Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Beantwoording van vragen betreffende zondagsarbeid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beantwoording van vragen betreffende zondagsarbeid

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Door de heer Kodde werd op 8 mei aan de minister van Verkeer en 'Waterstaat een vijftal vragen gesteld in verband met de op zondag verrichte werkzaamheden bij de dichting van het Veerse Gat. Voordat wij de antwoorden geven, zullen wij eerst de vragen nog eens laten volgen, opdat men vragen en antwoorden met elkaar kan vergelijken.

VRAGEN

1. Is bij de dichting van het Veerse Gat één der caissons op een zondag geplaatst? 2. 'Wordt in de bestekken voor de werken tot de dichting van de zeearmen een bepaling opgenomen, inhoudende dat een aannemer verplicht is het zandverwerkingsapparaat ten minste 3 dagen voordat de laatste opening wordt afgesloten volledig bedrijfsklaar gereed te houden, en dat hij er rekening mee moet houden, dat zulks geëist kan worden vanaf het moment, dat de laatste opening is afgesloten, de eerstvolgende weekdagen dag en nacht en ook gedurende het weekeinde? 3. Is het de minister bekend, dat aannemers vanwege de onder 2 genoemde bepalingen, waardoor zij genoopt kunnen worden op zondagen te werken of te doen werken, uit eerbied voor Gods gebod, weigeren naar het uitvoeren van die werken mede te dingen en daarom daarop niet inschrijven? 4. Acht de minister niet, dat door de plaatsing op zondag Gods dag is ontheiligd en dat door genoemde bepaling in het bestek de konkurrentiemogelijkheden voor die werken ongunstig worden beïnvloed? 5. 'Wil de minister bevorderen, dat de werken tot dichting van de zeearmen niet op zondag worden voortgezet en dat de bepa- lingen, als onder 2 vermeld, niet meer in de bestekken worden opgenomen?

ANTWOORDEN

1. Inderdaad is één van de zeven bij de sluiting van het Veerse Gat gebruikte doorlaatcaissons overeenkomstig het ter zake opgestelde tijdschema op een zondag geplaatst, en wel op 23 april van dit jaar. Bi] het vaststellen van het tijdschema is zorgvuldig nagegaan hoe, rekening houdende met de in de slultingsperiode te verwachten getJJ hoogten en stroomsnelheden, de risiko's tot een minimum konden worden beperkt.

2. Zowel in het bestek voor het maken van de afsluitdam in de Zandkreek als in de onderhandse overeenkomst voor de afsluiting van het Veerse Gat is een bepaling opgenomen van de strekking als in vraag 2 aangegeven. Door een dergelijke bepaling wordt de mogelijkheid opengehouden om, wanneer zulks voor het welslagen van het werk noodzakelijk voorkomt, buiten de normale werktijden en ook op zondagen het zandverwerkingsbedrtjf in te zetten. Zo moest bij de dam door het Veerse Gat kontinu een zandperswerktulg in bedrijf worden gehouden, om te voorkomen, dat de daar nog door het in opbouw zijnde damlichaam heen optredende lek zich gedurende de weekeinden belangrijk zou uitbreiden en het werk van de voorafgegane week ongedaan zou maken.

3. Dat aannemers zich door de bedoelde bestekbepaling zouden hebben laten weerhouden van inschrijving bij de openbare aanbesteding, is de ondergetekende niet bekend. Hij moge voorts opmerken, dat de afsluiting van het Veerse Gat niet openbaar werd aanbesteed, doch ondershands werd opgedragen aan een aannemerskombinatie.

4. De opvatting, dat door de plaatsing van een caisson op 23 april j.l. de zondag zou zijn ontheiligd, kan ondergetekende niet delen. Zoals reeds bij het antwoord op de eerste vraag is aangeduid, is het opstellen van het tijdschema voor het plaatsen van de caissons en de daarmede direkt verband houdende werkzaamheden het onderwerp van uitvoerig en zorgvuldig overleg tussen direktie en aannemer geweest, waarbij het tenslotte onvermijdelijk was, dat één der caissons op een zondag werd geplaatst.

Dat door een besteksbepaling als de genoemde de konkurrentiemogelijkheden ongunstig beïnvloed zouden worden, wordt door de ondergetekende bijzonder onwaarschijnlijk geacht.

5. Naar de mening van de ondergetekende behoort de arbeid op zondagen beperkt te blijven tot die uitzonderingsgevallen, waarin een onderbreking van de werkzaamheden een gevaar zou inhouden voor het welslagen van die werken. Om in een dergelijk geval deze bijzondere maatregel mogelijk te maken, zal echter de bedoelde besteksbepaling niet kunnen worden gemist.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 1961

De Banier | 8 Pagina's

Beantwoording van vragen betreffende zondagsarbeid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 1961

De Banier | 8 Pagina's