan de benen of andere lichaamsdelen opUepen, óf zelfs als te Groningen op het Zuiderdiep een kompleet oproer uitbrak. Jongens hadden aldaar enorme brandstapels gemaakt van kerstbomen, oude fietsbanden en kapotte stoelen, waarbij zij probeerden ook een bakfiets op het vuur te werpen. Brandweerlieden, die een einde aan deze voor de huizen zo gevaarlijke brandstichting kwamen maken, werden met stenen bekogeld, zodat de politie hun te hulp moest komen, die enkele öharges moest uitvoeren en waarschuwingsschoten moest lossen voordat het verzet werd opgegeven.

De gebeurtenissen op de oudejaarsavond typeran wel de gezindheid, welke er tegenwoordig onder ons volk heer.st. Het toont ons hoe ouders en jeugd geheel leven zonder zich om dood en eeuwigheid te 'bekommeren, en wat er van een volk te verwachten is, dat Gods Woord verwerpt en naar de inspraken van het bedorven 'hart leeft.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen