Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De wet AROB in de praktijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De wet AROB in de praktijk

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

SYLLABUS

van de gehouden inleiding op de vergadering van SGP-gemeentebestuurders op vrijdag 19 oktober 1979.

1. D{; PLAATS VAN DE WET IN HET KADER VAN DE RECHTS­ BESCHERMING

1.1. Onder rechtsbescherming verstaan we de bescherming die men kan inroepen door een besluit van een overheidsorgaan te onderwerpen aan de controle van een andere instantie. In het administratiefrecht onderscheiden we in dit verband administratief beroep en administratieve rechtspraak. De wet Arob bevindt zich op het terrein van de administratieve rechtspraak.

1.2. De wet Arob heeft een aanvullend karakter. Zij treedt terug indien een andere administratiefrechtelijke voorziening open staat of voor de klager opengestaan heeft. Zij speelt in beginsel overal waar geen andere administra tiefrechtelij ke voorziening voorhanden is. De wet Arob vult lacunes in de rechtsbescherming op.

2. DE INHOUD VAN DE WET

2.1. Op welke handelingen van de overheid is de wet Arob gericht De wet richt zich op beschikkingen. Van een beschikking in de zin van de wet Arob is sprake wanneer door een bestuursorgaan in de publiekrechtelijke sfeer een schriftelijk besluit in een concreet geval is genomen, dat gericht is op enig rechtsgevolg, dan wel het nemen van een zodanig besluit nagelaten wordt.

2.2. Wie kan op grond van de wet Arob ageren

Beroepsgerechtigd is de natuurlijke of rechtspersoon, die door een beschikking rechtstreeks in zijn of haar belang is getroffen. Niet alleen d^ene tot wie de beschikking gericht is kan actie ondernemen, maar ook derden. Omdat ook ideële belangen als zodanig erkend worden kunnen ook actiegroepen onder omstandigheden in beroep ontvangen worden.

2.3. Welke rechtsmiddelen geeft de wet

2.3.1. De wet opent een beroepsmogelijkheid bij de afdeling rechtspraak van de raad van state. Deze toetst een beschikking slechts op onrechtmatigheid, niet tevens op doelmatigheid. Dit blijkt uit de limitatieve opsomming die de wet geeft ten aanzien van de beroepsgronden: — strijd met een algemeen verbindend voorschrift; — détournement de pouvoir; — willekeur; — strijd met een algemeen beginsel van behoorlijk bestuur.

2.3.2. Alvorens men in beroep kan gaan bij de afdeling rechtspraak schrijft de wet in beginsel eerst een bezwaarschrift-procedure voor. Dit bezwaarschrift moet men indienen bij het or­ gaan dat de beschikking genomen heeft en vormt een soort buffer tussen de burger en de afdeling rechtspraak. De bedoeling is om de gever van de beschikking de zaak nog eens in volle omvang te laten heroverwegen. Bij die heroverweging kunnen alle aspecten wederom aan de orde komen, omdat de wet in dit geval niet de toetsingsbevoegdheid beperkt tot het al dan niet rechtmatig zijn van de bestreden beschikking.

In de volgende gevallen kan men, in afwijking van de algemene regel, de bezwaarschrift-procedure overslaan en rechtstreeks beroep aantekenen bij de afdeling rechtspraak: - indien het een beschikking betreft van een orgaan van de centrale overheid; - indien de bestreden beschikking in beroep of op een bezwaarschrift gegeven is; - indien het een goedkeuringsbeschikking betreft of een weigering om goed te keuren.

2.4. Tot welke uitspraken kan een beroepschrift leiden

De afdehng rechtspraak kan appellant niet ontvankelijk verklaren, het beroep ongegrond achten of gegrond, in dit laatste geval met gehele of gedeeltelijke vernietiging van de bestreden beschikking, vergezeld van een last tot schadevergoeding of/en tot het opnieuw in de zaak voorzien binnen een bepaalde termijn. BUjft het orgaan hierin nalatig dan kan belanghebbende zich opnieuw tot de afdeling wenden met het verzoek om het nalatige orgaan een dwangsom op te leggen.

3. HET ADMINISTRATIEFRECH­ TELIJK KORT GEDING TOT SCHORSING VAN EEN BE­ SCHIKKING DAN WEL TER VER­ KRIJGING VAN EEN VOORLOPIGE VOORZIENING

3.1. Doel en reikwijdte van het geding Het instellen van een beroep of het indienen van een bezwaarschrift heeft in beginsel geen schorsende werkir^. Daarom is in de Wet op de Raad van State de mogelijkheid ingevoerd voor de indiener van een beroeps- of bezwaarschrift, om zich tot de voorzitter van de afdeling rechtspraak te wenden met het verzoek om de bestreden beschikking te schorsen, dan wel om een voorlopige voorziening te treffen.

