Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ruimtelijke Ordening - Provincie Zeeland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ruimtelijke Ordening - Provincie Zeeland

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Provincie Zeeland is op het gebied van Planologie en Ruimtelijke Ordening geen gemakkelijk gebied. Mede door de aanwezigheid van de Oosterschelde en Westerschelde is dit planologisch goed merkbaar.

Een provincie voorheen bestaande uit verschillende eilanden, nu door dammen en bruggen met elkander verbonden en bereikbaar.

Een uitzondering en tevens ook een moeilijk gebied is Zeeuws-Vlaanderen. Dit gebied is uit Zeeland alleen per boot te bereiken, wil men over het vaste land er heen, dan zal men via België moeten, dus gebruik makend van het buitenland.

Vanzelfsprekend dus, dat onze fractie een grote voorstander is van een vaste oeververbinding over de Westerschelde, maar de regering heeft beslist dat deze vaste oeververbinding er niet komen moet, aldus schrijft de Rijksplanologische Dienst aan Gedeputeerde Staten: „Naar de mening van onze Commissie zal bij een eerstvolgende herziening van het Streekplan rekening moeten worden gehouden met het terzake geldende standpunt van het Rijk", dus de bedoehng zal zijn, uit het Streekplan schrappen. Naar mijn mening zal onze fractie dit niet zonder meer aanvaarden, daar wij het nog steeds een goede zaak vinden dat de oeververbinding er komt. Er zijn genoeg steekhoudende argumenten aan te voeren die dit rechtvaardigen. Geen wonder, dat de Zeeuwen uit Zeeuws- Vlaanderen weleens denken, dat ze maar half als Nederlanders beschouwd worden.

Overigens geeft het buurland België, waar wij over schreven, voor ons als Prov. bestuur op het gebied van Streekplannen en Ruimtelijke Ordening de nodige problemen. Zo is het havengebied van Antwerpen voor de zeevaart alleen over de Westerschelde te bereiken. Antwerpen vindt, en daar zit wel een grond van waarheid in, het Nauw van Bath een gevaarlijke passage voor de scheepvaart, en wil daar al lang verandering in brengen d.m.v. een groot kanaal te graven, het zogenaamde Baalhoek kanaal. Dwars door Ne-

Overigens is ook Gent niet tevreden, deze zou ook graag met grotere schepen naar zijn havengebied willen, dit heeft als gevolg: graag vergroting van de sluis in Temeuzen en aanpassing van het kanaal, wij zien dit voorlopig nog niet gebeuren. Langs de Westerschelde liggen voor ons, als Zeeuwen, belangrijke havens en industriële gebieden, van groot belang voor de werkvoorziening in de omgeving, zoals b.v. Terneuzen, Vlissingen en het Sloegebied. Wel moet planologisch rekening gehouden worden met (de bouw) van eventuele elektrische centrales, of een eventuele kerncentrale. De Staten van Zeeland zijn niet bereid, zolang het probleem van de kernafval niet opgelost is, een 2e kerncentrale planologisch te regelen. Wij moeten echter wel konstateren dat aan diezelf­ de zeearm, juist over de grens van Nederland, België rustig aan zijn 4e of 5e kerncentrale voortbouwt, in de onmiddellijke omgeving van de Z.­ Vlaamse bevolking.

OPENLUCHT-REKREATIE, DAG-REKREATIE

Onze fractie stimuleert de uitbreiding van rekreatie niet, maar rekreatie is er, en wij zullen als overheid regelend en ordenend op moeten treden. Het Provinciaal beleid, terzake van de rekreatie, richt zich hoofdzakelijk op het beperken van de druk op de kuststrook en op de kwetsbare delen aan en op de Oosterschelde.

Achtereenvolgens is het beleid erop gericht, op geschikte plaatsen, van de toegangsroutes naar midden Zeeland, opvangpunten voor dag-rekreatie te bekijken, met name vanuit België, want onze zuiderburen weten de dijken en visplaatsen beter te vinden dan menig Hollander. En wij vrezen dat België geen maatregelen zal nemen voor opvang rond de steden. Antwerpen grenst aan onze provincie en wij hebben in de onmiddellijke omgeving van onze grens, wel plaats voor zo'n opvanggebied. Het commentaar van de Rijksplanologische Dienst is: „geen financiële middelen beschikbaar".

Het struktuurschema openluchtrekreatie kent n.l. geen prioriteit toe aan dag-rekreatie projekten die ver verwijderd liggen van bevolkingsconcentraties. Hier blijkt weer geen begrip, mijns inziens, voor buitengewone omstandigheden die zich hier voor doen.

Wij zouden niet volledig zijn als wij de problemen van en rond de Oosterschelde zouden voorbij gaan. De Oosterschelde staat op het gebied van indeling en gebruik ervan bij velen in de belangstelling. Al enkele jaren bestaat er een stuurgroep waar plannen uitgewerkt worden en waarin vele instanties, zowel het Rijk, Provincie, Gemeenten en meerdere Waterschappen in vertegenwoordigd zijn. Onze fractie volgt dit werk nauwlettend. De hoofddoelstellingen zijn: ten eerste, behoud van natuur en milieu, ten tweede, behoud van visserij- en schelp- dierculturen en andere belangen, waaronder rekreatie. Het laatste staat bij onze fractie niet hoog genoteerd, hoofdzakelijk vanwege de zondagshei- Uging. Ons standpunt is, dat wij grote waarde hechten aan behoud van natuur en miUeu, maar plaatsen de visserij er onmiddellijk naast en stellen hem in waarde gelijk.

Er zijn door ons volk enorme financiële offers gebracht voor het behoud van deze waarden en tevens voor het behoud van de visserij. Zo zal er naar de mening van ons economisch uitgehaald moeten worden wat mogelijk is, dat zijn wij verpücht tegenover de Nederlandse bevolking.

Nu wij over de visserij schrijven, willen wij de Grevelingen noemen, daar is een ware strijd aan de gang, van belangen tussen paling, oester- en sportvissers, waar wij als Provincie niet veel tegen kunnen doen. Ook wil de SGP-fractie niet vooruit lopen op de keus van een zout- of zoetwater Grevelingen. De fractie zal eerst het advies van de Raad van Waterstaat aan de minister afwachten.

Maar zou de keus een zoute Grevelingen worden, wat weer extra kosten met zich meebrengt voor de aanvoer van zoet water van een andere plaats (b.v. de Haringvliet), wat nodig is voor de landbouw, dan moet dit waarschijnlijk per pijpleiding gebeuren en vindt de fractie dat dit financieel niet ten koste mag gaan van de landbouwers zelf.

Wij zouden nog vele zaken op kunnen noemen, zoals de vele nota's die behandeld en nog geschreven worden, maar we zouden te uitvoerig worden. De SGP-fractie probeert zeer attent te zijn bij behandeÜng van Streekplannen e.d., voor de belangen van de landbouw op te komen en hebben wij open oog voor behoud van natuur en landschap. Maar als vooral in Relatienota gebieden en Beheersgebieden de dreiging bestaat, dat dit ten koste van de agrarische belangen gaat, geven wij de landbouw de voorkeur en komen voor deze belangen op.

Vanwege bovenstaande kan men de konklusie trekken dat een kleine Provincie op Ruimtelijke Ordening gebied ook veelzijdige problemen kan hebben.

H. Comelisse, Lid Com.R.O.

Prov. Staten van Zeeland.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 juni 1984

De Banier | 24 Pagina's

Ruimtelijke Ordening - Provincie Zeeland

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 juni 1984

De Banier | 24 Pagina's