Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

UIT DE GEMEENTELIJKE HOEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE GEMEENTELIJKE HOEK

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Weinigen onder ons zullen voor zichzelf een compleet beeld hebben van de plaatselijke belastingen. Het is de verdienste van de heer J. Bonhof te Dronten, dat hij dit interessante en leerzame onderwerp uit de verf heeft gehaald en het ter plaatsing in onze rubriek heeft aangeboden. Zeer aanbevolen!

(zie ook de Banier van 20 juli, 3, 10 en 17 augustus jl.).

Burgemeester vanNieuw-Lekkerland.

A. C. Ph. Hardonk,

(Slot)

parkeergelden

De gemeente kan parkeergelden heffen, wanneer er sprake is van gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst kostbare gemeentebezittingen, werken of inrichtingen, die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn (dus wanneer er sprake is van een gemeentelijk parkeerterrein).

In de Wet op de motorrijtuigenbelasting is evenwel in artikel 20, Ie lid, bepaald dat terzake van het gebruik van de openbare weg met motorrijtuigen geen andere belasting mag worden geheven dan de krachtens die wet geheven belasting. Een uitzondering hierop vormt het tweede lid van dit artikel, waarin is bepaald dat met afwijking van het eerste lid gemeenten rechten kunnen geheven worden als bedoeld in artikel 277, eerste lid, letter b, Ie, der Gemeentewet terzake van het gebruik van:

a. daartoe ingerichte parkeerterreinen;

b. weggedeelten binnen de voor de toepassing van de Wegenverkeerswet geldende bebouwde kom of kommen, waarop parkeren krachtens gemeentelijke verordening slechts voor een door een parkeermeter aangegeven tijdsduur van ten hoogste vier uur is toegestaan;

c. weggedeelten binnen de voor de toepassing van de Wegenverkeerswet geldende bebouwde kom of kommen, waarop parkeren krachtens gemeentelijke verordening slechts is toegestaan voor de bij die verordening genoemde belanghebbenden.

Opgemerkt wordt nog dat een parkeerautomaat zoals die bijvoorbeeld in Middelburg wordt gebruikt niet gelijkgesteld kan worden aan een parkeermeter als bedoeld in artikel 20 van de Wet op de Motorrijtuigenbelasting. Deze kan dan ook slechts gebruikt worden op gemeentelijke parkeerterreinen en, wanneer er sprake is van een openbare weg, op daartoe ingerichte parkeerterreinen. De strekking van dit artikel laat het niet toe hierop verder in te gaan.

rioolrechten

Dit is een van de gebruikers geheven recht wegens het gebruik van de gemeentelijke riolering. Via deze belasting kunnen de kosten van de afvoer van afvalwater, faecatiën, enz. van de percelen en de zuivering daarvan worden verhaald. Veelal worden een tweetal groepen belastingplichtigen onderscheiden.

Enerzijds de gewone vervuilers, welke meestal een vast bedrag afhankelijk van de grootte van het perceel, bestalen.

Anderzijds de grote vervuilers, welke meestal met behulp van inwonerekwivalentiegetallen, afgevoerde hoeveelheden water enz. worden belast. Onder inwonererekwivalentiegetal wordt verstaan de gemiddelde hoeveelheid van een inwoner.

reinigingsrechten

Het ophalen en verwerken van huisvuil heeft momenteel sterk de aandacht, niet in het minst om de milieu-hygiënische aspecten die hieraan zijn verbonden.

Vroegei, en nu ook nog wel op vele plaatsen, geschiedde het ophalen van huisvuil met behulp van uniforme vuilnisemmers. Door nummering en opnaamstelling van de emmers werd de heffing van de reinigingsrechten vergemakkelijkt. Veelal werd en wordt een uniform tarief (dus per emmer) toegepast. De heffing van reinigingsrechten is echter door de intrede van de plastic vuilniszak in een moeilijker situatie terechtgeko­ men. Over deze materie zou veel zijn te schrijven, .hetgeen echter met het oog op de omvang van dit artikel achterwege gelaten wordt. Vermeld kan nog worden dat de methode waarbij iedere gebruiker van de vuilnisophaaldienst (in principe elk gezinshoofd) een vast bedrag in rekening wordt gebracht met daarnaast het verschaffen van de plastic-zakken tegen kostprijs (behoudens een steeds een lamp voor onze voet en geringe opslag wegens distributie kosten) tot op heden het beste voldoet. Deze methode heeft ook uit milieu-hygiënisch oogpunt bezien voordelen. Dit doordat de plastic-zakken op deze manier zo goedkoop mogelijk blijven, waardoor de prijs dan niet ineer een belemmering vormt voor de gebruikers om gebruik te maken van de vuilnisophaaldienst. Het zich op andere (ongeoorloofde) wijze van het vuil ontdoen wordt hiermee tegengegaan. Overigens heeft de plastic-zak op zich ook nadelen uit milieu-hygiënisch oogpunt bezien.

