Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Visserij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Visserij

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rede van de heer Kodde

Nadat de afdeling landbouw van de begroting van landbouw en visserij was behandeld, kwam de afdeling visserij van deze begroting aan de orde. Ook hierbij voerde de heer Kodde namens de fraktie der S.G.P. het woord. Hij deed dit als volgt:

Mijnheer de voorzitter.

Bij de behandeling van de begroting voor verkeer en waterstaat heb ik reeds doen blijken niet geheel gerust te zijn betreffende de mogelijkheden om de thans besitaande bronnen, welke de visserij biedt, voor Zeeland te behouden. Het begint steeds meer openbaar te worden, dat de

belangen van de visserij

dreigen achter te komen bij het streven om de zeegaten af te slui­ ten, dat die belangen niet eerst bezien zijn, maar achteraf bezien worden en dat er daardoor moeilijkheden naar voren komen. Deze moeilijkheden dreigen te leiden daarheen, dat een tak van bestaan, die voor ons volk van zeer groot belang is, dreigt onder te gaan, althans zeker sterk zal Inkrampen.

Er wordt nu, zoals de minister stelt, wel iets gedaan om daardoor stap voor stap een oordeel te kunnen vellen over de praktiische uitvoerbaarheid van het proefbassin. Wij kunnen alleen hopen, dat die stappen vlug zullen gedaan kunnen worden en van die lengte zijn, dat nog tijdig een beslissing kan vallen, maar er is vrees. Die vrees wordt niet geheel weggenomen doordat het bedrijfsleven bij de technische proefneming be'trokken zal worden. Het ligt nog to de toekomst, evenals het kontakt met de speciale kommissie. De vrees is maar, dat de beslissmgen te laat komen. Er mag niet gesteld worden, dat er geen vorderingen zijn, maar er zijn toch in een jaar tij ds — want de vorige begroting is ongeveer 15 maanden geleden behandeld — geen grote vorderingen gemaakt. Mogelijk is er binnenskamers reeds veel bereikt. Indien dat zo is en er mogelijkheid is, zonder iets te schaden daarover iets te zeggen, zal ik het op prijs stellen, als de minister meer daarover kan mededelen dan tot nu toe is gedaan. Ook het antwoord op vraag 379 geeft geen hoop op een spoedige beslissing. Uiteraard zullen belangen in Zeeland geschaad zijn, als de

mosselkultuur

praktisch voor dit gebied verloren gaat. ""•oor de belanghebbenden is het echter van groot belang om te weten waar ze aan toe zijn, of de produfctie op een andere plaats mogelijk is en welke voorzieningen daartoe nodig zijn. En ook daaromtrent is er nog veel werk te doen, zijn nog veel beslissingen nodig, aivorens er enige meiïselijke zekerheid is. In het antwoord op vraag 383 wordt medegedeeld, dat in bepaalde gevallen hulp wordt verleend krachtens de regeUng voor zelfstandigen. Uiteraard is dit beter dan dat er niets gedaan wordt, maar uit de vermeldiing „bepaalde gevaUen'*^ blijkt, dat geenszins aan allen hulp wordt verleend. Naar aanleiding van het antwoord op de vragen .381 en 383 wil ik de minister verzoeken aandacht te schenken aan de grote moeilijkheden, welke voor de betrokkenen bij de

Deltawerken

zijn ontstaan. Het is mij bekend, dat iemand, die reiskosten en verhuiskosten heeft gemaakt wegens het verleggen van de thuishaven van Veere naar Oolijnsplaat — eerst door het heen en weer reiizen en dan door verhuizing naar Colij nsplaat, omdat het schip daar ligging heeft ge^lcregen — nog steeds geen uitsluitsel heeft of hij vergoeding zal ontvangen of nl'et. Er is dus zeker nog geen sprake van het ontvangen van vergoeding. Dat duurt veel te lang. Mij is ook gebleken, dat de gemeentebesturen, die de regeling voor een deel of geheel moeten uitvoeren, niet genoegzaam zijn ingelicht. Daarom meen ik, ook al weet ik, dat de mi­ nister van verkeer en waterstaat daarvoor méér verantwoordelijk is, toch een beroep te moeten doen op de mtoister van landbouw en visserij om zijn medewerking te verlenen ten behoeve van hen, voor wier belangen hij heeft te waken. Het bezwaar is niet alleen, dat geholpen moet worden krachtens een niet daarvoor gemaakte regeling, n.l. de regeling voor zelfstandigen, waardoor die hulp niet is afgestemd op de geleden schade, maai' op wat nodig is om weer aan het werk te komen, zodat de hulpverlening een meer

