Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De kabinetsformatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De kabinetsformatie

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De voorbereiding

Reeds werd vermeld, dat de Minister-President, de heer Marijnen, zich zaterdagmorgen 27 februari naar het Paleis Soestdijk begaf om Hare Majesteit de Koningin het ontslag van het Kabinet aan te bieden. De Koningin ontving de Minister-President om half elf. Direct nadat Zij van de ontslagaanbieding officieel had kennisgenomen, verzocht de Koningin het Kabinet om de lopende zaken te blijven behartigen.

De maandag daarop begon Hare Majesteit reeds met de consultaties, waartoe de desbetreffende personen reeds des zaterdags van Haar een uitnodiging hadden ontvangen om van advies te dienen. Ook Ir. Van Dis werd des zaterdags door de secretaresse van H. M. de Koningin telefonisch uitgenodigd. Des maandags 1 maart om 17.55 uur moest hij op het Huis ten Bo^ch zijn.

's Maandagmorgens ontving de Koningin eerst de vice-president van de Raad van State: prof. dr. Beel, vervolgens de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer, de heren mr. Jonkman en mr. Van Thid.

Des middags zouden de fractievoorzitters naar het Huis ten Bosch gaan in de volgorde naar de grootte der fracties. Om half 2 moest de fractievoorzitter van de KVP, de heer Schmelzer, bij Hare Majesteit zijn, daarna achtereenvolgens de heren Vondeling (PvdA), Geertsema (VVD); Smallenbroek (ARP); Beernink (C H U); Lankhorst(PSP); Bakker (CPN); Van Dis (SGP); Koekoek (BP) en Jongeling (GPV).

Het liep echter enigszins anders dan door de Koningin aanvankelijk was bepasdd.

De heer Vondeling namelijk gaf aan de Voorzitter der Tweede Kamer te kennen, dat het hem niet wel mogelijk was om de Koningin een behoorlijk advies te geven, omdat de Regering in gebreke was gebleven de Kamer in te lichten over de punten waarop het Kabinet gevallen was. Om hierover alsnog nader te worden ingelicht, verzocht hij met nog negen andere Kamerleden van de PvdA de Voorzitter om tegen maandag 1 maart de Kamer bijeen te roepen en alsdan de Minister-President om nadere inlichtingen te vragen. Aangezien dit verzoek namens het vereiste aantal Kamerleden was gedaan, moest de Voorzitter er wel aan voldoen. Zodoende werden de Kamerleden opgeroepen om des maandags om 12 uur in vergadering bijeen te komen.

Dit geschiedde, maar wie er waren, de Minister-President liet zich niet zien. Er ontspon zich toen eerst een debat over de wenselijkheid, dat de Minister-President aanwezig zou zijn. Behalve door de heer Geertsema (VVD) werd die wenselijkheid door alle andere voorzitters der onderscheidene Kamerfracties beaamd. Ook de heer Schmelzer deed dit, maar hij deelde niet het standpunt van de heer Vondeling, dat de Minister-President mededelingen behoorde te doen betreffende de oorzaken van de kabinetsèrisis. Het was ook wel zeer twijfel­ achtig of de heer Marijnen daartoe bereid zou zijn. Hij had toch aan de Voorzitter reeds een korte brief gezonden, welke aan alle Kamerleden werd verstrekt en door de Voorzitter ook nog als ingekomen stuk werd voorgelezen. Hierin deelde de Minister-President namens het Kabinet mede, dat de ministers hun portefeuUles ter beschikking hadden gesteld nadat was gebleken, dat de standpunten in het Kabinet inzake het te voeren radioen televisiebeleid te ver uiteen lagen om tot een gemeenschappelijk beleid te geraken. Voorts gaf hij in overweging om gedurende de periode, dat het Kabinet demissionair is, alleen die aangelegenheden in behandeling te doen komen, die geen uitstel gedogen. Op grond hiervan meende de Voorzitter, dat de Minister-President wel niet het plan zou hebben in de vergadering aanwezig te zijn.

Tenslotte werd zonder stemming besloten de Minister-President te verzoeken alsnog de vergadering te willen bijwonen.

Inmiddels hadden de discussies reeds ongeveer een uur in beslag genomen. Daar de heer Schmelzer tegen half 2 bij de Koningin ontboden was en het wenselijk werd geoordeeld, dat de heer Schmelzer de verdere discussies geheel kon meemaken, kwam men voor de niet aangename situatie te staan om niet alleen de Minister-President te vragen naar de Kamer te komen, maar ook aan Hare Majesteit te verzoeken of Zij bereid was het vastgestelde tijdschema te laten vervallen en na afloop der besprekingen in de Kamer andere tijden vast te stellen. De Koningin bleek bereid hieraan gevolg te geven, zodat zij nadere afspraken zou maken zodra de vergadering ten einde was. Inmiddels had ook de Minister-President het hem gedane verzoek ingewilligd.

Nadat de heer Marijnen zich te circa half 2 achter de ministerstafel had gezet, konden dus de besprekingen beginnen. Voor het verslag hierover verwijzen wij naar de rubriek Tweede Kamer. Slechts zij nog opgemerkt, dat de Minister-Resident gedurende het hele debat roerloos en zwijgzaam achter de ministerstafel zat. Hij liet de sprekers maar spreken zonder ook maar op één enkel punt in te gaan. Hij beriep zich in zijn korte schriftelijke kennisgeving aan de Kamer er op, dat het Kabinet demissionair was en dus niet meer met de Kamer in discussie zou treden. Slechts voor uiterst belangrijke onderwerpen zou een uitzondering worden gemaakt. De meerderheid der Kamer, namelijk alle regeringspartijen, ging hiermede accoord, zodat de heren Vondeling en de fractievoorzitters der kleine partij en zich hierbij hadden neer te leggen en zonder nader ingelicht te zijn de Koningin van advies moesten dienen.

De vergadering was hiermede ten einde. Vrij spoedig daarop kwam ervan het paleis Huis ten Bosch mededeling van de tijden waarop de fractievoorzitters bij de Koningin werden verwacht. Zoals te verwachten was kon slechts een deel nog maandag door Hare Majesteit worden o^itvangen, de fractievoorzitters der kleine partijen werden voor dinsdagmorgen uitgenodigd, te beginnen om 10 uur. Ir. Van Dis moest 10.40 uur op Huis ten Bosch zijn. Daar de besprekingen met de Koningin een strikt vertrouwelijk karakter dragen, mag en kan hiervan niets worden meegedeeld.

Mocht er naar 1 Tim. 2 veel gebed voor Haar zijn, in het bijzonder bij hen, die bidden geleerd hebben, al zijn zij hierin diep afhankelijk, daar ook zij zullen moeten betuigen, dat zij uit zichzelf maar biddeloze mensen zijn. Het zou echter kunnen zijn, dat als er met het verstand begonnen werd, de Heere het tot een gebed des harten maakte Men denke vooral niet licht over de taak, welke in deze dagen op de schouders der Koningin rust.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 maart 1965

De Banier | 8 Pagina's

De kabinetsformatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 maart 1965

De Banier | 8 Pagina's