De Algemene Vergadering der S.G.P. (3)

gen werd een collecte gehouden. Dit werd herhaald aan het einde der vergadering bij de uitgangen van de zaal met het resultaat dat de collecte tezamen het kapitale bedrag opleverden van 6335 gulden. Een bedrag dat nimmer werd verkregen!

De heer Boender vestigde nog eens de aandacht op de mogelijkheid om deel II van de „Uiteenzetting van het beginselprogram" te kunnen kopen voor de prijs van slechts één gulden. Een gelegenheid die niet meer zou terugkeren als de voorraad zal zijn uitverkocht.

PAUZE

Nadat ds Dorsman op verzoek van de voorzitter de morgenvergadering met gemeenschappelijk gebed voor het middagmaal had beëindigd, werd tot 2 uur gepauzeerd.

Uitslag stemming

De middagvergadering werd heropend met het zingen van Ps. 72 vs. 10 en gebed door ds Van der Haar. De voorzitter deelde vervolgens mede, dat er uitgebracht waren 513 stemmen, terwijl de presentielijst door 499 afgevaardigden getekend was, zodat 14 leden verzuimd hadden te tekenen. Op ds Dorsman waren uitgebracht 489 stemmen, zodat hij met grote meerderheid van stemmen herkozen vifas.

Op de vraag van de voorzitter aan ds Dorsman of hij zijn herbenoeming aanvaardde, werd een bevestigend antwoord verkregen. De voorzitter hoopte dat ds Dorsman, die nu reeds 25 jaar lid van het hoofdbestuur is, nog vele jaren lief en leed met de partij mocht delen.

Van het tweetal: de heren Dieleman en drs. Van Ree verkreeg de eerstgenoemde 237, de tweede 258 stemmen. Drs. van Ree bleek alzo gekozen te zijn, ook als de 9 blanco stemmen van het totale aantal stemmen werden afgetrokken.

Daar drs. Van Ree niet aanwezig bleek te zijn, 'zal hem zijn benoeming schriftelijk worden meegedeeld met dringend verzoek ons niet teleur te stellen.

Mededelingen

Staande de vergadering deelde de voorzitter mede dat hem ter kennis was gebracht, dat de kiesvereniging Banier II te Rotterdam 10.000 exemplaren van de goedkope uitgave van de partijrede had besteld. Voorts dat een extra-gift uit Middelburg was ontvangen van ƒ 25, —.

Jaarverslag partijsecretaris

Alsnu gaf de partijsecretaris op verzoek van de voorzitter zijn jaarverslag, dat als volgt luidde:

Wanneer wij acht slaan op de zonden van land en volk, dan mogen wij wel uitroepen: „Het zijn de goedertierenheden des Heeren, dat wij niet vernield zijn."

Niettegenstaande toch, dat de Heere land en volk gespaard heeft voor de gesel van de oorlog en ons dag aan dag met Zijn weldaden en zegeningen overlaadt, zien wij ons volk zich hoe 'anger hoe meer afkeren van Zijn woord en dienst om zich over te geven enerzijds aan openbare goddeloosheid, anderzijds aan allerlei wind ^an leer, waarbij de leer der Refor-'natie, zoals deze in de belijdenisschriften wordt vertolkt, wordt prijsgegeven.

Wij zouden echter niet overeenkomig Gods V7oord handelen, wanneer IJ ons van de zoeven aangehaalde Schriftwoorden zpuden uitsluiten, *ƒ_"* al is het dat wij voor het uitbrek.en in de zonden bewaard wer­ den ( en voor Gods Woord in uitwen-dige zin nog wensen te buigen, van ieder onzer geldt, dat wij in zonden ontvangen en in ongerechtigheid geboren zijn en deswege de heilige Wet Gods dagelijks met gedachten, woorden en werken overtreden, zodat wij ons ieder ogenblik het oordeel Gods waardig maken.

