Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

meditatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

meditatie

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toen werd Jezus van de Geest weggeleid in de woestijn, om verzocht te worden van de duivel. Matt. 4:1.

1.

Toen Jezus gedoopt was in de Jordaan en de Heilige Geest ontvangen had en de Vader Hem had uitgeroepen als de Zoon van Zijn welbehagen, werd Hij door de Geest weggeleid naar de woestijn, om verzocht te worden van de duivel. Daar in de woeste plaats, vol wild gedierte, moest Hij, Die een ware menselijke natuur had aangenomen, kampen met Zijn grootste tegenstander, de vorst der duisternis. Dat was een bewijs, dat dadelijk na Zijn doop, de menselijke natuur bekwaam gemaakt zijnde. Zijn middelaarsarbeid een aanvang nam. Daar de eerste Adam voor de verzoeking van de satan bezweken was in een heerlijke lusthof, moest de tweede Adam de verzoeking doorstaan in een huilende wildernis, opdat de val voor de verleiding van de satan voor alle uitverkorenen Gods zou opgeheven worden ten aanzien van de straf. Eerst had Jezus veertig dagen gevast, gelijk voordien Mozes en Elia gevast hebben. Even zoveel dagen is Christus na Zijn opstanding met een verheerlijkt lichaam van tijd tot tijd aan de Zijnen blijven verschijnen, totdat Hij ten hemel is gevaren. Veel is er gevraagd, wat wij van de verzoeking in de woestijn moeten denken. Is hier sprake van een droom, of een visioen of een gelijkenis? Of was het een innerlijke verzoeking, een geestelijke aanval, gelijk ook Gods gunstgenoten die wel eens hebben? Wij hebben hier te denken en te geloven dat het een ware gebeurtenis is geweest, en dat satan onmiddellijk als beproever en verzoeker is opgetreden. En in die woestijn moest in beginsel de beslissing vallen in de strijd tussen Christus en de duivel, zodat het voor de onzondige tedergevoelende volmaakte mensheid van Christus een diepte van vernedering was, die nog nooit gepeild is kunnen worden, zelfs niet van profeten en apostelen. De diepe heilige afkeer van al wat boos en onheilig was, kon evenwel geen beletsel zijn, om Zich er heen te laten leiden door de Heilige Geest. Het was noodzakelijk, dat deze ontmoeting zou plaats hebben, opdat in een tweegevecht met de satan blijken zou dat Christus, overwinnende over alle helse machten. Koning zou zijn over het ganse heelal en bijzonder in het Koninkrijk van Gods genade. Zou de duivel in Gethsémané op Hem aanvallen als een brullende leeuw, in de woestijn kwam hij als een engel des lichts, om zo het mogelijk ware Jezus te bedriegen. Een ding was voor de satan heel moeilijk, want de Persoon, die hij verleiden wilde, was volkomen met zijn list op de hoogte. Christus gevoelde en zag wie Hem aansprak en dat Hij met de^ duivel in eigen persoon te maken had. En nu zou men kunnen denken, heeft die verzoeking in de woestijn nog wat te maken met de verlossing en zaligheid van Gods kinderen? Dat zal duidelijk blijken als er stilgestaan wordt bij de verzoeking zelf. Voor Zichzelf kon de Heere Jezus niet bezwijken voor satans verzoekingen, uit kracht van de vereniging der beide naturen in enigheid des Persoons, zodat het van te voren vast stond, dat Hij als Overwinnaar uit de verzoeking zou komen. Maar als plaatsbekledende Borg en Middelaar voor Zijn gunstgenoten, moest Hij de kracht der verzoeking van de satan breken, want Hij was daartoe in de wereld gekomen. En als de Zoon van God moest Hij daartoe geopenbaard worden, opdat Hij de werken des duivels verbreken zou. Satan, de leugenaar van den beginne, wilde het welbehagen Gods verwoesten, het genadeverbond breken, gelijk hij in het Paradijs in Adams persoon het werkverbond gebroken had. Hij wilde de waarheid Gods ten onder brengen door de leugen en de zaligheid van Gods volk ontnogelijk te maken. En Jezus aanvaardde de uitdaging en verzoeking, opdat Hij verwerven zou, dat Zijn volk uit satans macht verlost zou kunnen worden en in de ure der verzoeking zou mogen staande blijven door ondersteunende en getrouwmakende genade. Allereerst kwam de satan met de zware verzoeking om van stenen broden te maken, en dat terwijl Hij hongerde en Hij in veertig dagen en nachten niets gegeten had. En die verzoeking werd te groter, doordat de duivel honend riep: „Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg dat deze stenen brood worden". Welk een vurige pijl werd daar afgeschoten op die heilige Jezus en Christus zou de pijl terugslaan, en de duivel er zelf mee pijnigen, want Hij werd verzocht om te verslaan die Hem verzocht. En al was de satan zeer listig, boos en brutaal, hij was voor Christus niet onoverwinnelijk, en hij is dan ook door Hem overwonnen en verslagen en daardoor zal Zijn volk ook zelfs meer dan overwinnaar zijn.

Werkendam

ds. Chr. v. Dam

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 januari 1971

De Banier | 8 Pagina's

meditatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 januari 1971

De Banier | 8 Pagina's