meditatie

2

Wee de genisten te Zion en de zekeren op de berg van Samaria. Amos 6: la.

De liefhebber der zonde drinkt een bittere beker, die eerst zoet proeft, maar vol is van alsem en gal en hem doet nederstorten in de eeuwige verdoemenis.

Gemsten in Zion, dat zijn de liefhebbers van zichzelf Amos tekent hen in zijn profetieën: , , Die daar liggen op elpenbenen bedsteden en weelderig zijn op hun koetsen en eten de lammeren van de kudde en de kalveren uit het midden van de meststal".

Wat een geld wordt er uitgegeven aan weelde en zingenot Velen leven alleen om te eten, te drinken en vrolijk te zijn. Ze gaan niet naar het hui Gods, maar naar de tempel van Bacchus, de wijngod. „Liefhebbers van zichzelf", dat is de naam die het teven van duizenden miljoenen tekent en op zeer veel mensen van toepassing is. Ze leven nie tot Gods eer. Ze leven niet voor Christus. Ze leven niet voor de Kerk des Heeren. Ze bekommeren zich niet om andere mensen. Ze leven voor zichzelf, alléén voor zichzelf Er zijn rijken, maar eveneens veel armen alleen voor zichzelf leven.

Eigen eer, eigen grootheid, eigenliefde, dat zijn de goden die ze dienen. Overvloed van brood geeft menigmaal ledigheid des harten. Liefhebbers van uzelf ziet toe voor uzelf en denkt aan de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus. Beef en sidder, o liefhebber van de zonde, ieder, die zijn deel heeft in d leven wacht in de toekomende eeuw de hel, eeuwige wroeging, eeuwig naberouw en eeuwige smart Ontwaak uit de slaap der zorgeloosheid en overdenk voor uzelf, o liefhebber van uzelf, dat één ding nodig is. Wee de genisten in Zion, dat zijn de zorgeloze zondaren. Amos spreekt over hen als mensen die feest vieren en pret maken: „Die op het geklank der luit kwinkeleren en bedenken zichzelf instrumenten van muziek gelijk David".

Zorgeloze mensen, we kunnen ze tellen bij de tienduizenden. Ze willen met rust gelaten worden, ze willen niet denken aan de gevaren, veel mind aan de grote- eeuwigheid. Ze brengen hun dagen door in wufte lichtzinnigheid en werelds feestgezang. Ze leven naar het goeddunken v hun hart en willen niet gewaarschuwd worden voor het toekomend oordeel. Ze spotten met Gods volk en lachen om de boetpredikers. Ze denken niet aan God en stellen de dag des doods verre, ze leven alleen voo de zonde.

„ Wee de genisten in Zion ", dat zijn zij, die zich niet bekommeren om de verbreking Jozefs, maar de kerk Gods afbreken. Het is zeer droevig, dat er zoveel scheuringen zijn gekomen in Gods Kerk op aarde. Moesten we niet wenen over de toestanden, die we met onze ogen aanschouwen? Het volk dat schouder aan schouder moest strijden, verteert eikaars krachten in onderlinge strijd. Het is onze heilige roepin om te bidden voor de vrede van Jeruzalem.

„De gemsten in Zion ", dus niet de gemsten in China of in de oerwouden van Afrika. Wee de gemsten, die het Evangelie der genade horen, maar Gods boodschap verwerpen. Een geruste te zijn in Zion onder de trouwe verkondiging van het Woord, is zeer gevaarlijk. Een gemste te zijn in h gezicht van de eeuwige verdoemenis, terwijl de hemelse Rechter Zijn zwaard tegen u opheft, hoe vreselijk! Waarom zoudt gij sterven, o gemste in Zion, o huis Israels? Wee de gemste in Zion! O, luister eens, zondaar in Samaria. Gods bazuin klinkt u in de oren, gemste in Zion. Wee, wee u, o zondaar, zie, de Rechter staat voor de deur.

Wee, wee gemste in Zion, in dit woord ligt een eeuwigheid van ellende opgesloten, eindeloze droefheid en smart Wee u, zo gij u niet bekeert, o gemste in Zion, dan zal uw einde wezen de eeuwige rampzaligheid met al de duivelen in de hel.

De mens, die in Zion woont en de waarheid hoort prediken, wordt gewoon aan de roepstem Gods, niets schudt hem wakker uit de slaap zijner zonde, al zou de zon haar licht niet meer geven en de maan veranderen in bloe Wee u, gemste in Zion, want het zal Tyms en Sidon verdragelijker zijn in de dag des oordeels dan u. Christus komt op de wolken des hemels, Hij za alle mensen oordelen.

O zorgeloze zondaar, zo gij u niet bekeert, indien gij slapende blijft, zult uw ogen eens opslaan in de hel. Wee u, gemste in Zion, zo deze roepstem u niet uit uw mst opschrikt, wat zal u dan doen ontwaken?

De almachtigd God, kan de gemsten in Zion wakker schudden. Voor de Heere is niets te wonderlijk en voor God is niet onmogelijk. Gemsten in Zion, beeft en siddert gij niet voor het oog van de alwetende God? Roept tot God om verlossing en smeekt: , , 0 Heere, mocht Gij mij in genade aannemen ". Belijdt uw schuld voor God en worstelt om genade: ..Red mij, Heere, behoud mij, opdat ik niet voor eeuwig verloren ga. Neem mijn stenen hart weg en geef mij een hart, vervuld met de vreze van Uw Naam ".

De Heere is groot van genade, zelfs een gemste in Zion kan tot God bekeerd worden Alleen de zondaar die als een gans verlorene tot de Heer vlucht en om genade smeekt, ^vordt door Christus verlost.

Middelburg

G. A. Zijderveld

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen