Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BUITENLANDS OVERZICHT

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Paasdagen liggen weer achter ons. De dagen, waarop herdacht wordt de opstanding van Christus uit de doden. Wij zouden ook kunnen zeggen de dagen, waarop herdacht wordt, dat Christus oiit de doden werd opgewekt. Hij is namelijk door Zijn eigen Goddelijke kracht uit de doden opgestaan, maar door Zijn Vader als Rechter opgewekt. Vandaar dat in 1 Kor. 15 en elders door de apostel Pau-

lus herhaaldelijk wordt gesproken van de opwekking van Christus. Dit is van zeer diepe betekenis, want het houdt In, dat God de Vader door het offer van Zijn Zoon volkomen voldaan was, dat Zijn toorn over de zonden Zijns volks was uitgeblust en dat Hij niets meer noch van Christus noch van Zijn volk te eisen had. Zonder die opwekliing die opstanding was er voor geen sterveling enige hoop ge- weest om ooit weer met God In een venraoende betrekking te kuainen komen. Dan was het voor iheel het mensdom eeuwig verloren. Het komt er nu echter maar voor een ieder op aan om van de kracht dezer opstandinig aan deze zijde des grafs In mindere of meerdere mate iets 'te mogen leren kennen. Hoe velen echter zijn er, die zich daarom niets bekoanmeren.

Miljoenen leven maar voort, alsof er geen dood en eeuwigheid bestaat. Tooh vieren zij Pasen, maar het is voor hen niet meer dan een feest van de vernieuwing der natuur, gedenkwaardig vanwege de komst van de lente, waarin de boeien van de winter verbroken warden. Men treft dezulken aan onder hen, die het feit der opstanding loochenen, en de Heere Jezus louter als een gewoon mens en niet tevens als God aanmerken. Ook eohteir onder degenen, die het teken des doops aan hun voorhoofden dragen en belijdenis des geloofs hebben afgelegd, zijn er talloos velen voor wie de paasdagen niet veel meer zijn dan de jaarlij lise dagen, waarop men zich in een nieuw paaspak steekt, paaseteren eet en paasbrood nuttigt. Als men zich dit en nog zoveel meer kan veroorloven, dan deert hen de opstanding van Christus verder niets. Dit is wel een zeer bedroevende toestand. Een toestand, welke wijst op het diepe verval onzer dagen. Een verval, dat zich over de gehele linie van het leven uitstrekt: in het persoonlijk leven, in het gezinsleven, in de scholen, in de maatschappij, in de staat en dat zowel nationaal als internationaal. Eén der uitingen van het diepe verval is ook het veelvuldig ontheiligen van de dag des Heeren, de dag, die door de eerste christenen alzo werd genoemd, omdat hij hen herinnerde aan de verrijzenis van Cliristus uit de doden. Die dag was voor hen een dag van vreugde. Droefheid, die hen op andere dagen meermalen vervulde, maakte dan plaats voor blijdschap en verheuging, omdat Christus door Zijn oïpstanding als Overwinnaar had getriomfeerd over dood en graf, over hel en satan, die het geweld des doods had. Hoe weinlig wordt aan deze betekenis van de dag des Heeren echter in onze dagen gedacht. Het kerkgaan is bij diiizenden niet meer dan een sleur, een gewoonte, terwijl nog weer taUoos velen die dag gebruiken om zich naar het vlees uit te leven, een dag van uitgaan en pretmaken, een dag ook, waarop in vele landen de kiezers warden opgeroepen hun stem uit te brengen, zoals dat kort geleden in Frankrijk plaats vond bij gelegenheid van de aldaar gehouden volksstemming in verband met Algerije en het beleid van president De Gaulle. Op die door God geheiligde dag wordt door de machtigen der aarde gereisd en vergaderd, waarop helaas ook de Nederlandse regering igeen uitzondering maakt. Het behoeft dan ook, alles in aanmerking genomen, niet te verwonderen, dat er van een ware vrede tussen de volkeren geen sprake is en dat de eensg-ezindheid, de trouw en het vertrouwen verre zoek zijn.

En dat niet alleen bij de volkeren en hun regeringen onderling, maar ook onder de zonen van een zelfde natie. Wij wijzen maar op de verhouding tussen de vroegere generaal Jouhaux en president De Gaulle. De eerstgenoemde was voorheen een algemeen geëerd en gevierd man, die zijn land grote diensten heeft bewezen. Hij was toen zeer bevriend met generaal De Gaulle en zelfs een dergenen, tüe De Gaulle destijds op het presidentiële kussen hebben gebracht. Die vriendschapsband is thans echter finaal verbroken doordat Jouhaux In Algerije de zijde koos van Salan, ook al een vroegere vriend, van De Gaulle maar thans leider van de O.A.S.-opstandelingen. Jouhaux, die in Oran gevangen genomen werd en naar Parijs gevoerd, is inmiddels berecht. Hij werd ter dood veroordeeld. President De Gaulle moet, terwijl wij dit sdirijven, nog beslissen over het verzoek om gratie, dat namens Jouhaux tot hem werd gericht.

Ben tweede opzienbarend geval, dat zich in Frankrijk voordeed, heeft betrekkinig op de ex-minister president Bidault. Deze roomskatholiek, die zich allang niet verenigen kon met ihet door De Gaulle gevoerde beleid, heeft zijn woning in de buurt van Parijs kort geleden met de noorderzon verlaten en huisvesting gezocht in Zwitserland. Van daaruit schreef hij aan de Franse dagbladen, dat hij de leiding van de Nationale Raad van het verzet in Frankrijk op zitóh genomen had. Deze raad is ten nauwste met de O.A.S. verbonden en stelt zich ten doel met alle middelen der terreur van moord en dood^ag de strijd aan te Minden tegen de Algerijnse politiek van De GauUe.

