Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een Paas-ontmoeting (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een Paas-ontmoeting (II)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

door ds. J. V. d. Haar, Houten.

En Jezus zeide tot haar: Maria! Zij, zich omkerende, zeide tot Hem: Rabbouni! hetwelk is gezegd: Meester. Joh. 20:16.

Maria leefde in de veronderstelling, dat „de hovenier" haar Meester ergens anders neergelegd heeft. Zo ja? Dan moet hij het haar zeggen. Want zij wil de Heere Jezus hebben, zij zou Hem dan „wegnemen". . . De Heiland had haar zo ontdekkend en liefderijk tegelijk gevraagd: „Vrouw, wat weent gij? Wien zoekt gij? " Maar nee, ook die stem bleef haar vreemd. Die herkende zij toen niet onmiddellijk.

Maar wanneer Hij haar bij vernieuwing bij haar NAAM komt noemen en roepen: „Maria!" dan herkent zij de stem van haar Liefste, van haar Ziele-Bruidegom. Dan keer zij zich om. . . Stond Maria dan met de rug naar Jezus toe, tegen Hem te klagen en te wenen?

En toch, we lezen ervan, dat zij - in vers 14 - zich „achterwaarts keerde, en zag Jezus staan, en zij wist niet, dat het Jezus was" (vers 14). We komen er niet uit.

In het verleden hebben we meermalen over deze Paasontmoeting ook met u, gemeente van Houten, in de Paasprediking gehandeld. Ze „zag" Jezus staan, zonder te weten DAT het de Heiland was. En als Jezus haar dan bij name roept, dan KEERT zij zich (nogmaals) OM. Dat is de rechte ommekeer, de beste wending in ons leven, gel., om je helemaal aan Hem over te geven. Die al de Zijnen van eeuwigheid kent, bemint en liefheeft, en ze in het uur der minne bij name roept.

De Heilige Geest werkt en versterkt in Maria's innerlijk het ware geloof. Jezus had ook voor haar gebeden, dat haar geloof niet zou OPHOUDEN. Dat was in haar geplant door God de Heilige Geest. Zij was een planting van de HEERE, die hemelse Hovenier! Nu is het voor haar de vindenstijd.

Dies zal tot U een ieder van de vromen, in vindenstijd met ootmoed smekend komen! (Ps. 32). Alle on- en kleingeloof is uit haar hart weggevaagd. Het is als een stormachtige begroeting, een blijde, ziels-verrukkende herkenning, wanneer zij het uitspreekt: RAB­ BOUNI! (Een aramees woord, dat Meester, mijn lieve Meester betekent) O welk een zalige Paas-ontmoeting.

Fijn, dat Maria zo vroeg opgestaan is, na een lange, bedroefde en doorwaakte nacht, waarin zoveel vragen op haar loskwamen, dat haar hoofd en hart dachten te breken. Dan zou zij zich desnoods met een dode Jezus tevreden moeten en willen stellen.

In Jozefs hof treedt haar de LEVENDE Heere tegemoet. Hij is opgestaan uit het rijk van dood en verderf. Hij heeft dat bederf niet gezien, d.w.z. niet persoonlijk doorleefd. Daarvoor heeft de Vader Hem bewaard, naar de belofte van Psalm 16.

Wat is het leven, het Faas- en Pinksterleven mét en door de Heere Jezus heerlijk, verkwikkend en verrassend. Zij mag en behoeft niet langer in een donker graf, een akelige kuil te bukken en te kijken. Ze mag zich dicht tegen haar Meester verbergen, en zich sterk weten in en door Hem. „Ik vermag alle dingen door Christus, Die mij kracht geeft", zegt Paulus.

En de Zaligmaker is er ook voor haar, voor de zwakke en neergebogene, de „kleine" in het geloof. Hij neemt haar aan.

Gel., kennen we iets van zulke ontmoetingen en herkenningen? Mogen we, door genade, de „Meester" mijnen? Hij is de Mijne en ik ben de Zijne? Bent u met onverbeekbare liefdekoorden aan Hem vastgemaakt?