Het is dan ook een onuitsprekelijk voorrecht, dat de Heere ons in het jaar, dat achter ons ligt, heeft willen sparen en dragen en geen voleinding met ons heeft willen maken, zodat wij elkander hier op deze vergadering weer mogen ontmoeten. Aan meerderen onzer partijgenoten, die in vorige jaren de jaarvergadering geregeld bijwoonden, werd dit niet vergund hetzij dat zij door ziekte werden bezocht of dat hun levensdraad door de onverbiddelijke dood werd afgesneden. Het zou ondoenlijk zijn om al degenen, die ons ontvielen, hoofd voor hoofd te gedenken, wij moeten er mede volstaan de achtergebleven familieleden toe te wensen, dat de Heere het geleden verlies aan hun harten moge heiligen en hun de nodige sterkte moge geven om het verlies te kunnen dragen. Voor één onzer partijgenoten, die ons door de dood op 12 maart 1970 ontviel, willen wij echter een uitzondering maken, omdat hij in het partij leven zulk een belangrijke plaats heeft ingenomen, namelijk de heer J. Vermeulen Hzn. uit Alblasserdam. Hij was voorzitter van de kiesvereniging te Alblasserdam, enige tijd voorzitter van de Provinciale Vereniging in Zuid-Holland, raadslid van Alblasserdam en ongeveer tien jaar lid van het hoofdbestuur. Begaafd met een helder verstand, waardoor hij het in zijn maatschappelijke functie ver mocht brengen, werden zijn wijze, weloverwogen en principiële adviezen steeds op hoge prijs gesteld. Aan verguizing vanwege de door hem voorgestane en uitgedragen beginselen heeft het hem niet ontbroken. Het kwam zelfs zover dat men hem als raadslid bijna had gestenigd, omdat zijn tegenstanders in hem de hoofdpersoon zagen van het overheidsoptreden inzake het verbieden van voetbalsport op zondag. Het is een groot voorrecht, dat de achtergebleven familieleden volgens getuigenis van hen, die hem van nabij gekend hebben, niet behoeven te treuren als degenen, die geen hoop hebben.

Namens het hoofdbestuur werd zijn begrafenis door ds Abma en de heer Vlasblom bijgewoond.

Thans overgaande tot de gebeurtenissen in de partij kan worden vermeld, dat het voorbijgegane jaar een alleszins bewogen jaar was. Een jaar, waarin van het hoofdbestuur, alsmede van de besturen der provinciale-, statenkring-en kiesverenigingen zeer veel is gevergd doordat het jaar 1970 in het teken stond van de Staten-en Gemeenteraadsverkiezingen.

De verkiezing voor de Provinciale Staten, welke op 18 maart 1970 plaats vond, leverde voor de S.G.P. een bijzonder gunstige uitslag op. Hoewel het totaal aantal stemmen vergeleken met de Statenverkiezing van 1966 en de Kamerverkiezing van 1967 kleiner was, werden toch in totaal 16 Statenzetels verkregen, hetgeen zonder twijfel mogelijk was doordat als gevolg van de afschaffing van de stemdwang gemiddeld 30% der kiezers niet aan de verkiezing hadden deelgenomen.

De S.G.P. verwierf zodoende in Zuid-Holland 4, in Zeeland 5, in Gelderland 3, in Utrecht 2 en in Overijssel ook 2 zetels, een vooruitgang vergeleken met 1966 van 5 zetels. Wanneer de opkomst der kiezers bij de aanstaande verkiezing voor de Tweede Kamer eenzelfde beeld zou vertonen, dan zou de S.G.P. bij een gelijkblijvend aantal stemmen vier Kamerzetels kunnen verwerven. Of dit zal gebeuren ligt geheel in Gods hand. Hij Die alle dingen regeert heeft ook de uitslag van de stembus in Zijn hand. Afgaande op de uitslag der gemeenteraadsverkiezingen, die op 3 juni 1970 plaats vonden, zou er enige aanwijzing zijn dat een groot aantal kiezers straks andermaal verstek zal laten gaan, want de uitslag der raadsverkiezingen bracht aan het licht, dat de thuisblijvers allerminst op hun schreden waren teruggekeerd. Ook nu toch bleek, dat vele kiezers van hun stemrecht geen gebruik hadden gemaakt. Voor de S.G.P. was de uitslag ook nu weer zeer gunstig, daar zij er circa 60 raadszetels bij verkreeg.

