Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tekenen van de tijd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tekenen van de tijd

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

Mr. Groen van Prinsterer heeft een scherp vooruitziende blik gehad, toen hij voorspelde dat de tijd op handen was, waarin er een volkenl> ond opgericht zou worden. Deze bond is een troetelkind van de Anti-Revolutionairen en OhristeliJk-Historisdhen. Zij 'zijn er zo op verzot geweest, dat zij voor het welslagen van deze bond bidstonden gehouden hebben en er warm voor gelopen zijn. Hele pleidooien hebben zij er voor afgestoken. En nog, in weerwil van al de teleurstellingen, welke zij er mede opgedaan liefbben, is hun sterke sympatic voor deze bond niet bekoeld. Dit wijst wel lieel duidelijk op hun innerlijk verval. Hoe kan men toch enige gegronde verwachting hebben van een bond, waarin Gods Woord kontrabande is, en verklaarde artiheïsten, godlooöhenaars, als de Russen zijb, een sterke stem in het kapittel hébben? Van de rooms-katholieken, van de liberalen en van de revolutionairen kan men dit verwachten, maar het is mij een onverklaarbaar raadsel, dat de A.R. en C.H., die toch zeggen dat zij hun politiek naar Gods Woord onverzwakt en onverkort richten, hun sympatie en instemming aan dit instituut verpand hebben. Wie echter in de behjdenis met 'David bekennen, dat Gods Woord een lamp voor 'hun voet en een licht op hun pad IS, brengt dit in flagrante strijd met hun belijdenis. 'Het kan onmogelijk alzo zijn, dat men met atheïsten in bondgenootschap treedt en met 'hen samenwerkt, en dat men dit kan doen in gehoorzaamheid aan Gods Woord.

Trouwens, er is wel meer wat toch in de houding van de CJH.U. en de A.R.P. niet laat verklaren en wat alleszins raadselachtig is en te denken geeft.

Heel gemakkelijk laat het zich verklaren dat Mr. Beemink in zijn gehouden rede op de partijdag van de C.H.U. een gezamenlijk optrekken met de K.V.P., zoals dat in West-iDuitsland in de C.D.U. geschiedt, van de hand wees. De C.H.U. is nooit zo fel gebrand geweest op de koalitie met 'Rome als de A.R.P. dit was. Het protestantse bewustzijn is nimmer zo ver bij haar afgesleten als het dat 'bij de A.R.P. ten dage van de koalitie was. En nog altijd 'betoont de A.R.P. zich genegen om het verbond met Rome te hernieuwen, in tegensteling met de C.H.U., die verklaart geen nieuwe koalitie met Rome te willen aangaan.

Er 2djn te allen tijde personen geweest, die de vooraanzittingen beminnen, bij wie 'het beginsel bijzaak is en die begeren in de iwereld vooruit te komen. Zij hun'keren, evenals de Joden, naar de vleespotten van Egypte.

Voor hen iti het bijzionder is het een hard gelag geweest toen Rome de koalitie 'verbrak en de A.'R.P. als afgedankte soldeniers aan de dijk zette. Dit was te voorzien, dat dit te eniger tijd zou geschieden. Van de zijde van de S.G.P. is de AJR.P. dit lot 'voorzegd. Doch zij wilde er geen geloof aan slaan. De leider van de Rooms-Kathoheke Staatspartij, de heer Nolens, had dit ook gezegd, toen hij zeide: „Wij kunnen ook wel anders". En bij dit zeggen is het ook niet gebleven. Op deze woorden is de daad gevolgd. iDe A.R.P., welke op de christelijkheid van Rome huizen gebouwd had, ondervond metterdaad dat Rome ook wel anders kon. Zij ging een gans andere koalitie aan, en wel met de revolutionairen, met de socialisten.

In zijn rede heeft Mr. Beemink zich ook uitgelaten over een gemeenschappelijk optrekken bij de aanstaande verkiezingen met 'Rome. Hij verklaarde te dien opzichte, wat hij als de uiterste konsessie beschouwde, welke aan de K.V.P. gedaan kon worden, het uitkomen op één lijst met eigen kandidaten voor de drie partijen, welke lijsten dan wellicht, om stemmenversnippering te voorkomen, konden verbonden worden. Wij beschouwen dit als een teken 'van onze tijd, waarin men geeft opdat er teruggegeven zal worden, en waarbij het beginsel aan de praktijk opgeofferd wordt, gelijk er tijdenis het 'bestaan van de koalitie zoveel aan de praktijk is opgeofferd, dat er van het .beginsel in het geheel niets ovei'bleef. Het is heden ten dage in de politiek kompromis op kompromis.

Het is een teken van de üjd, dat de C.H.U. een nauwer en inniger samengaan met de A.R.P. van de hand wees. Het bleek dat wat op de vergadering in „Seinpost" nu jaren 'geleden Mr. de Savornin Lohman overkomen was, bij de ouderen in de C.H.U. nog niet göheel vergeten was. De meerderheid van de Amsterdamse vergadering betoonde zidh dan ook op de partijdag van de C.H.U. afkerig van een slapen onder één deken met de A.iR.P., ofschoon er stemmen in de C.'H.U. waren opgegaan, die een nau- wer samengaan met de A.R.P. bepleit hadden.

Mr. Beernink deelde op de Amsterdamse partijdag mede, dat over de veitiouding van de C.H.U. tot de A.R.P. een interimrapport is samengeste'ld, dat ter vertrouwelifke herziening aan de besturen van de C.H. kiesverenigingen is toegezonden. Daarbij werd gezegd, dat de C.H.U. nu de reakties op het interim-rapport afwacht.