Keurlonen

Er kan op worden gewezen dat de laatste tijd steeds meer gemeenten er toe overgaan om naast de heffing van de „gewone" keurlonen, de invoerkeurlonen, enz. repressieve keurlonen te heffen. De gemeentelijke keuringsdiensten worden de laatste jaren als gevolg van de enorme toename van het aantal verkooppunten van vlees-en vleeswaren in steeds meerdere mate belast met de uitvoering van repressieve keuringen, hetgeen wil zeggen het controleren van in verkoopplaatsen als slagerijen, winkels, restaurants, cafetaria's, e.d. aanwezige vlees en vleeswaren. Deze keuring is van belang daar de verkopers in het groter wordende aantal verkoopplaatsen in mindere mate als kenners-vakmensen zijn te beschouwen dan de slager, zodat de kans, dat op minder deskundige wijze met de bedoelde produkten wordt omgegaan toeneemt. Het streven is erop gericht deze keuringen te intensiveren. Tengevolge hiervan ontstaat veelal een aanzienlijke taakverzwaring voor de gemeentelij ke vleeskeuringsdienst. Hieruit vloeit weer voort dat de kosten van die dienst in belangrijke mate stijgen. Het is dan ook gerechtvaardigd terzake van deze repressieve keuringen een keurloon te heffen. Deze heffing is bovendien billijk omdat bij een repressieve keuring niet het politioneel optreden op de voorgrond treedt doch het geven van voorlichting betreffende de hygiëne in het bedrijf en het bijstaan van betrokkene inzake de nakoming van de voor hun bedrijven geldende wettelijke voorschriften.

Vermakelijkheidsretributie

Deze heffing is in de Gemeentewet opgenomen teneinde die gemeente, welke, tengevolge van objecten van massarecreatie binnen hun grenzen, hoge opbrengsten uit de vermakelijkhedenbelasting genoten, tegemoet te komen.

Uitdrukkelijk is bepaald, dat door of met medewerking van de gemeente voorzieningen moeten zijn getroffen of in stand gehouden, wil heffing mogelijk zijn.

Deze belasting zal wellicht via een opslag op de entreeprijzen voor die objecten worden ingevorderd. Ter afsluiting van onderdeel B wordt nog het volgende overzicht gegeven:

„OUDE" BEPALINGEN

— belastingen krachtens bijzondere wetten; •— opcenten op de hoofdsom der grondbelasting; — straat-, riool-, bouwterrein-en baatbelasting; — bouwgrondbelasting; — opcenten op de hoofdsom der personele belasting; — opcenten op andere belastingen; - — hondenbelasting; — vermakelijkhedenbelasting; •— rechten en lonen; — belasting in natura; — brandassurentiebelasting; — logeergastenbelasting; — reclamebelasting; — forensenbelasting.

„NIEUWE" BEPALINGEN

— belastingen krachtens bijzondere wetten; — belasting op onroerend goed; •— bouwgrondbelasting; — hondenbelasting; — leges en andere rechten; — toeristenbelasting; — reclamebelasting; — forensenbelasting.

Heffing en invordering

De , , oude" invorderingsbepalingen zijn bij de wet van 24 december 1970 komen te vervallen. Slechts ten aanzien van de op dat moment bestaande en tot dusverre nog niet aangepaste verordeningen zijn zij nog van belang. Gelet op het nog geringe belang van de „oude" bepalingen zal behandeling hiervan achterwege blijven.

De „nieuwe" invorderingsbepalingen vinden we in de artikelen 280 tot en niet 303 van de gemeentewet. Ook deze zullen, behoudens enkele artikelen, vanwege net feit dat zij in het kader van dit artikel onbesproken kunnen blijven, niet verder worden uitgediept.

Artikel 280 verklaart op de gemeentelijke belastingen de Algemene Wet inzake rijksbelastingen (in welke wet de wijze van indienen van bezwaar-en beroepsschriften enz. is geregeld) en de Invorderingswet van 's Rijks directe belastingen (welke wet allerhande bepalingen inzake de invordering, zoals over aanmaning, dwangbevel, parate executie, enz. bevat) van toepassing. Als gevolg hiervan vinden we nu geen bepalingen omtrent bezwaar en beroep meer in de gemeentewet.

Onder de , , oude bepalingen" was slechts een deel van de bepalingen van de Invorderingswet van toepassing, tengevolge waarvan in de belastingverordening tal van onvorderingsbepalingen voorkwamen; dit kan nu achterwege blijven.

In artikel 302 is bepaald dat met betrekking tot de belasting op onroerend goed de Rijksbelastingdienst belast is met de berekening van de belastingaanslagen, verminderingen en ontheffingen, alsmede met de verzending van aanslagbiljetten en afschriften van beschikkingen inzake verminderingen en ontheffingen. Het gemeentebestuur dient aan de Rijksbelastingdienst de gegevens die nodig zijn voor hun berekeningen te verschaffen.

Het grote werk evenwel: de verzameling van de basisgegevens, de verwerking van de bezwaarschriften, het optreden in belastingprocedures, raken de gemeenten niet kwijt. Deze gang van zaken werd geargumenteerd door te stellen dat een efficiënte werkverdeling zou worden verkregen.

Volgens de bewindslieden zouden de massale werkzaamheden het meest doelmatig kunnen geschieden, indien deze worden geautomatiseerd. De situatie wordt nu zo, dat de rijksbelastingdienst aan de hand van de door de gemeente verstrekte gegevens de computer laat draaien en vervolgens de invordering verzorgt.

Over deze oplossing wordt in de kring van de gemeenten geen juichkreet aangeheven. Immers de Stichting tot ontwikkeling van de automatisering bij de gemeenten (SOAG) is reeds een eind op streek met het tot stand brengen van de automatisering van de gemeentelijke belastingen. Terzake worden automatiseringscentra in het leven geroepen. Nu de omvangrijkste van de gemeentelijke belastingen hierin niet mee kan draaien heeft verdere automatisering van de gemeentelijke belastingen minder zin. Ook ten aanzien van de invordering kan worden gesteld dat de gemeenten hiertoe wel in staat moeten worden geacht. Zij hebben hiermee toch reeds jarenlang ervaring opgedaan. Wanneer de gemeenten nu haar invorderingsapparaten konden opheffen zou nog iets voor deze regeling te zeggen zijn. Nu echter de gemeenten de invordering van de overige belastingen en retributies moeten blijven voortzetten kan uit dien hoofde alleen maar tegen deze gang van zaken worden geageerd.De mogelijkheden van gelijktijdige invordering van meerdere gemeentelijke belastingen wordt bovendien door deze regeling beperkt.Hierdoor wordt dus geen besparing van perceptiekosten verkregen.

Overgangsbepalingen

Met betrekking tot de op 30 december 1970 bestaande belastingverordeningen, die als gevolg van de wijziging van de gemeentewet niet meer met die wet in overeenstemming zijn is bepaald dat zij worden geacht te zijn vastgesteld krachtens de „nieu­ we bepalingen".Aanpassing moet echter uiterlijk met ingang van 1 januari plaatsvinden. In de circulaire van de minister van binnenlandse zaken van 22 januari 1972 is evenwel vermeld dat het wenselijk is dat indien zo'n verordening uit anderen hoofde wijzigingen van enige omvang moet ondergaan, van deze gelegenheid gebruik wordt gemaakt om de verordening tevens met de herziene gemeentewet in overeenstemming te brengen. Er moet op worden gerekend dat hierop bij de goedkeuring van in de verordeningen aan te brengen wijzigingen scherp zal worden gelet.

Slotopmerkingen

In het voorgaande is getracht een punt van de sluier die de gemeente­ lijke belastinge voor outsiders omgeeft op te tillen. Aansluitend hierop moet worden vermeld dat gelet op de omvang van het artikel met een globale verhandeling moest worden volstaan. Dit verhaal mag dan ook niet als een Standaardwerk worden gezien of beoordeeld. Nochthans wordt de hoop uitgesproken dat de geschreven regels verhelderend mogen hebben gewerkt. Over de gemeentelijke belastingen als inkomstenbron zal, zo de Heere wil en wij leven, iets worden gezegd in een artikel over de gemeentebegroting.

Voor belangstellenden wordt nog gewezen op de inhoud van de tijdschriften Gemeentenfinanciën van november 1970 en de Gemeentestem van 29 januari, 5 februari en 3 december 1971.

De portefeuille met artikelen ten behoeve van deze rubriek „Gemeentelijke hoek", begint uitgeput te raken en daarom hijs ik bij deze de stormbal. Op ieder van ons, die met verstand van zaken de pen kan hanteren, doe ik een klemmend beroep zulks ook inderdaad met spoed te doen en pennevruchten aan mij ter beoordeling toe te zenden.

Reeds herhaaldelijk is mij uit reacties gebleken, dat onze rubriek een grote belangstelling bij de lezers mag ontmoeten. Zij geeft een hoop informatie, niet alleen voor gemeentelijke politici doch ook voor geïnteresseerde lezers zonder politieke functie.

Indien ik nu vaststel, dat onze rubriek in een behoefte voorziet en dat het daarom jammer zou zijn als zij wegens gebrek aan belangstelling zou moeten verdwijnen, is dat dan geen aanleiding voor velen onder ons om de pen fluks ter hand te nemen? Hoevelen onzer bekleden een behoorlijke functie bij de gemeentelijke overheid en zijn deswege begiftigd met kennis die het waard is op anderen over te dragen? Komaan dan mensen, ontplooiing van activiteit s.v.p.

A. C. Ph. Hardonk

Dorpslaan 3, Nieuw-Lekkerland,

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 augustus 1972

De Banier | 8 Pagina's

UIT DE GEMEENTELIJKE HOEK

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 augustus 1972

De Banier | 8 Pagina's