Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DREMPEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DREMPEL

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De partijen blijven de patiënten. Dat zien en horen we dagelijks zonder dat we ons daar erg in hoeven te verdiepen. Als er één duidelijkheid in de poUtiek bestaat, die ten overvloede geen duiding behoeft, dan is het wel deze. Voorshands ziet het er niet naar uit, dat de partijen ons uit het slop zullen halen. Vandaar dat men het kabinet, waar de meesten niet erg enthousiast over zijn, maar iaat zitten. Overigens moeten we niet uit het oog verhezen, dat het één met het ander samen hangt. Wanneer de partijen in het algemeen en derhalve ook de regeringspartijen verlammingsverschijnselen vertonen, kan men van een kabinet, dat op die partijen steunt, geen wonderen van besluitvaardigheid en doelgerichtheid verwachten.

Intussen komen de verkiezingen in het zicht. Allereerst de verkiezingen voor staten en gemeenteraden, die in elk geval als graadmeter belangrijk zijn. Ook de besUssende stemming voor de Tweede Kamer in 1971 nadert ras. Immers zodra de verkiezingen de eerste helft van het nieuw begonnen jaar achter de rug zijn, zal men zich werpen op de voorbereiding voor de nationale krachtmeting. De rustigste periode voor het kabinet is stellig voorbij. Gedurende de verkiezingskampagne voor provinciale staten en gemeenteraden is onwillekeurig enige behoedzaamheid geboden. Het derde jaar van een ministerie heet wel het oogstjaar voor een regering, maar wanneer voor de Kerst de begrotingen nog niet afgehandeld zijn en wanneer de eerste vijf a zes maanden van het nieuwe jaar in het teken van verkiezingen staan, is het klimaat niet uitgezocht voor een voorspoedige oogst. Men kan stemmingen voor staten en raden wel gunstig achten als proef voor de kamerverkiezingen, maar het generaal beleid wordt krachtig doorkruist. Indien de eerstkomende verkiezingen voor de regeringspartijen niet florissant uitvallen zit er voor het kabinet weinig anders op dan om naar het end te freewheelen, voorzover er niet tot vervroegde verkiezing wordt besloten. Met het kabinet gaan we de periode van het laatste kwartier in.

Onregeerbaarheid

Over een eventuele onregeerbaarheid van ons land zijn al verscheidene verontrustende kreten geslaakt. Alleen D'66

maakt zich daarover in jeugdige onervarenheid of overmoed minder zorgen. Deze partij wil alleen maar groeien en zich daarin niet laten belemmeren door de binding aan welke partij ook. Trouwens D'66 zou aan geloofwaardigheid inboeten, omdat ze voor de dag kwam als een partij anders dan de anderen, die wel kunnen ophoepelen. De toekomst zal echter moeten bewijzen of de leer baas blijft over het leven.

Zware medicijnen

Voor ernstige ziekten zware medicijnen. Een ander kiesstelsel zou mogelijk de malaise kunnen genezen. Het is echter de vraag of men door dwang veel bereikt. Want een kiesstelsel, dat per definitie een aantal groeperingen van de bevolking uitschakelt, werkt gewelddadig. Wanneer een huidaandoening een gevolg is van een innerlijke kwaal is het niet verstandig met een zalfje of een smeerseltje te proberen het euvel weg te werken. Jaar en dag heeft men beweerd, dat de kleine partijen niets te betekenen hadden. Thans echter lijkt het erop of de likwidatie van de kleine groeperingen het vaderland de redding zal aanbrengen. Kleine partijen heten wel de konsciëntie van de grote en niet ten onrechte. Het is wel een zeer kwalijke zaak, wanneer partijen druk doende zijn hun geweten het zwijgen op te leggen, juist in een tijdsgewricht, wanneer ze die gewetensstem meer dan ooit behoeven.

Aanvankelijk mikten de kiesrechthervormers op de drastische wijziging van het systeem. Het aloude distriktenstelsel, weer netjes opgepoetst, moet de oplossing presenteren. Mogelijk is het een zinvol idee als het gaat over een Europees parlement. Maar het bestuur is in ons vaderland wel zo gecentraliseerd, dat een distrikt maar een zeer kunstmatige grootheid zal blijken te zijn. Men kiest in de steden de raadsleden toch ook niet per wijk? De middengrote partijen willen trouwens een verdeling in slechts zeer weinig distrikten. Een stuk of vier. Ze zien anders hun bestaansmogelijkheid bedreigd. De vroegere partijvoorzitter van de anti-revolutionairen, de heer Berghuis, heeft ter gelegenheid van de algemene beschouwingen in de Eerste Kamer althans een lans gebroken voor hoogstens een viertal distrikten eventueel. Wat schieten de grote partijen er mee op wanneer ze ter versluiering van hun zetelverlies de enkele plaatsjes inpikken van de kleine partijen? Deze oplossing voldoet als een hoepeitje rondom het partijstelsel om te voorkomen, dat de hele zaak in duigen valt. De grote partijen zullen echter juist nog onduidelijker worden bij deze gang van zaken.

Bij gebrek aan beter

Het distriktenstelsel kan er moeilijk komen zonder wijziging van de grondwet. Op korte termijn dus geen soelaas. Voor allen, die begaan zijn met de desolate situatie, een verdrietige gedachte. Daarom heeft men een ander eveneens oud middeltje weer eens voor de dag gehaald. Verhoging van de kiesdrempel. De meelevende lezers is het niet ontgaan dat in het verleden ook nogal eens dreigend gezwaaid is met dit wapen om kleine partijen naar het leven te staan. Eén van de laatste pogingen was een motie- Beernink, een motie dus van de huidige minister van Binnenlandse Zaken. Toen ging het om een 1-pct. drempel, die gemotiveerd werd vanuit de omstandigheid, dat in 1956 het aantal Kamerleden van 100 tot 150 werd verhoogd, zodat er minder stemmen werden vereist om een zetel te verwerven. Doch een gekozene kreeg ook in het kapittel, in dit geval de Kamer, een stem die minder gewicht in de schaal legde. Minister Toxopeus legde de motie-Beernink naast zich neer.

Bij de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken de vorige maand, de laatste van het voorbije jaar, werd weer op verhoging van de kiesdrempel gezinspeeld. Twee partijen met name lanceerden de idee, namelijk de KVP en, de traditie getrouw, de CHU. De KVP zag de radikalen uit zijn gelederen verdwijnen en de CHU ziet misschien hier en daar ook ontevredenen, die op een ongelegen moment zelfstandig kunnen gaan optreden. Aarzelend gingen deze frakties te werk. Er kwam geen motie op tafel, maar men wilde het gevoelen weten van de bewindsman, die in het verleden had laten blijken, dat hij op dit punt zijn ideeën heeft. Minister Beernink zegde toe, dat hij de suggestie zou doorsturen naar de staatskommissie Cals-Donner, die immers toch druk bezig is met de materie van kiesrechtshervorming en grondwetsherziening.

Die Minister

De bewindsman haastte zich te verklaren, dat de Regering nog geen standpunt had bepaald in deze. Dat moest er nog bijkomen! Waarom echter stelde hij er prijs op dit zo nadrukkelijk uit te spreken? Was er over deze dingen toch meer bekokstoofd dan thans in de openbaarheid tot uitdrukking kwam? Niemand vermoedde toch, dat de Regering, die in vele zaken en met name ook die van binnenlands beleid, geenszins met ongekende voortvarendheid te werk gaat, al zijn standpunt zou bepaald hebben?

Overigens had de Minister ook kunnen rneedelen, dat de staatskommissie Cals- Donner over verhoging van de kiesdrempel allang een advies had uitgebracht.

Eerste Rapport

In het Eerste rapport van de Staatskommissie van advies inzake de Grondwet en Kieswet in 1968 uitgebracht lezen we, dat er wel een aantal leden is, die een verhoging van de kiesdrempel tot driemaal de kiesdeler, hetgeen neerkomt op ongeveer 2 pet. van het aantal geldige uitgebrachte stemmen, wenselijk achten. Dus drie zetels in de Tweede Kamer. „De meerderheid van de kommissie is door deze argumenten niet overtuigd. Zij vreest integendeel van de drempelver­ hoging in de huidige omstandigheden een verdere aantasting van het aanzien van het parlement en een toenemen van het onmiskenbaar vonbehagen. De besproken maatregel zal immers de indruk wekken, dat de grotere en middelgrote partijen, voor eigen positie bevreesd, het opkomen van nieuwe partijen en de verdere ontwikkeling van bestaande kleine partijen hebben willen voorkomen". Eerste rapport pag. 55 en 56.

Adviseerde deze kommissie in deze richting, omdat ze wat beters, althans in haar ogen, wilde bereiken?

Thans moet de kommissie zich opnieuw over deze kwestie buigen. Zullen de geopperde bezwaren thans niet meer gelden? Men kan het nauwelijks denken. Maar het zou kunnen zijn, dat er hervormers zijn, die uitgaan van de gedachte, dat een kapje van een ei meer is dan een lege dop. Als het andere niet haalbaar, niet onmiddellijk haalbaar, is, willen we tenminste iets in de wacht slepen. De zetels van de kleine partijen. Dat nog wel in een tijd, dat de partijen zich de benen breken om links en rechts en voor en achter inspraak te verlenen. Elk groepje inspraak uit naam van de hooggeroemde demokratie en onderwijl een partij, die op legitieme manier inspraak pleegt, de mond snoeren. Woorden en daden kloppen voor de zoveelste keer niet. Het is wel een opbeurende gedachte voor alle groepjes, die zich blij maken met de inspraak die ze gul krijgen aangeboden. Het heeft niets om hakken.

Benieuwd

We zijn erg benieuwd wat de kommissie Cals-Donner gaat zeggen van de opgave, die ze moeten overmaken. De eerstgenoemde van het tweetal weet uit een vorige fase van zijn bestaan wel wat overmaken betekent. Toen moest het kabinet Cals-Vondeling de begroting overmaken. Voorts moet er de kleinere partijen veel aan gelegen zijn om de eendracht te bewaren. Men moet niet terwille van bijzaken de hoofdzaak in gevaar brengen als het, zoals elkeen belijdt, te doen is om de zaak waarom het gaan moet.

De vrede zij en blijv' in u; Nooit moet haar nijd of twist verkloeken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 januari 1970

De Banier | 8 Pagina's

DREMPEL

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 januari 1970

De Banier | 8 Pagina's