Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De beginselen der Staatkundig Gereformeerde Partij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De beginselen der Staatkundig Gereformeerde Partij

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Artikel 3 van het beginselprogram der S.G.P.

Ook Engelse en Schotse schrijvers hebben zich uitgesproken over de vraag of het onder bepaalde omstandigheden geoorloofd is om daadwerkelijk tegen een regerende vorst in verzet te komen.

Dit is te begrijpen als men bedenkt, dat ook in Engeland en Schotland de aanhangers der Reformatie hevig werden vervolgd. De naam van de vrouw, die koning Eduard VI opvolgde en van 1553 tot 1558 over Engeland regeerde, namelijk Maria Tudor, bijgenaamd de Bloedige Maria, zegt ten deze meer dan genoeg. Zij had maar één doel en dat was het werk van haar vader Hendrik VIII en haar broer Eduard VI, onder wie de hervormden grote vrijheid genoten, ongedaan te maken. De verbeurd verklaarde kerkelijke goederen en kloosters werden teruggegeven, er werden wetten tegen de ketterij uitge­ vaardigd, de oude godsdienst werd overal hersteld, terwijl aan het hof een kardinaal als pauselijk legaat kwam. Bloedige vervolgingen tegen de belijders der waarheid braken uit. Onder meer werden de primaat van de "kerk in Engeland Cranmer en bisschop Latimer van Worcester, die beiden de Reformatie sterk hadden bevorderd, naar de brandstapel verwezen. Van Maria Stuart is het ook genoegzaam bekend, dat zij een grote vijandin was van de Reformatie.

Tijdens de hevige geloofsvervolgingen in Engeland nu, gaf Ponet of Poynet, bisS'jhop van Winchester, die de wijk naar Straatsburg had genomen om aan de vervolging te ontkomen, een geschrift uit, handelend over de gehoorzaamheid en trouw, welke onderdanen aan'koningen en andere magistraten verschuldigd zijn. Hierin stelde hij onder meer vast, dat de vorst, die de wetten van de staat heeft te maken en te doen uitvoeren, ook in eigen persoon daaraan gebonden is. Laat hij dit na, dan mag daartegen volgens Poynet worden opgetreden en als hij er mee voortgaat zichzelf te zoeken en het welzijn van het volk te verzaken, dan zijn zijn onderdanen gerechtigd hem door een ander te vervangen. De vorst toch, aldus Poynet, maakt slechts een lid van de staat uit en terwijl een bloeiende staat zonder koning zeer wel mogelijk is, laat een vorst zonder staat zich niet denken.

Om nu tegenover de vorst de rechten des volks te handhaven, moeten de vertegenwoordigers des volks daarvoor opkomen. De particuliere individuen hebben daartoe volgens Poynet niet het recht. Ook niet in het geval dat de vertegenwoordigers bij tyranniek optreden van de vorst hun plicht verzuimen. De verdrukten behoren zich dan tot de kerk te wenden, maar als dit niet helpt, dan blijft er voor het volk niet anders over dan zich aan het lijden te onderwerpen. Verootmoediging en gebed behoren dan hun wapenen te zijn.

John Knox, de bekende hervormer, die tegenover koningin Maria Stuart als een Elia voor de leer van Gods Woord en tegen die van Rome opkwam, heeft zich ook niet onbetuigd gelaten om voor de rechten des volks op te komen. Hij onderschreef ten volle, dat de machten, die er zijn, van God zijn verordend en dat deswege alle ziel hem onderworpen moet zijn. Er is echter verschil, aldus Knox, tussen het ambt en de persoon, die het ambt draagt. Het ambt moet altijd worden erkend, maar die erkenning houdt niet in, dat men gehoorzaamheid zou mogen weigeren aan een bepaalde heerser. Wanneer deze in een tyran ontaardt, dan kan naar het oordeel van Knox tegen die tyrannic worden opgekomen. Wie dat doet, handelt niet tegen het gebod Gods, maar veeleer tegen duivels-inzettingen. Ja, Knox ging nog verder. Verder dan de zoeven genoemde Poynet en ook verder dan Calvijn. De twee laatstgenoemden toch waren van oordeel, dat wel de volksvertegenwoordiging of de hogere magistraten bevoegd waren tegen de vorst in opstand te komen en hem zo nodig af te zetten en door een ander te vervangen, maar John Knox kende ook aan de enkeling het recht van verzet toe. Het verschil achtte hij slechts een verschil in graad, maar niet in principe.