Maria wilde nu de Heiland wel voor altoos aan de aarde binden. Hem vasthouden met haar beide handen. Maar nee, dat kan en dat mag niet op een vleselijke, een natuurlijke manier. Waar Hij haar MARIA genoemd heeft, daar mag zij Hem - ja, tot in alle eeuwigheid, en o, welk een toekomst en „blij vooruitzicht" is dat voor de ganse levende Kerk van Christus! - RABBOUNI - Heve, dierbare Meester noemen. Zij mag Hem telkens weer vastklemmen in haar geloofsarmen. Maar Christus staat, mét en na Zijn opstanding, al op het punt om deze wereld weer te verlaten. Hij VAART op tot Zijn Vader en tot haar Vader; tot Zijn God en. . tot haar God.

Hij gaat straks op Hemelvaartsdag heen, om ook voor haar, wederhorige (van nature, en o, zo vaak nog na ontvangen genade!) „plaats te bereiden; en dan zal Hij de ganse Kerke Gods eenmaal thuishalen in de nieuwe hemel.

Evenals Thomas, zal ook Maria Magdalena daarna (na Hemelvaartsdag) de Meester weliswaar niet meer „zien" de politiek in hun nek gevoeld. Met alle begrip voor het korte, hoogstens middellange termijndenken, — men denke maar aan de kiezersgunst - juist dit element behoort ook duidelijk uit de verf te komen! Vandaar dat ik het in onze bijdrage nog eens nadrukkelijk aan de orde stel.

Een derde punt betreft het karakter van het onderzoek. Wij menen dat dit gericht moet zijn op het blootleggen van feiten en omstandigheden, en niet op het met een beschuldigend vingertje wijzen naar individuele personen. Zg. fact finding dus, opdat het parlement zelf daaruit de conclusies kan trekken. Anders wordt het een soort rechercheonderzoek en daaraan heeft onze fractie geen behoefte! Ook dit aspect is aan de orde gesteld om bij te dragen aan een vlugge besluitvormingsproces.

Onze fractie heeft er behoefte aan wellicht ten overvloede te wijzen op het welhaast onmogelijke wegen van ondernemingsbeslissingen. De buitenwacht heeft de neiging om met succes bekroonde besluiten te combineren met goed management en in het tegenovergestelde geval slecht management te verwijten. Laten wij echter niet ver­ geten dat zulke besluiten altijd met risico's gepaard gaan. Het kan niet de bedoeling zijn alleen op grond van een verkeerde inschatting van de risico's te concluderen dat het management niet deugt. De algemene economische ontwikkelingen spelen ook hun rol daarbij. Onze fractie wil hiermede gezegd hebben dat de in te stellen commissie zeer voorzichtig te werk zal moeten gaan. Nog afgedacht van het gegeven dat de omvang van het arsenaal aan te horen personen van dien aard is dat drastische selectie geboden lijkt, wil men voorkomen om te veel in detail te treden. Het horen dreigt in de meeste gevallen uit de dijen tot wederhoor.

Wij menen dat ditzelfde gevoelen leefde bij de Algemene Rekenkamer die in dit opzicht stelde: weet waarmede ge bezig zijt.

Nog een ander aspect verdient in het kader van de tijdslimiet de aandacht. Dat is het gegeven dat het concern al of niet geheel door toedoen van de overheid is ontstaan en dat daarmede een tijdsspanne van rond 12 jaar is gemoeid. Wil men niet verzanden in te veel details dan zal van meet af een sterke selectie moeten worden gemaakt in de onderwerpen. Als dat gebeuren moet vanuit de gedachte dat er ergens een schuldige uit moet rollen, dan is het einde niet te overzien. Het gaat immers niet om een strafrechtelijk onderzoek, maar om de heel moeilijk te concretiseren weging van overheidsen in het kader daarvan genomen of achterwege gebleven beslissingen van de bij het onderzoek te betrekken ondernemingen RSV-concern met zijn 58 werkmaatschappijen.

Dat pleit ervoor in ieder geval het voorwerk te laten verrichten door een klein groepje externe deskundigen, uiteraard onder verantwoordelijkheid van de commissie werkend, bestaande uit de meest wenselijke disciplines. Wij denken daarbij aan een register-accountant, een bedrijfsjurist, een bestuursdeskundige.

Onze fractie hoopt dat binnen de aangegeven tijd de commissie kan komen met een rapport dat voldoende aanknopingspunten biedt voor een vruchtbare gedachtenwisseling met de regering om de verhouding overheid-bedrijfsleven zo objectief mogelijk te laten zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1983

De Banier | 24 Pagina's

Een Paas-ontmoeting (II)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1983

De Banier | 24 Pagina's