Ook de verkiezing voor de Rijnmondraad die eveneens op 3 juni 1970 plaats vond, leverde voor de S.G.P. een winst op, zodat we in dit college van twee op drie zetels kwamen. Om ons verslag niet te uitvoerig te maken zullen wij de uitslagen van andere partijen maar onvermeld laten. Slechts zij volstaan met te vermelden dat het de beginselloze partij D'66 niet gelukte om de partijen te doen ontploffen. Ook het samenspannen met de P.v.d.A. en met de P.P.R. liep op een grote mislukking uit toen nog geen twee weken geleden het initiatief-wetsontwerp van deze drie partijen, waarin werd voorgesteld de kabinetsformateur rechtstreeks door de kiezers te laten kiezen en voorts om het land in 15 kiesdistricten te verdelen, door de voorstellers uit arren moede werd ingetrokken, omdat hun wetsvoorstel geen kans kreeg in zijn geheel te worden aangenomen. Ook bleek het initiatief-ontwerp van een drietal Kamerleden der K.V.P., waarin werd voorgesteld de kiesdrempel op driemaal de kiesdeler te brengen voorlopig althans geen succes. Terwijl toch het kennelijke doel was deze kieswetwijziging bij de aanstaande Tweede Kamerverkiezing in werking te doen treden, moest hiervan worden afgezien. In het tamelijk uitvoerige Voorlopige Verslag werden zoveel vragen gesteld, die maar niet zo een, twee, drie te beantwoorden waren, dat de indieners wel inzagen, dat ze met hun memorie van antwoord niet tijdig genoeg gereed zouden kunnen komen. Voor de aanstaande Kamerverkiezing is dit gevaar, waarvan het G.P.V. zeker de nadelige gevolgen zou hebben ondervonden, dus van de baan. Ook de S.G.P. echter mag met dit verloop verblijd zijn, want wanneer de kiezers thans in groter aantal zouden opkomen, zou de voorgestelde verhoging van de kiesdrempel ook voor onze partij onaangename gevolgen hebben gehad.

Inmiddels blijft die verhoging nog steeds als een Damocles-zwaard boven de kleine partijen hangen. Het voorstel van het drietal K.V.P. Kamerleden is toch niet' ingetrokken. Het zal bij de nieuwe Kamer in be­ handeling komen en dan indien' aangenomen bij een volgende Kamerverkiezing zijn werking gaan uitoefenen. Het is intussen verblijdend, dat door de Regering zelf geen voorstel tot verhoging van de kiesdrempel werd ingediend. Wel diende zij een wetsvoorstel in waarbij aan de voorkeurstem grote waarde werd toegekend. Een ontwerp, dat in de Kamer een meerderheid verwierf zelfs nadat er nog een wijziging in werd aangebracht, waardoor een kandidaat reeds met 25% van de kiesdeler verkozen kan worden verklaard. Volgens het Voorlopig Verslag van de Eerste Kamer, blijkt dit wetsvoorstel bij dit college echter een zeer slecht onthaal te hebben gevonden, zodat het zeer wel mogelijk is dat het wordt verworpen. Ook bij de behandeling van dit voorstel in de Eerste Kamer bleek er sterke tegenstand tegen te bestaan. Dinsdag a.s. zal het lot van dit wetsontwerp worden beslist.

Thans overgaande tot de groei van de partij kan worden vermeld, dat er sedert de vorige algemene vergadering twee nieuwe kiesverenigingen werden opgericht namelijk te Bunschoten/Spakenburg en te Rijnsburg. Voorts zij vermeld dat de kiesvereniging Wons en omstreken in Friesland werd opgeheven, doch zo, dat de zetel nu gevestigd is in Franeker. De kiesvereniging te Hoek in Zeeuws-Vlaanderen werd door de grenswijzigingen in dit overjordaanse gebied opgeheven om met Biervliet over te gaan naar de kiesvereniging te Terneuzen. De kleine kiesvereniging te Meppel moest wegens gebrek aan leden worden afgeschreven. Voorts zij nog meegedeeld, dat de kleine kiesvereniging te St. Jansklooster thans bij de kiesvereniging te Hasselt is ondergebracht. Het totale aantal kiesverenigingen is thans gestegen tot 305, als volgt verdeeld over de verschillende provinciën:

Zuid-Holland Zeeland Gelderland Utrecht Overijssel Noord-Holland Friesland Noord-Brabant Groningen Drente 122 43 44 34 19 18 13 10 1 1 Totaal 305

Het Partijbureau kreeg jn verband met de Statenverkiezing van 1970 en ook met het oog op de naderende verkiezing voor de Tweede Kamer vele vverkzaamheden te verrichten, waarbij de zeer gewaardeerde steun werd verkregen van onze tweede secretaris de heer Vlasblom. Voor de Kamerverkiezing leverde het verkrijgen van de benodigde handtekeningen van kiezers te Maastricht wederom enige zorg. Om die te verkrijgen hebben onze penningmeester, de heer Boender en de heer Golverdingen zich bereid verklaard om naar Maastricht te gaan. Hopelijk zal het hun gelukken het vereiste aantal handtekeningen te bemachtigen.

