Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een blijvende troost  voor Gods verdrukte kerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een blijvende troost voor Gods verdrukte kerk

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Maar Gij, Heere, blifft in eeuwiglieid, en Uvo gedachtenis van geslacht tot geslacht.

Psalm 102 : 13

III.

Doch boven, dat alles. God heeft ook Zijn volk ingeleid. Ingeleid in het land der belofte, dat vloeide van melk en honing. Door de Jordaan heeft God het volk gebracht, en door het geloof zijn de muren van Jericho gevallen. De vijanden zijn overwonnen, en Israels volk begon te „leven". In Salomo's dagen zat men onder zijn wijnstok en onder zijn vijgeboom.

Het één zowel als het ander had God gedaan. En die gedachtenis nu is van geslacht tot geslacht. God zorgt ^daar Zelf voor, dat Zijn daden nooit worden vergeten. Wij zoudten het wel vergeten, maar de getrouwe Verbondsgod brengt het gedurig in onze gedachten terug. Zo is het ook in ons persoonlijk leven. Hoor Asaf in Psalm 77 : 7:

Tc Zal gedenken hoe voor dezen Ons de Heer' heeft gunst bewezen; Tc Zal de wond'ren gadeslaan; , Die Gij hebt van ouds gedaan.

Ons werk valt weg. Wat ktmnen wij er soms ver mee weglopen, er veel bij doen, en het oppronken; onze igrond er van maken en wat al niet meer. Wij bedrijven wat afgoderij met hetgeen in de ure der verdrukking en verzoeking, maar zeker in de poorten van de dood, wegvalt.

Gods werk echter blijft en houdt stand. In de hemel zal het voUe licht er op vallen; en zal God drieënig er ook de volle eer van ontvangen. Gods werk zal juichen tot Zijn eer en heerlijkheid. De gedachtenis van God en van Zijn werken zal zijn van ge3lacbt tot geslacht.

„Mijn overdenking van Hem zal zoet zijn, ik zal mij in de Heere verblijden", Psalm 104 : 34. „Hoe kostelijk", zo zegt David in Psahn 139 : 17, „zijn mij, o God, Uw gedachten!", de gedachten des vredes en niet des kwaads, die God gehad heeft van-eeuwigheid, en in de üjd verklaart en openbaart. Vele herinneringen moeten ons bedroeven en een oorzaak zijn van smart, maar dat is met deze gedachtenis niet. Wat laag doet het de ziel voor God buigen in net stof, wat wordt daardoor de bettoefte verlevendigd om God eer en heerlijkheid te geven. Wat geeft het ook een rust in God met het oog op de toekomst; een stil vertrouwen, dat Hij Zijn werk zal voleindigen.

De strijd zal blijven tot het ©inde, en satan met al zijn trawanten zullen dat voDc geen rust gunnen, zolang zij op de aarde zijn. Reken maar niet op een hemel hier op aarde, volk des Heeren.

Uw gedachtenis zal zijn van geslacht tot geslacht. Maria, de moeder des Heeren, heeft gezongen in haar lofzang: „Want zie, van nu aan zullen mij zalig spreken al de geslachten".

En inderdaad, de liefde des Vaders in de schenking van Zijn Zoon en in de verkiezing van Zijn volk, zal de stof zijn van gedurige aanbidding en verwondering voor al Gods kinderen. Het laatste geslacht, dat de aarde zal bewonen, zal zich beroemen in de heilige Israels, omdat Hij het gedaan heeft".

O, dat onze ziel werde opgewekt om de Heere te prijzen en zich in Hem te verbhjden. De bediening des Heiligen Geestes mocht ons rijkelijk worden geschonken, want Hij zal immers ons indachtig maken alles wat Christus tot ons heeft gesproken.

Gods ware volk kent droefheid, maar ook blijdschap. Droefheid over de zonde, maar ook blijdschap in God door Christus. O, beproeft u er toch aan, mijn medereiziger naar de eeuwigheid. Van nature leeft de mens maar gerust voort, zonder te bedenken wat tot zijn eeuwige vrede is dienende. Ook zijn er, die zichzelf paaien met valse inbeeldingen voor de eeuwigheid. O mensen, het is de duivel om het even hoe hij de arme mens naar het eeuwig verderf sleept.

