Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buiten onze grenzen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buiten onze grenzen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

SPIONAGESCHANDALEN

Voor het onderwerp van deze aflevering hoefde ik niet lang te zoeken. Want iemand, die mij dierbaar is, zei: „Je schrijft nu zeker over die spionageverhalen? " Deze hint zullen we nu dan maar opvolgen.

In de pers hebben al zoveel artikelen gestaan over de recente spionage-affaires in Duitsland en Engeland dat we die gegevens hier maar niet zullen oprakelen. Liever gaan we op andere aspecten in van het inlichtingenwerk.

Inlichtingendiensten proberen de geheimen van hun staat te beschermen en die van andere staten te ontsluieren. In het algemeen gesproken is het voor mensen moeilijk een geheim te bewaren. Onze praalzucht zit ons nog wel eens in de weg. Een spreekwoord zegt: „Wie laat merken, dat hij een geheim heeft te bewaren, heeft er reeds de helft van verklapt, en de tweede helft zal hij niet lang voor zich houden". Er zijn drie machtige middelen om mensen tot spreken aan te zetten: geld, liefde en drank. Inlichtingendiensten maken een overvloedig gebruik van deze drie zaken. Vandaar wellicht dat in een instructie voor op te leiden agenten , , spionage" als volgt wordt gedefinieerd: , , Het verzamelen van door de tegenstander geheim te houden inlichtingen door in het geheim werkende personen, welke op heimelijke wijze - met inzet van alle middelen - de beveiligingsmaatregelen van de tegenstander trachten te ontduiken of doorbreken, waarbij slechts het doel van belang wordt geacht". Uit deze definitie blijkt wel dat het doel de middelen heiligt. Vandaar dat inlichtingendiensten zo spoedig in de marge van de wet opereren en dat zij in een democratie goed aan banden moeten worden gelegd. Is dat niet het geval dan worden zij een machtsgroepering van formaat, die voor de burgers een enorme bedreiging kan inhouden. We zien dat bijvoorbeeld in de Sowjet- Unie, waar vanaf het eerste uur een sterke geheime dienst is opgebouwd om de eigen onderdanen in de gaten te houden. In Nederland is de Binnenlandse Veiligheidsdienst opgericht bij een tot nu toe nimmer gepubliceerd Koninklijk Besluit van 8 augustus 1949. Deze BVD is voortgekomen uit de Centrale Veiligheidsdienst, die op 9 april 1946 werd opgericht, en die op haar beurt weer voortkwam uit het Bureau Nationale Veiligheid dat op 29 mei 1945 door de chef militair gezag was ingesteld.

Het geheime Koninklijke Besluit van twintig jaar geleden regelde niet alleen de organisatie van de BVD, maar ook die van andere inlichtingendiensten: de Buitenlandse Inlichtingendienst, de Militaire Inlichtingendienst (MID), de Luchtmachtinlichtingendienst (de Luid) en de Marine Inlichtingendienst (de Mand).

Het werk van al deze diensten is aan strikte regels onderworpen. Misschien is dat de reden dat er in Nederland zo weinig strafvervolgingen worden ingesteld op de overtreding van de wet op staatsgeheimen. Het bewijs van spionage is moeilijk te leveren. Bovendien behoren vele ontmaskerde spionnen tot de diplomatieke staf van de Sowjetambassade. Zij genieten dus diplomatieke onschendbaarheid en kunnen hoogstens tot persona non grata worden verklaard. In Nederland is de maximum-straf voor spionage gesteld op twintig jaar. In oorlogstijd betekent dat (bij de huidige wetgeving) de doodstraf.

TWEEDE WERELDOORLOG

Het werk van de inlichtingendiensten heeft vooral tijdens de Tweede Wereldoorlog een grote vlucht genomen. De westerse geallieerden beschikten toen over de SIS, de SOE en de OSS. In Duitsland was de Abwehr onder leiding van admiraal Canaris, de militaire inlichtingendienst. Daarnaast beschikte de SS in de vorm van de SD over een eigen dienst. In 1939 was deze SD met de Kripo (Kriminalpolizei) en de Gestapo samengevoegd tot het Reichssicherheitshauptamt (RSHA) onder leiding van de gevreesde Richard Ileydrich. Dit RSHA overvleugelde de Abwehr volledig. Alleen op de Abteilung Ost van de Abwehr, die geleid werd door Reinhard Gehlen, kreeg de RSHA geen vat.

