Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Meditatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Meditatie

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jezus antwoordde: Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld. Indien Mijn Koninkrijk van deze wereld ware, zo zouden Mijn dienaars gestreden hebben, opdat Ik de Joden niet ware overgeleverd; maar nu is Mijn Koninkrijk niet van hier. Pilatus dan zeide tot Hem: zijt Gij dan een Koning? fj'ezus antwoordde: gij zegt dat Ik een Koning ben. Hiertoe ben Ik geboren en hiertoe ben Ik in de wereld gekomen, opdat Ik de waarheid getuigenis geven zou. Een iegelijk, die uit de waarheid is, hoort Mijn stem.

Joh. 18 : 36-37.

Wat treffende belijdenis van de Heere der heerlijkheid. O, als Hij staat voor het Sanhedrin, ook dan beluisteren wij een grote belijdenis, waar Hij op'de redevoering van de Hogepriester betuigt te zijn de Christus, de Zoon des levenden Gods. Een belijdenis', waarvan Hij wist dat Zijn veroordeling daaraan verbonden was en Hij, als een godslasteraar uitgeworpen, deheidenen zou worden overgeleveïd om bespot, gegeseld en gekruist te worden. Zo ook nu, als de Heere der heerlijklieid staat voor het gericht van Pontius Pilatus, de Romeinse stadhouder. Wat diepe vernedering van de lijdende Borg. De Rechter van levenden en doden. Die zeggen kon: , , Wie overtuigt Mij van zonde? " Die de koningen der aarde vreselijk is, gesteld voor het gericht als een aangeklaagde, als een misdadiger. Hoe grote onkosten heeft de hemel moeten doen, om verloren zondaren van het strenge oordeel Gods te bevrijden.

Beschuldigd wordt Hij van de Joden dat Hij gezégd heeft, dat Hij is Christus, de Koning. En zeker, Hij is het. Maar niet in die zin, zoals de boosaardige Joden het PUatus willen te verstaan geven. O, hoe dikwijls had het vleselijk gezinde Israël Hem met geweld koning willen maken, toen Hij nog onder hen wandelde. Maar dan een koningschap als van deze wereld. Hoe zouden zij Hem toegejuicht hebben, indien Hij hen bevrijd had van het gehate juk der Romeinen. Maar telkens was Jezus hun ontweken. Zulk een koningschap begeerde Hij niet. Daartoe was Hij niet gezalfd. Daartoe was Hij niet in de wereld gekomen. DaarvEm was Israël overtuigd. Daarom haatten zij Hem. Verblind in farizese heiligheid, gezeten op de hoogte van eigengerechtigheid, wilde het niet weten, dat het Koninkrijk Gods niet komt met uiterlijk gelaat, dat het niets bezit van de uiterlijke praal en grootheid van de koninkrijken dezer aarde. En nu is dit de aard hunner vijandschap, dat zij de Heere Jezus daarvan beschuldigen, wat zij hadden gewild dat Hij zou zijn. Zij, die het anders voor een goddeloosheid hielden de keizer schatting te betalen; die Christus tevoren verzocht hadden met de vraag: , , Is het geoorloofd de keizer schatting te geven of niet? , klagen Hem nu aan, dat Hij verbood de keizer schatting te geven, hoewel zij Hem op het hoogst zouden g Serd hebben, indien Hij, in overeenstemming met hun gedachten, hun dit geleerd had. Welk een vijandschap der Joodse bouwlieden, die de duisternis liever hadden dan het licht; de leugen beminden boven de waarheid, de Schriften niet geloofden.

Pilatus gaat met Jezus in het rechtshuis, inzonderheid met het voornemen onderzoek te doen naar het Koningschap van Christus. Christus weigert niet binnen te treden. Het rechthuis is voor Hem niet te onrein. Devleselijke Joden mogen zich daarvoor wachten. Ach, hoe wordt het altijd openbaar, hoe arm vleselijke godsdienst is en de ware Godsdienst tegenstaat. Jezus' Persoon z£d door dat ingaan in het rechthuis niet bezoedeld en Zijn Goddelijk woord er niet door belemmerd worden. Integendeel, deze plaats zou getuige zijn van wat zij nog nimmer had gehoord. Voor PUatus zou een getuigenis worden aifgelegd, zoals hij nimmer vernomen had. De Zoon Gods, de Zaligmaker van zondaren, Gods gezalfde Koning over Zijn Sion, staat voor hem terecht, zal tot Hem spreken en tot krachtige vertroosting van Zijn kerk de goede belijdenis voor hem afleggen. Welk een ogenblik! Deze heidense rechter gerichten oefenende over Hem, door Wiè de koningen der aarde regeren.

Door Pilatus ondervraagd — en deze heeft moeten onderkennen, dat een gedaagde voor hem stond, die het binnenste zijns harten wist — daar is het dat de lijdende Borg getuigenis aflegt van Zijn Koninkrijk. Gelijk Jezus voor het Sanhedrin de goede belijdenis aflegt, dat Hij waarlijk is de Christus, de Zoon Gods, zo hier 'voor Pilatus, dat Hij is een Koning, dat Hij heeft een Koninkrijk. Maar niet een koninkrijk van deze wereld. O, neen. Dienaangaande behoeft Pilatus niet te vrezen. Integendeel, steeds had Hij tot gehoorzaamheid aangespoord en daarvan het exempel gegeven, veel meer dan iemand der trouweloze Joden.

Jezus' Koninkrijk niet van deze wereld. Dit is de oorzaak, waarom de Koninklijke regering van Christus bij de wereld'niet geacht, maar versmaad wordt. Het beantwoordt niet aan de vleselijke begeerlijkheden en aardse verwachtingen van de kinderen dezer wereld. Ziet de Koning zelf, staande voor dé rechterstoel van Pilatus. Hij heeft geen gedaante, noch heerlijkheid, dat wij Hem zouden begeerd hebben. Hij werd veracht en als de onwaardigste der mensen gerekend. Straks wordt Hij als eenspotkoning ten toon gesteld; gekroond niet met een diadeem, maar met doornen; niet omhangen met een koninklijke mantel, doch een purper gewaad, geen scepter in Zijn handen, doch een rietstaf. Straks spottend over Hem uitgeroepen: , , ziet, uw Koning", en dan aan het kruis genageld met het scharidbord: „Jezus de Nazarener, de Koning der Joden", om alsdan in het eind Zijn ziel uit te storten in de dood.

Is aan de Koning geen gedaante, zo ook aan Zijn Koninkrijk zijn geen aardse voordelen, noch eer noch aanzien verbonden; integendeel smaad en kruis en verachting. Het heeft niets begeerlijks voor het vleselijk oog en het aards-gezinde hart des mensen. Laat Pilatus met verachting dan nog vragen: „zijt Gij dan een Koning? " Koning Jezus neemt die smaad gewillig op Zich, en heeft Hij eerst verklaard wat Zijn Koninkrijk niet is, nu zal Hij Pilatus verkondigen de eigen aard vari Zijn Koningschap en van hen, die de w^re onderdanen daarvan zijn.

O, overdenk deze belijdenis, terecht door Paulus genaamd: de goede belijdenis. Daardoor heeft de lijdende

Borg Zich geopenbaard als de Getrouwe Getuige, om de Waarheid getuigenis te geven, de Waarheid van het eeuwig Evangelie, dat uit de werken der wet geen vlees kan gerechtvaardigd worden; dat er geen andere gerechtigheid voor God kan bestaan en in Zijn Koninkrijk kan heersen dan de gerechtigheid in en door Zijn bloed en offerande, als de enige oorzaak der zaligheid. Daarom wordt gezegd, dat de genade en waarheid door Jezus Christus is geworden; dat Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven. En hiermede in overeenstemming zijn dan ook deze alleen de onderdanen, die uit de waarheid geboren zijn, of door het Woord der waarheid gebaard te zijn; die van alle eigengerechtigheid ontdaan, in de enige borggerechtigheid van de Heere Jezus hun zaligheid hebben verkregen. Waarlijk, een goede belijdenis van de Borg, hoewel Hij wist, dat aan die belijdenis Zijn kruisdood verbonden was. Hoe wordt dezelve geroemd als de zaligmakende genade Gods en tegelijk daarin een exempel nagelaten voor al de Zijnen.

Hoe gelukzalig zijn ze, die tot onderdanen van Hem zijn gemaakt. Die zullen de waarheid verstaan, zoals ze in Jezus is, en delen in de vrijmakende kracht dier waarheid.

WIJLEN Ds. BARTH.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 maart 1964

De Banier | 8 Pagina's

Meditatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 maart 1964

De Banier | 8 Pagina's