LANDELIJK VERBAND VAN STUDIEVERENIGINGEN

Op 27 april j.l. kwam dit Verband in 21e jaarvergadering te Utrecht bijeen. De huishoudelijke vergadering werd met schriftlezing en gebed door de secretaris, de heer M. Golverdingen van Meliskerke geopend, daar de voorzitter, Ds. P. J. Dorsman van Staphorst door ziekte verhinderd was. In zijn jaarverslag memoreerde de secretaris met dankbaarheid de groeiende belangstelling voor studie in onze partij, o.m. tot uiting komend in de oprichting van een drietal nieuwe verenigingen. De penningmeester, de heer G. Roodbeen, kon melding maken van een verbetering der kaspositie. Als penningmeester van de Ds. K. en Z.serie bracht hij dank aan onze partijpenningmeester voor zijn opwekkende artikelen in „De Banier", waardoor de verkoop van boeken sterk toenam. De exploitatierekening van het eigen orgaan „Onderling Kontakt" liet een klein batig saldo zien, dank zij de steun van velen.

Vervolgens aanvaardde de vergadering, na enkele kleine wijzigingen te hebben aangebracht, het concept van de nieuwe statuten en het huishoudelijk reglement. Bij de bestuursverkiezing werden de aftredenden, de heren G. van Malkenhorst van Rotterdam en D. J. Beversluis van Middelhamis herkozen, terwijl in de vacature van wijlen de heer Groothedde gekozen werd de heer J. C. Oudshoorn van Capelle a.d. IJssel.

De middagvergadering werd door de waarnemend voorzitter op de gebruikelijke wijze geopend. Na te hebben stilgestaan bij Pred. 11 : 1—8, het gelezen schriftgedeelte, heette hij allen hartelijk welkom, in het bijzonder Ir. H. van Rossum van Zeist, die refereerde over „De eerste tafel der wet in het politieke leven".

Deze ging eerst de bijbelse gegevens na. Het gebod komt reeds voor de val tot de mens. Door de overtreding van dat gebod door Adam komt de zonde in deze wereld. In Zijn goedheid stelt de Heere reeds in Genesis 3 : 16 de overheid in om de zonde te beteugelen. Deze instelling des Heeren krijgt in het vervolg van de Schrift steeds duidelijker vorm. Hoewel Christus Gen. 3 : 15 heeft vervuld, blijft Gen. 3 : 16 van kracht, omdat de realiteit van de zonde niet is weggenomen. Spreker waarschuwt tegen overaccentuering van het Nieuwe Testament. Velen hebben daardoor geen oog voor de taak van de overheid t.a.v. de eerste tafel. Op dit punt wijst het Nieuwe Testament juist vaak terug naar het Oude Testament. Daarna geeft spreker een schets van de historische ontwikkeling. Na Constantijn de Grote wordt het christendom tot staatsgodsdienst. De geestelijkheid wordt langzamerhand tot een macht boven de staat. In de bul „Unam Sanctam" trekt Bonifacius XIII het wereldlijk zwaard aan zich. Deze leer van de twee zwaarden wordt uitgewerkt door Thomas van Aquino. Eerst de Reformatie, met name Calvijn, laat weer het schriftuurlijk licht vallen op de overheidstaak, die ook de onderhouding van de eerste tafel op het publieke erf omvat. Inleider licht dit uitvoerig toe aan de hand van citaten uit Calvijns Institutie. Het humanisme, dat de soevereiniteit van mens en/of gemeenschap predikt, verwierp het calvinistisch beginsel en wenste geen rekening te houden met de geboden der eerste tafel.

De referent bespreekt vervolgens deze geboden. In onze tijd zijn de sport en de produktiefactoren kapitaal en arbeid tot „andere goden" geworden. Inleider wraakt het feit, dat men in openbare gebouwen en straten in ons land beelden aantreft. Ook het houden van processies is strijdig met Gods gebod. Film en toneel wekken aandoenngen op, die dicht in de buurt komen van hetgeen het 2e gebod verbiedt. Hier ligt voor de overheid op het publieke terrein des levens een taak. In dit verband keert referent zich tegen algehele vrijheid van meningsuiting, die onze grondwet garandeert. Daardoor wordt de propaganda van het ongeloof ongelimiteerd toegelaten. Spreker gaat ook nog uitvoerig in op art. 147 en 147a van het wetboek van strafrecht. T.a.v. de huidige zondagswet, die de zondag in twee delen verdeelt, stelt hij, dat ook voor de overheid het gebod geldt: heiligt de sabbat. Aan het einde van zijn referaat wijst Ir. van Rossum er op, hoe de tijdgeest op zoek is naar vrede en het goede in de mens centraal stelt. De overheid is er echter om de zonde te beteugelen. De rechte vrede is niet te vinden buiten Gods geboden.

Na een leerzame bespreking dankt de wnd. voorzitter de inleider hartelijk voor het gehouden referaat. Vervolgens sluit Ir. van Rossum de vergadering met gebed.

STATENKRING LEIDEN

Gezien het aantal uitgebrachte stemmen op de S.G.P. bij de jongste Kamerverkiezing in de gemeenten Oegstgeest, Rijnsburg en Noordwijk, zou het Statenkringbestuur van de Statenkring Leiden gaarne contact opnemen met personen uit die gemeenten, die de beginselen der S.G.P. voorstaan, om bespreking te voeren voor een op te richten kiesvereniging. Verzocht wordt zich in verbinding te stellen met de voorzitter C. W. Oudshoorn, Grachtweg 55a te Lisse of met de secretaris J. H. van Neerbos, Molentuinweg 15, Katwijk a.d. Rijn.

Het bestuur, voornoemd

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen