Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

POLITIEKE KRINGEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

POLITIEKE KRINGEN

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

DEN UYL SPEELT HOOG SPEL

BINNENHOF - Ex-kabinetsformateur Den Uyl speelt hoog spel. Dooi een breuk over de vermogensaan wasdeling te forceren heeft hij hev CDA in een dwangpositie gebracht waarvan de gevolgen nog onvoorspelbaar zijn, maar heel goed averechts voor hem kunnen werken. Den Uyl's taktiek is duidelijk: hij wil Van Agt met de neus drukken op het keiharde feit dat een kabinet met de WD geen echte uitwijkmogelijkheid voor het CDA is, zodat de christen-democraten over enige tijd met hangende pootjes naar de PvdA terugmoeten. Dan staat Den Uyl ijzersterk en heeft hij veel meer kans om de buit biimen te halen.

Maar het CDA loopt niet met open ogen in de val die Den Uyl heeft opengezet. Van Agt is op zijn hoede. Hij is zich er terdege van bewust dat hij - voorlopig - op de PvdA is aangewezen. Daarom weigerde de CDA-aanvoerder maandag om kabinetsformateur te worden. Dit zou hem dwingen in de richting van de WD te koersen, want bij de PvdA zou hij vrijwel zeker met hoongelach zijn begroet.

Maar een kabinet van CDA en WD heeft - zeker op dit moment - geen levenskansen. Niet eens in de eerste plaats vanwege de wankele basis die zo'n kabinet in de Tweede Kamer heeft. Het gevaar zit in de balsturige en weerspannige linkervleugel van het CDA. Er bestaan geen garanties dat het groepje rond minister Boersma zo'n opzet door dik en dim zal steunen. Integendeel. Bovendien doorzag Van Agt de taktiek van Den Uyl om hem op de knieën te dwingen. Hij besefte na een mislukt avontuur met de WD een nog hogere prijs voor samenwerking met de PvdA te moeten betalen. Op de achtergrond dreigt dart het gevaar van een opstand van de CDA-rechtervleugel.

Onder die benarde omstandigheden stond er voor Van Agt slechts één weg open: de breuk met de PvdA lijmen. Zijn advies aan koningin Juliana was dan ook een PvdAinformateur te benoemen die de rimpels tussen PvdA en CDA zou moeten gladstrijken. Na zijn terugkeer van Huis Den Bosch benadrukte hij de noodzaak van de totstandkoming van een tweede kabinet-Den Uyl - terwille van de aanpak van de economische problemen en de bestrijding van de werkloosheid. „Het uiterste moet worden beproefd om zo'n kabinet voor elkaar te brengen", zei hij. De conclusie van Den Uyl dat het vooralsnog niet mogelijk is noemde Van Agt voorbarig. „Het is nog niet voldoende uitgeprobeerd".

Om de weg te effenen voor een lijmpoging maakte het CDA enkele ten^trekkende bewegingen. Van Agt doet het sinds eind vorige week voorkomen alsof de verschfflen tus­ sen PvdA en CDA over de vermogensaanwasdeling niet zo groot zijn als Den Uyl beweert. Door bij de VAD alsnog iets toe te geven hoopt het CDA de schade beperkt te houden.

Maar de PvdA heeft zich nog niet laten vermurwen. De PvdA-taktiek blijft er voorlopig op gericht het CDA te laten voelen dat het de kant van de WD niet uit kan en alleen op de PvdA is aangewezen. Maar daar moet wel goed voor betaald worden. Fractieleider Van Thijn heeft al laten weten dat hij „geen oplossing" van een lijmpoging verwacht. Daardoor is er op het politieke schaakbord een patstelling ontstaan, die de nieuwe informateur hoofdbrekens zal kosten.