De voorzitter beoordeelt dan of de directe uitvoering van de bestreden beschikking voor verzoeker een onevenredig nadeel meebrengt in verhouding tot het met onmiddellijke uitvoering te dienen belang. De voorzitter wordt geacht niet inhoudelijk op de zaak in te gaan. De praktijk leert echter dat de voorzitter zich niet altijd even streng aan deze beperking houdt. Om praktische redenen is dit toe te juichen; het gevaar bestaat echter dat dit mogelijk gaat ten koste van het niveau van de rechtsbedeling.

3.2. De praktische problemen die kunnen ontstaan indien een verzoek om schorsing wordt ingediend

Indien bij de afdeling rechtspraak een verzoek om schorsing binnen komt is de praktijk gegroeid dat telefonisch verzocht wordt om de litigieuze beschikking niet te effectueren. Komt men aan dat verzoek niet tegemoet dan volgt zonder meer schorsing.

Deze praktijk kan zeer onaangename consequenties hebben. Denk bijvoorbeeld aan een voorgenomen ontruiming van een gekraakt pand op grond van de Woonruimtewet, ten behoeve van een gezin dat op straat staat. Indien op de dag dat de ontruiming geëffectueerd zal worden het hier bedoelde telefoontje binnenkomt is Leiden in last. Denk ook aan de houder van een bouwvergunning, die geconfronteerd wordt met een derde die om schorsing van die vergunning verzoekt.

4. DE GEVOLGEN VAN DE WET VOOR DE GEMEENTEN

4.1. Nog grotere zorgvuldigheid vereist bij het nemen van beschikkingen De competentie van de Arob-rechter strekt zich over een breed scala van overheidshandelingen uit. Tegen deze achtergrond zal de gemeente uiterst zorgvuldig te werk moeten gaan. Zij zal terdege rekening moeten houden met de opvattingen van de afdeling rechtspraak, met name op het terrein van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, een materie, die nog steeds in beweging is.

4.2. Voorlichting en publikatie van beschikkingen

De invoering van de wet Arob heeft de rechtsbescherming voor de burger er niet doorzichtiger op gemaakt. Voorlichting is dus een eerste vereiste indien men wil voorkomen dat al te lichtvaardig een beroep op de wet gedaan wordt.

Omdat ook derden een beroep op de wet kunnen doen is noodzakelijk er voor te zorgen dat deze van beschikkingen, die hen in hun belang kunnen treffen, op de hoogte kunnen geraken.

Ook hierbij rijzen praktische problemen. Welke beschikkingen zijn voor derden van belang en hoe dient de

kennisgeving te geschieden, persoonlijk of algemeen?

Als men het helemaal goed wil doen: In ieder geval algemeen en als er duidelijk te traceren derden belanghebbenden zijn deze bovendien in persoon.

43. De bezwaarschriftenprocedure De gemeente kent in beginsel drie organen, die beschikkingen kunnen nemen: De burgemeester, het collie van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad.

De wet schept de verplichting om de indiener van een bezwaarschrift te horen. Uit de jurisprudentie blijkt dat horen zelfs verplicht is als de indiener duidelijk niet ontvankelijk is. Als dus een groot aantal mensen te pas en te onpas tegen beschikkingen bezwaarschriften gaat indienen kan het volledig gemeentelijk apparaat lamgel^d worden.

Het is bezwaarlijk dit horen te doen geschieden door het voltallige college van burgemeesters en wethouders of de voltallige gemeenteraad.

Vandaar schept de wet de mogelijkheid dit horen op te dragen aan een commissie. Deze commissie kan tevens een adviserende taak krijgen en zelfs de bevoegdheid om op het bezwaarschrift een beslissing te nemen. Dit laatste is in feite in strijd met het karakter van de bezwaarschriftprocedure, dat het orgaan dat een beslissing genomen heeft nogmaals de zaak in al zijn aspecten beziet, en dus onlogisch. Het horen zou als volgt moeten geschieden:

Indien het een beschikking van de burgemeester betreft: Door de burgemeester, bijgestaan door twee ambtenaren; een die deskundig is op het terrein waar de bestreden beschikking speelt en een die bekend is met de arob-jurisprudentie.

Indien het een beschikking van burgemeester en wethouders betreft: De wethouder onder wiens verantwoordelijkheid de zaak valt met soortgelijke ambtelijke ondersteuning.

Indien het een beschikking van de gemeenteraad betreft: Door een commissie van advies.

De jurisprudentie leert dat de gemeenten ten aanzien van het horen en het beslissen op een bezwaarschrift uiterst zorgvuldig te werk moeten gaan.

4.4. De gemeentelijke vertegenwoordiging bij de afdeling rechtspraak

Veelal zal de burgemeester, een wethouder of een of meer ambtenaren gemachtigd worden de gemeente bij de afdeling rechtspraak te vertegenwoordigen. De afdeling ziet zeer nauwkeurig toe dat de juiste machtigingen overlegd worden.

