VOOR DE Jeugd

OOM KOOS

Beste neven en nichten.

Ditmaal begirmen wij direct met het geven van de raadsels van

OPGAVE 820

Jongeren:

1. Een tekstgedeelte uit de eerste brief aan de CorinÜiiërs bestaat uit 43 letters. Zoek dit tekstgedeelte met behulp van de volgende gegevens. 9 26 34 2 werd door de raven van voedsel voorzien. Werkt niet om de 35 21 6 7 41 die vergaat (Joh.). Hij zal niet altoos 4 1 22 20 36 18 31 (Ps. 100-105). Zij zullen vet en 24 16 15 39 10 zijn (Ps. 88-94). Ik zal U een 11 27 17 12 5 Ued zingen (Ps. 142-146). Zal ik met de 40 14 37 32 30 tot u komen (1 Cor. 2-5). En Petrus stond buiten aan de 13 23 33 38 (Joh. 16-20). Gij zult de Heere uw 25 42 29 3 houden (MatÜi. 3-6). 43 19 Lot hief zijn ogen op en hij zag.... Gij zult 8 28 uw hiüs geen tweeërlei efa hebben (Deut. 23-27).

2. Noem de naam van: a. de opvolger van Mozes. b. de plaats waar Jozefs schoonvader woonde. c. de zoon en opvolger van koning Joas van Juda. d. de zoon en opvolger van koning Achaz van Juda. e. de schoonvader van Kajafas. f. een hogepriester ten tijde van koning David. Welke naam vormen de eerste letters der gevraagde namen?

3. Zoek uit elk der volgende zinnen een woord, zó, dat de woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit 2 Kon. 7 tussen de verzen 1 en 10. a. Zorg dat je niet te laat komt b. Zij hebben ons verkeerd ingelicht. c. Ik ga varuniddag in de tuin werken. d. Morgen komt de boot aan. e. Wie weet wie de eerste stad bouwde. f. Laten wij zorgen vroeg te komen.

Ouderen:

1. Noem de naam van: a. de stad waar Paulus vrienden mocht bezoeken (Hand. 24-28). b. de vader van Mirjam. c. de stad waarvan Jafia koning was (Jozua 8-11). d. een zoon van Jonathan, die kreupel was. e. de stad waar zich veel afgodsbeelden bevonden. f. één der diakenen uit Hand. 6. g. de stad waar Diana als godin werd vereerd. h. de hoofdstad van het tienstammenrijk. i. de Moabietische koning die door Ehud werd gedood, j . de dienstmaagd die Petrus voor de deur liet staan. Welke naam vormen de eerste letters der gevraagde namen?

2. Zoek uit elk der volgende zinnen een woord, zó, dat d£ woorden tezamen een tekstgedeelte vormen uit 2 Kon. 22 van de verzen 10 tot en met 20.

a. Wij hebben uw ouders gisteren gezien. b. De ogen des Heeren doorlopen de ganse aarde. c. Er zullen grote tekenen geschieden. d. Wij zouden het al lang hebben gedaan. e. Mozes kre^ het land van verre te zien. f. Zij deden wat kwaad was in de ogen des Heeren. g. Gisteren konden zij niet komen, h. Zij hebben ogen maar zien niet

3. Een tekstgedeelte uit het boek Ezra bestaat uit 85 letters. Welk tekstgedeelte wordt bedoeld als het volgende bekend is? Ik heb u tot een 1 11 8 60 44 67 34 gesteld over het huis Israels. 83 75 40 28 50 46 72 6 64 19 vlieten af uit mijn ogeiL Het heü Zijner rechterhand zal zijn met 12 23 48 41 52 71 9 69 20 81 24. Zo wordt gij zelf gebouwd tot een heilig 79 42 5 51 57 66 61 37 77 55 15. Zijt gij hier gekomen om ons te 63 74 82 25 68 14 65. Dewelke ik in mijn banden 85 45 58 47 35 62 80 heb. Het was de tijd der 73 16 27 49 3 niet. Ik ben een worm en geen 54 1036. Wedersta de dwaze vragen 21 76 geslachtrékeningen. Zij hebben vele 17 78 56 13 59 70 gezocht Een 31 38 33 7 niet met banden gemaakt De liefde doet de 30 18 2 43 4 29 geen kwaad. Boter van 22 53 32 84 26 en melk van klein vee (Deut 29-34).

De oplossingen van de raadsels der .opgaven 817 tot en met 820 kurmen ingezonden worden bij het adres van Oom Koos, Postbus 2019 te Utrecht

OOM KOOS.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen