Heilzaam zout

door Ds. J. R. Volk

ij zijt het zout der aarde. Matthëus 5: 13a.

Op deze aarde is een grote verscheidenheid aan mensen. Verscheidenheid in ras, huidskleur, taal; ook in leeftijd en maatschappelijke status. Maar toch zijn er eigenlijk maar twee soorten mensen, namelijk de kinderen der wereld en de kinderen Gods. En deze twee worden genoemd in de tekst: Daar is sprake van mensen, die vergeleken worden met zout en van mensen, die vergeleken worden met de aarde. En met deze laatsten worden bedoeld degenen, die behoren tot de wereld. En wat is het kenmerkende van hen die behoren tot de wereld? Dat kan duidelijk worden als we zien wat hier van de kinderen Gods wordt gezegd: Zij worden , , zout" genoemd. En wat is het kenmerkende van zout? Dat het het bederf tegengaat van datgene, waarmee het in aanraking wordt gebracht. Dus wanneer hier van de kinderen Gods wordt gezegd dat zij het zout der aarde zijn, dan wil dat zeggen, dat zij het steeds verdergaande bederf der aarde, der mensenwereld tegengaan. Dus wat is het kenmerkende van hen, die behoren tot de wereld? Wel, ze zijn aan steeds verdergaand bederf onderhevig. En zo is het ook. We zien een steeds verdere voortgang in het kwaad en in datgene wat een mens al maar meer stinkende maakt voor God en gevaarlijk, ja dodend, voor de ander. Hoe komt dat? Daar is maar één antwoord op: de zondeval. Die heeft tot gevolg gehad, dat de band met de levende God is doorgesneden en zo is de dood ingetreden in deze wereld. En dan moeten we bij „dood" niet aan iets, waar geen beweging meer in zit, denken. Er zit wel degelijk een beweging in, maar dan de verkeerde kant uit. Denk maar aan een stuk vlees. Als dat zo blijft liggen, dan gaat dat tot ontbinding over. De kracht van de dood werkt daarin. En het woord , , ontbinding" zegt het al, daar zit actie en ook agressie in. En zo is het nu ook met de mensheid, die dood is in zonden en misdaden, die eigenlijk in staat van ontbinding verkeert: dat bederf gaat steeds verder. En is dat niet waar in het persoonlijk leven?

Als u aan uzelf wordt overgelaten, dan gaat het van kwaad tot erger. Het bederf wordt steeds groter. Het ontbindingsproces gaat door. Maar dat geldt ook de mensheid als geheel. Er is dan ook geen enkele reden tot optimisme t.a.v. de mensheid, ook niet die van de 20ste eeuw. O zeker, dat optimisme is er wel, gegrond in de vooruitgang van de mens in deze eeuw in technisch, medisch en economisch opzicht. Maar dat is een valse grond, want ondanks die vooruitgang is er toch een steeds verdergaand bederf en het blijkt in een toenemende criminaliteit en in een voortgaande ontbinding op ethisch gebied. En het staat ook niet stil voor de deuren van de kerk, dat ontbindingsproces! Want wij allen, binnen en buiten de kerk, zijn gevallen mensen, die de God des levens de rug hebben toegekeerd. Maar nu zegt de tekst: Gij en gij alleen (zo staat het er eigenlijk) zijt het zout der aarde. Er zijn dus op deze aarde mensen, die totaal anders zijn, dan hun medemensen, zoals zout totaal anders is, dan datgene waarop het wordt gestrooid. Wie zijn dat dan? Wel, de kinderen Gods. En ze zijn wezenlijk anders dan de kinderen der wereld.

En dat niet krachtens hun geboorte, want ook zij zijn in zichzelf verwerpelijk voor God, want ze vallen van nature ook onder het oordeel: Er is niemand, die goed doet. Nee, van nature is er geen onderscheid. En toch zijn ze anders. Hoe komt dat? Daar is maar één antwoord op: Door Gods genade om Christus' wil. En dan met name de genade der bekering, die hen is geschonken. Want dan is het niet voor niets, dat in als in ons teksthoofdstuk en in onze tekst wordt gesproken over een aantal kenmerken der kinderen Gods, daaraan voorafgaat een beschrijving van de prediking van Christus: Bekeert u, want het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. Dat ging voorop. En zo gaat het ook nu. Ook u die dit leest wordt voor de eis der bekering gesteld. Opdat u, in die weg der bekering (en achteraf gaat u zien, dat die bekering genadewerk Gods is) zou worden tot een kind des Heeren of een kind des koninkrijks. En weet u wat dan gebeurt? Dan vindt een totale vernieuwing plaats. Paulus zegt: Die in Christus is, is een nieuw schepsel, zie, het oude is voorbijgegaan, het is alles nieuw geworden. Dat is het, als een zondaar door het geloof deel krijgt aan Christus. En dan komt dat nieuwe ook naar voren. Want dan gaan we behoren tot die armen van geest, die zachtmoedigen en al die anderen, die Christus in de zaligsprekingen noemt. Dan behoren we tot diegenen, van wie Christus zegt: Hunner is het Koninkrijk der hemelen.

Tot wie behoort u? Tot die kinderen der wereld of tot die kinderen des koninkrijks? Tot die eersten? O, dat is voor u als godsdienstig en degelijk mens nog veel erger dan voor de wereldling. Geleefd te hebben onder de oproep tot bekering en het welmenend aanbod van genade en verkeerd te hebben met de kinderen Gods en dan toch zonder, door een waar geloof, Christus ingelijfd te zijn, sterven, betekent dan, dat u met dubbele slagen geslagen zult worden. Maar waar u mag behoren tot de kinderen Gods, omdat u door het geloof aan Christus verbonden werd, daar leeft u niet in een isolement. Dat geeft de tekst duidelijk aan. Daar bent u niet van de wereld, maar wel in de wereld. Als armen van geest en als treurenden en zachtmoedigen bent u dan in deze wereld en zö het zout der aarde. En wat betekent dat? Wel, iets wordt met zout bestrooid, om het bederf, dat dreigt verder te gaan, tegen te gaan. En zo is een kind Gods in deze wereld. Laat ik het zo zeggen: de kinderen God als het zout der aarde, zijn het waardoor de volle openbaring der oordelen Gods over deze wereld nog wordt ingehouden. Als er tien rechtvaardigen in Sodom en Gomorra waren geweest, dan waren deze steden nog gespaard. Maar dat is, wat je zou kunnen noemen, de negatieve kant van de zaak. Maar er is ook een andere kant. Want dan is zout bederfwerend. Zo kan het ook, dat kinderen Gods als zout dat proces van voortgaan bederf der wereld tegengaan. En dan kan dat gebeuren door wat ze zeggen: Door hun vermanend woord, maar ook door hun nodigend woord, waarin een goed woord van hun Koning Christus wordt gesproken.

Maar ook door hun aanhoudend gebed. Maar bovenal door hun anders-zijn als kinderen van God. En dan bedoel ik daar niet mee, die dingen die ook een godsdienstig mens, zonder levend geloof in Christus, zich aan kan schaffen en waardoor hij probeert te lijken op een kind van God en probeert erbij te horen. Maar dan bedoel ik die zaken, die echt voortkomen uit een levende geloofsverbinding met Christus, waardoor een kind des Heeren anders spreekt en handelt dan een kind der wereld.

Heilzaam zout

In een anders omgaan met die dingen, waarmee een wereldling en een godsdienstig mens zonder genade geen raad weet, bijv. ziekte en rouw. En dan is dat zijn als zout niet een „moeten", geen nieuwe wet, maar dan is het er uit Christus! Zoals Christus het ook zegt: Gij zijt!

En dan kan dat zijn in een gezin, dat daar een biddende moeder is en een vader, die woorden spreekt met zout besprengd, dat dat het proces van bederf in het gezin tot stilstand brengt. En datzelfde geldt de kerk en de samenleving. Dat er gemeenten zijn, waar toch nog mag zijn het beslag van het Woord, hoe komt het? Wel vaak omdat er in het verleden mensen waren van wie het gold: Gij zijt het zout der aarde. Want zout werkt lang door! En o zeker, dan bijt dat zout. Echter niet uit hardheid, maar uit liefde.

Het ontbindingsproces van de kinderen der wereld gaat hard en snel. Wat houdt dat tegen? Een „ach-en-wee geroep? " Nee, alleen als u door genade en zo door de geloofsverbondenheid aan Christus zout der aarde bent. En dat zo uw eenvoudig „gezouten" woord en uw „gezouten" wandel bederfwerend zou zijn. Ja, zegt u, maar werkt het wel wat uit? Dat is ten diepste uw zaak niet. Maar kind des Heeren, wees wat u behoort te zijn en ook zult zijn, als Christus u in alle dingen alles is.

Katwijk aan Zee

Ds. J.R.Volk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen