Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Repliekrede

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Repliekrede

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mijnheer de Voorzitter!

Met erkentelijkheid voor de aandacht die de bewindslieden aan mijn opmerkingen hebben geschonken, wU ik bij deze replieken nog het één en ander in het midden brengen. De Minister heeft gezegd het met mijn standpvmt ten aanzien van het bureau Ontwapeningsaangelegenheden op het departement van Defensie en het bureau Ontwapening en Internationale Vredesvraagstukken bij het departement van Buitenlandse Zaken niet eens te kunnen zijn. Dit is vanzelfsprekend het goed recht van de Minister. Ik wU hem er echter toch wel op wijzen dat door hem niet is tegengesproken—dit zou ook niet kunnen — dat de vele konferenties en samenkomsten die zich met wapenvermindering en ontwapening in de loop vande jaren hebben beziggehouden totniets, maar dan ook tot niets hebben geleid. Enige jaren geleden hadden in Londen zelfs 2St) samenkomsten plaats om het onderhavige onderwerp te bespreken. Van ontwapening en zelfs van vermindering der bewapening was echter geen sprake. Integendeel, de bewapening werd jaar op jaar steeds hoger opgevoerd. De westelijke landen waren hiertoe wel genoodzaakt, omdat Rusland de bewapening steeds hoger en hoger opvoerde. Op grond van deze onwederspreekbare feiten verwachten wij van de zoeven genoemde bureaus geen enkel resultaat dat tot ontwapening of zelfs tot vermindering van bewapening zal leiden.

Ik zou voorts wel eens gaarne van de Minister willen vernemen wat er door die bureaus tot stand is gebracht, met andere woorden of zij wel eens adviezen hebben gegeven van een zodanig gehalte dat zij voor de Regering met betrekking tot de ontwapening en de wapenvermindering iets nieuws opleverden. Ik betwijfel dit ten sterkste. Het wil mij voorts voorkomen dat er op het departement van Buitenlandse Zaken zoveel dokumentatie bestaat op het gebied van ontwapening, wapenbeperking en wapenbeheersing, dat er aan die bureaus helemaal geen behoefte bestaat. Zij zijn mijns inziens alleen uit binnenlands-politieke overwegingen in het leven geroep> en.

Ik wil voorts de Staatssekretaris van de K. La dank betuigen voor zijn toezegging, dat in het orgaan voor de militairen voor de landmacht een artikel met betrekking tot het vloeken zal worden geplaatst, zoals in het marineblad , , Alle Hens" werd opgenomen. Ik wil de Staatssekretaris Duynstee dank zeggen voor de uitvoerige beantwoording van mijn vragen inzake de aanschaffing van vliegtuigen voor de luchtmacht. Ik mocht van hem echter niet een dergelijke toezegging als van Staatssekretaris Haex vernemen. Ik zou daarom alsnog gaarne zulk een toezegging van de Staatssekretaris ontvangen. Ik mag toch aannemen, dat het misbruiken van de heilige Naam Gods door vloeken en het spreken van godslasteringen ook door hem ten sterkste wordt veroordeeld. Ten aanzien van de mededeling van de Minister met betrekking tot het houden van legeroefeningen op zondag kan ik voktaan met op te merken, dat deze mededeling ons heeft teleurgesteld. Ik zou echter de Minister met betrekking tot oefeningen op zondag in internationaal verb and willen vragen stappen te doen, die ertoe kunnen leiden, dat althans militairen, die ernstige, principiële, godsdienstige bezwaren hebben om buiten oorlogstijd des zondags dienst te verrichten, hiervan worden vrijgesteld. Voorts dringen wij erop aan, legeroefeningen, die een nationaal karakter hebben, niet op zondag te laten plaatsvinden. Ik vernam van de heer Walburg — ik wees hier gisteravond al enigszins op — dat de Minister al eens stappen in die richting heeft gedaan. Wij zouden het zeer op prijs stellen, wanneer Zijne Excellentie dit ook bij volgende gelegenheden zal willen doen.

Tenslotte zij verklaard, dat wij onze stem zullen onthouden aan de amendementen van de heren Wierda en Imkamp, daar de door de Regering voorgestelde uitgaven ten behoeve van een verhoogde defensie-inspanning met bewapeningswedloop niets maar dan ook niets te maken hebben. Zij dienen uitsluitend om een deel van de achterstand in de bewapening in te halen; zij hebben uitsluitend een defensieve bestemming, nl. de verdediging van ons vaderland tegen een eventuele agressie.

Ik heb gisteravond reeds gezegd, dat de motie van de heer Wieldraaijer ons wel aantrekkelijk voorkomt, maar dat wij er op de gronden, die de Regering heeft genoemd, onze stem niet aan kunnen geven.

Minister Den Toom antwoordde als volgt:

De geachte afgevaardigde de heer Van Dis heeft gezegd dat de Bureaus voor ontwapening bij Buitenlandse Zaken en Defensie tot niets hebben geleid. De geachte afgevaardigde heeft in dit verband gevraagd of deze bureaus eigenlijk ooit adviezen hebben gegeven en wat op die bureaus eigenlijk wordt gedaan. Ik zou de geachte afgevaardigde te dezen willen verwijzen naar blz. 140 van de Defensienota. Daar kan de geachte afgevaardigde vinden wat deze bureaus doen. Ik vind dat men juist op een Ministerie van Buitenlandse Zaken en op een Ministerie van Defensie zo'n bureau nodig heeft; bij Buitenlandse Zaken om de politieke merites ter zake te bekijken en bij Defensie om de militaire achtergronden van eventuele ontwapenings-en wapenverminderingsen wapenbeheersingsvoorstellen te bestuderen. Zowel de Staatssekretaris als ik krij gen van deze bureaus heel veel informatie. Ik geloof, dat dergelijke zaken alleen maar kunnen medewerken om tot die ideologie te komen die wij graag willen.

De heer Van Dis (S.G.P.): IVfear van ontwapening of wapenvermindering valt niets te bespeuren, ondanks die bureaus.

Minister Den Toom: Dat is niet de schuld van ons, mijnheer de voorzitter!

De geachte afgevaardigde de heer Van Dis heeft gevraagd - en de geachte afgevaardigde de heer Koekoek heeft zich daarbij aangesloten - mensen die ernstige bezwaren van godsdienstige aard hebben, vrij te stellen van het deelnemen aan internationale oefeningen op zondag. Ik kan de verzekering geven, dat wij de godsdienstige overtuiging van het personeel altijd respekteren. Inderdaad heb ik al enige malen, zulks in overleg met de internationale kommandanten, ervoor kunnen zorgen, dat bepaalde Nederlandse eenheden op zondag niet werden ingezet. Op dit ogenblik kan ik daaraan niet meer doen, mijnheer de voorzitter!

Staatssekretaris Duynstee (K. Lu) merkte het volgende op:

Ik moet mijnekskuses nog maken aan de heer Van Dis. Ik ben geheel vergeten hem een antwoord te geven over de zaak die hij terecht aan de orde stelde, die hij ieder jaar aan de orde stelt, nl. het vloeken in de krijgsmacht. Het spijt mij oprecht, dat ik hem in eerste instantie niet naar behoren heb geantwoord. Wij zullen in onze publikaties nadoen hetgeen de marine al gepresteerd heeft en hetgeen mijn koUega van de landmacht ook beloofd heeft te doen. Laat ik hierbij aanstippen dat ik deze kwestie vorig jaar reeds heb besproken met de twee geestelijke adviseurs van de luchtmacht, de dominee en de aalmoezenier. Beiden kwamen tot de konklusie, dat die publikatie in tijdschriften en pers hun niet het optimaal renderend middel leek om in de krijgsmacht te bereiken de toestand waarin niet meer zo gevloekt zou worden. Zij zouden eerder willen proberen in him wekelijkse c.q. dagelijkse kerkdiensten de lieden op te voeden in die zin, dat zij van die slechte gewoonte afzien. Ik wU de heer Van Dis echter gaarne toezeggen, dat wij publikaties over dit onderwerp — ik denk b.v. aan advertenties van de Bond tegen het Vloeken — in onze tijdschriften zullen opnemen.

De begroting van defensie werd bij zitten en opstaan door de Kamer aangenomen. AUeen de P.S.P., de C.P.N, en de heer Franssen(P.v.d.A.) lieten lilijken, dat zij tegen waren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 1968

De Banier | 8 Pagina's

Repliekrede

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 december 1968

De Banier | 8 Pagina's