Blijkbaar hebben de Schotse predikant Ds. Angus Smith van het eiland Sky e en zijn veertien gemeenteleden overeenkomstig dit standpunt van John Knox gehandeld toen zij onlangs in verzet kwamen tegen het bezoeken van hun eiland op zondag door toeristen, die met een veerboot daarheen werden vervoerd. Het komt ons voor, dat zij in deze verder gingen dan Calvijn heeft willen gaan. Volgens de Londense correspondent, M: . de Vries, van het dagblad , , Het Parool" zouden Ds. Smith, die zijn gemeente vanaf de kansel in het Keltisch tot verzet had aangespoord en de veertien leden zijner gemeente dan ook gearresteerd zijn wegens ordeverstoring. Naar het oordeelvan Calvijn hadden zij o.i. slechts in daadwerkelijk verzet mogen komen, wanneer van overheidswege van hen zou zijn geëist aan de ontheiliging van de dag des Heeren medewerking te verlenen. Dan hadden zij dit mogen en zelfs moeten weigeren naar het voorbeeld van Daniël en zijn drie vrien-den, die het bevel van koning Nebucadnezar naast zich neerlegden en er zelfs vierkant tegen ingingen, omdat zij Gode meer gehoorzaam wensten te zijn dan de koning, hoe machtig deze ook was.

Voorts heeft een zekere George Buchanan, ook een Schot, in 1579 een geschrift het licht doen zien over het recht der Kroon in Schotland. Een geschrift, dat volgens historieschrijvers het meest betekenisvol is van alle geschriften, die van engels-schotse zijde zijn voortgebracht. Hierin wordt de nadruk er op gelegd, dat de overdracht van macht niet eens voorgoed heeft plaats gehad, maar dat de onderdanen het .recht hebben om, als daar reden voor is, het recht, dat zij hun koning schonken, weer van hem terug te eisen, dus hem van de troon vervallen te verklaren. Verder zullen wij op dit geschrift niet ingaan, evenmin op andere geschriften van dien aard, daar wij dan veel te uitvoerig zouden worden.

Volledigheidshalve zij er nog op gewezen, dat de schrijvers, die het recht van opstand tegen de vorst in bepaalde omstandigheden verdedigd hebben, Monarchomachen worden genoemd. Onder die omstandigheden moeten dan worden verstaan het aantasten van de van ouds gevestigde volksvrijheden en in het bijzonder het aantasten van de gewetensvrijheid en de vrijheid om God naar Zijn Woord te mogen dienen.

De naam Monarchomachen betekent vorstenbestrijders. Dit geeft echter, letterlijk opgevat, niet geheel de juiste bedoeling weer. Deze schrijvers waren toch geen bestrijders der monarchie als zodanig, zij keerden zich uitsluitend tegen de tyrannic, waaraan bepaalde, tot absolutisme vervallen heersers zich schuldig maakten.

Uit wat deze schrijvers naar voren hebben gebracht, zal het wel duidelijk genoeg zijn geworden, dat er tussen hen en de voorstanders der revolutie een onoverbrugbare kloof ligt. Geheel ten onrechte werd dan ook door revolutionairen van allerlei gading beweerd — en dit gebeurt door hen nog wel — dat voornoemde schrijvers de rechtstreekse wegbereiders zijn geweest van de revolutie der 18e eeuw. Het streven der Monarchomachen was, op te komen tegen onrechtvaardige verdrukking der ware, gereformeerde religie, die geen schending door enige monarch kan dulden en deze strijd te voeren in ootmoedig buigen voor Gods Woord.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 augustus 1965

De Banier | 8 Pagina's

De beginselen der Staatkundig Gereformeerde Partij

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 augustus 1965

De Banier | 8 Pagina's