Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De woorden van Jeremia (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De woorden van Jeremia (2)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

OVERDENKING

door: H. G. Abma

Toen zeide ik: ach Heere HEERE, die, ik kaïi niet spreken, want ik ben jong. Jeremia 1:6.

Eer iets van mij begon te leven. De Heere is verweg de Eerste. Altoos. Eer de Heere Jeremia in de schoot van zijn moeder formeerde, kende hem zijn God. Die Hij tevorenkende, heeft Hij ook geroepen tot het profetenambt. Jeremia bestemd om profeet van de volken te wezen. Het zou te gering zijn om alleen te spreken voor de stam van Juda. Hij heeft een supernationale taak.

Wij mogen eerbiedig de beroepsbrief lezen van deze wonderlijke en bewogen man Gods. Hij heeft om te beginnen een vernietigende taak. Hij moet uitrukken afbreken, verderven en verstoren. Geen aantrekkelijke werkopdrachten voor een profeet. God geeft nooit een halve taak en nooit een eenzijdige instructie. Anderzijds mag hij bouwen en planten. Het gaat om Gods gebouw en om Gods akkerwerk. En wij weten uit het eerste stukje dat jeremia's woorden woorden zijn die geschieden. In een van de volgende hoofdstukken lezen wij dat de woorden van de Heere in Jeremia's mond vuur worden en dat het volk hout wordt. Wij hebben geen fantasie nodig om te bedenken wat het vuur met dat hout gaat doen.

Die de Heere gekend heeft, heeft Hij geroepen. Dat zegt nog niet, hoewel het zou moeten zijn, dat terstond een gewillige dienaar klaar staat om zijn beroepsbrief uit te voeren. De Heere roept altijd weer onwilligen, ongehoorzamen, wederstrevigen, ongeschikten, onbekwamen, bezwaarmakers en uitvluchtzoekers. Opdat wij goed zullen begrijpen en beseffen waar de zegen alleen vandaan komt. Die is afkomstig van Die roept en niet ook maar voor een miljoenste van de geroepene. Het is uit de Roepende. Als wij dat maar weten en als wij dat ook maar steeds blijven weten. Zoals velen vóór en na, profeten, apostelen, hervormers, discipelen, ambtsdragers, werpt Jeremia t^en. Jeremia werpt t^en zijn jeugd, zijn onervarenheid, zijn gebrek aan spreektalent. De Heere deed beter een ander te kiezen. Alsof de verkiezing kan overgedaan worden. Van de baarmoeder was hij geheiligd; geheiligd moest hij echter geheiligd worden. Onwilligen maakt de Heere gewillig. Mits wij er geen verhaaltje van maken. Sommigen willen graag, doch weten dat er iets bijhoort van onwilligen die gewillig gemaakt worden. Voor dat doel bedenken zij een verhaaltje zo mooi dat zij het zelf nog geloven bovendien.

De Heere kiest jongen, opdat Hij ouden en voorzichtigen beschaamt. Wanneer wij hadden moeten aanwijzen, hadden wij duizenden anderen eerder gekozen dan Jeremia. Want die zullen er wel geweest zijn, die in onze ogen bekwaam en geschikt waren. Er zullen wel eikebomen gestaan hebben. De Heere zoekt het rijs je, want Jeremia zal zich voor niet veel meer gevoeld hebben in vergelijking met die eikebomen van gerechtigheid. De Heere kiest niet voor Jeremia, omdat jongeren over bepaalde eigenschappen beschikken die hen bij uitstek geschikt maken voor een bepaalde taak die behoort uitgevoerd te worden. Der jongelir^en sieraad is hun kracht en der ouderen heerlijkheid hun grijsheid. Dat is nog wel waar ook, doch de Heere wordt niet gediend als iets behoevende. Hij is niet verlegen om kracht en niet afhankelijk van de grijsheid. Mijn geslacht is het armste in Manasse en ik ben de kleinste in mijns vaders huis. Dat zei Gideon, toen hij geroepen werd. Zo gaat het altijd opnieuw. Het verachte en onedele heeft de Heere uitverkoren om het achtenswaardigste en edelste werk te gaan doen.

Toch aan de andere kant benut de Heere wel de jeugdige kracht. Want de Heere vernietigt niet de aanleg, natuur en eigenschappen. Hij maakt ze dienstbaar tot Zijn eer. De Heere werkt niet met stokken en blokken. Jeremia is tenvolle uitgeleverd aan de dienst des Heeren, toch blijft hij Jeremia. Juist met zijn bewogenheid en met zijn bijzondere dichterlijke talenten en met al wat hij was en bezat, uitgenomen de zonde, werd hij dienstbaar tot de arbeid in opdracht van de Heere. Jeremia maakt bezwaar. De Heere neemt weg: ' Zeg niet: ik ben jong, Het is afgelopen met Uw tegenstribbelen. Dat wil Ik niet meer horen. Hoe eenvoudig en zakelijk wordt ons beschreven wat er precies gebeurt. Jeremia zegt: Ik kan niet spreken. Dat is helemaal niet nodig, zegt de Heere. Overal waar Ik u zend, gaat u, en alles wat Ik gebied, zult u spreken! Wat wilt u nog meer? Ik red u en daarom hoeft u voor niemand en voor niets te vrezen. Op sacramentele manier bevestigt de Heere Zijn Woord. Het is teken en zegel, van wat Hij Jeremia bevelende beloofde. Hij roerde Jeremia's mond aan om aan te geven dat Hij op die wijze Jeremia de woorden in de mond leggen zou. Zodoende kreeg Jeremia zijn aanstellii^ om koninkrijken uit te rukken, af te breken, te verderven en te verstoren, doch t^elijk om te bouwen en te planten. De Heere roerde Jeremia aan. Handtastelijke bekwaammaking. Petrus riep: Heere ga uit, want ik ben een zondig mens. Jeremia zal dit begrepen hebben. Laten wij herdenken en bepeinzen hoe goddelijk geweldig en t^elijk uiterst eenvoudig Jeremia dienaar des Woords werd. Niemand verachte Jeremia's jonkheid.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 november 1975

De Banier | 8 Pagina's

De woorden van Jeremia (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 november 1975

De Banier | 8 Pagina's