Die terreur is in Algerije nog steeds m volle gong. Onverwachts vertonen gewapende O.A.S.-igroepen zich in de wijken der moslims (mohammedanen), waar zij dan op iedereen: mannen, vrouwen en fcinideren, die menen met Franse militairen te doen te hebben, maar raak schieten, waar< bij vele doden vallen. Het werd in Oran en Algiers zelfs zo erg, dat de Algerijnse bevolfcimg niet meer to 'bedwang te houden was en zich op de Europeanen wierp, met het gevolg, dat vier Europeanen werden gelyncht. De leider der Algerijnse regering, Ben Bella, die onlangs uit Franse gevangenschap ontslagen werd, heeft zich daarop in krasse bewoordingen uitgelaten. Hij eiste, dat Frankrijk tn zo kort mogelijke tijd met de O.A.S. zal afrekenen, daar het anders de grote vraag zou zijn of de overeenkomst van Evlan wel gehandhaafd zou kunnen worden. De Franse regering heeft nu maatregelen genomen om de bevelhebber over de Franse 'troepen in Oran militaire versterkingen te zenden, maar het is zeer de vraag of deze voldoende zijn om het gezag te herstellen en te handhaven. Het leger in Algerije telt met de versterkingen mede ongeveer 40.000 man, maar volgens deskundigen zouden er minstens 100.000 nodig zijn. Men ziet, dat het accoord van Evian nog lang niet betekent dat daarmede orde en rust in Algerije zijn hersteld.

De vorige week had te Parijs een bijeenkomst plaats van ministers van de landen, die tezamen de Europese Unie vormen. Het doel der besprekingen was te komen tot overeenstemming in zake de reeds lang toestaande plannen, welke moeten lelden tot de éénwording van Europa. Zoals men zich wel­

licht zal herinneren, wü president De GouUe geen integratie, waarbij Frankrijk zijn zelfstan^gheld zou verliezen, wat het geval zou ztjn wanneer werd overgegaan tot het instellen van supemationale organen.

De GauUe wordt hierin gesteund door West-Duitsland, maar de Nederlandse en Belgische regeringen willen van het door De Gaulle zo genoemde „Europa der Vaderlanden" niets weten. Zij vrezen namelijk, dat bij uitvoering van het Franse plan Frankrijk met 'behulp van West-Duitsland zulk een grote zeggenschap zou hebben, dat de kleine landen aan handen en voeten gebonden zouden worden. Slechts dan verklaarden de ministers Luns (Nederland) en Spaak (België) 'het „Europa der Vaderlanden" te wlUen 'aanvaarden, wanneer Engeland ook tot de E.E.G. zou toetreden. Daar dit tot nu toe nog steeds niet heeft plaats gehad, liepen de besprekingen te Parijs vast. De Franse minister van (buitenlandse zaken merkte tenslotte op, dat praten weinig zin meer had, temeer daar ook bemiddeUngsvoorstellen van, de zijde van Italië en West-Duitsland de standpxm'ten van Nederland en België niet vermochten te veranderen.

In de verhouding tussen Ameriica en West-Duitsland ontstond de vorige week op een bepaald ogenblik een min of meer gespannen toestand. Amerika had namelijk tn zake de Duitse kwestie een nieuw plan ontworpen •ter bespreking met Rusland. Voordat het echter aan de Russische regering was overhandigd werd de inhoud al IQ de Amerikaanse pers vermeld. Dit plan hield ond«: meer In, dat er een internationale contarolekommissie voor West-Berlijn zou worden ingesteld, waarin ook Oost- Duitsland zou vertegenwoordigd zijn. Dit houdt echter een erkenning in van Oost-Duitsland, wat er dus op zou neerlsomen, dat de vurige wens der Duitsers, dat Oosten West-Duitsland nog eens vereni'gd zuUen worden, naar het zich laat aanzien, nimmer in vervulling zou gaan.

De Amerikaanse regering meende, dat de schuld van 'dit lek bij de Duitse minister van buitenlandse zaken, Von Brentano, lag, omdat bekend is, dat hij een tegenstander van het Amerikaanse plan was. Von Brentano ontkende echter, dat hij aan het plan ruchtbaarheid 'had gegeven. Amerika schijnt zich daarbij neergelegd te hebben, in ieder geval handhaaft het zijn plan, dat voor het plegen van overleg aan de N.A.V.O.Jbondgenoten is voorgelegd. Volgens Amerikaanse zegslieden zou de West-Duitse regering thans geen overwegende 'bezwaren meer tegen 'het plan hebben. BUjkbaar is deze regering er van overtuigd, dat Rusland er nimm'er in zal 'toestemmen Oost-Duitstemd ooit weer af te staan. Sommigen zijn dan ook van oordeel, dat de ontstemming, waarvan de Amerikaanse regeriing bij het publiek worden van haar plan deed blijken, slechts een diplomatiek 'gebaar is geweest om het Duitse volk voor te bereiden op het bestendigen van de schei'dlng tussen Post- en West-Duitsland. Of d^e eenswijze juist is, zal nader moeten blijken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 april 1962

De Banier | 8 Pagina's

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 april 1962

De Banier | 8 Pagina's