Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

NEDERLANDSE VER­ ENIGING TOT BEVORDERING VAN DE ZONDAGSRUST EN DE ZONDAGSHEILIGING (Gevestigd te Ede)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

NEDERLANDSE VER­ ENIGING TOT BEVORDERING VAN DE ZONDAGSRUST EN DE ZONDAGSHEILIGING (Gevestigd te Ede)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Correspondentieadres: SCMRAS 7. EDER-VEEN . TELEFOON (08.? 87) 19 28 (Zie adv. Banier 24 aug. j.l.)

Aan de Commissie' van Binnenlandse Zaken in de Tweede Kamer der St. Gen. 's-Gravenhage.

Onlangs werd door een lid van uw Kamer in door hem gestelde vragen aan de Minister van Buitenlandse Zaken gezegd dat het in de Nederlandse verhoudingen niet kan worden aanvaard dat beschuldigingen worden geuit zonder enige bewijsvoering. Men behoeft beslist geen insider in de Nederlandse politieke verhoudingen te zijn om het billijke en de geldigheid van de in deze opmerking gestelde voorwaarde in te zien. Nog meer past het onze Vereniging — dit wordt door ons zo aangevoeld —in dit tot u gericht schrijven zich hieraan strikt te houdeïi. Wellicht mag daar dan de verwachting tegeiTover worden gesteld dat van onze bewijsvoering ook voldoende nota zal vi^orden genomen? In plaats van „beschuldiging" zouden wij, vanaf onze plaats, liever van „verzoek" willen spreken, ofschoon het eerstgenoemde daarin dan wel vervat moet zijn. Dit moge, bij het stellen van ons verzoek, thans blijken:

„Wilt u, vanwege de verschuldigde eerbied aan onze Schepper, Wetgever en Rechter, en, in nauw verband hiermede, een hoogst wenselijke, gezegende ontwikkeling van onze Nederlandse samenleving, de rust en de heiliging van de zondag bevorderen? En wilt u derhalve, wanneer uw oordeel zal worden gevraagd, niet gevolg geven aan de wens van de geachte afgevaardigden, dr. H. van den Doe] en mej. mr. A. M. Goudsmit, welke in de vorm van een Voorste] van Wet tot het wijzigen van de Zondagswet te uwer overweging aan u zal worden voorgelegd? "

De bewijzen zijn van het hoogste niveau genomen: de bewijsvoering drage een duidelijk karakter. Het heeft God behaagd een rustdag op zes dagen van arbeid, reeds bij de schepping van hemel en aarde, in te stellen. Door alle tijden heen is de wijsheid Gods hierin gebleken, daar deze rustdag volkomen past in het menselijke leefritme. De rustdag is Gods dag, die Hij Zich tot Zijn eer en dienst heeft geheiligd. Bij de Wetgeving op Sinaï heeft God aan het voJk van Israël bekend gemaakt dat voor hen deze dag-van-afzondering de zaterdag behoorde te zijn en is de viering van die dag nader gepreciseerd. In liet vierde gebod van de Decaloog verborgen zich een ceremonieel en een moreel element. Met de viering van de sabbat werd dit uitverkoren volk dus eensdeels heengewezen naar de komst van de Grote Rustaanbrenger, Christus, terwijl daarnaast zij ook een volk vormden dat, als alle andere volken, te maken had met de universaliteit van de rustdag.

Deze sclieppingsordinantie geldt zo ook ons, zij het dat bij gelegenheid van de Opstanding van Christus de zondag in de plaats van de zaterdag is gekomen. Wanneer men — en dat op Schriftuurlijke gronden zeer te recht — spreekt van „Gods dag", dan houdt dit in de wijding van de gehele zondag aan de dienst van God, met als centraal element de christelijke eredienst, welke door ieder dient te worden bijgewoond. Er is echter niet sprake van „rustuur", doch van „rustdag", waaruit blijkt dat het niet is toegestaan geneugten die afwijken van het Bijbels rustdagpatroon te zoeken. Gods verbod op zondag arbeid, behoudens werken van barmhartigheid en absolute noodzakelijk heid, te verrichten schept de voorwaarde die dag als rustdag te kunnen beleven. Maar de bedoeling is een rusten in God.

Ondanks het grote verval op dit terrein is het een gelukkige omstandigheid dat er nog streken of enkel plaatsen in ons land zijn, waar men tracht de Schriftuurlijke zondagsviering te handhaven. Plaatselijk treft men het aan dat de overheid in meerderheid deze gezindheid is toegedaan. Betreurenswaardig is, niet in de eerste plaats ten opzichte van deze „handhavers", dat een gedeelte van ons volk deze waardige landgenoten kritiseert als bekrompen, conservatief, ouderwets in hun denkwijze. Zelfs heeft men getracht deze, helaas niet begrepen, overheidspeisonen op gewelddadige wijze bij te brengen dat zij door hun starre houding een onhoudbare situatie scheppen. Het is overbodig uit te wijden over de wijze, waarop een lid, later in geringere mate samen met meerdere leden, van uw Kamer zelfs hierin de hand heeft gehad. Is het wonder dat personen, welke het waarachtig heil van ons volk beogen, zulk een gang van zaken hoofdschuddend volgen?

Gerechtelijke vervolging van de „krakers" is niet uitgebleven. Rechtspraak, gepaard aan de beslaande Zondagswet, van 1953. Die Wet verschaft de gemeenten inzake de regeling van de zondagse activiteiten nog een gedeeltelijke autonomie. Dit is, gezien de huidige landelijke situatie, in zoverre verblijdend. Deze autonomie dreigt thans beduidend te worden afgezwakt door het eerder ge noemde Voorstel van Wet tot het wijzigen van de Zondagswet. Wanneer — met diep leedwezen — moet woi-den vastgesteld dat de strekking van de Zondagswet-1953 reeds ver verwijderd ligt van die van hel ge bod Gods tot onderhouding van Zijn dag, dan zal het zoveel meer lot oneer van God en zedelijk verval van ons volk strekken, indien dit Voorstel tot verruiming van de mogelijkheden en vernauwing van de plaatselijke zeggenschap met betrekking tot de zondag weerklank zal vinden in de Slalen-Generaal. Het is ten zeerste wenselijk dat in plaatsen, waar men nog inzake de dienst van God behoudend zoekt te werken, geen minderheden meerdere tref kansen verkrijgen om deze Bijbels denkenden in hun godsdienstige gevoelens te kwetsen. Ieder, van wat rang of stand hij of zij ook zijn moge, zal eenmaal voor de Alwetende God rekenschap moeten afleggen van hetgeen door hem of haar, beide, gedaan of nagelaten zal zijn. En — dit moge in deze ook door u wel overwogen worden —• wie veel geschonken is, van die zal ook veel geëist worden. God schenke u hiervoor de nodige wijsheid. Dit bidden wij u toe.

Inmiddels verblijven v^'ij met verschuldigde hoogachting,

Namens Jiet bestuui' der Vereniging ,

(voorzitter) (secretaris)

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 1972

De Banier | 8 Pagina's

NEDERLANDSE VER­ ENIGING TOT BEVORDERING VAN DE ZONDAGSRUST EN DE ZONDAGSHEILIGING (Gevestigd te Ede)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 1972

De Banier | 8 Pagina's