Minister Zijlstra heeft aan de A.R.-en C.H.-jongeren het advies gegeven om een doorbraak naar elkander te bewerken, wat bij Mr. Beernink geen ingang gevonden heeft. Hij veroordeelde deze doorbraak zelfs in vrij scherpe bewoordingen, verklarende dat wie 'n dergelijke doorbraaik in 1960 z»u forceren, stukken en brokken zou maken. Hij keerde zich hierbij ook tegen de gedachte van een christelijk-demokratische unie. Inderdaad zijn er nog politieke en kerkelijke gevoeligheden, welke een nauw en innig samengaan met de A.R.P. in de weg Staan. iDeze zijn echter niet van die aard, dat het daarom onmogelijk geacht moet worden, dat de door Prof. Zijlstra begeerde doorbraak niet te eniger tijd tot stand zou kunnen komen. De versdhillen en geschillen van de C.H.U. en de A.iR.P. zijn todh niet zo groot en van die aard, dat daardoor een samengaan tot de onmogelijkheden behoort. Ofschoon de A.R.P. en de C.H.U. thans nog gescheiden optre'kken, zijn de grenzen, die hen (scheiden, zo verflauwd, dat een samengaan en samensmelting van die partijen zeer wel mogelijk geworden is, al heeft Mr. Beernink die thans op vrij krasse wijze van de hand gewezen. Beide partijen hebben in de loop van de tijd reeds zoveel water in hun wijn gedaan, waaAiij eens door hen beleden beginselen totaal verloochend zijn, dat dit er als een kleinigheid ook nog wel bij kan. Men bedenke maar hoe de C.H. zidh eertijds met hand en tand verzet hebben tegen het gezantschap bij de paus, en hoe zij in deze geheel omgezwaaid zijn en er thans geen been in zien om, gelijk de A.R., aan Rome hand-en spandiensten te bewijzen. Zij kunnen er thans alle aanspraak op maken, dat zij, zoals de A.R. al jaren door Rome betiteld worden als trouwe bondgenoten, ook als trouwe bondgenoten door Rome betiteld zullen worden. Tussen de gedragingen van de A.R. en van de C.H. bestaat er toch ten aanzien van het gezantschap bij de paus hoegenaamd geen verschil meet. iDe Christelijk-Historischen hebben eveneens hun knie voor Rome gebogen, hetgeen Luther en Calvijn nimmer gedaan zouden hebben. Het ziet er dan ook wel heel treurig uit door de verloochening van de beginselen der Reformatie, ter wille waarvan onze gereformeerde voorouders goed en bloed opgeofferd hebben. Het ene stuk er van wordt maar na het andere ter wille van Rome opgeofferd. Konden onze gereformeerde voorouders hun ogen nog eens opslaan, met welk een ontsteltenis en droefheid zouden zij vervuld zijn bij de aanschouwing van zulk een groot verval, waarbij eens beleden beginselen de één na de ander verloochend worden! Met welk een grote zorg zijn zij vervuld geweest, opdat de jeugd in de vreze des Heeren opgevoed zou worden, en welke grote sommen gelds hebben zij er aan ten koste gelegd, dat ons volk niet zou verzinken in ongeloof en bijgeloof, en niet op zou gaan in het dienen 'van de Mammon en in die dienst ten onder zou gaan!

Op de door ons reeds genoemde Amster­ damse vergadering, wat ook een teken van onze tijd is, is ook nog de toto ter sprake gekomen. De minister van Justitie, Mr. A. C. W. Beerman, heeft deze zaak aangesneden. Sprekend namens de partijleden, die zitting in de regering hebben, merkte hij verzoenend op, dat het ieders taak is rekenmg te houden met de ander en de andere levenssferen. Dit is wel een bedroevende uitspraak. In het program van de C.H.U., waarnaar de Christelijk-Historischen zo vaak veiwijzen, staat toch dat de C.H.U. zidh bovenal wenst te richten naar „Er is gesdhreven" en „Het is geschied". Wat is 'het woord van de minister nu anders dan een klare verloochening van het door de C.H.U. voorgestane en beleden beginsel? Wat anders dan een boos teken van verval? Naar Christus' uitspraak kan en mag niemand twee heren dienen. Hoe wordt in deze uitspraak gepoogd twee heren te dienen! Hoe is de minister er op uit om met elkander te verzoenen wat niet met elkander te verzoenen is. En dit nooit ofte nimmer.

Wij schrijven dit niet om ons boven anderen, wie dan ook, te verheffen, waar­ toe ons hoogmoedig bestaan altijd genegen en in staat is. 'Doch het zal onmogelijk gaan om het kwade met het ons bevolen goede te verzoenen. Het zal nooit kunnen samengaan: God wat en de mens wat, Belial wat en Christus wat. Dit leert de Heilige Schrift ons bladzijde na bladzijde, waarnaar wij ons begeren te ridhten. De Heere heeft ons geschonken het profetisdhe Woord, dat zeer vast is en dat nog nooit iemand belogen of bedrogezi heeft en waarmede nooit iemand teleurgesteld is uitgekomen als het hem gegeven was zijn weg daarnaar te riditen.

Zeer wel mogelijk is het, dat wij op deze aangelegenheid nog eens terug zullen kamen, doch wij zullen het er voor deze keer bij laten, opdat ons artikel geen al te grote plaatsruimte in , , De Banier" zal innemen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 1960

De Banier | 8 Pagina's

Tekenen van de tijd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 1960

De Banier | 8 Pagina's