4.5. Interne en organisatorische problemen

De wet strekt zich over alle beleidsterreinen — en dus over alle secretarie afdelingen — uit. Als een gecoördineerde en uniforme aanpak ontbreekt kunnen, zeker in een wat grotere gemeente, fricties op procedureel vlak ontstaan.

Het verdient dan ook aanbeveling om de Arob begeleiding, coördinatie en procedure bewaking (termijnen!) vanuit één centraal punt te doen geschieden.

Dit houdt tevens in dat er in elke gemeente specifieke arob-deskundigheid aanwezig dient te zijn.

5. DE GEVOLGEN VAN DE WET VOOR DE BURGER EN DE AD­ VOCATUUR

De rechtsbescherming van de burger is aanmerkelijk uitgebreid. Hij zal zich evenwel strikt aan de in de wet neergelegde termijnen moeten houden. Bij termijn overschrijding volgt onvermijdelijk niet-ontvankelijk verklaring, tenzij aangetoond kan worden dat het beroep- of bezwaarschrift zo spoedig mogelijk is ingediend als redelijkerwijs verlangd kon worden.

Daarnaast is het vaak moeilijk te beoordelen of tegen een beschikking een arob-voorziening, een speciale beroepsgang, of misschien wel beide open staan, zeker - en helaas gebeurt dat nog al te vaak - indien bij een beschikking het overheidsorgaan niet vermeldt welk rechtsmiddel tegen die

beschikking open staat. Het is duidelijk dat de burger, zeker in ingewikkelde en belangrijke zaken, juridisch bijstand nodig heeft. Het probleem is dan dikwijls: Waar die deskundigheid te vinden. De advocatuur blijkt, uitzonderingen daargelaten, nog niet voldoende toegerust om op dit terrein de gemeenten het vuur aan de schenen te leggen.

Het incorporeren van het vak administratiefrecht in het studie-pakket van degenen die een loopbaan in de advocatuur ambiëren lijkt geen overbodige luxe.

6. DE GEVOLGEN VAN DE WET VOOR DE AFDELING RECHT­ SPRAAK VAN DE RAAD VAN STATE

De wet Arob mag zich in een grote populariteit verheugen. Dit heeft geleid tot een overbelasting van de afdeling rechtspraak. Het is bovendien te verwachten dat de stroom beroepschriften alleen maar zal toenemen.

Reeds nu treden grote vertragingen op. Er kan geruime tijd overheen gaan voordat een zaak uitgeproduceerd is en gedurende die tijd bestaat er zowel bij de gemeente als bij de burger onzekerheid.

Ten gevolge van de druk, waaronder men bij de afdeling rechtspraak kennelijk moet werken, gebeurt het wel eens dat uitspraken gewezen worden met een motivering, die men graag duidelijker of overtuigender had gezien.

Met name speelt dit bij de uitspraken van de voorzitter en de waarnemend voorzitters in kort geding.

Het is duidelijk dat er iets moet gebeuren, en wel op korte termijn. In eerste instantie zou gedacht kunnen worden aan uitbreiding van het aantal staatsraden, en wel met staatsraden die alleen in de afdeling rechtspraak werkzaam zijn. Uitbreiding van de juridische en administratieve staf is in elk geval noodzakelijk. Daarnaast gaan er stemmen op om de afdeling rechtspraak te decentraliseren of om aan de rechtbanken administratiefrechtelij ke kamers te verbinden. Het is duidelijk dat we dan met een belangrijke structurele wijziging te maken hebben die, ook al gelet op de vele problemen die in dit verband rijzen en opgelost moeten worden, zeker niet - als het al wenselijk is - op korte termijn te realiseren valt.

7. DE GEVOLGEN VAN DE WET VOOR DE BURGERLIJKE RECHTER

Het aantal kort gedingen tegen de overheid voor de burgerlijke rechter zal afnemen nu deze rechter in beginsel opzij stapt als er met de wet Arob verband houdende voorzieningen open staan.

8. CONCLUSIE

De wet Arob heeft een aantal belangrijke veranderingen teweeg gebracht. We hebben gezien dat er nog een groot aantal praktische problemen opgelost dienen te worden.

De wet is ingevoerd omdat er behoefte bestond aan een grotere rechtsbescherming. Die rechtsbescherming is momenteel inderdaad vrij optimaal. Het grootste probleem ligt naar mijn mening op dit moment bij de overbelasting van de afdeling rechtspraak. Als hier geen structurele oplossing komt wordt de wet Arob een sneeuwbal, die alles mee heeft om uit te groeien tot een lawine, die het bestuur, maar ook de burger, meer zal belemmeren dan uit het oogpunt van het algemeen belang wenselijk is.

Mr. F. B. J. M. Thomassen.

P.S. Het verslag van de vergadering en van de bespreking van de inleiding wordt in een van de volgende nummers gepubliceerd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 november 1979

De Banier | 8 Pagina's

De wet AROB in de praktijk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 november 1979

De Banier | 8 Pagina's