individueel karakter

heeft, doch ook dat de wet ex artikel 8 van de Deltawet maar steeds uitblijft. De nu verleende hulp blijkt zich te bepalen tot hen, die anders in het geheel niet meer vooruit kunnen. De praktijk noemt dat: hulp in krepeergevallen. Dat is niet zo prachtig.

Het antwoord op de vragen 388, 389 en 390 toont wel aan, dat de minister aandacht besteedt aan de watervervuiling. Aandacht aMeen zal echter niet baten, er zal wat gedaan moeten worden, wil ten slotte die vervuiling niet leiden tot een verloren gaan van de vis, der viskonsumptie en van het bestaan van de vissers.

Er bestaat nog verontrusting bij de belanghebbenden inzonderiheid omtrent de vervuUing van het IJsselmeer. Daarom meen ik de minister te mogen vragen maatregelen te nemen of, voor zover ihij daartoe niet bevoegd is, zijn ambtgenoten te verzoeken de vervuiling tegen te gaan.

Naar aanleidmg van het antwoord op vraag 391 wil ik opmerken, dat de in overwegmg zijnde maatregelen, vermeld onder 1 tot en met 4, geen bezwaren ontmoeten. Anders is dat met die, genoemd onder 5, waar wel bezwaar tegen bestaat. De 'bevissing in de eerste en laatste 14 dagen, zoals nu toegestaan in het zuidelij'k gedeelte van het

IJsselmeer,

heeft niet aan de verwachting voldaan, maar een algemeen bezwaar is, dat de kullvisserij wordt beperkt van 1 mei tot 31 augustus. Dit klemt te meer, omdat voorheen dispensatie werd verleend, waardoor de kuiivisserij praktisch op 15 april kon begmnen. De voorgenomen maatregel komt dus neer op een verkorting van de toegestane tijd voor de kullvisserij van 6 weken. Dit houdt voor de belanghebbenden in een sterke vermmdering van inkomsten, n.l. ongeveer 25 pet. Voor allen betekent het een verlies van pl.m. ƒ 1.200.000, —, terwijl ons volk in zijn geheel ook schade Ujdt. Immers de kuilaal is een volksvoedsel en is goedkoper dan de hoekaal. Het gaat ihier om zeker 0, 5 mUjoen pond kuilaal. Een ander bezwaar is nog, dat de vrijheid, welke In de regeling schuilde om in plaats van met één grote kuil met twee kleine kuilen te werken, is vervallen. Dit levert geringere vangsten op. Velen hebben bovendien in de verwachting, dat het zou kunnen doorgaan, materialen aangeschaft, en nu is de mogelijkheid door het intrekken van de bepaling opeens vervallen. Voorts wil ik er bij de minister ten sterkste op aandringen met de

kuil te laten vissen van 1 mei tot en met 30 september, zowel in het noordelijk als het zuidelijk gedeeljje van het IJssetoeer, met het van kracht blijven van het verbod voor de thans verboden gebieden en behoud van de genoemde vrijheden. Ten slotte wil ik er bij de minister met klem op aandringen zijn volle medewerking te verlenen tot inwilliging van het door de bevolking van Katwijk aan Zee zo herhaaldelijk gedane verzoek tot aanleg van een vissershaven bij deze plaats. Onzerzijds is meermalen voor deze aanleg gepleit, maar tot heden is hij niet verkregen. Gezien het grote belang, dat de vissers bij een nieuwe haven te Katwijk aan Zee hebben, wlHen wij andermaal een dringend beroep op de minister doen om deze voor de Katwij'kse vissersbevolking van zo groot belang zijnde aanleg te bevorderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juni 1962

De Banier | 8 Pagina's

Visserij

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juni 1962

De Banier | 8 Pagina's