Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buitenlands OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenlands OVERZICHT

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de achter ons liggende week is er door de regeringsautoriteiten opnieuw druk onderhandeld om de spanningen onder de westelijke en de oostelijke mogendheden te verminderen en zo mogelijk geheel uit de weg te ruimen. Zij verklaarden daarbij met eenparige mond, dat zij er allen op stonden om tot een blijvende vrede te geraken. Aan schone woorden en wensen over het vei-krijgen en behouden van de vrede heeft het daarbij volstrekt niet ontbroksn. Met dat al zijn zij geen stap nader tot het opruimen van de hoog geklommen spanningen en tot het verkrijgen van de wereldvrede gekomen. Voor de zoveelste maal is het weder klaar aan het licht gekomen, dat zij daartoe niet in staat zijn. Wat niet de minste verwondering behoeft te baren, dewijl heel hun arbeid en inspanning met miskenning van God, Zijn Woord en Zijn gebod zijn ondernomen. Het Woord des Heeren, hoe zeer het ook miskend wordt, geldt toch nog altijd: „Zo de Heere het huis niet bouwt, tevergeefs arbeiden deszeMs bouwlieden daaraan; zo de Heere de stad niet bewaart, tevergeefs waakt de wachter".

De pogingen zijn er echter genoegzaam aangewend om tot een betere verstandhouding tussen de westelijke en de oostelijke mogendheden te geraken. Daarvoor heeft men de gelegenheid aangegrepen, welke het bezoek van de Russische vice-premier Konlof aan Amerika daartoe bood. Deze brengt namelijk een bezoek aan Amerika om aldaar een Russische tentoonstelling te openen, welke hij inmiddels reeds geopend heeft.

President Eisenhower heeft ondanks zijn drukke werkzaamheden deze tentoonstelling reeds bezocht en zich waarderend daarover uitgelaten, verklarende, dat hij hoopte tijd te kunnen vinden voor een nader en grondiger bezoek aan deze tentoonstelling.

Dit heeft echter de Russische ministerpresident Chroestsjef niet belet om op een vrij scherpe wijze onverkort de Russische eisen nog eens naar voren te brengen en te stellen tegenover de vroegere goeverneur van New York, Harriman, die thans een bezoek aan Rusland brengt. De politieke kringen in Washington zijn zeer verontrust door de binnengekomen rapporten van Harriman betreffende het onderhoud, dat deze met Chroestsjef gehad heeft.

Chroestsjef heeft namelijk volgens deze rapporten verklaard, dat hij vastbesloten was om de westelijke machten uit Berlijn te krijgen. Hij meende dit blijkbaar te kunnen doen, omdat het machtsevenwicht naar zijn oordeel ten gunste van Rusland verschoven is. Chroestsjef heeft daarbij onverholen uitgesproken, dat het Russische voorstel het laatste aanbod is en dat de onderhandelingen in Gsnève op deze grondslag hervat behoren te worden. Zo niet, dan zou hij zijn bedreiging ten uitvoer moeten brengen om de westelijke mogendheden voor een voldongen feit te stellen door een vredesverdrag met de Oostduitse regering te sluiten.

Volgens de politieke kommentator Alsop zou Chroestsjef zijn politieke dreiging zelfs aangedikt hebben met ruwe militaire dreiging, door te verklaren, als een soort van waarschuwing, dat de Russische regering onmiddellijk steun zou verlenen aan die van Oost-Duitsland indien de westelijke mogendheden zouden pogen op gewelddadige manier hun recht op de toegang tot West-Berlijn door te zetten.

In officiële Amerikaanse kringen is men van oordeel, volgens het uitgebrachte rapport, dat Chroestsjef in het onderhoud met Harriman taal gebezigd moet hebben, welke als twee druppels water op die gelijkt, welke Hitler ook wel placht te bezigen.

Men is daarin dan ook uiterst pessimistisch gestemd omtrent enigerlei mogelijkheid, dat het bezoek van Konlof enige verbetering in de gespannen verhoudingen zal aanbrengen en te dien aanzien enig resultaat zal opleveren.

Ondanks alle mooie woorden omtrent de vrede en het tot stand komen daarvan, verkeert men in de vooraanstaande Amerikaanse diplomatieke kringen in de stellige overtuiging, dat de Russische regering door geen enkele daad, waardoor zij ©en wezenlijk offer zal brengen, er aan mede zal willen werken, dat er enige toenadering tussen de westelijke en de oostelijke mogendheden zal komen. Daarbij heeft het ook haar aandacht getrokken, dat Chroestsjef in het onderhoud met Harriman gezegd heeft, dat hij Konlof als zijn opvolger beschouwt in het geval hij zijn regeringstaak mocht neerleggen.

