Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VOOR DE JEUGD

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VOOR DE JEUGD

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

OOM KOOS

Beste neven en nichten!

Om te beginnen roepen wij allereerst een hartelijk welkom toe aan onze nieuwe neef Jan Wolbers te Miixmerwoude. Ik verwacht geregeld je oplossingen, Jan. Zoals je zult weten, moet je ze niet elke week insturen, doch telkens wanneer in „De Banier" vermeld wordt dat men de oplossingen van 4 opgaven kan inzenden. Thans volgen de nieuwe raadsels van

OPGAVE 706

Jongeren:

1. Een tekst uit het boek Job bestaat uit 60 letters. Zoek deze tekst met behulp van de onderstaande gegevens: Want ook indien de 54 47 7 24 13 17 een onzeker geluid geeft (1 Kor. 14). Het koninkrijk van Belsazar viel in handen van 1 31 12 37 44 10. 48 11 36 42 2 26 24 10 bad voor zijn vijanden, terwijl hij werd gestenigd. De koning of de keizer behoort een 27 5 40 38 48 49 33 35 58 41 29 der kerk te zijn (Jesaja 49). Het is Uohter dat een 53 25 6 28 51 gaat door het oog van een naald. Armen hebt Gij met goederen vervuld en 4 52 14 50 9 ledig weggezonden. 45 32 46 43 verwekt krakelen. In Uw 39 3 20 60 beveel ik mijn £f66St (PS.). Zij horen de stem des 21 56 8 30 55 59 10 niet (Job 3). Eer dan het zUveren 15 19 22 18 34 ontketend wordt (Pred. 'il). Zij lieten de 23 , 57.., 16 38 zakken.

2. Maak uit ABISAG + SIMBORN door een andere rangschikking der letters een naam, voorkomend in Jeremia tussen de hoofdstukken 19 en 21. Wie weet de betekenis van deze naam?

3. Noem de naam van: a. de plaats waar Mefiboseth woonde. b. de grootvader van koning Salomo van vaders zijde. c. het vlek waar Lazarus woonde. d. de zoon en opvolger van koning Manasse. e. de vader van Abrahams vader. f. een bekende koning van Basan. g. de moeder van Machlon en Chiljon. Welke naam vormen de eerste letters der gevraagde namen?

Ouderen:

1. Maak door de verplaatsing der letters van CEOVERHOTWINTERLAVENWO- UDSTOEP een tekstgedeelte uit Jeremia 7 van vers 1 tot en met 8.

2. Zoek uit elk der onderstaande zinnen een woord, zo, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit Hebreen B van vers 3 tot en met 12. a. Zij komen niet, want hun moeder is ziek. b. Wat gaan zij morgen doen? c. Wat zullen wij doen, mannen broeders? d. Zij hebben Mij verworpen. e. Zij hebben allen gezondigd en derven de heerlijkheid Gods. f. Dan zullen wij Hem kennen gelijk Hij is.

3. Een tekstgedeelte uit het eerste boek der Koningen bestaat uit 77 letters. Zoek dit tekstgedeelte met behulp der volgende gegevens: Paulus was vóór zijn bekering ooggetuige van de terdoodbrenging van 39 12 76 17 45 60 65 3. Daar is een weg, die iemand recht 67 40 9 62 2 21. En heeft het woord der 68 1 30 61 72 22 55 66 38 36 in ons gelegd. 70 6 33 69 73 betekent dief. Hoort de 44 54 19 51 26 en wie ze besteld heeft. Want wij zijn van 74 49 27 28 34 35 52 63 (Job 6—9). Wie Hem vroeg 71 8 59 53 29 63, zullen Hem vinden. De 41 46 7 50 16 25 57 vertellen (3ods 75 37 58 32 77 was een afgod der PUistijnen. 56 43 23 10 24 is de godsdienst der Mohammedanen. 18 14 15 47 is de naam van een afgod. Die is en Die 13 4 31 en Die komen zal. 11 20 is de afkorting van een titel. Naftali is een losgelaten 64 42 55 48 34 (C3en.). 5 moet geraden worden.

De oplossingen dezer raadsels mogen nog NIET ingezonden worden. Thans volgt nog een gedeelte van het verhaal over

DE LOLLARDEN

34.

De vorige maal verhaalden wij, dat lord Cohbaxa door de aartsbisschop Arundel een stuk ter ondertekening werd voorgelegd. Vervolgens dat hij dit stuk niet kon tekenen en het daarom ongetekend meenam toen hij andermaal voor zijn rechters verschijnen moest. Die dag beschouwden zijn vijanden blijkbaai als een soort hoogtijdag. Het was toch de dag waarop het vonnis over de door hen zo gehate ketter zou worden geveld. Een groot aantal bisschoppen, priesters en monniken was bijeen in het klooster der Dominikanen toen lord Ck> bham werd voorgeleid. Zonder enige vrees te tonen, trad de fiere edelman met zijn geleiders de zaal binnen, het oog strak gevestigd houdend op zijn rechters. De aartsbisschop nam het woord en zeide tot hem: Wegens uw halsstarrig verzet hebt gij uzelf de banvloek berokkend, en zo gij in uw godslasterlijke dwalingen blijft volharden, treft u de straf, door onze rechtmatige Heer en Koning voor de vrederspannigen bepaald. Bedenk daarom wat gij doet. De kerk is nog steeds bereid om de boetvaardigen met liefde op te nemen. Nog is het mogeUjk voor u om vergiffenis te vragen en berouw te tonen over een leven in dwaling en ellende doorgebracht. Overvloed van eer en genot zal uw deel zijn zo gij als een gehoorzame zoon u onderwerpt door uw ketterijen af te zweren. Indien gij echter aarzelt, dan zal eeuwige duisternis uw deel zijn. Doe derhalve wat van u gevraagd wordt, voordat het voor altijd te laat zal zijn, en belijdt uw dwaiingen. Een ogenblik van diepe stilte volgde. Lord (3obham, gevoelende het grote gevricht van dit ogenblik met het oog op eigen leven, op de zaak des Heeren en het belang van heel het land, wierp zich op de knieën. Echter niet om te voldoen aan wat van hem verlangd werd, maar om schuldbelijdenis te doen voor de Allerhoogste. Zijn handen ten hemel heffend, sprak hij: „O Heere, voor Uw heilig aangezicht belijd ik met diepe schaamte, dat ik van der jeugd aan zwaar tegen U heb misdreven; dat ik mij schuldig heb gemaakt aan hoogmoed, toom, lichtzinnigheid en onreinheid van hart. Voor deze overtredingen van Uw heilige wet smeek ik Uw genade ootmoedig af".

Hierop ging hij weer staan om zijn rechters aldus aan te spreken: „Nimmer zondigde ik tegen u en daarom gevoel ik ook geen behoefte aan uw vrijspraak. Ik verwacht die alleen van God". Zich vervolgens richtend tot het publiek, dat toegang tot de zaal had gekregen, zeide hij: „Mijn vrienden, dit zijn uw leidsheden. Zij zullen mij niet veroordelen omdat ik Gods wet heb overtreden, maar zij behandelen mij op de wreedste wijze, dewijl ik hun ijdele inzettingen en overleveringen verbroken heb. Dat zij echter bedenken, dat al de bedreigingen van CJhristus vervuld zullen worden". Hierop begpn Arundel hem vragen te stellen, doch hierover D.V. de volgende maal.

OOM KOOS

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 februari 1962

De Banier | 8 Pagina's

VOOR DE JEUGD

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 februari 1962

De Banier | 8 Pagina's