Studie en bezinning in de SGP (I)

Elke nieuwe funktie heeft op de een of andere wijze een begin. Dat geldt ook van de funktie van studiesecretaris van de SGP. Uw nieuwe studiesecretaris begint in de gunstige omstandigheid, dat hij in een gegroeide situatie binnenstapt. Die gegroeide situatie houdt o.a. in de splitsing van het vroegere studie-en voorlichtingscentrum in twee centra, met alle voordelen vandien. Voorts legt de aard van zijn dienstverband (vier dagen per week) hem minder beperkingen op dan zijn voorgangers, die dit werk combineerden met het fractie-assistentschap.

Over de taak en de functie van de studiesecretaris in deze toch wel min of meer nieuwe situatie hoopt hij U de komende tijd uitvoeriger te berichten. Voor deze eerste keer volstaat hij met het aansnijden van twee zaken, die naar zijn overtuiging voor een juiste uitoefening van zijn taak onontbeerlijk zijn.

In de eerste plaats wil hij graag op de hoogte zijn van alle studie-en bezinningsactiviteiten, die binnen de SGP verricht worden (en zijn) en die op een of andere wijze (uiteraard buiten de officiële partij organen om) een zichtbare vorm gekregen hebben of nog zullen krijgen. Zo mogelijk ontvangt hij van elk „werkstuk" gaarne een exemplaar of copie. Hij denkt bij dit verzoek bijvoorbeeld aan werkgroepjes, die al dan niet als verlengstuk van een studievereniging met een bepaald object bezig zijn.

Voorzover dit nog niet gebeurt, zou hij ook graag bij de voortduur een exemplaar toegezonden krijgen van alle plaatselijk c.q. provinciaal verschijnende SGP-bladen.

In de tweede plaats zou hij graag beschikken over een „verlanglijstje" met onderwerpen (zo mogelijk in volgorde van voorkeur) die voor nadere bestudering in aanmerking komen. Hij zal vooral (maar niet alleen) van raads-en statenleden graag ideeën hieromtrent vernemen. De lijst, die dan over enige tijd hopelijk zal ontstaan (mag ik U in eerste instantie verzoeken eventuele reacties vóór 1 oktober a.s. in te zenden? ) kan dan als leidraad voor het studiecentrum dienstdoen, waarbij het streven gericht is op zoveel mogelijk overleg met betrokkenen.

U zult begrijpen, dat het niet zo is, dat een in september ingediende suggestie resulteert in een kant en klare studie in de maand oktober. Er is nog meer werk te doen, zoals het verrichten van studie-en bezinningsactiviteiten ten behoeve van de Kamerfracties, en de bezettingsgraad maakt „massaproduktie" nu eenmaal niet mogelijk. Wat dit laatste betreft vindt Uw studiesecretaris de (overigens nog niet uitgewerkte) gedachte, dat de studieverenigingen op een of andere wijze bij de uit bovengenoemde lijst voortvloeiende werkzaamheden betrokken worden, bepaald aantrekkelijk. Dit dan uiteraard op basis van vrijwilligheid.

Ten besluite van deze eerste kennismaking wil Uw nieuwe studiesecretaris graag uitspreken, dat het zijn hartelijke wens is, dat er in de toekomst een prettige samenwerking mag groeien tussen het studiecentrum en de diverse geledingen in de partij en dat de te verrichten werkzaamheden als middel in Gods hand mogen bijdragen tot meerdere erkenning in ons land van de beginselen van Zijn Woord. D.V. tot een volgende keer.

W. Büdgen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen