Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Landelijk Verband van SGP gemeentebestuurders

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Landelijk Verband van SGP gemeentebestuurders

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vrijdagmiddag 23 april 1982 vergaderde bovengenoemd verband in Zeist. Aanwezig waren 38 personen, waaronder alle fractieleden van de Ie en 2e kamer der Staten-Generaal. Als spreker voor deze bijeenkomst was uitgenodigd de heer mr. H. Ph. J. A. M. Hennekens, Directeur van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten te Den Haag, met als onderwerp: Gemeentelijke herindeling.

Rond 14.00 uur opende de voorzitter Ds. H. G. Abma de bijeenkomst met het lezen van 1 Petrus 2 vers 11 t/m het einde en ging daarna voor in gebed. Hij heette allen hartelijk welkom, inzonderheid de inleider, de heer mr. Hennekens en sprak de wens uit, dat het een goede bijeenkomst zou zijn, mede gezien het onderwerp, dat behandeld zou worden.

Mr. Hennekens kreeg hierna de gelegenheid zijn onderweip, , Gemeentelijke herindeling" te behandelen. Hij sprak als volgt:

Reeds geruime tijd wordt door diverse elkaar opvolgende regeringen gemeentelijke herindeling nagestreefd. Dit streven wordt door de meerderheid der Tweede-Kamerleden onderschreven dan wel niet weerstreden. De motivering welke van regeringswege voor dit streven gegevn wordt, staat kernachtig omschreven in één zin van de memorie van Antwoord van wetsontwerp 14322, reorganisatie Binnenlands Bestuur, nr. 28, blz. 47. De regering schrijft daar: „Het met kracht bevorderen van een herindeUng van gemeenten kan nooit een doel op zichzelf zijn, maar strekt ertoe gemeenten te vormen die zelf voldoende bestuurskracht kunnen ontwikkelen teneinde zowel huidige als toekomstige taken, die duidelijk lokaal van aard zijn, naar behoren te behartigen."

Het is goed er rekenschap van te geven dat deze zin een aantal elementen bevat die om uitleg vragen. HerindeUng is geen doel op zichzelf, zegt de regering. Ja, sterker nog: herindeling kan nooit een doel op zichzelf zijn. Van harte kan ermede ingestemd worden dat herindeling geen doel in zich dient te zijn. Vreemd is evenwel dat de regering zegt dat het geen doel op zichzelf kan zijn. Als dit aanvaard wordt, is daarmede iedere discussie bij voorbaat uitgesloten. Immers, wat niet kan, is niet. Omdat een vierkante cirkel niet „kan", bestaat hij niet. Maar waarom kan herindeling geen doel zijn? Als de regering zou willen zeggen dat herindeling geen doel op zichzelf mag zijn, is dat aanvaardbaar en juist. Waarom acht ik het wezenlijk vast te stellen dat herindeling wel doel op zichzelf kan zijn? Omdat ik de indruk heb dat ook in de regeringsfilosofie herindeling juist wel doel op zichzelf is en dus discussie over die vraag zeer wel mogelijk en zelfs nodig is.

Laten wij de geciteerde zin verder ontleden. Herindeling, zegt de regering strekt ertoe gemeenten te vormen, die zelf voldoende bestuurskracht kunnen ontwikkelen. De regering heeft dus als doel gesteld voldoende bestuurskracht bij gemeenten mogelijk te maken. Frappant is nu dat volgens de regering vaststaat, dat herindeling bestuurskracht-bevorderend werkt. Nog frappanter is, dat de regering uitsluitend als middel herindeling weet om die bestuurskracht te bevorderen. Het meest frappant is nu dat daardoor doel en middel samenvallen, zodat herindeling doel is geworden. Dat nu, heeft de regering gezegd, kan nooit! U ziet, wat nooit kan wordt in een halve zin door de regering verricht. Over bestuurskracht gesproken!

Het is niet mijn bedoehng een zo verfijnde analyse te blijven plegen op iedere zinsnede uit de regeringsstukken over gemeentelijke herindeling. Wèl heb ik deze meest wezenlijke passage nader onder de loupe genomen om U te laten zien, hoe gebrekkig herindeling gefundeerd is. Om over de

Vervolg op pagina 8 Vervolg van pagina 7

vraag wat bestuurskracht is en of deze een voor overal en altijd vaststaand gegeven is nog maar niet te spreken. Ook ga ik nu niet in op de zinsnede waar gesproken wordt van taken die duidelijk lokaal van aard zijn, noch op de vraag wie dat bepaalt en of dat afhankelijk is van omstandigheden, van tijd en plaats.

HERINDELING, WEL OF NIET?

Stap ik van de regeringsvoorstellen over naar het standpunt van de VNG, dan moge ik U vragen de brief van 31 januari 1979 van de VNG aan de Vaste commissie voor binnenlandse zaken op hoofdpunten met mij te willen volgen.

Herindeling is alleen dan verantwoord, zegt de VNG, wanneer die herindeling belooft bij te dragen tot verbetering van de bestuurszorg en van het functioneren van de lokale democratie. Met andere woorden, wanneer zij in het belang is van de burgers. Het gaat om de burgers, die op de diensten van de betrokken gemeenten zijn aangewezen en die ook van het vermogen van de gemeenten om te besturen afhankelijk zijn.

De vraag of het belang van de burgers gediend wordt, heeft zeer nauwe relaties met de vraag naar reële bevoegdheden van de gemeentebesturen. Om immers de belangen van de burgers te kunnen dienen, moetje bevoegdheden daartoe hebben. Het gaat dan ook om de inhoud van de lokale democratie. Daarbij dient geredeneerd te worden vanuit de burgers. Zij hebben er in toenemende mate behoefte aan mee te spreken over zaken, die hen aangaan. Zij willen dat over hun belangen dicht bij huis wordt beslist op een wijze, die zij zelf kunnen nagaan. Zij wensen een gemeentebestuur niet slechts met gezag in naam, maar met zeggenschap. De VNG heeft dit sarnengevat in de woorden „sterke gemeenten". Dit veronderstelt dat de gemeenten over een uitgebreid takenpakket beschikken en de nodige bevoegdheden hebben. Genoemd kunnen onder andere worden dagelijkse hulpverlening aan de inwoners, wanneer zij in nood verkeren, vormgeving van het fysieke milieu en de bescherming daarvan, bewaking van bouwactiviteiten, verkeersafwikkeling en welzijn. Om die verantwoordelijkheid te kunnen dragen, hebben de gemeenten een personele en materiële uitrusting nodig.

De conclusie die de VNG hieruit getrokken heeft, luidt: „Wij menen dat wij geen „neen" mogen zeggen tegen voornemens om die voorwaarden te scheppen, die nodig zijn opdat de gemeenten in staat blijven en eventueel opnieuw in de situatie komen, waarin zij de veelheid van taken kunnen behartigen. Daartoe staat schaalvergroting niet als enig middel ten dienste, al zal daaraan niet te ontkomen zijn in die gevallen, waarin maatschappelijke samenhangen eenheid van beleid vorderen." (Cursief van mij) „Wij willen er geen twijfel over laten bestaan, dat het voor ons slechts zin heeft positief bij te dragen aan een proces van samenvoeging van gemeenten, wanneer vaststaat dat de gemeenten grosso modo ten minste dezelfde taken kunnen blijven vervullen als thans", zegt de brief van 31 januari 1979.

De voorwaarden om kernfuncties te vervullen, kunnen variëren. Zo kunnen aan gemeenten, waarvan een sterke groei wordt verwacht of die geheel specifieke taakstellingen hebben, geheel andere eisen worden gesteld dan aan een plattelandsgemeente zonder groeimogelijkheden of zonder specifieke functies. Een gemeente moet voor de bevolking overzichtelijk blijven; dat vraagt per geval beoordeling van maatschappelijke samenhangen en vermijding van te grote uitgestrektheden, zeker wanneer deze alleen nagestreefd zouden worden om een bepaald inwonertal te halen.

De beslissing over de omvang en de wijze van de inspraak van de bevolking dient in beginsel te worden genomen door de betrokken gemeentebesturen.

Stelt men deze benaderingswijze tegenover die van de regering, dan blijken er wezenlijke verschillen te bestaan op wezenlijke elementen.

Nog steeds stelt de regering voor belangrijke taken bij de gemeenten weg te halen. Nog steeds houden de regeringsvoorstellen belangrijke beknot­ ting van de gemeentelijke bevoegdheden in. De discussie op dit punt is er dan ook een die niet aanslaat, ze stuit af op een muur. Herindeling is nu eenmaal voor de regering een van de wezenlijke onderdelen van de reorganisatievoorstellen en zoals gezegd, zij is doel op zichzelf.

DE PROCEDURE

De VNG heeft bezwaren gemaakt tegen de suggestie dat een zekere mate van uniformiteit in landelijk verband gewaarborgd zou moeten worden. Dat zou immers betekenen dat een uniforme landelijke maat bepalend zou zijn voor gemeentegrootte. Dat past niet bij de beoordeling per situatie. Dat de voorbereiding op provinciaal niveau binnen door de regering geformuleerde aandachtspunten plaatsvindt, kan instemming vinden.

Daarbij zouden de betrokken gemeentebesturen in de gelegenheid gesteld moeten worden de herindelingsvoorstellen mede te ontwikkelen.

Het bestuur van de VNG heeft in haar vergadering van 22 april 1982 besloten een commissie-ad hoc in te stellen, welke tot opdracht krijgt procedureregels te ontwerpen om tot een zo verantwoord mogelijke afweging van voor en tegens te komen van herindelingsvoorstellen. Die afweging is nodig om recht te doen aan de in het rechtsgevoel levende overtuiging dat beslissingen dienen gedragen te worden door hun motieven. Dat geldt ook in de voorbereidende sfeer: de fase voorafgaande aan de besluiten van de wetgever. Want de wenselijkheid van herindeling bij wet in formele zin wordt door de VNG vooropgesteld. Maar voordat het zover is, dient vast te staan dat voor een onafhankelijke instantie alle betrokkenen hun argumenten in een behoorlijke rechtsgang naar voren hebben kunnen brengen. In een eerdere bespreking over dit onderwerp heb ik daarvoor wel eens de Raad van State genoemd. Deze instantie is immers geroepen over ontwerpen van wet advies uit te brengen. Alvorens zijn advies te geven, zou de Raad van State betrokkenen kunnen horen.

SLOT

Door de T.H. Twente is een voorstudie

T.H. Twente verricht - rapport van januari 1981 - naar de omvang van gemeenten, na overleg met het bestuur van het Instituut Contact Randgemeenten. In deze studie wordt naar drie onderscheidingen - te weten de gemeente als democratische gemeenschap, de gemeente als verzorgingsgemeenschap en de gemeente als rechtsgemeenschap - een aantal vragen gesteld aan de hand waarvan mede nagegaan kan worden hoe de omvang van gemeenten zich verhoudt tot hun kwaliteit als lokale gemeenschappen. De studie beoogt een bijdrage tot een normatieve conceptie te leveren. Dat is belangrijk want het gaat om normatieve waarden, uitgaande van het belang der burgers. De T.H. Twente is inmiddels begonnen aan een verdergaande studie om de kennis te vermeerderen over de relatie tussen de omvang van de gemeenten en de kwaliteit van het lokale politieke systeem.

Als deze kennis en het afwegingsproces bijdragen om te komen tot een verantwoorde besluitvorming - en waarom zou dat niet het geval zijn? — dan zou de regering daarvoor gevoehg moeten zijn. Tot nu toe is dat de vraag.

Ds. Abma dankte mr. Hennekens voor hetgeen hij op de hem geëigende wijze over gemeentelijke herindeling naar voren bracht. Naar ik meen, aldus Ds. Abma, hebt u niet tegen een muur gesproken, maar was er veel aandacht voor uw inleiding. Na een korte pauze kregen de aanwezigen de gelegenheid vragen te stellen.

De vragen waren van uiteenlopende aard en betroffen o.a. de procedure (tijd), hetgeen demoraliserend werkt, de getalstriteria (aantal inwoners nieuw te vormen gemeenten), kleinere provincies - gemeenten minder mogelijkheden, geen afname, maar toename aantal gemeenschappelijke regelingen bij herindeling gemeenten, liet kostenaspect, etc. etc.

De inleider ging diep op deze zaken in en behandelde de vragen uitputtend.

Als blijk van waardering overhandigde Ds. Abma de inleider een bedrag onder couvert.

De volgende vergadering werd vastgesteld voor vrijdag 8 oktober 1982 D.V., aanvang 14.00 uur.

Eveneens te houden in Zeist.

Behandeld zal dan worden: Mi-Heu-problematiek of democratisering van het bestuur. De vergadering werd gesloten met gebed door de heer Ir. Van Rossum.

Benschop, juni 1982,

De secretaris, H. C. Schriever.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 juni 1982

De Banier | 24 Pagina's

Landelijk Verband van SGP gemeentebestuurders

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 juni 1982

De Banier | 24 Pagina's