De breuk over de VAD was geen bedrijfsongeval, maar sluwe taktiek van Den Uyl. Niet alleen zette hij het CDA klem, maar ook ontdeed hij zich van D'66. Aan de onderhandelingstafel had Den Uyl meer last dan gemak van Terlouw, die een onafhankelijke koers vaart. Op beslissende momenten - zoals bij het gevecht over de grondpolitiek - liet de D'66-voorman de PvdA in de steek en koos hij de zijde van het CDA. Deze weerspaimigheid zinde Den Uyl niet. Daarom broedde hij op een manier om D'66 onschadelijk te maken.

Dat lukte hem vorige week bij het steekspel over de VAD, toen Terlouw zich weer dichterbij Van Agt dan bij Van Thijn opstelde. De uitgekookte formateur zette niet alleen het CDA, maar ook D'66 voor het blok. Van Agt hield voet bij stuk. Maar Terlouw, die niet voor de buitenwereld op één hoop met het CDA geveegd wilde worden, aanvaardde Den Uyl's laatste bod „met frisse tegenzin". Het gevolg is nu dat D'66 weer helemaal aan de PvdA vastzit.

Maar Den Uyl's bedoelingen gingen verder. Hij speculeerde er op dat het CDA, dat nooit veel prijs gesteld heeft op deelname van D'66 aan het tweede kabinet-Den Uyl, zo boos zou worden over de „ommezwaai" van Terlouw dat Van Agt nog meer tegen de democraten te velde zou trekken. Daarmee was de PvdA - zonder de handen vuU te maken - tegelijk van deze onbetrouwbare bondgenoot af. En zie - wat Den Uyl verwachtte gebeurde. Argeloos tippelde Van Agt er in. „Mijne animo voor deelname van D'66 is door de opstelling van Terlouw niet vergroot", verklaarde hij open en eerlijk. De rol van D'66 is nu wel zo goed als uitgespeeld.

Den Uyl werd tot dit macabre machtsspel gedwongen door de linkervleugel van de PvdA, die het niet goed kan verkroppen dat het tweede kabinet-Den Uyl een gewoon huis-, tuin-en keukenkabinet wordt. In die kringen droomt men nog altijd van een kabinet waarin de PvdA heer en meester is - zeker na de formidabele verkiezingswinst van de PvdA. Het verloop van de kabinetsformatie was een geweldige teleurstelling voor de PvdA-linkervleugel. In plaats van het CDA de duimschroeven aan te draaien speelde Den Uyl gewoon het spelletje van geven en nemen. Toen Van Agt - geholpen door Terlouw - bij het gevecht over de grondpolitiek een fraaie overwinning boekte, sloeg bij de PvdA het vuur in de pan. Er werd luidkeels gemord over de „schamele buit" die Den Uyl en Van Thijn hadden veroverd. Het PvdA-kamerüd Kombrink - een voormalig nieuw-linkser - had het zelfs over „een dooie mus". „Het moet harder gespeeld worden", waarschuwde hij.

Het oproer van de linkervleugel werd gevaarlijker voor Den Uyl toen de ontevredenheid om zich heen greep en ook zijn sociaaleconomische voorstellen bedreigde. Er waren er die weigerden mee te werken aan verdere bezuinigingen op de overheidsuitgaven, omdat ze daar nieuwe concessies aan het CDA in zagen.

Den Uyl begreep dat hij om de onvrede weg te nemen moest ingrijpen voor het te laat was. Hij besloot zich in het gevecht om de VAD harder tegenover het CDA op te stellen. Dat Den Uyl juist de VAD uitkoos voor het treffen met Van Agt was niet toevallig. Met FNVvoorzitter Kok had Mj vergaande afspraken gemaakt over de VAD, die een soort „afkoopsom" is voor de medewerking van de vakbeweging aan de looimiatiging. Bovendien ging Den Uyl er van uit dat de jurist Van Agt hem bij de VAD minder tegenspel kon bieden dan bij de grondpolitiek en de ondermingsraden. Maar dat was zijn grote vergissing. Den Uyl ondervond dat Van Agt die van economie „geen kaas" gegeten heeft onvermurwbaar was.

Toen zat er niets anders op dan een breuk te forceren. Het machtsspel van de rechtervleugel van het CDA om opnieuw een bondgenootschap met de PvdA te sluiten er niet groter op. Het zou wel eens kuimen zijn dat Den Uyl - hoewel zijn positie ijzersterk is - zijn hand overspeelt. Hij versterkt de anti-socialistische krachten in het CDA-kamp.

Vooralsnog lijkt een tweede kabinet-Den Uyl verderweg dan ooit. De PvdA heeft een zware wissel getrokken op de goede wil van Van Agt. Door de manoevre van Den Uyl hebben de goede sfeer en het herstelde vertrouwen tussen PvdA en CDA plaats gemaakt voor irritatie en verbittering. De schade die dat aanricht is momenteel nog moeilijk te overzien.

Het kan best zijn dat PvdA en CDA tot elkaar veroordeeld zijn. Maar Den Uyl vergeet dat kabinetten die onder dwang tot stand komen de sterkste niet zijn. „Moetjes" houden het in de politiek meestal niet lang uit. Voor samenwerking zijn onderling vertrouwen, goede verstandhouding en politieke gelijkgezindheid van de regeringspartijen een onmisbare voorwaarde. Den Uyl heeft de neiging dat wel eens te onderschatten. Oud-premier Drees heeft eens gezegd: „In de loop van een parlementaire periode is in de regel veelal een grotere eensgezindheid mogelijk gebleken dan het verloop van de formatie deed vermoeden". Den Uyl mag hopen dat dit de komende vier jaar weer op gaat.

VAN AGT DE VUFDE

DEN HAAG - CDA-aanvoerder Van Agt is de vijfde die sinds de oorlog een formatie-opdracht van de koningin heeft geweigerd.

Hem gingen in de jaren na 1945 voor:

- KVP-leider Romme en PvdAvoorman Drees beiden op 23 juli 1952 (tijdens de formatie van het derde kabinet-Drees).

- Romme die op 22 augustus 1956 twee formatie-opdrachten afwimpelt en daarvoor van koningin Juliana een berisping krijgt (tijdens de formatie van het vierde kabinet-Drees).

- oud-minister Van den Brink (KVP) van economische zaken die op 26 maart 1959 „wegens persoonlijke omstandigheden" de koningin vraagt naar een ander om te zien (tijdens de formatie van het kabinet-De Quay).

- KVP-topman Schmelzer die op 15 maart 1965 weigert (tijdens de formatie van het kabinet-Cals, later door hem ten val gebracht).

Op 24 mei 1955 drong koningin Juliana er bij Drees sr. op aan de breuk in zijn kabinet over de huurverhoging te lijmen. Drees weigerde. Voor reconstructie bestond volgens hem niet „voldoende politieke grondslag". PvdAfractievoorzitter Burger - dezelfde die een belangrijke rol speelde bij de vorming van het kabinet-Den Uyl in 1973 - slaagde er wel in het kabinet weer op poten te krijgen. Officieel worden formatieopdrachten nooit geweigerd. Men vraagt de koningin altijd de opdracht niet te behoeven te aanvaarden. Zo deed ook Van Agt maandag.

Behalve de weigering van een formatie-opdracht of lijmpoging is het ook al verschillende keren voorgekomen dat politici die de koningin met een informatie wilde belasten voor de eer bedankten. Dat wordt nooit bekend gemaakt. Maar het lekt in de regel wel uit. Zo is algemeen bekend dat de antirevolutionair prof. mr. W. F. de Gaay Fortman - de huidige (demissionaire) minister van binnenlandse zaken - eind 1972 een informatieopdracht geweigerd heeft. Hij vond dat dit na de grote verkiezingsoverwinning van de PvdA door een sociaUst opgeknapt moest worden. Na enig zoeken vond koningin Juliana zijn partijgenoot dr. M. Ruppert - thans vice-voorzitter van de Raad van State - bereid om te gaan informeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juli 1977

De Banier | 8 Pagina's

POLITIEKE KRINGEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juli 1977

De Banier | 8 Pagina's