Hoewel met enige moeite zijn we er bij vorige Kamerverkiezingen steeds in geslaagd om ook in Maastricht de lijst der S.G.P. in te dienen. Veel aanhang hebben we in Limburg wel niet maar zo'n ruim 300 stemmen is voor ons van grote betekenis. Voorts werd door het Partijbureau aan alle kiesverenigingen een advieslijst gezonden met namen van personen die de plaatselijke kiesverenigingen, indien ze dit althans wensten, kon dienen om namen te noemen en in te zenden bij het bestuur der provinciale vereniging. Deze lijst werd uit de door de kiesverenigingen ingezonden namen door het hoofdbestuur na overleg met de vertrouwensvergadering opgesteld. Door de provinciale vergaderingen werden vervolgens de groslijsten opgemaakt, waarna door de vertrouwensvergadering de kandidatenlijst voor de Kamerverkiezing volgens de partijstatuten werd vastgesteld.

Ook werd door het Partijbureau aan alle kiesverenigingen een formulier gezonden ter invulling van de samenstelling van de besturen met nog enkele andere gegevens.

Nog steeds werden niet alle lijsten terugontvangen. Aan de afgevaardigden wordt daarom verzocht de secretaris hunner kiesvereniging te vragen of hij dit formulier reeds aan het Partijbureau heeft teruggestuurd, en zo niet of hij dit dan alsnog spoedig wil doen, om te voorkomen, dat de namen der achterblijvende kiesverenigingen over enige tijd in De Banier worden vermeld.

Het hoofdbestuur vergaderde sedert de vorige algemene vergadering vijf maal, namelijk op 20 mei en 17 oktaber in 1970, voorts op 4, 9 en 30 januari 1971. De vertrouwensvergadering vond twee maal plaats, nl. op 17 oktober 1970 en 9 januari 1971.

Wat de uitgegeven lektuur betreft kan worden vermeld dat van de partijrede van ds Abma uitgesproken op de algemene vergadering van 12 februari 1970 1500 exemplaren van de luxe uitgave werden gedrukt en van de goedkope uitgave 12.000 exemplaren.

Voorts werd door het hoofdbestuur voor de Statenverkiezing van 1970 een strooibiljet uitgegeven waarvan er 500.000 werden verspreid.

Het voornemen bestaat om ook bij de a.s. Kamerverkiezing te volstaan met het uitgeven van een strooibiljet terwijl ook de goedkope uitgave van dé partijrede van deze algemene vergadering kan worden verspreid.

De Heere in Wiens hand de uitkomst der Kamerverkiezing vastligt, moge met ons optrekken en de harten der kiezers, die nog voor Gods Woord wensen te buigen, willen neigen om op 28 april a.s. hun stem uit te brengen op de lijst der S.G.P.

De Heere moge voorts allen, die de partij in Kamer, Staten en Raden vertegenwoordigen al datgene schenken wat zij in de uitoefening van hun zware taak van node hebben. Daarbij worde het hun gegeven steeds de wacht te mogen betrekken bij de beginselen van Gods Woord en Wet, daar met de handhaving en de naleving van deze beginselen de geestelijke en stoffelijke belangen van ons volk het allerbeste worden gediend. Daarbij zij het ons vergund steeds in gedachten te houden de woorden van mr. Groen van Prinsterer, welke reeds door ds Kersten meermalen werden aangehaald, namelijk deze, dat in tijden van diep verval de beginselen die op het eeuwig blijvend Woord Gods gegrond zijn, meer dan ooit zullen dienen bewaard te worden.

De voorzitter bracht de partijsecretaris hartelijk dank voor zijn jaarverslag om vervolgens het woord te geven aan de penningmeester.

(Wordt vervolgd)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen