Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

1987: het internationale jaar van de daklozen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

1987: het internationale jaar van de daklozen

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het jaar 1987 is door de Verenigde Naties uitgeroepen tot het jaar van de daklozen. Het probleem van de daklozen is een typisch probleem voor ontwikkelingslanden en wordt ook wel aangeduid als de Habitat-problematiek (Latijn: Habitare=wonen). Deze problematiek omvat niet alleen de huisvesting, maar evenzeer de aanleg van fysieke infrastructuur {riolering, waterleiding e.d.) en dienstverlening ter verbetering van de levensomstandigheden in menselijke nederzettingen en de instandhouding van deze voorzieningen. Deze constellatie van problemen hangt als een molensteen om de hals van de regeringen van een groot aantal ontwikkelingslanden. Het is een probleem van een werkelijk immense omvang. Momenteel zijn er in de Derde Wereld 19 steden met meer dan 5 miljoen inwoners. Bij voortgang van het huidige groeitempo zal dat aantal in het jaar 2000 naar schatting 49 bedragen. Een stad als Mexico-City telt ruim 14 miljoen inwoners, waarvan het overgrote deel onder uiterst erbarmelijke toestanden gehuisvest is: riolering, waterleiding en electriciteitsvoorzieningen zijn in grote delen van de stad afwezig. De krottenwijken zijn overigens veelal met grote inventiviteit uit allerlei afvalmateriaal, zoals dozen, blikken en golfplaten opgebouwd en worden daarom ook wel aangeduid als „shantytowns". Bedacht moet echter worden dat de

Habitat-problematiek zich naast de steden evenzeer op het platteland manifesteert. In absolute zin is het gebrek aan adekwate volkshuisvesting op het platteland zelfs omvangrijker dan in de stedelijke gebieden. De verwachting is echter dat hierin de komende jaren verandering zal komen. Zo heeft het United Nations Centre for Human Settlements (UNCHS) berekend dat het aantal mensen dat in de Derde Wereld Steden woont in de periode 1985-2000 zal groeien van 830 miljoen tot 2150 miljoen. De snelle groei van de steden in de ontwikkelingslanden heeft als neveneffect een geografische verschuiving van de armoede: steeds meer armen zullen in de steden te vinden zijn.

METROPOLEN

Voorkomen moet worden dat de groei van de grote metropolen zich in de komende jaren in ongewijzigd tempo voortzet, aangezien dit steeds grotere problemen op het gebied van bestuurbaarheid en beheersbaarheid zal opleveren.

Het is overigens een misvatting te menen dat de groei van de steden alleen kan worden tegengegaan door de situatie op het platteland te verbeteren. De groei wordt namelijk voor een groot deel bepaald door de interne groei van de stedelijke bevolking.

In de metropolen, maar ook in de zogeheten intermediaire steden (grofweg 500.000 tot 1 miljoen inwoners) bestaan zeer complexe structuren van bureaucratische en administratief-organistorische aard waardoor de planning van stedelijke ontwikkelingsprogramma's wordt bemoeilijkt. Daar komt dan nog bij dat veel migranten zich illegaal hebben gevestigd op grond die eigendom is van de staat of van particulieren.

NIEUWE STRATEGIE NODIG

In het Nederlandse beleid op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking is in het verleden reeds aandacht besteed aan projecten in stedelijke gebieden. Het laatste decennium is echter meer het accent komen te liggen op de ontwikkeling van het platteland. De gedachte was dat, indien men erin zou slagen de plattelandsbevolking van een acceptabel niveau van bestaansmiddelen te voorzien, de steden hun aantrekkingskracht zouden verminderen en dat tevens het platteland een goede economische basis zou bieden voor de verdere ontwikkeling van industrie en dienstverlening in de stedelijke gebieden.

Helaas is ook deze ontwikkelingsstrategie achterhaald door de feitelijke ontwikkelingen. Nog altijd overstijgt in veel ontwikkelingslanden de groei van de bevolking de economische groei, zodat per saldo een netto achteruitgang resulteert in het inkomen per hoofd van de bevolking. Een nieuwe strategie is nodig.

WAT TE DOEN?

Van belang is dat men zich realiseert dat het probleem van de daklozen niet slechts een huisvestingsprobleem is, maar evenzeer een economisch probleem; de infrastructuur dient drastisch te worden verbeterd; op grote schaal dient werkgelegenheid te worden gecreëerd, zowel op het platteland als in de stad; de kwaliteit van openbare diensten en instellingen op het gebied van o.a. regionale en stedelijke planning, miheubeleid dient te worden verbeterd. Hiertoe dient de managementcapaciteit van de bestuursapparaten van de ontwikkelingslanden te worden vergroot.

Welke bijdrage kan Nederland leveren? De Nationale Adviesraad voor Ontwikkehngssamenwerking heeft geadviseerd dat particuliere hulpverleningsorganisaties vanwege hun a-politieke karakter weliswaar een efficiënte rol in de uitvoering van projecten kunnen vervullen, maar de organisatorische basis te kunnen verwerken. De inzet van grotere instellingen zoals de Wereldbank is dus onmisbaar. Aanbevolen wordt dat Nederland op die gebieden, waarop het expertise heeft, in casu drinkwatervoorziening, sanitatie en waterbeheersing de aandacht richt. Verwacht wordt dat programma's gericht op gezinsplanning een direkt effect kunnen sorteren. De SGP stelt zich t.a.v. dit soort programma's terughoudend op.

Hoewel niet verwacht mag worden dat de immense problemen van de ontwikkelingslanden op korte termijn kunnen worden opgelost, lijkt het toch een goed idee om in de ontwikkelingssamenwerking meer het accent te leggen op de uitzending op grotere schaal dan voorheen van deskundigen, alsmede op de levering van infrastructurele kapitaalgoederen. Een heroverweging van de bestedingswijze van het budget voor ontwikkelingssamenwerking kan dan niet achterwege blijven.

Drs. F. W. den Boef

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 mei 1987

De Banier | 20 Pagina's

1987: het internationale jaar van de daklozen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 mei 1987

De Banier | 20 Pagina's