Schrikkelijke vooitjeelden heeft de Waarheid ons gegeven, ook van degenen, die schijnbaar meeleefden, doch in de grond van de zaak vreemdelingen van God en vijandten van Gods arme voDc waren. Bedenkt, arme mens, wanneer gij in uw leven God niet hebt leren kennen in het aangezicht van de Heere Jezus Christus, en geen vruchten vertoont van het dierbare wierk Gods, er zal geen dageraad voor u zijn.

Openbare vijanden te zijn is schrikkelijk, maar bedekt is nog vreselijker. Wanneer wij onder de zaligmakende bearbeiding des Geestes mogen verkeren en iets van de hoogheid Gods onze harten mag vervullen, dan zullen wij ons weinig inlaten met de wereld en ons niet bemoeien met een ander. Ah God komt in ons leven, dan hebben wij igenoeg aan onszelf, en wat zullen wij dan in vreze wandelen de tijd onzei inwoning hier op aarde. Wat ik u bidden moge, valt die God nog te voet, eer het voor eeuwig te laat zal zijn. De tijd der genade is nog niet geëindigd.

Het vv^rdt voor elk van Gods kinderen een persoonlijke zaak. En wanneer genade heerschappij voert in ons hart en leven, dan wordt het de hoofdzaak, om vrede met God te vinden in het bloed des Lams, en hersteld in Zijn dierbare gemeenschap. O, wat drukt het zulk een mens God te missen, en weUc een bekommering verwekt het, om die God tot ons deel te mogen verkrijgen; maar ook welk een blijdschap wanneer die God Zich in gimst tot ons wendt. Volk des Heeren, Jehova bhjft tot in eeuwigheid en Zijn gedachtenis van geslacht tot .geslacht. God verlaat 2jjn kerk niet, al worden Züjn knechten soms verplaatst of weggenomen, en vallen Gods kinderen weg, waar gij uit kracht van het leven Gods zo innig aan verbonden waart. Het gemis kan zo groot zijn. Er ligt toch zulk een nauwe band tussen degenen, die uit God geboren zijn.

Door de liefde Gods verbonden, en verenigd in Christus idoor de Heilige Geest, beminnen zij elkander en zoeken zij „het goede" voor elkander, Ps. 122 : 3. Toch wat God ook doet in dit leven, welke lege plaatsen er hier soms komen, God blijft tot in eeuwigheid. Met Hem kunnen wij het leven in, door en uit.

Gelukkig voor wie niets anders dan God Overblijft, en welgelukzalig dat volk, v^aaivan geschreven staat: „2aj zagen niemand dan Jezus alleen". Het zal ons nog nauwer binden aan elkander ini leven en in sterven.

Gods ketk zal blijven van geslacht tot geslacht; maar ook Zijn gedachtenis. Zij het ons tot troost temidden van al het verval, en van de grote afval, die thans allerwege aanschouwd wordt. Hier vergeten wij God zo vaak. Ja, het is genade wanneer wij nog een indruk van God krijgen in ons hart en verstand. O, wij zijn zo arm en zo leeg. Wat moet een kind van God anders uitleven dan dat zij het inleven. Wat doen wij met onszelf toch bittere teleurstellingen op. Maar, o volk des Heeren, zo zal het niet altijd blijven. Aanvankelijk kreeg gij hier Gods beeld terug, doch gij moet steeds ervaren, dat het maar een kennen ten dele en een profeteren ten dele is. Het is hier alles nog onvolkomen en m^et zonde besmet. Wat een duisternis is er in ons verstand, dat aanvankelijk verlicht werd, overgebleven. Wat worden hier onze gedachten veel vennenigvuldigd dan door het één en dan weer door het ander. Wij zijn hier nog in 's vijandis gebied. Zeer ver kan God het toelaten. . Denk maar aan het ieven van Job en David, Eenmaal echter zal deze bedeling eindigen. Straks komt de dood en dan zult gij, lievelingen des Heeren, alles mogen afleggen, wat u hier kwelt en drukt. De tijd nadert, dat wij van onszelf verlost zullen worden en van al de overbhjfselen der zonde.

Tot in alle eeuwigheid zullen wij dan God volmaakt kennen, dienen, verheer-Hjken en prijzen. Het volle licht zal dan ook opgaan over God en over Zijn werken, tot lof van Zijn doorluchten, driemaal heihgeni Naam.

Verbhjdt u in de hoop. Zijt gediddig in de verdrukking. Volhardt in het gebed.

Gr. Rapids (U.S.A.)

Ds. W. C. Lamain

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juni 1959

De Banier | 8 Pagina's

Een blijvende troost  voor Gods verdrukte kerk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juni 1959

De Banier | 8 Pagina's