Wat Konlof aangaat, deze heeft in Amerika, voordat hij dit had met president Eisenhower, een onderhoud gehad met de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken, Herter, hetwelk hij als hartelijk beschreven heeft. Minister Herter heeft echter zijnerzijds verklaard, dat hij van gevoelen was, dat het bezoek van Konlof voor een betere verstandhouding geen enkel resultaat zal opleveren. Ook uit het onderhoud, dat Konlof met journahsten heeft gehad, valt geen andere konklusie te trekken. In weerwil van de steeds vredelievende woorden en de verklaringen, dat geen enkel land van de Russische regering ©en agressieve daad, voltrekt geen enkele aanval te wachterj stond, zeide hij toch, dat van Russische zijde geweld met geweld beantwoord zou worden en heeft hij zich ook op een perslunch, evenals Chroestsjef, in dreigende taal uitgelaten. Het spreekt wel vanzelf, dat Konlof ook een gesprek met president Eisenhower, dat vrij lang geduurd heeft, gevoerd heeft. Dit gesprek was zeer tot genoegen van Konlof verlopen, maar had evenmin iets opgeleverd waardoor enige wijziging ten goede in de verstandhouding tussen de westelijke en de oostelijke mogendheden gebracht was.

Zo is men dan in de Amerikaanse diplo. matieke kringen tot de overtuiging gg. komen, dat het bezoek van Konlof jn geen enkel opzicht tot een ontspanning van de internationale toestand zal leiden en dat er geen wijziging van het standpunt der Russische regering ook ter zake van Berlijn kan worden verwacht. Vooral is deze overtuiging gevestigd geworden na de besprekingen, welke de Russische vice-premier Konlof in Amerika heeft gevoerd en na de laatste verklaringen van de minister.^resident Chroestsjef.

Evenzeer is het standpunt van de Amerikaanse regering en de overige westelij. ke regeringen ongewijzigd gebleven, dat zij zich niet door de Russische dreigementen van hun ingenomen standpunt zullen laten afbrengen, en ook het standpunt van president Eisenhower niet, namelijk, dat hij geen heil ziet in een topkonferentie van de regeringsleiders, indien op de aanstaande koiiferentie van de ministers van buitenlandse zaken niet enig belangrijk resultaat verkregen wordt.

Met dat al wordt in de Amerikaanse regeringskringen erkend, dat de dreigende uitlatingen van de Russische zijde een verderfelijke invloed op een goede gang van zaken op de Geneefse konferentie zullen uitoefenen.

Hierbij heeft het sterk de aandacht getrokken, dat president Eisenhower een spoedkonferentie met zijn raadgevers, ook militaire, heeft belegd.

Hoewel de officiële kringen de voorstelling bestrijden, dat de Amerikaanse regering zich over de huidige stand van zaken ongerust maakt, wordt nochtans een bijzondere betekenis gehecht aan de konferentie, welke president Eisenhower in een spoedvergadering met zijn militaire en diplomatieke raadgevers heeft belegd. Al mag er dan nog niet van een noodtoestand sprake zijn, nochtans wordt deze spoedvergadering zowel in Amerika als daar buiten als iets, dat allerminst zonder betekenis is, opgevat.

In Amerika wordt de opvatting gedeeld, dat zij belegd is om te bepalen welke waarde moet worden toegekend aan de voortdurend geaksentueerde starheid der Russische regering. In het bijzonder geeft men zich er rekenschap van, dat wellicht de eerste faze is aangebroken van een diplomatiek offensief, dat gegrond is op de Russische voorsprong in bewapening met geleide projektielen, welke volgens de minister van defensie, Mc. Elroy, neerkomt op een superioriteit van drie tegen één.

Beweerd is, dat de Sovjet-Unie met vertraging heeft te kampen bij de uitvoering van 'haar ballistische programma. Doch volgens de laatste inlichtingen van doorgaans betrouwbare zijde zijn de Russische proefnemingen met grote projektielen voor 75 procent geslaagd, terwijl de Amerikaanse proefnemeningen met het type Atlas slechts voor 40 procent geslaagd zijn.

Diantengevolge kcnkludeerden bevoegde autoriteiten, dat de huidige starre houding der Russische regering inderdaad kan ingegeven zijn door de mening, dat het machtsevenwicht voldoende naar Russische superioriteit is verschoven om de eisen betreffende Berlijn te kunnen doorstaan.

Amerikaanse mihtaire deskundigen zijn evenwel van oordeel, dat deze konklusie ongemotiveerd is, daar de strategische luchtmacht van Amerika een voldoende tegenwicht biedt tegen tijdelijke voordelen van de versnelde ontwikkeling van het projektielenwapen voor de Sovjet-Unie.

Ook schrijft men in sommige Amerikaanse kringen de aandrang op de Amerikaanse regering, waarvan men meent, dat deze spoedvergadering een gevolg is — volgens vooraanstaande Amertoanse kringen is er door president Eisenhower te sterk oü de defensie bezuinigd — toe, tot zekere akties van paraatheid over te «aan, zoals vergroting van de waakzaamheid der strategische luchtmacht door permanente patrouillering, als tegenzet van de projektieldiplomatie van de Russische regering,

Uit de huidige gang van zaken valt wel af te leiden, dat de kans, dat er op de aanstaande ministerskonferentie te Geneva enige overeenkomst bereikt zal worden, al zeer gering is. De kans daarop is zelfs verslechterd. Ook zou de samenspreking van de regeringspersonen van de westelijke mogendheden, waarvan eertijds geschreven werd, dat deze te Parijs aan de ministerskonferentie van Geneve vooraf zou gaan, daarin wel geen verbetering hebben kunnen aanbrengen. Deze samenspreking zal allicht niet meer gehouden worden, want in de pers is daarover in de laatste tijd met geen vv«oord meer gerept. Wel is er in de pers gewag van gemaakt, dat de Italiaanse regering, vooral na het bezoek van de Franse president De Gaulle, er op aangedrongen heeft om bij de ministerskonferentie te Geneve betrokken en erkend te worden. Ook van de zijde der regeringen, wier landen bij het Noord-Atlantisch pakt betrokken zijn, zijn er stemmen opgegaan, dat de leden van dit pakt bij de ministerskonferentie betrokken zullen worden. Doch ook daarvan zal er, gelet op de betrekkelijk korte tijd, welke er nog vóór 13 juli is, wel niets komen.

Zo zal dan de ministerskonferentie te Geneve met dezelfde deelnemers, naar het zich laat aanzien, gehouden worden.

In het kort nog het navolgende. President Soekarno heeft zondag jongstleden onder toejuiching van een duizendkoppige menigte van de trappen van het witte merdekapaleis zijn dekreet afgekondigd, waarbij de dn 1955 gekozen grondwetgevende vergadering wordt ontbonden en de revolutionaire grondwet van 1945 weer van kracht wordt. Het aan het bewind zijnde kabinet Djoeanda - het zeventiende sinds de onafhanke-, lijkheid — heeft zijn mandaat aan Soekarno teruggegeven.

Zeven minuten sprak Soekarno, waarin het plaats vond, dat Indonesië uit de rij van de op demokratische wijze geregeerde landen overging in een semi-diktatoriale staat, waarin de feitelijke macht in handen van de premier-president en het leger is.

In zijn toespraak zei president Soekarno, dat zijn dekreet nodig geworden was doordat het parlement halsstarrig had geweigerd de nu ingevoerde geleide demokratie met tweederde meerderheid goed te keuren. Daaraan voegde hij toe: De meerderheid van de parlementsleden weigerde daarop de zittingen nog verder hij te wonen, waardoor zij de eenheid en veiligheid van land en volk van Indonesië in gevaar brachten.

Hij kondigde voorts de samenstelling aan van een voorlopig raadgevend volkskongres en een hoge raad van advies. Over een presidentieel kabinet repte hij met geen woord, maar vrij algemeen wordt aang3nomen, dat dit zeer spoedig zal worden samengesteld.

Dit presidentiële kabinet zal onafhankelijk van partij-invloeden zijn. Het leger en andere maatschappelijke groepen zullen er een stem in het kapittel bekomen. Algemeen wordt aangenomen, dat het leger in het nieuwe kabinet een grotere rol zal spelen dan de twee minister-portefeuilles, welke het in het kabinet Djoeanda bezette. Het leger heeft toch gedurig om portefeuilles gevraagd. Stafchef Nasoetion is één van de kandidaten.

Onmiddellijk na afkondiging van het dekreet door president Soekarno heeft luitenant-generaal Nasoetion een dagorder uitgevaardigd, waarin een beroep wordt gedaan op de strijdkrachten om het besluit van president Soekarno te gehoorzamen en om discipline en eenheid te versterken en de wet en de orde te handhaven.

De woordvoerder van het leger, majoor Harsono, verklaarde, dat het in juni afgekondigde verbod op iedere politieke aktiviteit van kracht blijft om de rust en de orde niet te verstoren, maar dat het tijdelijk zal zijn.

De Indonesische konsul-generaal te Singapore, brigade-generaal Djatikoesoemo, die ook kandidaat is voor een ministerportefeuille, verklaarde ten aanzien van het dekreet van president Soekarno: Door terugkeer naar de revolutionaire grondwet van 1945 zullen er in Indonesië dingen gedaan kunnen worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 1959

De Banier | 8 Pagina's

Buitenlands OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 1959

De Banier | 8 Pagina's