Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VOOR DE JEUGD

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VOOR DE JEUGD

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

OOM KOOS

Beste neven en nichten! Wij beginnen dit keer met 'het geven van de nieuwe raadsels van

OPGAVE 597

Jongeren:

1. Noem de naam van: a. de farizeër, die des nachts tot de Heere Jezus ging. b. de man van Bathséba. c. de vrouw, die bezaig wasi met veel dienens. d. de profeet, die profeteerde over de dorre doodsbeenderen. e. de plaats, waar veel geklaag en geween was. f. de zoon van Hagar. Welke naam vormen de eerste letters van de gevraagde nanien?

2. Een tekstgedeeite iiit het boek Exodus bestaat uit 47 letters. Zoek dit tekstged'eeilte met behulp van de volgende gegevens:25 10 19 32 5 15 34 was een profeet, zoon van Hilkia.

De 12 11 41 44 van Uw huis heeft mij verteerd.

De mens moet van elk 46 31 1 22 woord rekenschap geven. Benauwdheid en 7 30 16 17 9 hebiben mij getroffen. De ark was 37 4 13 36 23 42 ellen breed.

Eer de 3 28 38 2 gekraaid zal hebben.

Hoe zullen de 40 43 45 26 35 opgewekt worden.

Voor specerijen zal er 27 14 6 39 21 is gelijk 24 18 29 47 8 zijn (Jes. 3). Sauls vader heette 33 20 17.

3. Zoek uit elk der onderstaande zin-_ nen een woord, zó, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit 1 Petrus, het tweede hoofdstuk. a. Er werd geen profeet in Israël gevonden. b. Een Israëliet in wie geen bedrog was. o. De Heere is ia de hemel, wij zijn op de aarde. d. Hij maakt Zijn engelen geesten. e. Zij sperren hun mond wijd open. f. Ik heb mijn schaap gevonden, 'dat verloren was.

Ouderen:

1. Een tekstgedeelte uit Jeremia bestaat uit 58 letters. Zoek dit tekstgedeelte met behulp van de volgende seEevens:51 7 23 31 48 was één der twee hogepriesters ten tijde van David. 32 18 44 34 43 44 was de opvoliger van stadhouder Felix. 17 4 10 27 zijn er, die getuigen in de hemel. Mijn 22 14 15 57 zal bestaan, zegt de Heere. 46 2 20 6 is de kleur van de draak uit de Openbaring, Deze 16 24 37 49 is-hard, wie kan dezelve horen? De koning zeilf wordt van het veld 53 11 26 38 47 25 6. Toon ons de Vader en het is ons 54 33 50 54 53. Zo zullen zij 19 39 42 52 8 dat een profeet in hun midden geweest is. M'an Gods! de dood is ia de 29 3 40. Eer zij 30 21 35 45 58 13 zal Ik antwoorden. De hemel is Mijn 12 28 41 3 9. Mefiboseth noemde zichzelf een dode 1 31 56 37. ApoHos heeft 36 7 5 gemaakt.

2. Maak uit: IMMANKRATTALIHALEHOE drie namen van personen, die genoemd worden ia Ezra 10.

3. Zoek uit elk der volgende zinnen een woord, zó, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte voimen uit Jeremia tussen de hoofdstukken 13 en 16. a. Wat zuilen wij tot deze diagen zeggen. b. De vijan> den zijo uit de landpalen Israels verjaagd. c. Heft uw ogen op naar de hemel. d. Als ik Uw hemel aanzie, het werk Uvs^r vingeren. e. De dwaas zal niet meer genoemd worden.

De oplossingen dezer raadsels mogen nog niet iagezonden worden.

Thans volgen de oplossingen van de raadsels der opgaven 589 tot en met 592.

OPGAVE 589.

Jongeren:1. Die zal mij een huis bouwen.

2. Jochebed. (Joram, Onesimus, Cyrenins, Hiram, Eliëzer, Baruch, Efraim, Dina).

3. Maar nu ben ik hua snarenspel geworden en ik ben hun tot een klapwoord. (Benoni, Ketura, Samuel, Dcabod, weduwe, snarenspel, geroepen, honderd, hinkte, N.N.).

Ouderen:

1. Tiras, Aram, Nahor.

2. Gij weet van mijn dwaasheid.

3. Doe aan mij een teken ten goede, opdat het mijn haiters zien en beschaamd worden. (ijzerroest, waarachtig, poieder, Benhadad, smijter, Mohammed, telcenen, dennen, neo, een).

OPGAVE 590.

Jongeren;

1. Zie, wij hebben ales verlaten.

2. Er zal niet één steen op de andere steen gelaten worden. (Ner, Gideon, lasten, petra, zes, wendt, nader, lente, een, ree, goed).

3. Sosthenes. (Saulus, Orpa, Silas, Thyatire, Haran, Eleazar, Nicodemus, Eva, Sara).

Ouderen:

1. En alle eiland is gevloden,

2. En weet gij deze dingen niet?

3. Er rees dan een vraag van enigen uit de discipelen van Johannes met de Joden. (Joram, Daigon, genadig, tien, vade^ ren, neen, Javan, spiegel, dienen, Deen, mes).

OPGAVE 591.

Jongeren:

1. Dionysius. (Adriatische zee, Diana, Joel, Ananias, Cyprus, Asnath, Kis, Hur, Isai).

2. De koning weet van deze 'dingen.

3. En de anderen sommigen op planken en sommigen op enige S'tukken van het schip. (Simeï, Schoonehavens, Daniël, Naomi, Nun, gerstenoogst, gemeen, denken, pek, kamp, hopen, p).

Ouderen:

1. Kefira, Hodeva, Barkos. 2. Die hemel en aarde gemaakt heeft. 3. Hij nam de hoogten weg en brak de opgerichte beelden en roeide de bos> sen uit. (strijdt, Scheba, Mahanaim, geroepen, bewegen, heden, btoed, kruid, 'tien, goden, Doëg, hoed, e).

OPGAVE 592.

Jongeren:

1. Gaat uit van haar mijn vodk, opdat gij aan haar zonden geen gemeenschap hebt. (verrijkt, Zacharias, Hagar, Nnmeri, loven, bijna, negen, Dagon, Manoach, deeg, pand, pest, hut, t).

2. Dina de dochter van Lea. (Rachel, David, Dan, teen, o).

3. Kleopas. {Kain, Laban, Efraim, Omri, Pteninna, Asaf, Saffira).

Ouderen:

1. En als het dag was 'geworden.

2. Daniël, Nahum, Haggai.

3. En een 'grote hagel, eUc als een talent pond zwaar, viel neder uit de hemel op de mensen. (Ahasvéros, Nehemia, Zoar, twiatig, palen, rO'ede, keel, geel, 'lendenen, eelt, punt, mededelen.

De volgende maal zuilen wij bij leven en welzijn de namen vermelden van hen, die met deze oplossinigen een prijs verkregen hebben. Zijn er no'g ooder hen, die de raadsels geregeld oplossen, die nu ook eens met het insturen der oplossin'gen willen beginnen? Ze zij'U te allen tijde hartelijk welkom. Verzuim echter niet om aan de voorzijde van de enveloppe het woord Nieuw te schrijven.

Nu nog een kort gedeelte van het verhaal over

JOHAN RAMAWARMA

16. In deze plaats bestond 'door het werk van het Bazeler Zendingsgenootschap een tamelijk grote christengemeente. Het was vooral de zendeling Hebioh, die hier met zegen had mogen arbeiden. Deze toch was niet alleen bezield met een 'brandende zendingsijver, maar hij bezat ook de bijzondere gave om 'de mensen op de juiste wijze aan te pak­ ken. Hij had een talrijke schare om ziel] heen weten te verzamelen, 'die hij deels als zijn zwarte en anderdeels als zijn blanke kia'deren aansprak. De laatsten waren voor het merendeel Etuopese mi. litairen, die in Oannanur in garnizoen lagen en onder invloed van Hebiolis prediking tot inkeer en zelfs tot vemieuwing des levens gekomen waren. Onder deze militairen waren er verscheidenen, die, na ontslag uit de dienst niet naar hun vaderland teruggingen maar in Camnianur bleven om na eniae tijd van opleiding, de zendeling in zijn arbeid ter zijde te kunnen staan. Zodoende werd Hebich verzocht om de openbare godsdienstoefeningen in twee talen te doen plaats hebben. De zendeling willigde dit verzoek in, zod'at hij. zelf 'in het Engels sprak, terwijl één der In'dische gemeenteleden, die de Engelse taal machtig was, elke ui'tgesproken zin direkt in de Malealimtaal overzette.

Nadat de zendehng Höbich te Caimanur Ramawarma enige tijd van nabij 'had learen kennen en gekonstatewd had dat hij niet alleen een scherpzinnig verstand had, maar zich ook ia de Engelse taal goed kon^ uitdrukken en bovendien in de waarheden .vani de christelijke godsdienst onderworpen was, bood hij hem aan om 'in het vervolg als vertaler van de door hem in het Engels uitgesprol< en preken op te treden. Ramawarmia aanvaardde idit aanbod en het bleek al heel 'gauw, 'dat hij voor dit werk .bijzonder geschikt was. Hij deed niet slechts •dienst als tolk, zoals dit voorheen geschiedde, maar hij dioeg het door Hebich 'gesprokene met zoveel frisheid en vurigheid van 'geest voor, alsof het 2ajn eigen gedachten en woorden waren, wat voor de gekleurde toehoorders bijzonder aangenaam was. De zendeling Hebich heeft 'dan ook later zelf verklaard, dat Ramawarma zijn rechterhand was.

In deze tijd werd Ramawarma aangezocht als iu'lands leraar .een buitenpost te Tschirakal te komen bezetten. Hij nam 'dit aan, doch voordat hij 'daarheen ginig, kwam hij 'in kennis met een inlands christenmeisje, dat hij reeds ia Madras had ontmoet en dat hem naderhand tot een getrouwe hulp is geweest.

OOM KOOS

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 augustus 1959

De Banier | 8 Pagina's

VOOR DE JEUGD

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 augustus 1959

De Banier | 8 Pagina's