In de Sowjet-Unie bestaat een bijzonder machtig staatsveiligheidsapparaat dat echter vanaf zijn oprichting in 1917 veel naamsveranderingen, reorganisaties en zuiveringen heeft ondergaan. Het apparaat heette eerst Tsjeka, daarna GPOE en vervolgens NKWD. Hen van de bekendste leiders was Beria. die later op last van Chroetsjew werd geëxecuteerd. Na de oorlog heette de dienst enige jaren de MWD om tenslotte uit te komen op de naam die ook heden ten dage nog in gebruik is: de KGB. Eén van de bekendste leiders van de KGB was Andropov, die het zelfs tot partijleider en staatshoofd wist te brengen.

De KGB is niet alleen verantwoordelijk voor de binnenlandse terreur, de dienst beschikt ook over tal van spionagenetten in verscheidene landen. Wij noemen de Rote Kapelle in West- Europa onder leiding van de Pool L. Trapper. In Japan opereerde de Duits- Russische journalist Richard Sorge en in Zwitserland was de groep Lucy actief onder leiding van de Duitser Rudolf Roessler. Ofschoon de werkwijze van Roessler c.s. nooit helemaal vast is komen te staan, is wel duidelijk dat een groep anti-nazi-officieren belangrijke Duitse plannen per radio doorgaf aan Lucy, die vervolgens zorg droeg dat de Duitse voornemens in Moskou bekend werden. Vooral het Rode Leger heeft dus groot voordeel gehad van deze inlichtingen. De tankslag bij Koersk (1943), het laatste grote Duitse offensief in het Oosten, mislukte mede door de inlichtingen van deze groep. Van Roessler wordt wel gezegd dat hij één der grootste spionnen aller tijden is geweest.

Nauwelijks minder groot in zijn soort was jorge, die er reeds in 1933 in slaagde het absolute vertrouwen van de hoogste Duitse diplomaten in Tokyo te winnen. Tot oktober 1941 geeft Sorge in nauwe samenwerking met journalisten en technici een schat aan inlichtingen door, met als verbluffend meesterstuk op 20 mei 1941 een uiterst gedetailleerd en exact rapport over de op handen zijnde Duitse aanval op de Sowjet-Unie (operatie Barbarossa).

Stalin hechtte er geen geloof aan. In oktober 1941 wordt Sorge door de Japanse politie gearresteerd en op 7 november 1944 geëxecuteerd. Sorge oordeelde dat de beste manier om spionnen te bestrijden niet is door alles geheim te houden, maar door voortdurend dat wat ze te weten willen komen, te veranderen. Daardoor dwing je ze steeds opnieuw te beginnen. En Sorge kon het weten. Hij is overigens in de Sowjet-Unie uitgeroepen tot Held van het vaderland en zijn beeltenis verscheen op een postzegel. Het heeft wel twintig jaar geduurd voor het zover was.

Een laatste voorbeeld van een zeer bekend geworden spion is Cicero, de Duitse codenaam voor de Albanees Elias Basna, die als huisknecht voor de Britse ambassadeur in Ankara werkte en als zodanig lange tijd geheime Britse documenten fotografeerde en voor grote sommen gelds de films doorverkocht aan de Duitsers. Later bleken de bankbiljetten vals te zijn. De voortreffelijk uitgevoerde vervalsingen waren gemaakt door Joodse grafici die gevangen zaten in de concentratiekampen.

Na de Tweede Wereldoorlog blijven de namen van spionnen opduiken m de pers. Vanwege het sensationele karakter ervan besteedt het publiek er meestal gretig aandacht aan. We noemen enkele namen: de Rosenbergs in de Verenigde Staten, Kim Philby, Burgess en Mac Lean in Engeland, Wennerström in Zweden, Günther Guillaume en Tiedge in Duitsland. Zij allen bleken voor de Sowjet-Unie te werken. Het omgekeerde komt natuurlijk ook voor. Russische en Oost- Europese spionnen lopen regelmatig over naar het Westen. Bijna altijd slaagt men er in daar weinig ruchtbaarheid aan te geven.

Op het terrein van de inlichtingendiensten woedt een oorlog. Een oorlog die (nog) niet openlijk is uitgebroken tussen Oost en West. De kille verhoudingen tussen Oost en West vinden hun neerslag niet alleen op het front van de diplomatie en de wapenwedloop. Een grimmige neerslag is ook te vinden in de niet aflatende wedloop tussen de geheime diensten, waarbij helaas elk middel geoorloofd wordt geacht om het doel te bereiken.

H. A. Hofman.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1985

De Banier | 24 Pagina's

Buiten onze grenzen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 september 1985

De Banier | 24 Pagina's