Verkiezingen in 't zicht

Staten en Raden

Het komende jaar 1962 staat, indien er niets tussenbeide komt, in het teken der verkiezingen. Er zullen dan toch D.V. twee verkiezingen moeten plaats hebben, namelijk de verkiezing van leden van de Provinciale Staten, en die van leden van de Gemeenteraden. Het is wel vroeg, dat hierop de aandacht wordt gevestigd, maar aan de andere kant is het toch wel van belang om allen, die bij deze verkiezingen nauw betrokken zijn, er even op te wijzen. Dit geldt wel in het bijzonder de besturen van Statenkringverenigingen, van provinciale verenigingen en van kiesverenigingen. De twee eerstgenoemde verenigingen hebben zich in te laten met de Statenverkiezingen, de kiesverenigingen zowel met de Sta­ tenverkiezingen als met de Gemeenteraadsverkiezingen.

Voor beide verkiezingen toch moeten kandidaten worden gesteld en het begin hiervan ligt bij de kiesverenigingen. De besturen der kiesverenigingen wordt dan ook sterk aangeraden vroegtijdig goede nota te nemen van de artikelen 11 en 12 van de Partij statuten. In art. 11 vindt men de regeling voor de Statenverkiezing, in art. 12 die voor de Gemeenteraadsverkiezing. Vooral met het oog op de Statenverkiezingen is het nodig, dat zo spoedig mogelijk met een en ander begonnen wordt. In art. 11 staat wel, dat de kiesverenigingen voor 1 december namen van kandidaten kunnen opgeven aan het bestuur der statenkringvereniging, maar dit is beslist te laat. We stellen derhalve deze datum op 1 november. Dit is nodig met het oog op de werkzaamheden verbonden aan het in orde brengen der kandidaatlijsten, bewilligingsverklaringen enz. Ook de datum, waarop de besturen der provinciale verenigingen met de afgevaardigden der statenkringverenigingen in overleg met het H.B. de kandidatenlijst opmaken moet een maand worden vervroegd. In art. 11 wordt 15 januari als einddatum gesteld, doch dit moet worden 15 december. Ook willen wij de besturen der provinciale verenigingen met alle nadruk verzoeken om de provinciale vergadering in december 1961 te doen plaats hebben. Wanneer 's morgens de vergadering met de afgevaardigden der statenkringvereniging wordt gehouden, zou op diezelfde dag de provinciale vergadering kunnen plaats hebben om de kandidatenlijst vast te stellen.

Dat we de data vervroegen ligt daaraan, dat de kandidaatstelling voor de Statenverkiezing volgens art. F 3 der kieswet gesteld is op de tweede dinsdag van februari, dat is dus op 13 februari 1962. Zij, die voor de indiening der lijsten zorgen, moeten ruim de tijd hebben om het vereiste aantal handtekeningen te verzamelen, terwijl ook aan het verzorgen der bewilligingsverklaringen, vooral bij de Statenverkiezingen, heel wat werk verbonden is.

De Statenverkiezing zelf is volgens de wet bepaald op de 43-ste dag na de kandidaatstelling, dus op woensdag 28 maart 1962. De kandidaatstelling voor de Gemeenteraadsverkiezing valt volgens art. F 4 der kieswet op de derde dinsdag van april, dus dinsdag 17 april 1962.

De Raadsverkiezing is volgens de kieswet ook bepaald op de 43-ste dag na de kandidaatstelling, derhalve valt deze op woensdag 30 mei 1962.

De kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden der Provinciale Staten vraagt dus wel allereerst de nodige aandacht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen